Op donderdag 16 september 2004 overleed mijn moeder temidden van haar geliefden. We zaten allemaal rond haar bed en we praatten en huilden met elkaar. Vanaf ongeveer 16.00 uur zagen we dat ons mam steeds minder snel ging ademhalen. We zwegen en keken hoe ze om 16.25 uur stierf.
Ik vond het vreselijk om mijn moeder te zien sterven, maar toch ook wel prettig dat ik er bij was. Men zegt, dat sterven iets is, dat je alleen doet. Dat klopt ook wel. We moesten ons mam los laten, om haar de kans te geven dood te gaan. Er werd ons gezegd, dat als we haar tijdens haar laatste ademtochten vast zouden houden, dat het dan langer duurt voordat ze sterft.
Maar ik vond het zo moeilijk, zo moeilijk, om niet haar handen vast te mogen houden en om tegen haar te zeggen: "Het is wel goed zo mam, ga maar. Je hebt het goed gedaan".
Ze stierf om 16.25 uur. Ik kuste haar voorhoofd en mijn tweelingbroer zei: "Bedankt mam!". Daarna werd ze door iedereen gekust. Ik schrijf het hier nu tamelijk sec, maar het was erg emotioneel.
We hebben even gewacht met het bellen van de huisarts, die de dood officieel moet vaststellen, en de begrafenisonderneming. Die kwamen haar afleggen en daarbij hielpen mijn oudste tante (ons mam was de oudste van het gezin), mijn tweelingbroer en zijn vriendin mee. Ik hielp niet mee, omdat ik dacht dat dat ontluisterend zou zijn. Maar mijn tante, broer en zijn vriendin vertelden naderhand dat het een hele mooie ervaring was.
Mijn moeder kon gelukkig thuis op haar eigen bed opgebaard worden. En ze had de kleren aan die ze zelf voor de gelegenheid had uitgezocht . Zoals ze daar lag, was het precies alsof ze sliep.
Het was zo fijn om ons mam thuis te hebben. We konden haar gaan bezoeken wanneer we maar wilden. Telkens als ik haar appartement verliet of binnenkwam, ging ik haar even gedag zeggen en over haar handen en wangen strelen. En voordat ik haar kamer verliet, kuste ik haar voorhoofd en zei ik dat ik van haar houd.
In de dagen die volgden op het overlijden van ons mam werden we min of meer geleefd. De begrafenisondernemer komt langs, alsmede de pater en parochianen die de avondwake verzorgen. Gelukkig waren er al onze tantes en ooms en we hadden, en hebben, veel steun aan elkaar.
Ons mam hield van witte bloemen en al heel snel stond haar kamer vol met mooie bloemstukken. Een van die bloemstukken was van haar peetkinderen (Ze had er drie. Jaja, mijn tantes wisten wel wie ze als meter voor hun kinderen uitkozen). Een van haar peetkinderen stierf 27 jaar geleden op 7-jarige leeftijd en hij werd gesymboliseerd door een roos met daarom een voile.
Mijn tweelingbroer en ik droegen vroeger altijd dezelfde kleren tot we een jaar of 10, 11 waren. Sindsdien niet meer. Maar zaterdagochtend gingen we samen nieuwe kleren kopen. Ik dacht het, en de vriendin van mijn broer zei het: eigenlijk zouden jullie hetzelfde gekleed moeten gaan. Mijn broer en ik kochten dezelfde kleren, met als enige verschil dat hij een colbert en ik een stropdas kocht.
Op zondag 19 september was er de avondwake voor ons mam. Dat gebeurde in de kerk van het dorp waar ze het grootste deel van haar leven heeft gewoond. Zelf achtten mijn broers en ik ons emotioneel niet in staat om tijdens de dienst wat te zeggen. Maar ik had een gedichtje geschreven toen ons mam in het ziekenhuis op de hartbewaking lag. Dat werd voorgelezen door een mevrouw van de dienst en ook zij raakte er zichtbaar door geroerd. Een van mijn ooms las nog een ander mooi gedicht voor dat hij geschreven had.
Op maandag 20 september vergezelden we ons mam eerst naar het mortuarium. Daar werd ze in het bijzijn van mijn broers, hun respectievelijke vriendinnen, twee tantes en een oom in haar kist gelegd. Een kist van kersenhout, precies zoals het meubilair in haar woonkamer. Dit was de laatste mogelijkheid om haar nog te zien. We legden foto's van haar VIER zonen en vier kleinkinderen om haar heen. Ook legden we er tekeningen bij van kinderen die haar als oma beschouwden.
Voor het laatst streelde ik haar handen en haar haren. Ik kuste haar en zei dat ik van haar houd en trots op haar ben. Toen ging de deksel op haar kist en draaiden we de schroeven erin. Daarna ging ons mam in de auto terug naar haar appartement. Van daaruit trok de begrafenisstoet naar het voornoemde dorpje vijf kilometer verderop, waar haar uitvaartmis gehouden werd.
De pater diende een geweldig mis. In de preek ging hij op subtiele wijze in op de verstoorde relatie tussen mijn moeder en mijn een-na-oudste broer. Wat zal ik zeggen: een goed verstaander had aan een half woord voldoende. Het koor, waarin mijn moeder en een aantal tantes ook gezongen hebben, was goed bij stem.
Na de dienst vertrok de rouwstoet naar het crematorium. Tijdens de rit daar naartoe vroeg de chauffeur of we ook het verbranden van ons mam wilden bijwonen. Daar overviel hij ons wel mee, want we wisten niet eens dat dat mogelijk was. We moesten daar toch wel even over nadenken.
Om 15.00 uur begon de plechtigheid in het crematorium. Er werden drie muzieknummers gespeeld. Een panfluitnummer bij binnenkomst, Pastorale van Ramses Shaffy en Liesbeth List en Eleni van Tol & Tol. Een van mijn nichtjes las nog een tekst voor. Tijdens het laatste nummer nam iedereen afscheid van ons mam, totdat mijn oudste broer, mijn tweelingbroer en ik overgebleven waren.
Daar bedanken we ons mam voor alles wat ze voor ons gedaan heeft en betekend heeft. We zeiden dat we trots op haar waren en dat we haar vreselijk zouden missen.
In de gang die naar de koffieruimte liep, zeiden mijn tweelingbroer, zijn vriendin en ik dat we inderdaad het verbranden van ons mam wilden bijwonen. \Mijn oudste broer wist het nog niet. De begrafenisondernemer zou ons komen halen als het zover was.
Na vijf minuten in de koffieruimte verpoosd te hebben, werden we gehaald. Mijn oudste broer liep in eerste instantie mee, maar bij de deur bedacht hij zich en hij kwam niet verder. Mijn tweelingbroer, zijn vriendin en ik zijn samen met de begrafenisondernemer naar ons mam gegaan.
Haar kist stond op een soort slede en aan het eind daarvan was een stalen deur. Mijn broer en ik legden allebei een vinger op de knop en drukten die in. Toen ging de deur open. Vervolgens pakten we de greep van de slede beet en duwden we ons mam naar voren. Aan het einde trokken we de lege slede weer terug en werd de deur achter ons mam gesloten. Op dat moment was het alsof er een last van mijn schouders viel, ik voelde me opgelucht. Mijn broer vertelde later dat hij hetzelfde gevoel had.
Wij dachten in eerste instantie dat we ons mam ook inderdaad zouden zien branden, maar dat was niet het geval. Dat was wel de reden dat mijn oudste broer niet meegekomen was. Overigens is er wel een kijkglas waardoor je kunt kijken, maar dat werd ons naderhand pas verteld. Het is denk ik, ook beter zo. Misschien moet je mensen wel tegen zichzelf in bescherming nemen.
In de koffieruimte praatten we nog en werden we gecondoleerd. Daarna vertrokken genodigden weer naar de plaats waar ons mam de laatste 6 jaren van haar leven gewoond. Vanuit haar appartement had ze zicht op het partycentrum waar we de koffietafel nuttigden. Na afloop van de koffietafel reden we met alle bloemen en genodigden naar de plaats van de uitvaartmis. Daar is het graf van opa en oma en daarop wordt terzijnertijd de urn van ons mam bijgezet. We legden de bloemen op de grafsteen. Over een paar weken zullen we er weer staan.
[ Bericht 0% gewijzigd door Eye_of_god op 21-09-2004 23:59:10 ]
"They that can give up essential liberty to obtain a little temporary safety deserve neither liberty nor safety."
Benjamin Franklin