abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 03:08:42 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_201147997
Etapa 16: Laredo - Santa Cruz de Bezana, 180 km

Nou mensen, dat was me het weekje wel. Echt praktisch niets gezien de vorige week, dan heeft een nabeschouwing ook weinig zin. Daags na de rustdag won Michael Storer vanuit de vlucht in Rincón de la Victoria, het zou weer een vruchtbaar weekje worden voor DSM. De protocollen ferm aangescherpt, met succes. Op woensdag gingen we naar de legendarische muur van Valdepeñas de Jaén, waar Magnus Cort pas op het allerlaatste moment werd ingerekend. Enric Mas zoefde hem voorbij, maar werd overvleugeld door Primoz Roglic. De Sloveen, die een dag eerder nog op z'n bek was gegaan in de afdaling richting Rincón de la Victoria, werd zo de eerste niet-Spaanse winnaar in Valdepeñas de Jaén. De rode trui had hij een dag eerder weggegeven aan Odd Eiking, maar door deze overwinning kwam hij weer wat dichterbij in het klassement en liep hij uit op al zijn concurrenten. Daarna was ik ribbedebie, dus valt er voor mij weinig over te zeggen. Onderweg naar Valdepeñas werd er vooral hard gewerkt door BikeExchange, wat extreem dom was. Toch zouden ze dat een dag later blijkbaar opnieuw doen, waardoor we in Córdoba zouden kijken naar een sprint van een uitgedunde groep. Die groep had nog wat kleiner kunnen zijn, want ook bij die gelegenheid ging Roglic weer op z'n bek, samen met zo'n beetje heel Ineos en Jumbo. Spanning en sensatie, blijkt maar weer dat een mens niet op vakantie mag gaan. In de straten van Cordoba ging Magnus Cort ditmaal wel met de zege aan de haal. De dag ervoor de ganse rit in de aanval gereden, daarna gewoon de sprint winnen voor Bagioli en Matthews. Wonderbaarlijke benen, maar ook wel weer een wonderbaarlijk resultaat voor Matthews. Zijn ploeg zal niet blij met hem zijn, pijnlijke taferelen die ze deels ook hadden kunnen voorkomen door het parcours beter te bestuderen.

Rit 13 bracht ons naar Extremadura, waar een bijna volledig vlakke rit zou eindigen in Villanueva de la Serena. Dit had een rit zonder spanning moeten worden, maar blijkbaar ging het toch nog even los. De omgeving was behoorlijk open, maar het zou niet waaien. Het schijnt dat er toch een beetje wind was, want er zijn waaiertjes geweest. Dat feest duurde alleen niet zo lang, waardoor er toch gesprint ging worden in Villanueva de la Serena. Dit werd alleen een gekke sprint, de boel werd volledig uit elkaar gereden door Quick Step. Zo erg zelfs dat ze hun eigen sprinter wisten te lossen, Jakobsen kon niet mee. Geen probleem, bij Quick Step kan iedereen alles dus wist Florian Senechal de rit te winnen voor Matteo Trentin. Krankzinnig resultaat, ik mis heel veel context bij deze rit. Bernal pakte een paar tellen terug op de rest, want alles werd volledig uit elkaar gereden. Lag blijkbaar ook aan de vele rotondes, maar goed, ik zal het als ik ergens tijd weet te vinden nog wel even terugkijken. Dat moet ik met de volgende rit ook wel doen, want onderweg naar Pico Villuercas waren we getuige van de Collado de Ballesteros, een korte maar steile klim over geribbeld beton. Moet nogal een feest zijn geweest, tenzij je een coureur bent. Een grote kopgroep kreeg gigantisch veel voorsprong, en van die koplopers was Romain Bardet de beste. DSM, weer DSM. Na alle kritische artikeltjes hebben ze toch maar weer hun doos met spul van vorig jaar geopend, het is weer ouderwets schroeien zonder ketonen. Blijkbaar was het een rit zonder veel spektakel, of het moet zijn dat we met Jay Vine ondertussen een nieuwe erkende brokkenpiloot te pakken hebben. Van Zwift naar de wereld, geen sinecure. Enfin, op de slotklim reed Bardet naar een aantal anticiperende jongens toe, die liet hij achter en met sprekend gemak won hij voor Jesus Herrada en Jay Vine. Pidcock werd vierde, zijn eerste teken van leven. Een minuut of tien daarachter reed het peloton, men besloot de debuterende Pico Villuercas niet te vereren met een iconische entree. Lopez ging op een paar kilometer van het eind in de aanval en leek even ver weg te rijden, maar Roglic wist de schade toch nog behoorlijk te beperken. Een aankomst zonder veel betekenis, wat toch zonde is. Zelfs Eiking wist de schade behoorlijk te beperken, iets wat hem de volgende dag helemaal lukte.

Voor de rustdag gingen we naar El Barraco, het dorp van José Maria Jimenez. Dat leverde een matige voorbeschouwing op, maar ook een matige rit. Ik had toch graag wat meer aandacht willen besteden aan de legendarische figuur die El Chava was, zo zag ik in alle haast onder meer over het hoofd dat Jimenez dit jaar 50 zou zijn geworden. Vandaar dus dat er een rit eindigde in El Barraco, meer specifiek in de Calle José Maria Jiménez. Een straat waar praktisch de hele familie Jimenez woont. Zijn broer, zijn zus, noem het allemaal maar op. Tegenover elkaar, voor de gezelligheid. Carlos Sastre trouwde met de zus van Jimenez, dat soort details zie je dan wel eens over het hoofd. Broer Juan Carlos woont dan weer in het huis dat Jimenez liet bouwen in de straat, in de tuin staat een buste die Juan Carlos heeft ontworpen. Want Juan Carlos is een kunstenaar, op de rotonde aan het eind van de straat staat ook nog een monument. Enfin, het is wat het is. De rit die een ode had moeten zijn aan een van de meest iconische Spaanse klimmers ooit werd deels ontworpen voor Carlos Sastre, maar het was een ondankbare taak. Een rit laten finishen in El Barraco biedt weinig kansen op spektakel, er zitten hier geen steile puisten in de buurt. Dus werd het een rit met een aantal lange beklimmingen zonder hoge percentages en een vlakke aankomst. De klassementsrenners hadden er daardoor niet enorm veel zin in en de vluchters kregen hun zoveelste kans. Rafal Majka, bepaald geen Jimenez, ging vroeg in de aanval en reed een kilometer of 90 in z'n eentje op kop. Op zich wel een epische solo, maar de naam Majka maakt bij mij geen warme gevoelens los. Valt toch tegen, daardoor. Steven Kruijswijk ging ook nog in de aanval en probeerde in de buurt van Majka te komen, maar Kruijswijk wint nooit iets dus was zijn poging gedoemd te mislukken. Verder gebeurde er niet veel, aan te uitslag te zien. Tja, jammer.



Het moet dan allemaal maar gaan gebeuren in de derde week. Eiking staat nog steeds redelijk stevig aan de leiding, al hoeft u nog niet nerveus te worden. We beginnen met een relatief eenvoudige rit, die minder eenvoudig zal blijken te zijn dan gedacht. Daarna trekken we Asturië binnen, waar we met twee zware bergritten te maken krijgen. De aankomst op Lagos de Covadonga is minder feestelijk, ik kijk vooral enorm uit naar de Gamoniteiro. Het broekje gaat daar op de enkels en de rode trui van Eiking gaat daar ook bijzonder vaal worden. Na de nu al mythische Gamoniteiro trekken we naar Galicië, waar de Vuelta gaat eindigen. We fietsen eerst naar Monforte de Lemos, dat wordt weer een rit van niets. Kan zelfs een sprint worden, of gewoon een rit voor de vluchters. De voorlaatste rit van de Vuelta eindigt vervolgens in Mos, bij Oscar Pereiro thuis. De man van het leeggoed heeft deze rit volledig zelf ontworpen en hij heeft z'n best gedaan. De lange beklimmingen ontbreken, want die zijn er in dat deel van Galicië niet echt. Maar hij heeft er toch wat moois van weten te maken, het is een rit waar een vroege aanval tot de mogelijkheden behoort. Een defensieve rit mag het sowieso niet worden, als je bedenkt dat we de Vuelta gaan afsluiten in Santiago de Compostela. We begonnen bij een kathedraal en gaan ook bij een kathedraal eindigen. Het eindverdict zal vallen na een tijdrit van 34 kilometer. Er komt nog veel moois aan, derhalve. Beginnen doen we in Cantabrië, waar we een rit gaan afwerken die vlak lijkt te zijn. In de praktijk zal blijken dat er toch nog behoorlijk wat klimwerk overwonnen zal moeten worden. Een massasprint? Misschien toch niet.




De rustdag brachten de renners door in Santander, in het hoge noorden. Na een redelijk lange periode in het warme zuiden van Spanje bevinden we ons nu in Cantabrië, daar waar we eigenlijk jaarlijks enige tijd aan de kust doorbrengen. Zo ook dit jaar, het wordt weer zo'n typisch ritje langs de Cantabrische Zee. We gaan in een van de vele kustplaatsen hier van start, in Laredo om precies te zijn. Dat is ook een plaats in Amerika, maar daar zijn we natuurlijk niet. Wel heeft die stad haar naam te danken aan de Laredo in Cantabrië, heden ten dage zijn het zelfs nog zustersteden. In het Spaanse Laredo wonen ongeveer 11.000 mensen, de Vuelta is hier één keer eerder geweest voor een vertrek. Dat was in 1974, toen kwam men zelfs meteen twee dagen langs. De 15e rit van die editie eindigde in Laredo, het leverde een overwinning op voor Juan Manuel Santisteban. Dat was een Cantabriër, een heuse thuiszege dus. Een kleine twee jaar later zou hij tijdens de Giro van 1976 omkomen door in volle finale op zijn hoofd te vallen, dat was dan weer wat minder. In 1974 ging de 16e rit van start in Laredo, waar voorlopig dus alleen Santisteban op de erelijst staat. Die rit zou eindigen in het onovertroffen Bilbao, alwaar Gerben Karstens de rit won. Sindsdien zijn we nog wel eens door Laredo gereden, maar van een aankomst of vertrek was geen sprake meer. Het hoogtepunt van Laredo vormt het Playa La Salvé de Laredo, een strand dat blijkbaar liefst vijf kilometer lang is. Ruimte genoeg voor iedereen, en er is ook nog eens een mooi uitzicht over de omgeving. De grillige en heuvelachtige kustlijn wordt mooi in kaart gebracht. Laredo valt op te delen in twee stukjes Laredo, er is het nieuwere deel aan de kust en er is een ouder deel. Aan de kust moest men het vroeger vooral van de visserij hebben, tegenwoordig zijn allerlei watersporters hier ook kind aan huis. Verstopt achter een heuvel ligt het oude gedeelte van Laredo, dat haar oorsprong blijkbaar vindt in Romeinse tijden. Toch zijn de meest belangrijke monumenten van de stad overblijfsels uit de middeleeuwen. Een deel van de oude stadsmuur staat nog overeind, net als een paar oude stadspoorten. Er staat een paleis in de stad, vernoemd naar Zarautz. Dat is Baskisch, ik begin Laredo bijna te mogen. Er is uiteraard ook een kerk, Santa María. Gotisch kerkje, met vooral aan de binnenkant wat opvallende kunst. Het oude centrumpje van Laredo beschikt over wat gezellige smalle straatjes met nog meer mooie gebouwtjes, op zich ziet het er niet heel verkeerd uit. Op de heuvel buiten het oude deel van Laredo ligt een oud fort, enkele resten zijn nog te bezichtigen. Boven op deze heuvel heb je een uitzicht over de baai van Laredo, direct onder je zie je de lokale haven liggen. Deze haven wordt nog steeds gebruikt door de vissers, ze schijnen hier vooral op zoek te zijn naar sardines. Maar goed, toeristen komen hier dus ook veel langs, een van de belangrijkste toeristische plekken langs deze kust wordt gefluisterd. Ze hebben hier in ieder geval hun eigen bloemencorso, La Batalla de Flores genoemd. Jeetje, heftige naam wel voor een feestelijk en kleurrijk evenement. De verloren gegane koers Circuito de Montañes kwam hier jaarlijks langs, nu komt de Vuelta weer eens op bezoek.




Ieder jaar komen we vroeg of laat uit in deze regio. Tijdens de Vuelta van vorig jaar, amper 10 maanden geleden, ging er een rit van start in Castro Urdiales, 20 kilometer ten oosten van Laredo. We reden toen naar Laredo toe om vervolgens verder te fietsen langs de kust naar Santoña, Noja en Arnuero. De eerste pakweg 30 kilometer van deze rit fietsen de renners over wegen die ze nog kunnen kennen van vorig jaar, de gebruikelijke weg langs de kust. Buiten Laredo gaat de rit na de neutralisatie van start in Colindres, waarna we via Cicero naar Santoña rijden. De eerste kilometers van de rit rijden we over rechte, brede en vlakke wegen door een behoorlijk fraaie omgeving. Veel groen, veel water. In de buurt van Santoña fietsen de renners door een mooie baai. Parque Natural Marismas de Santoña, helemaal niets mis mee. Water aan beide kanten, heuveltjes in de verte en een dorpje waar we dwars doorheen gaan fietsen. In Santoña, dat eigenlijk precies aan de overkant van Laredo ligt, komen we een paar bochten tegen. Een aantal rotondes ook, maar we kunnen het niet de meest enerverende start van een etappe ooit noemen. Al blijft de omgeving ook buiten Santoña nog een tijdje meer dan de moeite waard, van het dorre zuiden naar het groene en in dit geval blauwe noorden, het loont de moeite. Net als vorig jaar rijden we van Santoña verder naar Noja, over een weg die breed blijft maar af en toe wel wat bochten en rotondes kent. Bij een van die rotondes slaan we rechtsaf, waarna we over een bochtige weg naar Noja fietsen. Deze plaats, die we na 20 kilometer bereiken, is onlosmakelijk verbonden met een van de belangrijkste ritten in de Vuelta ooit. Na een aankomst in Noja in de Vuelta van 2011 ging hier de volgende dag een rit van start met aankomst in Bilbao. Voor het eerst in 33 jaar zou er weer een rit eindigen in Baskenland, met uiteraard Igor Antón als winnaar. De beste rit ooit, moet behoren tot de parate kennis van iedere lezer. Vooral omdat ik er jaarlijks over begin, maar het belang van deze rit was dan ook niet te onderschatten. Sindsdien is een aankomst in Baskenland weer normaal geworden, gelukkig, maar in Noja werd dus die enorm lange periode afgesloten. Werelderfgoed.



Als we de buitenrand van Noja bereiken slaan we wel meteen linksaf, waarna we via Isla naar Arnuero rijden. Het gaat nog een aantal kilometer verder over een brede doch bochtige weg, die voor het eerst wat tekenen van reliëf begint te vertonen. Het gaat een paar keer kort omhoog, wat niet heel spannend is. Wel goed voor het laten ontstaan van de vlucht van de dag, als er na 20 kilometer nog geen vlucht vertrokken is moet het dan maar op de eerste hellende stroken gebeuren. Als we Arnuero bijna bereiken gaat het kort naar beneden met een paar bochten onderweg, waarna we in dit dorpje rechtsaf slaan. Over een brede weg rijden we kort rechtdoor, tot er een bocht naar links volgt. Hier laten we het parcours van vorig jaar achter ons, we verlaten de kustlijn en gaan het Cantabrische binnenland verkennen. In het binnenland komen we een paar hobbeltjes tegen, maar eigenlijk mag je met hetzelfde gemak zeggen dat het de komende 12 kilometer zo goed als vlak is. Over brede wegen rijden we verder, af en toe komen we een bocht tegen en af en toe een dorpje. San Miguel de Meruelo bijvoorbeeld, of San Mamés de Meruelo. Tussen die dorpjes in rijden de renners over een brede weg de Cantabrische heuvels binnen, zonder dat ze zelf voorlopig veel hoeven te klimmen dus. In de buurt van Beranga loopt het een tijd vals plat omhoog, veel meer kunnen we er niet van maken. Na een rotonde en een paar bochten in dit dorpje rijden we vervolgens een tijd rechtdoor over een weg die toch ook stelselmatig vals plat omhoog blijft gaan, vooraleer we voorbij Solórzano voor het eerst echt gaan klimmen. Het gaat drie kilometer omhoog aan 6% richting Riaño, dit zal de renners vooral in de buurt van de top een mooi uitzicht over de omgeving opleveren. Een vrij bochtige klim, door een vrij afwisselend landschap. Genoeg boeren hebben zich gevestigd op deze heuvels, maar er is ook meer dan voldoende fraaie natuur te zien. Op de top van dit klimmetje slaan we rechtsaf en dan begint er een afdaling die ook een paar kilometer zal duren, het gaat bovendien vrij bochtig zijn. Maar wel een brede en keurige weg, dus dat mag weinig problemen opleveren. Beneden rijden we langs Riaño, de weg loopt heel kort een beetje omhoog. Daarna gaat het voorbij het dorp een kilometer of acht relatief rechtdoor, steeds een beetje in licht dalende lijn. Nouja, relatief rechtdoor, het is stiekem een best kronkelende weg, maar er zit geen enkele scherpe bocht tussen. Na de redelijk lange tocht over deze weg door het bos komen we uit in Entrambasaguas, in dit dorpje slaan we in het centrum bij een rotonde linksaf waarna we redelijk rechtdoor rijden naar La Cavada. Een kilometer of vier zonder noemenswaardige momenten, behalve dan dat het een beetje vals plat omhoog gaat. In La Cavada zijn we vaker geweest, dit dorpje ligt aan de voet van de Puerto de Alisas, een klim die haast jaarlijks wordt opgenomen in het parcours. Dit jaar niet, we slaan na een paar bochten linksaf in het centrum, rijden over een brug en moeten ons vervolgens door een smalle poort zien te wurmen.



Aan de andere kant van deze poort die is opgedragen aan Carlos III rijden we over het spoor, vervolgens zetten we koers richting Liérganes. Dit plaatsje bereiken we na 65 kilometer, vier kilometer voorbij La Cavada. De weg is iets bochtiger geworden, maar voorbij de poort is het wel weer breed. Het gaat wat op en af, zonder dat er van echt klimwerk sprake is. In Liérganes komen we ook een paar bochten tegen, mooi dorpje wel verder. Onder meer een oude brug te bewonderen, en karakteristieke huisjes. Voorbij dit dorp rijden we een paar kilometer over een licht bochtige en licht glooiende weg, vooral wat vals plat omhoog. Aan het eind gaat het even een kilometertje wat pittiger omhoog, een kilometertje aan 5% ofzo. Even later rijdt men door het gehucht Somarriba, waar de weg tijdelijk wat smaller en slechter is. Voorbij de opvallende en fraaie kerk wordt de weg weer breed, het gaat hierna overwegend naar beneden terwijl we genoeg bochten blijven tegenkomen. De tocht voert langs allerlei kleine gehuchtjes, en langs een natuurgebied. Peña Cabarga is ook niet ver van hier, een klim die de organisatie gelukkig weer vergeten lijkt te zijn. Al is dit vast de goden verzoeken, maar afijn. Even later komen we uit in Cabarceno, bij het Parque de la Naturaleza de Cabarceno. Een dierentuin en natuurreservaat, opgetrokken rond een aantal oude mijnen in een karstlandschap. Men heeft het landschap weer wat proberen te herstellen en hier tevens wat bedreigde diersoorten geplaatst. De dierentuin is een soort Beekse Bergen, je kunt er met je autootje lekker doorheen rijden. Al kun je er ook voor kiezen om in een kabelbaan over het park te zweven, voor een ander perspectief. We vinden hier allerlei dieren terug, waaronder de cobo. Nee, niet Juan José of Ivan, een soort antilope. De renners rijden met een flinke boog om dit uitgestrekte park heen, waardoor het eigenlijk amper in beeld komt. De weg loopt een kilometer of zes naar beneden terwijl we door dorpjes als Sobarzo en Obregón fietsen, maar heel spannend wordt het niet. Vooral brede wegen, zonder al te veel scherpe bochten onderweg. Voorbij Obregón loopt het wat meer rechtdoor verder richting Villanueva de Villaescusa, alwaar het dalen voorbij is. Als we in dit dorpje uitkomen gaan we beginnen aan een rotonderijk stukje rit, in een paar kilometer tijd komen we er een stuk of zes tegen. Tijdens deze tocht passeren we in Guarnizo, voorlopig het laagste punt van de rit. Santander is niet ver van hier, maar we slaan in Guarnizo linksaf en trekken daardoor wat verder Cantabrië in.



Voorbij Guarnizo gaat het een tijdje wat meer rechtdoor, we passeren na 86 kilometer in Parbayón. Hierna rijden we zes kilometer verder over een redelijk rechte maar glooiende weg naar Renedo de Piélagos. Veel écht klimwerk zit er niet tussen, maar uiteindelijk verzamelen we toch behoorlijk wat hoogtemeters. In Renedo de Piélagos rijden we dwars door het centrum, zonder veel verkeersmeubilair tegen te komen. Zo kan het ook. Buiten dit dorp gaat het over de brede weg verder naar Carandía, tussen de plaatsen in zien we weer vooral veel bossen. Het groene noorden van Spanje, het is een welkome afwisseling. Spaans plat, zo zullen we de hoogteverschillen maar omschrijven. Buiten Carandía komen we twee rotondes tegen, waarna we even later in het dorpje Vargas ook nog een rotonde tegenkomen. Verder rijden we een tijdje voor de vallei van de rivier Pas, die niet in beeld komt. De bergen komen wel in beeld, we gaan dadelijk zelfs even serieus moeten klimmen. Voorlopig gaat het weer wat op en af, maar het is pas in Puente Viesgo dat het echt leuk begint te worden. In dit fraaie dorpje, waar blijkbaar ook wat grotten te vinden zijn, rijden we rechtdoor. Buiten het dorp slaan we dan weer rechtsaf, waarna we na een smalle bocht over een brede weg omhoog gaan fietsen naar de Alto de Hijas. Beetje een vreemde naam, hijas zijn immers dochters. Hoe dan ook, het gaat iets meer dan vier kilometer aan 6,5% omhoog, of iets minder dan vier kilometer aan 7%, afhankelijk van je bron. Derde categorie, in ieder geval, en geen feest voor de sprinters. Vooral omdat we een paar steile stroken tegen gaan komen. Verwacht je niet bij zo'n brede weg omhoog, maar er gaat toch echt een tijd tegen 10% geklommen moeten worden. Fraaie omgeving, nog best een lastige klim. Tussendoor ook wat vlakkere stukjes uiteraard, anders kom je niet aan dat gemiddelde. Enfin, na 106 kilometer zijn we boven op deze Alto de Hijas. Minder dan 80 kilometer nog te gaan, in het resterende deel van de rit gaat er nog wel geklommen moeten worden maar de enige gecategoriseerde bult hebben we nu gehad.




De afdaling van de Alto de Hijas is een kilometer of drie lang, het gaat in deze drie kilometer behoorlijk steil naar beneden. Op een bord langs de kant van de weg staat 9%, dan weet je het wel. Op het profiel van de organisatie lijkt het alsof het aan 100% naar beneden gaat, maar dat is ook weer niet helemaal het geval. Linksom of rechtsom hoeven we hier weinig problemen te verwachten, de weg is breed en het asfalt goed. Paar bochten onderweg, maar met zo'n wegdek mag dat weinig problemen opleveren. Aan het eind van deze afdaling slaan we linksaf een andere weg in, waarna we via Mata naar Los Corrales de Buelna fietsen. Het wordt behoorlijk recht en al vrij snel ook behoorlijk vlak, na de korte afdaling krijgen we 10 kilometer lang met vlak tot glooiend terrein te maken. Het was even recht, maar als we Los Corrales de Buelna echt bereiken wordt het toch wat bochtiger. Zo slaan we buiten het dorp rechtsaf en rijden we daarna over een iets smallere brug de plaats binnen. Daarna rijden we een tunneltje in, lekker willekeurig. Onder het spoor door, jeetje. We komen weer boven de grond in het centrum, waar we opnieuw rechtsaf slaan. Over een weg met een aantal rotondes en wat flauwe bochtjes leidt de brede weg ons door het centrum, waarna we even later uitkomen op het industrieterrein. Hier rijden we over een viaduct en even later pakken we nog een stuk of drie rotondes mee vooraleer we Los Corrales de Buelna echt verlaten. We rijden kort door de natuur. Alhoewel, natuur, dit is ook het gebied van de mijnbouw. Enkele half afgegraven bergen versieren of verstieren het toneel. De oplossing daarvoor is dat we ter hoogte van Las Caldas de Besaya door een tunnel rijden, hebben we geen last meer van dat uitzicht. Buiten de tunnel komen we al vrij snel uit in Riocorvo, waar we linksaf slaan om over een andere weg via Yermo verder te rijden naar het volgende obstakel van de dag. Gecategoriseerde klimmetjes komen niet meer voorbij, maar er zal toch echt geklommen moeten worden. We gaan de Alto de San Cipriano bedwingen, een klim die vorig jaar ook op het parcours lag. Ook toen begonnen we in Yermo aan die klim, maar toen was ie wel gecategoriseerd. Blijft een merkwaardige sport, hè? Enige klim van de dag toen, nu is het blijkbaar de moeite niet waard. In totaal gaat het blijkbaar toch vijf kilometer aan 4% omhoog, of vier kilometer aan 5%. De eerste kilometer is klaarblijkelijk niet de moeite waard, het zijn vooral de bochten die hier voor wat gedoe zorgen. Richting de top wordt het steeds steiler, richting het eind gaat het toch maar mooi aan 7% omhoog. Als m'n geheugen me niet in de steek laat was dit het klimmetje waar Sam Bennett z'n logge lijf op de parkeerplaats gooide, we branden derhalve een kaarsje voor Fabio Jakobsen. Een profiel van de hele klim is blijkbaar niet te vinden, maar hier is alvast een stukje.




Mooi bosrijk weggetje, de top van de Alto de San Cipriano bereiken we na 126 kilometer. Geinig klimmetje wel zo tussendoor, toch een vervelende onderneming voor de ambitieuze sprinters gebleken in het verleden. Gooi hier of op de vorige klim het tempo omhoog en je gaat een aantal jongens niet meer terugzien. Na de klim gaat het een kilometer of drie vrij pittig naar beneden, we moeten ook door een paar bochten heen. Wel weer een brede weg, dus ook dit zal meevallen. Aan het eind van deze afdaling komen we uit in Riaño de Ibio, waar de weg even wat smaller en bochtiger wordt. Al vrij snel is het weer breed, en vlak. Even verderop komen we uit in Villanueva de la Peña, waar ook aardig wat bochten liggen. Bij het verlaten van deze plaats fietsen we langs een kicken heiligdommetje, daarna moeten we een smalle brug over. Aan de andere kant van de Rio Saja sloegen we vorig jaar linksaf richting Cabezón de la Sal, nu slaan we juist rechtsaf. Na deze bocht volgen we tien kilometer dezelfde brede weg tot in Puente San Miguel. Tijdens deze warempel daadwerkelijk vlakke tocht fietsen we door een paar dorpjes zoals Casar (groetjes aan Sandy) en Quijas, terwijl we ondertussen eigenlijk alleen maar een paar rotondes tegenkomen. Alhoewel, we komen ook wat fraaie rotswanden tegen. De renners volgen de loop van de Saja en komen tussen de dorpjes in een tijdje wat fraaie natuur tegen. Het is sowieso vrij groen en beschut hier, toch ook altijd belangrijk om te weten. Voorbij Quijas wordt de weg overigens wel iets bochtiger, maarja, honderd meter breed dus dat boeit allemaal weinig. Wel wat vervelende vluchtheuvels in Quijas, maar daarna komen we tot in Puente San Miguel eigenlijk niets boeiends tegen. Eenmaal in dit plaatsje stuiten we op een drietal rotondes en een scherpe bocht in het centrum, na deze bocht loopt de weg toch al snel anderhalve kilometer aan 5% omhoog. Weer zo'n ongecategoriseerd hupje, het wordt geen al te gemakkelijke dag voor de sprinters. Na dit klimmetje slaan we bij de volgende rotonde linksaf, waarna we op een vrij vlakke manier naar Santillana del Mar rijden. Hier, in het dorp van de drie leugens, volgt na 147,6 kilometer de tussensprint van de dag, en ook meteen de bonussprint. Drie leugens, want deze plaats is niet heilig, het is hier niet vlak en de plaats ligt ook niet aan zee. De afgelopen jaren zijn we hier best vaak geweest, in 2018 ging er de tijdrit met aankomst in Torrelavega van start en vorig jaar reden we door deze plaats heen op weg naar Suances. Die tijdrit werd gewonnen door Rohan Dennis, de rit naar Suances was een prooi voor Primoz Roglic.



Over Santillana del Mar valt best veel te vertellen, dat de naam een totale leugen is dus bijvoorbeeld. Maar ook dat voormalig profs Herminio en Pedro Diaz Zabala een hotel runnen in dit dorp. Nou, toch lachen enzo. Er is ook een dierentuintje in deze plaats en verderop ligt de grot van Altamira, met rotstekeningen en alles. Voorbij de tussensprint is het nog iets meer dan 30 kilometer fietsen tot de finish, we volgen een paar kilometer dezelfde route als vorig jaar. Na de tussensprint slaan we rechtsaf en dan loopt de weg een kilometer wat omhoog, want in Santillana is het niet vlak. In het centrum van het middeleeuwse Santillana gaat het wat omhoog, maar buiten het dorp komen we een rotonde tegen waarna het anderhalve kilometer licht naar beneden zal lopen. Een brede weg door een groene omgeving, ook wel het verhaal van de dag. Na de afdaling zonder gevaren is het eigenlijk gewoon vier kilometer vlak, zonder gekkigheden. Na een tijd komen we uit in Viveda, waar we vorig jaar bij een rotonde linksaf sloegen. Nu gaan we hier gewoon rechtdoor, hoewel je het ook zou kunnen omschrijven als een bocht naar rechts. Via een brug rijden we over Saja, aan de andere kant van het water slaan we bij de volgende rotonde linksaf waarna we een tijd over het industriegebied van Torrelavega mogen fietsen. Het grondgebied van grootheden als Oscar Freire, Juan Jose Cobo en Manolo Saiz, Cantabrië heeft nogal wat parels voortgebracht. Momenteel moeten ze het vooral van Angel Madrazo hebben, gelukkig komt er met Ivan Cobo een nieuwe kanjer aan. Enfin, we slaan dus bij de rotonde linksaf en rijden vervolgens drie kilometer over een weg die over het algemeen breed is maar wel wat vluchtheuvels kent. Een paar rotondes ook, evenals een aantal bochten. Hoewel het sowieso niet heel recht meer gaat worden voorlopig, vooral niet als we in Requejada rechtsaf slaan en onder de snelweg door gaan fietsen. Aan de andere kant van de snelweg volgt een bochtige tocht van vijf kilometer richting Oruña de Piélagos. In het begin gaat het kort omhoog, maar daarna volgt even later zelfs een heel pittig klimmetje. Een brede maar bochtige weg leidt ons tijdelijk weg van de kust en in het hinterland merken we dat het liefst een volle kilometer aan bijna 7% omhoog zal gaan, een hinderlijke kuitenbijter voor de heren sprinters. Na dit klimmetje gaat het drie kilometer lang op een niet al te boeiende manier naar beneden richting Oruña, dat zal verder voor weinig gedoe zorgen. Eenmaal in Oruña rijden we via een brug over de Pas, waarna de brede weg weer wat vals plat omhoog begint te lopen. Een paar flauwe bochten later komen we uit in Arce, waar we bij een rotonde flauw linksaf slaan. Na deze rotonde gaat het een kilometertje rechtdoor vals plat omhoog, waarna we scherp linksaf slaan. Na deze bocht naar links beginnen we aan een kort maar pittig klimmetje. Via een behoorlijk bochtige weg rijden we naar het gehucht La Mina. Het gaat een kilometer aan 5% omhoog, maar dan wel een halve kilometer aan bijna niks en een halve kilometer aan behoorlijk wat.



Tijdens dit klimmetje rijden we langs Palacio de Arce, een hotel met in ieder geval een opvallende entree. We bevinden ons nu op een kleine 15 kilometer van het eind, het gaat om te beginnen een kilometertje naar beneden met een haarspeldbocht onderweg. Even verderop komen we uit bij een rotonde, waar het naar rechts gaat. We rijden vervolgens op een vrij bochtige manier door Boo de Piélagos, maar het is wel twee kilometer relatief vlak. Alsnog wordt dit een technische finale, het draaien en keren zal niet snel ophouden. Voorbij Boo beginnen we aan de volgende ongecategoriseerde klim van de dag, het gaat anderhalve kilometer omhoog aan 5%. Dat is wel met twee vlakkere stukjes tussendoor, er zit ook een steile halve kilometer tussen waarin het aan praktisch 10% omhoog zal gaan. Heel kort, voor je het weet is het weer voorbij, maar als je alles bij elkaar optelt wordt het toch een vervelende etappe voor de non-valeurs die zich sprinter plegen te noemen. Boven op dit klimmetje zien we de zee liggen, voor het eerst in lange tijd. We rijden vervolgens drie kilometer behoorlijk rechtdoor richting Liencres, waar we in het centrum een paar flauwe bochten tegenkomen. Het gaat lichtjes op en af, maar dit mogen we toch gewoon vlak noemen. De lokale kerk lijkt op een kasteel, buiten het dorp komen we op een kilometer of zeven van het eind een rotonde tegen waar we rechtsaf slaan. We volgen drie kilometer dezelfde weg richting Santa Cruz de Bezana, waar de rit zou moeten eindigen. Maar dat is helemaal niet het geval, we finishen vier kilometer buiten Santa Cruz de Bezana in Soto de la Marina, the finish is not at the finish. De geruchten voorafgaand aan de Vuelta hadden het ook steevast over Soto de la Marina, maar bij de presentatie bleek het om Santa Cruz de Bezana te gaan. Behalve dat we dus wél eindigen in Soto de la Marina. Snapt u het nog? Maakt niet uit. Drie kilometer rijden we over een brede maar bochtige weg naar Santa Cruz de Bezana, het is overwegend vlak. Tussendoor gaat het een keer 300 hele meters omhoog op een steile manier, maar daar vliegen ze wel overheen. Eenmaal in Santa Cruz de Bezana slaan we op vier kilometer van het eind linksaf, na deze bocht volgen we een kilometer dezelfde - vlakke - weg die wel de nodige flauwe bochten kent. Vooral heel wat snelle bochten kort achter elkaar, toch wel een technische finale hoor. Op drie kilometer van het eind volgt er een scherpere bocht naar links, waarna we tot op twee kilometer van het eind redelijk rechtdoor fietsen. In licht dalende lijn, blijkbaar. Valt niet echt op, maar het zal zo zijn. In de laatste twee kilometer wordt het in ieder geval weer vlak, terwijl het ook weer bochtig wordt. Talloze bochten voordat we de slotkilometer bereiken, vooral een aantal lopende bochten. Vlak voor we de slotkilometer bereiken fietsen we rechtdoor een iets smallere straat in, met daarna een scherpere bocht naar links. Na die bocht wordt het weer breed, we betreden de laatste kilometer. In deze vlakke laatste kilometer komen we een lange lopende bocht naar rechts tegen. Aan het eind van deze bocht gaat het flauw naar links, waarna er weer flinke bocht naar rechts volgt. Na deze bocht gaat het in de laatste 300 meter rechtdoor naar de finish, met een kleine afbuiging naar links aan het eind. De slotkilometer waar de organisatie het over heeft is overigens maar 600 meter lang, als mijn berekeningen kloppen. Het kaartje van de organisatie klopt weer eens niet, die slotkilometer begint eerder. Goed om te weten als het een sprint wordt met het oog op de positionering. Al heb ik er wel wat moeite mee om hier een massasprint te zien.



De renners finishen voorbij het lokale sportcomplex van Soto de la Marina, op een buitengewoon vergetenswaardige plek. De aankomst ligt in de gemeente Santa Cruz de Bezana, waar Soto de la Marina deel van uitmaakt als pedanía. Dat kan op meerdere manieren vertaald worden, blijkbaar. Zowel als district, wijk als gehucht, interessant. Het is in ieder geval een kleine lokale entiteit die afhankelijk is van een gemeente. Nou, weten we dat ook weer. In de gemeente Santa Cruz de Bezana, waar de Vuelta nog nooit was, wonen in totaal ongeveer 13.000 mensen. Met bijna 5000 inwoners is Bezana de hoofdstad, met 3600 inwoners staat Soto de la Marina op de tweede plaats. De lokul hiero is Ventura Diaz, deze beste man was prof tussen 1961 en 1976. In al die jaren wist hij tien overwinningen te boeken en werd hij ooit een keer 12e in de Vuelta, geen krabbelaar dus. Er valt verder bijzonder weinig te vertellen over deze plek, blijkbaar profiteren ze vooral van de nabijheid van Santander. De Spaanstalige Wikipedia komt met een heel referaat over de stranden die de gemeente rijk is en somt een behoorlijk lange lijst van feestdagen op, waaronder de Nationale Oude Tomatenbeurs, een tuinbouwfestival rond de belangrijkste tomaat van Spanje. Tjeempie, zeg. De stranden hebben zelfs hun eigen artikels, bijzonder. Krijg je dit soort omschrijvingen van: Strand van San Juan de la Canal. Halfstedelijk strand met goudkleurig zand en harde wind in Soto de la Marina. Het heeft een aangename promenade en een gemiddeld serviceniveau. Geniet van het symbool van de Blauwe Vlag. Ernaast stroomt het gelijknamige estuarium. Covachos-strand: Afgelegen, nudistisch en rustig dat moeilijk te voet bereikbaar is en dat in een zeer aantrekkelijke omgeving ligt. Geniet van goudkleurig zand van hoge kwaliteit en zeer schoon water. Het heeft een kunstmatige waterval die wordt gegenereerd door het afleiden van afvoer van zijn natuurlijke loop om de toegang ertoe te verbeteren. Van daaruit heb je toegang tot het eiland Castro via een zanderige tombe. Uhhhh, oké. Dat eiland ziet er overigens wel imponerend uit, je moet alleen op de koop toe nemen dat je er samen met naakte Cantabriërs van moet genieten. Een stukje verderop ligt ook nog het Parque Natural de las Dunas de Liencres, ze moeten het hier vooral van de natuur hebben. Hoewel ze ook trots zijn op José de Escandón, een kolonisator die ooit nog Nuevo Santander stichtte in Mexico. Maarja, dat bestaat niet meer.



We bevinden ons inmiddels in het noorden, dus zijn de krankzinnige temperaturen verdwenen. In startplaats Laredo wordt het 24 graden, dat is goed te doen. Het zal droog blijven, terwijl de wind uit het noordoosten komt. Stevig briesje wel, kan eventueel voor een leuk begin van de rit zorgen. De wind zal in de eerste kilometers een tijdje vrij gunstig staan voor waaiers, behalve dan dat het terrein hier over het algemeen redelijk beschut is. Eventuele spanning en sensatie zal snel voorbij zijn omdat we kilometers door het bos gaan rijden over een bochtige weg. In Santa Cruz de Bezana wordt het 23 graden, ook hier blijft het vermoedelijk droog. De wind komt ook hier uit het noordoosten en zal zelfs nog wat harder blazen. Tot 24 km/u, jeetje. Vooral tegenwind in de laatste kilometers, daardoor. Hoeft op zich niet veel te betekenen, want ook in de finale is er veel beschutting. Alleen in de laatste 10 kilometer komen we echt wat strookjes tegen waar het wat meer open is en waar je als aanvaller hinder kunt ondervinden van de tegenwind. Het grootste gedeelte van de tijd is het uiteindelijk wel beschut en dus schat ik niet direct in dat de wind heel veel invloed zal hebben. Of dat een misvatting is gaan we beleven vanaf 12:49, want dan begint de rit. Na een neutralisatie van 11 minuten gaan we om 13:00 echt van start. Eurosport 1 is om 15:00 pas live, later dan normaal. De PLAYER is er wel eerder bij, PLAYERGOD. Je hebt ook nog zoiets als de Benelux Tour, maar dat is geen koers. Sporza is er gewoon weer om 15:50 bij, zoals te doen gebruikelijk. De aankomst wordt verwacht tussen 17:17 en 17:44.



Volgens het roadbook en volgens Escartin is dit de laatste kans voor de sprinters, een stelling waar ik moeite mee heb. Rit 19 begint wel met het nodige klimwerk, maar de tweede helft van die rit is zo makkelijk dat het nog makkelijk een sprint kan worden. Die rit wordt wellicht ietwat overschat, terwijl deze rit juist wordt onderschat. Het is nooit makkelijk fietsen in Cantabrië, zelfs als het vlak is gaat het op en af. Meer dan 2000 hoogtemeters vandaag, het is toch niet helemaal niets. Veel venijnige heuveltjes onderweg, vooral aan het eind. Als een ploeg als BikeExchange voor de zoveelste keer hard gaat werken voor Matthews gooi je hier ontegenzeggenlijk een sloot sprinters overboord. Maar het kan ook zo zijn dat men het profiel goed heeft bestudeerd en besluit dat dit geen rit voor de sprinters is, waardoor we weer naar een rit voor de vluchters gaan kijken. Zou niet eens zo onlogisch zijn, maar wielrennen is geen logische sport en dus gaat Quick Step gewoon voor Jakobsen om ergens halverwege tot de conclusie te komen dat dit te zwaar is voor Jakobsen. Denk ik, althans. Ik heb wat dingen gemist, maar als hij tijdens een extreem lullige rit in Extremadura volledig op een hoop wordt gefietst gaat dit geen doorslaand succes worden. Het is weer een rit voor de Matthewsjes en Cortjes van de wereld, zeker met die technische finale erbij. Toch flink wat bochten, op de vlakkere laatste kilometers na ook veel werk op en af. 't Zal wel weer een BEX-dagje worden, zeker. Ze zouden er goed aan doen om een mannetje in de vlucht van de dag te sturen, maar zo functioneren ze deze Vuelta niet. Matige inschatting van het parcours, gewoon weer de hele dag op kop sleuren en dan gaan we getuige zijn van een uitgedunde sprint. Late uitvallers zijn wel kansloos, met die tegenwind op die paar open stukken lijkt dat een moeilijk verhaal te worden.
1. Cort. Gewoon nog een keer joh, is lachen. Vooral als je weet dat hij een ploeg van niets heeft en al het werk gedaan gaat worden door andere ploegen. Mooi werk.
2. Matthews. Z'n ploeg de hele dag op kop en weer geen zege, leukste rubriek van deze Vuelta. De sfeer zal formidabel zijn.
3. Trentin. Die werd tweede in Villanueva de la Serena, zag ik. Wel geklopt door Senechal, maar goed, van Quick Step winnen is dan ook geen sinecure.
4. Kron. Speciaal voor Karsten.
5. Bagioli. Mag de Steppende honneurs waarnemen vandaag.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 13:10:44 #2
362868 crew  Slobeend
of all places
pi_201152231
quote:
Crash in the bunch involving Martin and Mas

13:09

Movistar, Intermarché-Wanty-Gobert Matériaux, Qhubeka NextHash, Euskatel-Euskadi, Decuninck-Quick Step... Riders from many teams are involved, including Guillaume Martin (Cofidis) and Enric Mas (Movistar Team).
pi_201152275
Enric toch
[i]Put me on a pedestal and I'll only disappoint you
Tell me I'm exceptional and I promise to exploit you
Give me all your money and I'll make some origami honey
I think you're a joke but I don't find you very funny[/i]
pi_201152282
Dankzij die chute is het ook meteen klaar.
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 13:16:44 #5
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_201152294
Smurf Bizkarra in het wiel bij Claeys, Dewulf en Simmons, dat moet ook wel een geestig zicht zijn.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 13:17:05 #6
362868 crew  Slobeend
of all places
pi_201152298
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 13:15 schreef showtimer het volgende:
Dankzij die chute is het ook meteen klaar.
Je zou zeggen dat er meer renners makkelijk mee kunnen springen nu.
pi_201152330
Het zal me benieuwen voor wie het nu uiteindelijk gaat zijn
[i]Put me on a pedestal and I'll only disappoint you
Tell me I'm exceptional and I promise to exploit you
Give me all your money and I'll make some origami honey
I think you're a joke but I don't find you very funny[/i]
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 13:21:40 #8
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_201152365
Bolle Jetsers ook mee, wat een kopgroep zeg.

En Ciccone ook gevallen.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_201152450
Een valpartij zonder Roglic kan geen echte valpartij zijn geweest
pi_201152460
DSM en FDJ gaan dus voor een sprint.
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
  Redactie Sport dinsdag 31 augustus 2021 @ 13:30:04 #11
274204 crew  Mexicanobakker
pi_201152471
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 13:29 schreef franklop het volgende:
DSM en FDJ gaan dus voor een sprint.
Logisch, maar gaan hun jongens het ook overleven? Ik zie BEX er wel voor aan om flink door te trekken op de zwaardere delen van dit parcours.
[i]Put me on a pedestal and I'll only disappoint you
Tell me I'm exceptional and I promise to exploit you
Give me all your money and I'll make some origami honey
I think you're a joke but I don't find you very funny[/i]
pi_201152628
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 13:30 schreef Mexicanobakker het volgende:

[..]
Logisch, maar gaan hun jongens het ook overleven? Ik zie BEX er wel voor aan om flink door te trekken op de zwaardere delen van dit parcours.
Ik schrijf alvast een derde plaats voor Matthews op.
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 13:48:17 #13
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_201152727


Toch een flinke chute geweest, blijkbaar.

Jan Bo gaat een zware dag hebben.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_201152739
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 13:21 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
En Ciccone ook gevallen.
https://www.gettyimages.n(...)426904?adppopup=true
Uit koers?

Blijkbaar (nog) niet.
pi_201152866
https://www.gettyimages.n(...)428048?adppopup=true

Sep ook alweer door de lucht gevlogen
pi_201153141
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 13:41 schreef franklop het volgende:

[..]
Ik schrijf alvast een derde plaats voor Matthews op.
Magnus Cort zit te lachen in het wiel
  dinsdag 31 augustus 2021 @ 14:16:45 #17
168304 Mani89
We try not to sexualize them.
pi_201153191
quote:
9s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 13:57 schreef showtimer het volgende:
https://www.gettyimages.n(...)428048?adppopup=true

Sep ook alweer door de lucht gevlogen
Je moet een ongecontroleerde dolle stier als Sep ook geen 3 weken koers aandoen.
Reis ver, drink wijn, denk na, lach hard, duik diep. Kom Terug.
pi_201153624
Blij dat Bol eens mee vooraan zit, kan ie zo wellicht eens een sprint winnen

:+
"You can call me Susan if it makes you happy"
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 15:01:54 #19
362868 crew  Slobeend
of all places
pi_201153767
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 14:51 schreef TLC het volgende:
Blij dat Bol eens mee vooraan zit, kan ie zo wellicht eens een sprint winnen

:+
:B :B :B
  dinsdag 31 augustus 2021 @ 15:10:08 #20
168304 Mani89
We try not to sexualize them.
pi_201153840
Julian Dean heeft zijn huiswerk weer niet gedaan en heeft geen idee over de werkelijke moeilijkheidsgraad.

Reis ver, drink wijn, denk na, lach hard, duik diep. Kom Terug.
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 15:11:12 #21
362868 crew  Slobeend
of all places
pi_201153855
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 15:10 schreef Mani89 het volgende:
Julian Dean heeft zijn huiswerk weer niet gedaan en heeft geen idee over de werkelijke moeilijkheidsgraad.

[ afbeelding ]
DSM heeft wel de laatste 30 km gereden en Dainese denkt dat 'ie het aankan.
  dinsdag 31 augustus 2021 @ 15:12:19 #22
168304 Mani89
We try not to sexualize them.
pi_201153872
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 15:11 schreef Slobeend het volgende:

[..]
DSM heeft wel de laatste 30 km gereden en Dainese denkt dat 'ie het aankan.
Maar jij hebt Dainese niet.
Reis ver, drink wijn, denk na, lach hard, duik diep. Kom Terug.
  Moderator dinsdag 31 augustus 2021 @ 15:12:55 #23
362868 crew  Slobeend
of all places
pi_201153886
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 15:12 schreef Mani89 het volgende:

[..]
Maar jij hebt Dainese niet.
Dat klopt. Ik zag het net pas.
  dinsdag 31 augustus 2021 @ 15:14:08 #24
478082 VoMy
Seksloos kutventje
pi_201153899
quote:
0s.gif Op dinsdag 31 augustus 2021 15:11 schreef Slobeend het volgende:

[..]
DSM heeft wel de laatste 30 km gereden en Dainese denkt dat 'ie het aankan.
Ik vind het helemaal niet leuk dat DSM hier hun waardeloze jaar weet te redden trouwens. Ik neem aan dat ze Storer en Bardet wel uit de selectie zetten nu die opeens dingen gaan winnen?
pi_201154004
Sep
Ciccone
abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')