Wimbledon 2025 #1

quote:

In eigen land is hij een icoon, nu dubbelt deze 45-jarige Indiër met Sander Gillé: “Dankzij onze kinesiste”

Sander Gillé (ATP 54) dubbelt deze week in Wimbledon met Rohan Bopanna (ATP 49). De 45-jarige Indiër is de oudste speler op het circuit en de oudste nummer één ooit. In eigen land is hij een icoon. Zijn kraakbeen is bijna weg in beide knieën, maar aan stoppen denkt hij niet. “Met dank aan onze Belgische kinesiste”, zegt Sander.

Eind vorig jaar maakten Sander Gillé en Joran Vliegen hun scheiding bekend. Na tien jaar moesten ze op zoek gaan naar een nieuwe partner. Gillé dubbelde het afgelopen half jaar met Jan Zielinski.
“Ik was best tevreden over onze samenwerking en het was de bedoeling om een jaar door te gaan, maar plots maakte hij er een einde aan. Geheel onverwacht en voor mij een grote ontgoocheling. Voor het grasseizoen moest ik plots een nieuwe partner zoeken. De Tsjech Adam Pavlasek zat al langer aan zijn mouw te trekken. Na het afhaken van Rohan Bopanna zat hij zonder partner en stelde hij de vraag opnieuw en Jan ging overstag. Voor mij was dit wel een unieke kans om in zee te gaan met de Indiër. We hebben in zekere zin aan partnerruil gedaan. Veel keuze had ik trouwens niet.”

Grasseizoen
Na het grasseizoen moet de 34-jarige Hasselaar wellicht weer op zoek gaan naar een nieuwe partner.
“Gezien zijn leeftijd wil Rohan enkel nog grote toernooien spelen”, verduidelijkt Sander. “Onze ranking is te laag om op de hoofdtabel te geraken tenzij wij heel goed presteren hier in Wimbledon. Onze loting zit wel niet mee, want in de eerste ronde spelen we tegen de derde reekshoofden. Ik zit nu even in een moeilijke periode, zoals Joran in het begin. Toen had hij het moeilijk om een geschikte partner te vinden, maar met de Uruguyaan Behar heeft hij ondertussen zijn draai gevonden.”

Sportman van het jaar
Met Bopanna heeft Sander Gillé wel een grote vis aan de haak geslagen.
“Op korte tijd heb ik al een aantal dingen van hem geleerd. Hij is een laatbloeier. We kennen elkaar vrij goed, omdat we al meermaals tegen elkaar speelden. Een figuur waar ik naar opkijk en een heel toffe gast. Pas vorig jaar won hij zijn eerste grand slam, de Australian Open. Het leverde hem de eerste plaats op de ATP-ranking op. In eigen land werd hij uitgeroepen tot Sportman van het Jaar, wat niet zo evident is in een land waar hockey en cricket de populaire sporten zijn. Hij kreeg tevens een van de hoogste Indiase onderscheidingen.”

Zonder kraakbeen
Na al die jaren is zijn kraakbeen in beide knieën volledig weggesmolten. In een vorig interview zei Bopanna hierover: “Tijdens covid moest ik elke dag twee, drie pijnstillers nemen, de pijn was enorm en gedurende zes maanden kon ik niet één match winnen. Inspuitingen hielpen niet. Tijdens de tijdelijke competitiestop ben ik op aanraden van mijn vrouw met iyengar yoga begonnen. Dat heeft alles veranderd. Het heeft me er fysiek en mentaal bovenop geholpen.”

Belgische kinesiste
Sinds een aantal jaren heeft hij nog een ander middel gevonden, een Belgische kinesiste, Rebecca Van Orshaegen. Ze krijgt hem telkens weer wedstrijdfit. Ze leerden elkaar kennen tijdens de European Open in Antwerpen.
“Ze is ook mijn kinesiste en vandaar de goede band met Bopanna”, verrast Sander Gillé. “Ook in Wimbledon staat ze ons bij. Ik ben op dit ogenblik fysiek in orde. Op het terrein is Rohan uiteraard niet meer zo beweeglijk en dat is ook de reden waarom hij enkel nog de grote toernooien wil meepikken. Aan stoppen denkt hij helemaal niet. Dat opent wel perspectieven voor mij als je ziet wat hij nog presteert op die leeftijd. Ik kan dus nog jaren doorgaan (lacht).”

Sander blikt met een tevreden gevoel terug op het eerste half jaar zonder Joran. “Ik staar mij niet blind op resultaten. Het is zeker zo belangrijk om nieuwe stappen te zetten in mijn ontwikkeling als speler. Deze uitdaging had ik misschien nodig om nieuwe dingen te ontdekken. Na tien jaar zit je in een vastgeroest patroon. Bopanna kan mij daarbij helpen. India is overigens het land van de dubbelspecialisten. Ze staan met 6 in de top 100 en dat is geen toeval. Het heeft ook met de cultuur te maken. Omdat ze over minder middelen beschikken, werken ze ook veel samen.”