abonnement Unibet Coolblue
  Moderator vrijdag 9 juli 2021 @ 04:58:53 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_200277526
Etappe 13: Nîmes - Carcassonne, 219,9 km

Zo, dat was wel even een aardig begin hè? De vorige rit begon met waaiers, de renners waren amper een minuut onderweg of het lag al in vijf groepen uiteen. Het enige nadeel was dat al het waaiergeweld ook wel moest gebeuren in de eerste kilometers, want daarna reden we de kloof van de Ardèche binnen en daar zou het feest snel voorbij zijn. Dat bleek ook wel. De eerste tien kilometer stond de wind ideaal, daarna stond de wind een aantal kilometer in de rug en vervolgens was de wind weg. Spektakel aan het begin, maar nadat de wind steeds ongunstiger ging staan voltrok zich een ander scenario. Er sprongen allerlei renners weg uit het uitgedunde peloton, ook renners van sprintersploegen. Na een aantal pogingen zagen we een kopgroep van 13 ontstaan, met daarin renners als Alaphilippe, Küng, Greipel en Bissegger. Omdat Alaphilippe aanwezig was hoefde Quick Step niet te rijden in het peloton. Alpecin kwam iets te laat tot die conclusie en begon krampachtig op kop te rijden, iets wat ze niet lang volhielden. Nee, het besef daalde snel in dat het kalf verdronken was en dat deze kopgroep naar de finish zou rijden. De voorsprong liep ook snel op naar een minuut of tien, daarna werd het zelfs nog meer. Een snipperdag voor het grootste deel van het peloton, en dat na die enerverende start. Iemand als Thomas De Gendt zal blij zijn geweest met de ontsnapping die ontstond, als het nog wat langer had geduurd hadden ze hem zomaar uit koers kunnen rijden.

De kopgroep reed best aardig rond en ze bleven uiteraard ook een tijd bij elkaar, maar op een kilometer of 50 van de finish besloot Nils Politt alvast een eerste poging te waren. Circus Politt, altijd goed voor een paar kansloze aanvallen. Bepaald geen intelligente jongen, onze Nils. Gisteren was hij alleen zo enorm sterk dat hij geen intelligentie nodig had. Verlost van het juk dat Peter Sagan heet bleef Politt maar gaan, een paar kilometer later kreeg hij drie man mee. Fuga de la fuga, levenslessen van Garcia Acosta. Imanol Erviti had goed opgelet en was dus mee, net als Küng en Sweeny. Jongens als Alaphilippe en Greipel hadden zich laten verrassen, minder slim. Met z'n vieren reden ze al snel een minuut weg van de rest, boeken toe. Op het laatste klimmetje van de dag plaatste Politt vervolgens zijn beslissende aanval, nadat Küng eerder al verrassend had moeten lossen. Erviti keek naar Sweeny, Sweeny keek naar Erviti en het vliegende kunstgebit was daadwerkelijk gevlogen. Circus Politt gaf een show weg met een happy end, dat zie je niet vaak. Hij viel niet meer stil in de finale en boekte zodoende zijn tweede overwinning als prof. Na een ritje in de Ronde van Duitsland een rit in de Ronde van Frankrijk, je zou voor minder. Vooral erg sterk gereden. Hij is eigenlijk altijd sterk, maar normaal vooral erg dom. Nu reed de concurrentie eerder dom, die mazzel kun je een keer hebben. Waarom Erviti niet meteen reageerde op die aanval, we zullen het er maar op houden dat het van niet beter kunnen is geweest. Politt moet je nooit een meter geven. Blijf in zijn buurt en hij rijdt je naar de finish, alwaar je hem mooi kan kloppen in de sprint. Jerome Cousin en Philippe Gilbert vinden dit leuk. Maar goed, leuke zege voor Politt natuurlijk, want het is verder een sympathieke knul. Erviti werd op zijn oude dag tweede, toch wel de daverende verrassing van de dag. Mark Cavendish was uiteindelijk de eerste van het peloton, op de 14e plaats. Een dik kwartier achter Politt, eigenlijk de allereerste snipperdag van deze Tour. Na de rit richting Nîmes die anders verliep dan we met z'n allen misschien hadden verwacht gaan we de volgende dag van start in dezelfde stad. Een lange rit naar Carcassonne staat op het programma, met misschien ook wel verrassende ontwikkelingen.




Gisteren kwamen we aan in Nîmes, vandaag gaan we van start in dezelfde stad. Een stad met 154.000 inwoners waar ze de laatste jaren een overschot op de begroting lijken te hebben. In Nîmes vond recentelijk bijvoorbeeld de start van de Vuelta a España van 2017 plaats. Zoals wel vaker begon de Ronde van Spanje met een ploegentijdrit. Een kleine tijdrit, in de straten van de stad zelf, gewonnen door BMC. Een dag later zou ook de eerste rit in lijn van start gaan in Nîmes. Twee jaar later kwan de Tour dan weer op bezoek, met een rit die zou beginnen en eindigen in de stad. Ewan won, dan weet je dat het verspilde moeite was. Voor de Vuelta van 2017 was de Tour hier ook nog eens in 2014. Een lange rit van 222 kilometer met vertrek vanuit Tallard zou aankomen in deze stad. Het zou eindigen in een sprint, die werd gewonnen door Alexander Kristoff. Die rit kende nog wel een spannende ontknoping, want de laatste vluchters werden pas op het allerlaatste moment nog ingerekend. Het scheelde een meter of 50 of Jack Bauer had gewonnen, arme drommel. Zes jaar eerder kwam de Tour ook eens langs, in 2008. Opnieuw een rit die eindigde in een massasprint, gewonnen door Mark Cavendish. De Brit pakte zijn vierde overwinning van die Tour mee, er stond net zoals nu geen maat op. Een paar jaar daarvoor, in 2004, zagen we een iets leukere ontknoping in de straten van Nîmes. Voor de verandering een keer geen massasprint, in plaats daarvan kregen we een strijd tussen de vluchters. In de finale van de rit reed Aitor Gonzalez weg uit de kopgroep en ze zagen hem niet meer terug. Een overwinning voor TerminAitor, die na zijn oppermachtige overwinning in de Vuelta van 2002 al een tijd niets meer had laten zien. Die dag in 2004 was een zeldzame opleving. Een jaar later zou hij voor de dopingbijl gaan en uit het peloton verdwijnen. Uit de schijnwerpers verdween hij dan weer niet, in de jaren daarna kwam hij nog regelmatig in het nieuws als hij weer eens in aanraking kwam met justitie. In een verder verleden zagen we ook nog Frank Hoste en André Darrigade ooit winnen in Nîmes. De stad debuteerde in 1949 in de Tour, de eerste die op het idee kwam om te winnen in Nîmes was Emile Idée. Godverdomme, wat kinderachtig. Van start gaan de renners in het centrum, in de buurt van het bekendste gebouw van Nîmes. Ik heb het dan natuurlijk over de lokale arena, Arènes de Nîmes. Een goedbewaard amfitheater, gebouwd tussen 50 en 100 na Chr. en geïnspireerd op het Colosseum in Rome. Aan de buitenkant zijn twee niveaus van zestig bogen elk te onderscheiden. Binnen bood deze arena plaats aan 24.000 toeschouwers verdeeld over 34 tribunes. De arena is ontworpen voor gladiatorengevechten, maar werd in de Middeleeuwen verbouwd tot een versterkt dorp en had tot 1812 twee kerken, een klein kasteeltje en circa 220 huizen. Tegenwoordig worden er in de arena soms stierengevechten gehouden, tevens geven ze hier soms concerten en voorstellingen. Zo, dat weten we dan ook weer. In de buurt van de arena komen we ook een museum tegen, waar de ploegentijdrit tijdens de Vuelta van 2017 eindigde. Dat was een beetje een vreemd verhaal, want het voormalige Musée Archéologique werd toen verbouwd. Die verbouwing was alleen nog niet klaar, dus finishte men voor de deuren van een gebouw in de stijgers. Ondertussen is de verbouwing wel klaar. Het museum heet nu Musée de la Romanité en is voorzien van een bijzonder lelijke modernistische façade. Wel een aanrader, dit museum. Buiten het feit dat je hier alles komt te weten over de Romeinse geschiedenis van de stad heb je vanuit dit gebouw ook een mooi uitzicht op de arena. Vooral vanaf het kicken dakterrasje, niks mis mee. Zelfde startlocatie als in 2019 overigens, de originaliteit spat er weer vanaf.



We gaan dus van start bij het amfitheater van Nîmes. Daarna werken we een lange tocht af door de stad, waarna we ver buiten Nîmes pas echt gaan beginnen aan de rit. In de eerste 20 kilomeer van de etappe rijden de renners over een brede weg, maar toch zal het niet makkelijk zijn. Er liggen nogal wat dorpjes in de omgeving van Nîmes en daar fietsen we allemaal dwars doorheen. Caveirac bijvoorbeeld, na een paar kilometer al. Rotonde na rotonde, vluchtheuvel na vluchtheuvel. Tussen de dorpjes in is de weg breed, recht en vlak, tevens is het terrein hier niet altijd even beschut. Dit zou weer een waaierende waaierdag kunnen worden, dus moeten de renners opnieuw direct vanuit het vertrek alert zijn. In Saint-Dionizy komen we ook weer heel wat rotondes en vluchtheuvels tegen, terwijl hier in de buurt ook het oppidum van Nages ligt. Een prehistorische nederzetting, altijd leuk. Ik zeg altijd maar zo: IJzertijd beste tijd. Voorbij Saint-Dionizy is het weer volledig open, als het waait drukken we hier hard op de claxon. Na 10 kilometer rijden we langs Calvisson, daar treffen we dan vooral weer veel rotondes aan. Buiten dit dorp is het weer breed, recht en leeg, tot aan het volgende dorp, waar we weer wat verkeersmeubilair aantreffen. Zo gaat dat maar verder, tijdens het eerste deel van de rit. Na 20 kilometer komen we uit in Sommières, waar we voor het eerst wat anders gaan meemaken. Het terrein is een tijdje wat meer omgeven door bomen, waarna er een bochtige afdaling volgt richting dat Sommières. Paar bochten met wat vluchtheuvels in het midden onderweg, niet echt een feest. We slaan beneden in Sommières linksaf, daarna rijden we het bijzonder smalle centrum in. Het is een mooi dorp, maar als je er dwars doorheen fietst levert het door mogelijke valpartijen eerder slechte publiciteit op zou ik zeggen. Enfin, na de doortocht in het centrum rijden we over een oude brug die nog stamt uit de tijd van de Romeinen. Aan de andere kant van de rivier de Vidourle komen de renners nog een paar bochten en een stuk of vier rotondes tegen, daarna laten ze de stad waar de Britse schrijver Lawrence Durrell woonde en overleed (wie?) weer achter zich.



De tocht voert daarna verder over een weg die nog steeds breed is, maar wel wat minder breed dan we in de eerste kilometers van de rit gewend waren. Het wordt wat meer een tocht over het platteland, we rijden langs redelijk wat akkers en passeren ook wat wijngaarden. Hier is het terrein uiteraard behoorlijk open, maar er zijn ook genoeg gedeeltes van het parcours te vinden waar veel bomen te vinden zijn. De weg kronkelt een beetje, maar we mogen toch zeggen dat het vooral rechtdoor gaat. Het is ook vooral vlak, al komen we ook wel wat golvend terrein tegen. Na een kilometer of dertig rijden we door dorpjes als Galargues en Buzignargues, waar aanmerkelijk minder verkeersmeubilair te vinden is. Een paar drempels en in Buzignargues ook wat paaltjes. In dit tweede dorp ook wat bochten, maar de tocht is makkelijker geworden. Buiten dit dorp wordt de weg ook nog eens een stuk breder, we vlammen rechtdoor langs de wijnranken naar Saint-Bauzille-de-Montmel. Hier wordt het dan weer wat smaller, tevens opletten voor wat paaltjes en bij de rotonde aan de rand van het dorp. Vervolgens rijden we een aantal kilometer vooral rechtdoor door een lege omgeving naar Saint-Mathieu-de-Tréviers, de wind kan zich hier eventueel uitleven. In de verte zien we na een tijd de Pic Saint-Loup verschijnen, deze 658 meter hoge berg torent boven alle heuveltoppen in de omgeving uit en is zichtbaar in grote delen van het gebied rond Montpellier. Dat kunnen we inmiddels bevestigen. In Saint-Mathieu-de-Tréviers komen we uit bij een rotonde, waar we linksaf slaan. We rijden het centrum in, waar een bocht naar rechts volgt bij de volgende rotonde. We komen daarna nog wat bochten tegen, waarna we uiteindelijk rechtsaf slaan op weg naar de eerste en enige gecategegoriseerde klim van de dag. Over een smallere weg, tot mijn grote verbazing met fietssuggestiestroken (is dit Nederland?), rijden we eerst naar Saint-Jean-de-Cucelles. Hier ligt de voet van de enige klim van de dag, de Côte du Pic Saint-Loup. Niet dat we helemaal de top van die berg gaan bereiken, nee, we rijden er lafjes langs af. Aan het eind van de opmerkelijke weg slaan we rechtsaf, waarna de weg vrij snel omhoog begint te lopen. De komende 5,5 kilometer moet er aan 3,6% geklommen worden. In Saint-Jean-de-Cucelles is het meteen lekker bochtig, we pakken een paar brede haarspeldbochten omhoog mee. Desondanks gaat het slechts een kilometer omhoog aan 4%, valt gezien die bochten eigenlijk een beetje tegen. Daarna rijden we door het centrumpje van het dorp, waar we merken dat het vlakker wordt. Buiten het dorp komen we op een smalle en bochtige weg terecht, die zelfs een tijd naar beneden zal lopen. Daardoor is het gemiddelde stijgingspercentage van deze klim niet zo indrukwekkend, ofschoon er aan het eind toch nog stevig geklommen mag worden. Richting Cazevieille gaat het aan het eind van de klim omhoog aan meer dan 8%, met zelfs een stukje aan 11%. Na 51,5 kilometer komen we vervolgens boven op de Côte du Pic Saint-Loup, een lullig weggetje achteraf langs de befaamde piek.




Vanwege het feit dat de berg zowel over steile als over glooiende zijden beschikt, is het een attractie voor wandelaars en bergbeklimmers. Boven op de berg bevindt zich een kleine kapel en een groot stalen kruis, dat is toch wel de informatie waar je op zit te wachten. Er schijnt zelfs een middeleeuwse legende te zijn met deze berg in de hoofdrol, maar dat verhaal is zo saai dat ik weiger het te delen. Of toch gewoon doen? Nouja, kan mij het schelen hè.

quote:
De Pic Saint Loup ontleent zijn naam aan een middeleeuwse legende. Drie broers, genaamd Loup, Guiral en Clair, allen verliefd op de schone Bertrade, vertrokken op kruisvaart zonder dat zij wisten wie zij als echtgenoot zou kiezen.

Eenmaal terug uit het Heilige Land, was de geliefde Bertrade echter overleden. In hun verdriet en wanhoop besloten de drie broers als kluizenaars te gaan wonen op drie naburige bergen. De piek waarop Guiral leefde, werd de Saint-Guiral genoemd. Deze bevindt zich vlak bij de Mont Aigoual. De berg waarop Clair woonde, werd Saint-Clair genoemd, en aan de voet van deze berg werd de stad Sète gebouwd. Thieri Loup bewoonde de hoogste van de drie bergen, de Pic Saint Loup. Zoals zijn twee broers, ontstak hij zolang hij leefde ieder jaar op 19 maart een vuur ter herinnering aan zijn geliefde.
Booooooooooooooooring. Tijdens de klim over de smalle en bochtige weg omhoog door een bos komt de berg overigens niet eens in beeld, we zien de top alleen in de aanloop naar de klim ergens in de verte liggen. Na de klim volgt er niet direct een afdaling, we rijden over een soort van plateau verder, in eerste instantie naar Cazevieille. Bochtig weggetje door het bos nog steeds, beetje obscuur allemaal. Dat wordt wel anders als we Cazevieille hebben bereikt. In het centrum van dit dorp liggen wat steentjes en aan de rand van het dorp komen we een versmalling tegen, maar daarna wordt de weg een stuk beter en breder. Ik heb verder wel weer het idee dat we in Spanje zijn, wat een dorre boel ook hier weer. Weinig beschutting, enorm weinig bebouwing. Het is goeddeels vlak, lichtelijk bochtig en verder vooral leeg. Ik krijg er geen inspiratie van, maar dat kan ook aan mij liggen. Na een tijd komen we uit bij een rotonde en daarna rijden we een kilometer of vijf vooral rechtdoor naar Viols-le Fort. Tijdens dit stuk van de rit rijden we langs Cambous, dat is dan wel weer een inspirerende locatie. Er is het Kasteel van Cambous direct langs de weg, maar even verderop ligt ook de Site préhistorique de Cambous. Volgens de site van de Tour zou dit het oudste dorp van Frankrijk moeten zijn, nouja, dat nemen we maar voor waarheid aan. Een paar prehistorische stenen hutjes, wel impressionant natuurlijk. Voorbij Cambous slaan we linksaf en rijden we over een golvende en beschutte weg naar Viols-le-Fort, je kunt er maar geweest zijn. Na de niet al te spannende doortocht in dit dorp volgen we een kleine tien kilometer dezelfde weg, de eerste zeven kilometer daarvan is het een doodsimpele en niet boeiende tocht. Vrij recht, enorm breed en behoorlijk vlak. Bomen langs de kant van de weg, soms zelfs wat rotsen. Uiteindelijk volgt er een afdalinkje van een kilometer of drie richting Puéchabon, dankzij de brede weg stelt dit niet veel voor. Wel wat bochten onderweg, maar ach, kind kan de was doen. We komen uit in Puéchabon, waar de weg weer even omhoog gaat. Buiten dit dorpje gaat het kort naar beneden, weer kort omhoog en dan volgt er een vals plat stukje omlaag richitng Aniane, waar we na 75 kilometer gaan passeren. In deze omgeving ligt de brug van de duivel, Le Pont du Diable. In de kloof van de Hérault, een net iets minder imponerende kloof van die van de Ardèche.




De weg naar Aniane stelt echt niets voor, al komen we hier wel nog een rotonde tegen. In de buurt van de brug vinden we overigens ook een grot, een aantal elementen van de vorige rit keren terug. Eigenlijk rijden de renners niet door Aniane, het gaat met een bocht om het dorp heen. De volgende plaats waar we wel echt doorheen gaan fietsen is Gignac, hopelijk niet vernoemd naar André-Pierre. Het gaat eigenlijk gewoon een kilometer of vijf rechtdoor over een volledig vlakke, brede en rechte weg. Als we Gignac bereiken komen we kort achter elkaar een paar rotondes tegen, verder is de passage in dit niet onooglijke dorpje niet zo verheffend. Buiten Gignac gaat het eigenlijk simpelweg een kilometer of acht rechtdoor, over een brede en vlakke weg. We komen een paar rotondes tegen, veel meer niet. Redelijk wat beschutting onderweg, maar toch ook wat velden vol wijnranken. Al denk ik niet dat het vandaag überhaupt genoeg gaat waaien, maar toch. Aan het eind van deze weg slaan we bij een rotonde rechtsaf en rijden we naar Canet. De weg kent een gekke versmalling en even later rijden we via een opvallende brug over de Hérault. Een minivariant van dat ding in San Francisco, ofzo. Tussen de platanen door rijden we vervolgens Canet binnen, waar in het centrumpje een bocht naar links genomen wordt. Buiten Canet volgt er een tocht van tien kilometer die ons via Aspiran naar Adissan brengt. De weg is tijdens dit stuk van de rit iets bochtiger, terwijl het terrein ook weer iets van glooiing vertoont. Het zal hier behoorlijk open zijn, maar mijn tussenconclusie is dat het niet hard genoeg gaat waaien en dat de wind niet uit de goede richting komt. Maar goed, dat gaan we later nog eens uitgebreid bestuderen. De renners fietsen dwars door Aspiran, dat wordt nog even technisch. Wat bochten, wat paaltjes, beetje op en af. Buiten het dorp duiken we rechtsaf een smaller en slechter weggetje in, dwars tussen de wijnvelden door fietsen we naar Adissan. Helemaal open, vrij smal, áls de omstandigheden hier gunstig zijn krijg je te maken met een feestje. Maar goed, zoveel mazzel hebben we niet. We komen uit in Adissan en komen in dit dorpje ook wat bochtjes tegen. Een keer naar rechts en dan buiten het dorp weer naar links. Na deze bocht naar links gaan we toewerken naar de tussensprint van de dag, die na 104 kilometer gaat volgen in Fontès. De weg richting deze tussensprint is weer een beetje gek. Het is redelijk smal, redelijk bochtig en behoorlijk vlak. We rijden een keer over een brug die nóg smaller is, lekker weer. Buiten dat zien we alleen maar wijnranken, niets anders. Het enige wat deze regio te bieden heeft, druiven. Vlak voor we gaan sprinten slaan we een keer rechtsaf en bereiken we weer een wat bredere weg, we rijden daarna redelijk rechtdoor de tussensprint tegemoet in dit landschap:



In Fontès komen we een drempeltje tegen, daarna beginnen we voorbij de tussensprint aan een kort klimmetje van een kilometer of twee. Buiten het dorp loopt er een smal weggetje omhoog, half door de bossen en half langs de wijnranken, het gaat aan een procent of vier omhoog. Na dit klimmetje rijden we een kilometer of vier over een bochtige en glooiende weg naar Neffiès. Het gaat vooral naar beneden, door de relatief smalle weg en het aantal bochten moet je hier toch even opletten. Ook wat knikjes omhoog tussendoor, we mogen ook wel voorzichtig stellen dat dit geen volledig vlakke rit zal zijn. Als we in Neffiès aankomen, waar de wegen vooral versierd worden door de nodige paaltjes, gaat het ook weer even omhoog. Paar bochten in het centrumpje alhier, weggetje is nog steeds behoorlijk smal. Een paar bochten verder verlaten we Neffiès via een bredere weg, het gaat hierna vier kilometer rechtdoor richting Roujan. Het is een tijd vrij vlak, maar in aanloop naar deze plaats, met in de buurt een kicken abij en kasteel, loopt het wat vals plat omhoog. In het centrum wordt de weg weer smal, na een paar flauwe bochten slaan we eerst rechtsaf en vervolgens rechtsaf, waarna we het dorp verlaten en nog eens een kilometer of vijf vooral rechtdoor gaan rijden naar het volgende dorp. Over een bredere weg die voorzien is van platanen aan de zijkant zetten we koers richting Pouzolles. We komen onderweg een paar rotondes tegen, waaronder eentje met zo'n stenen prehistorisch hutje in het midden, maar verder zien we weer niet veel. Af en toe een boom, heel veel wijnranken en heel veel ruimte voor mogelijke wind. Voorbij de rotondes van Pouzolles gaat het naar rechts, we rijden nu een kilometer of vijf over een licht glooiende weg naar Magalas, weer vooral door open terrein. De passage in het centrum van Magala wordt wel weer lollig. Smalle straatjes, zelfs wat steentjes, paaltjes, bochtjes, de hele reutemeteut. Buiten dit toch niet onaardige dorpje komen we een sloot rotondes en vluchtheuvels tegen, op weg naar Saint-Geniès-de-Fontedit. Hier kun je niet alleen van je Comic Sans af, je kunt hier ook makkelijk al je tandjes verliezen door het vele straatmeubilair. Eén rotonde en heel wat bochten later verlaten we het centrum van deze plaats en gaat het nog eens een kilometer of vier vrij rechtdoor verder naar Murviel-lès-Béziers. Het is nu zo goed als vlak en het terrein is weer ouderwets open, nog steeds domineren de wijnranken en hebben we weinig last van andere vegetatie. Een beetje gunstige wind zou hier echt een leuke rit van kunnen maken. De vorige rit moest het van momenten hebben, hier is het bijna overal open. Wel vooral wind schuin tegen, vrees ik. Deze rit had in omgekeerde richting afgewerkt moeten worden, dan was het een heus spektakel geworden. Enfin, na 130,5 kilometer komen we uit in Murviel-lès-Béziers, een dorpje gebouwd op een heuvel met een ronde vorm in het centrum. Omdat het op een heuvel is gebouwd gaat het eerst omhoog richting dit centrum, waarna we vervolgens gaan afdaling. Door de ronde vorm komen we een paar bochten tegen, toch maar opletten.



Buiten Murviel-lès-Béziers komen we een versmallinkje tegen, daarna is de weg weer breed en vrij recht. We rijden een kilometer of vier in licht dalende lijn naar de Orb, waar we over bovenstaande brug gaan fietsen. Je ziet het niet op de foto, maar deze brug is smal. De zoveelste versmalling van de dag, opvallend parcours toch wel. Wel een mooie plek, daar niet van. Aan de andere kant van de brug is de weg weer breed, we rijden een paar kilometer rechtdoor over een vlakke weg, daarna komen we wat bochten tegen. Eerst gaat het naar rechts, even later slaan we dan weer linksaf. Hierna rijden we een kilometer of zes vals plat omhoor richting Cazedarnes, door terrein dat veel meer beschutting biedt. De omgeving van de Orb is omgeven met bomen, hier heeft de wind voor de verandering een keer geen vrij spel. Dat vals plat stelt uiteraard niet veel voor, maar het zorgt er wel voor dat het een zeurende rit wordt. In Cazedarnes gaat het kort wat steiler omhoog, daarna zal het een kilometer of vier wat vlakker zijn tot we Cébazan bereiken. In Cazedarnes is de weg weer wat smaller en komen we wat bochtjes tegen, maar een enorm lastige passage is het niet. Buiten dit plaatsje zien we weer veel wijnranken, toch wel het thema van de rit. In Cébazan, waar ze een voorliefde hebben voor vluchtheuvels, slaan we rechtsaf. Even later gaat het naar links en dan rijden we zes kilometer heel minimaal vals plat omhoog richting Villespassans over een obscuur weggetje. Weer een wat smallere weg, deels door het bos en deels langs de wijnranken. Als we uitkomen in Villaspassans wordt het weer even wat bochtiger, de doortocht in dit centrumpje kent een slingerend karakter. Eenmaal buiten het dorp gaat het een kilometer of vijf lichtjes naar beneden, over een weg die eerder voor moet zijn gekomen in de Tour. De - oude - beelden tonen namen als Andy, Frank en Johnny, de kenner weet dan meteen waar het over gaat. Ergens in een Tour een jaar of tien geleden reden ze hier omhoog, nu gaat het naar beneden zonder veel problemen. Een paar bochten onderweg, maar het zal voor weinig problemen zorgen. Wel opmerkelijk dat de weg er opeens anders uitziet als we het departement Hérault tijdelijk inruilen voor de Aude, leuke rubriek vind ik dat altijd. De paar kilometer in de Aude rijden we over een weg die iets minder luxueus is, eenmaal terug in de Hérault wordt het weer een fatsoenlijke weg. We rijden hierna een kilometer of tien over een vrij vlakke en redelijk rechte weg. Alleen richting het eind van deze weg begint het wat omhoog te gaan, maar al bij al is het een makkelijk deel van de rit. Tenzij het waait, want we fietsen wéér langs eindeloze velden vol wijnranken en treffen dus weinig beschutting. Wel komen we een paar dorpjes tegen, zoals Agel en Aigues-Vives. Hier tref je de typische dorpse taferelen aan, we komen dus weer wat bochtjes, drempeltjes, versmallinkjes en al dat soort werk tegen. In Agel staat ook een kasteeltje overigens, ben daar maar zeker van. De passage in Aigues-Vives is wat simpeler, hier gaat het toch relatief rechtdoor. Buiten dit dorpje gaan we op weg naar Minerve, nadat we buiten Aigues-Vives een rotonde hebben genomen gaat het een paar kilometer relatief rechtdoor. Todat we in de buurt van Minerve een aantal kilometer over een bochtige en glooiende weg mogen fietsen, wel door een fraaie omgeving.



In het dorp Minerve voegt de rivier de Briant zich bij de Cesse. Omdat beide stromen zich tientallen meters diep in het kalksteen hebben ingesleten, ontstond er bij de samenloop een goed te verdedigen plateau waar Minerve haar bestaan aan te danken heeft. Naast de oude verdedigingswerken staat het dorp in de omgeving o.a bekend om de Grande Grotte waar de rivier de Cesse zich een onderaardse doorgang heeft gebaand. Deze kan het grootste gedeelte van het jaar geheel worden doorlopen. Terwijl het water van de Cesse zich alleen na flinke regenval bovengronds laat zien, stroomt de Briant bovengronds. Hierdoor bevinden zich onder het dorp enkele watervallen waar 's zomers ook kan worden gezwommen. Juist, ja. Stad van de katharen, zie ik ook een aantal keer voorbij komen. De weg naar Minerve is weer voorzien van flink wat wijngaarden aan de zijkant, maar we zien ook wat fraaie rotswanden in de omgeving. Het gaat wat op en af, met wat bochten onderweg. Toch stelt dit allemaal weinig voor dankzij de brede weg. Als we Minerve bereiken hebben we 172,5 kilometer afgewerkt, nog een kilometer of 50 tot de finish. In Minerve dalen we kort af, vervolgens mogen we vijf kilometer door de Gorges du Brian en de Gorges de la Cesse gaan fietsen. De weg loopt in deze vijf kilometer vooral omhoog, vergelijkbaar met de weg in de Ardèche. Heel bochtig, op en af, maar voornamelijk omhoog. De toeristische afdaling heeft weer toegeslagen, niet te schatten. Zelfs in de kloof komen we overigens wijnranken tegen, niet te doen. Aan het eind van de kloof slaan we rechtsaf en daarna linksaf, om vervolgens te beginnen aan een vrij steile afdaling van drie kilometer richting Cesseras. De weg omhoog, toch nog best pittig, was vrij smal, ook omlaag zal dat het geval zijn. Lekker smal, lekker bochtig. Vrij pover asfalt ook, een jaar of tien geleden althans. Pittig afdalinkje wel, niet direct het terrein waar het peloton even tijd gaat goedmaken op mogelijke vluchters. Flink wat snelle bochten en een paar haarspeldbochten onderweg, maar ook als we aankomen in Cesseras zal het niet makkelijk zijn. In dit dorpje blijft het ook goed bochtig, terwijl de weg zelfs nog wat smaller wordt. Als dat allemaal achter de rug is slaan we in het centrum rechtsaf en gaan we een tijd lang dezelfde weg volgen.



Een kilometer of 18 zullen we over dezelfde weg rijden. Een brede weg, die behoorlijk vlak is. Het loopt soms wat vals plat omhoog, maar in vergelijking met alles wat we al hebben gehad is dit gewoon vlak. Het is vrij recht, de bochten die we voorlopig tegenkomen zijn van weinig betekenis. Het terrein blijft redelijk open, nog steeds zien we vooral eindeloze velden vol wijnranken. Er zijn ook wat dolmen te vinden in deze omgeving, altijd leuk. Het wordt weer een lange tijd, maar af en toe zal er toch een moment van verheffing te vinden zijn. Zo rijden we na een tijd door het dorpje Siran, waar we een paar rotondes en een wegversmalling aantreffen. Buiten dit dorp gaan we weer verder fietsen door het grote niets, tot we na 187 kilometer uitkomen in La Livinière, waar de renners langs de lokale kerk fietsen. Notre-Dame du Spasme, we zullen er maar niets over zeggen behalve dat het een mooi gebouw is. In La Livinière ligt ook een rotonde, daarna gaan we buiten het dorp weer langs de wijngaarden fietsen. Het is verder nog steeds leeg, tijd om te bidden richting Aeolus. Wellicht een matige parcoursbouwer offeren, baat het niet dan schaadt het ook niet natuurlijk. Het zou ondertussen vals plat omhoog moeten lopen, maar dat valt amper waar te nemen. Vlak, gewoon vlak. Leeg, gewoon leeg, dat ook. De weg wil af en toe nog wel eens van breedte veranderen, in de buurt van Trausse is het ineens weer wat smaller en tegelijk bochtiger. In Trausse zelf wordt de weg weer breder, de passage in dit dorpje kent op een rotonde na weinig memorabele momenten. Van dit dorpje fietsen we vier kilometer verder door de leegte richting het volgende dorp, Caunes-Minervois. De leegte heeft momenteel vooral betrekking op de bebouwing, want er staan in deze omgeving wel wat meer bomen. In de buurt van Caunes-Minervois, waar we na 197,5 kilometer gaan passeren, wordt de weg wat bochtiger en gaat het ook even kort naar beneden, heftig. Een paar bochten later loopt het in het centrum van het dorp weer wat omhoog, waarna we opnieuw naar beneden duiken als we het dorp gaan verlaten. Er staat hier een stevige abdij, voor wie het wil weten.



Buiten Caunes-Minervois is het nog een kilometertje of 20 fietsen tot de finish, de weg naar Carcassonne is nu redelijk recht en simpel. Na drie kilometer rechtdoor gereden te hebben over een vlakke weg slaan we schuin rechtsaf, waarna het een kilometer of zes redelijk rechdoor gaat in licht dalende lijn. Het terrein is hier weer enorm open, tot op het eind van de dag is er bij gunstige wind kans op waaiers. Op 14 kilometer van de finish rijden we door Villegly, waar een rotonde ligt. In het centrum van dit dorpje liggen ook wat vluchtheuvels en wat flauwe bochtjes, waarna aan de buitenrand een nieuwe rotonde volgt. Vervolgens gaat het weer vier kilometer rechtdoor naar Villalier. Door open velden gaat het over een brede weg lichtjes vals plat naar beneden, maar eer we Villalier bereiken wordt het wel zo ongeveer helemaal vlak. De passage in deze plaats, op een kleine 10 kilometer van de finish, is bepaald niet ingewikkeld. Het gaat goeddeels rechtdoor, op wat flauwe bochten na. Buiten het dorp loopt het ook vooral rechdoor, al komen we op een kilometer of acht van het eind nog wel een paar bochtjes tegen. We bevinden ons inmiddels op de weg die we nog zouden kunnen van 2018, toen we de vorige keer aankwamen in Carcassonne werkten we dezelfde finale af. Het was een rit die onmogelijk is te vergelijken met deze rit, maar de laatste kilometers zijn dus wel hetzelfde. Kopiëren die handel dan maar. De weg richting de finish is een tijd lang enorm eenvoudig. Pas op zes kilometer van de streep krijgen we met spanning en sensatie te maken. Te weten, een rotonde. Hier gaan de renners schuin rechtdoor, waarna het tot op vijf kilometer van de streep weer makkelijk is. Bochtje naar rechts en dan gaat het rechtdoor tot op iets minder dan vier kilometer van het eind. Bochtje naar links en dan een bochtje naar rechts richting een rotonde. Op de rotonde zelf moeten we dan weer rechtdoor, waarna we langs de Aude komen te rijden. Langs deze rivier moeten er wat flauwe bochtjes genomen worden, maar de weg is zo breed dat het min of meer tot op iets meer dan een kilometer van het eind rechtdoor gaat. We rijden onder de spoorbrug door en daarna moeten we bij een soort van rotonde rechtdoor een iets smallere straat in. Aan het eind van deze straat volgt er een bocht naar rechts die vooral vervelend is omdat er wat vluchtheuvels in het midden liggen, maar dat probleem zal men vast verhelpen. Na deze bocht gaat het 400 meter rechtdoor, waarna er op 600 meter van de streep een bocht naar links volgt. Het gaat nu 400 meter rechtdoor, waarna er nog een schuine bocht naar links volgt. Na dit laatste vervelende puntje gaat het in de laatste 200 meter rechtdoor tot aan de finish. Het loopt in deze laatste meters ook nog wat vals plat omhoog, als het een sprint wordt is de timing dus niet zo onbelangrijk.



Voor de vierde keer in acht jaar tijd zijn we in Carcassonne. In 2014 en 2016 startte er een rit in deze stad, die na Parijs en Mont-Saint-Michel de grootste toeristische trekpleister van Frankrijk is. De bekendste bezienswaardigheid van Carcassonne is uiteraard de citadel. De hele oude binnenstad is bijna volledig gerestaureerd en de vesting is zo'n beetje de grootste en best bewaarde uit de middeleeuwen, in Europa tenminste. La Cité de Carcassonne is de moeite van het bezoeken waard, volgens in ieder geval de organisatie van de Tour en meerdere duizenden mensen die zich hier jaarlijks vergapen aan alle pracht. Carcassonne is trouwens veel meer dan de vesting alleen, het is tegenwoordig een stad met 47.000 inwoners. Het is dus niet zo lang geleden dat de Tour nog in deze stad was, we komen hier tegenwoordig veel te vaak langs. De vorige aankomst dateerde van 2018, de rit was toen alleen totaal anders. Thierry Gouvenou heeft ook weer wat sterke teksten: "Opvallend genoeg kwam het in de drie eerdere bezoeken aan Carcassonne nooit tot een massasprint." Ja, kan kloppen, klare lamlul. Weet je waarom, ouwe stokbroodslobberaar? Omdat er in 2018 meerdere beklimmingen in het parcours werden opgenomen. De Pic de Nore bijvoorbeeld, een klim van 12 kilometer aan 6%. De top van deze klim lag op 40 kilometer van de finish, nee, dan krijg je inderdaad geen massasprint nee. In plaats daarvan werd het logischerwijs een rit voor de vluchters. Op die Pic de Nore was Majka nog de sterkste van de kopgroep, maar in de afdaling werd hij weer ingelopen door de rest. In de straten van Carcassonne wisten Magnus Cort Nielsen, Bauke Mollema en Ion Izagirre weg te rijden van de rest van de vluchters. Cort was duidelijk de snelste, dus moesten Mollema en Izagirre iets anders verzinnen. Dat lukte niet echt, op een paar meelijwekkende halfslachtige demarrages na lieten ze zich rechtstreeks naar de slachtbank leiden. Cort klopte dat hele zooitje in de sprint, uiteraard. Gouvenou heeft het overigens over drie bezoeken aan Carcassonne, maar mijn bronnen vertellen wat anders. In 2018 ging er na de aankomst in Carcassonne ook weer een rit van start in de stad, dat gaan we nu ook beleven. Lelijk fenomeen, geen fan van. Enfin, in de Tour van 2016 ging hier ook een rit van start, die rit zou eindigen in Montpellier alwaar Peter Sagan de winnaar was. In 2014 zou er dan weer een rit vanuit Carcassonne richting Bagnères-de-Luchon gaan, waar Teflon Mick wist te winnen. De laatste keer dat er een rit eindigde in Carcassonne voor de editie van 2018 is ondertussen wel lang geleden, we moeten daarvoor terug naar 2006. De zege ging toen naar Yaroslav Popovych, het eeuwige talent dat met Padun eindelijk een opvolger heeft gevonden. Andere winnaars in Carcassonne zijn onder meer Jean Stablinski, André Rosseel en Lucien Teisseire. Daarnaast won Raleigh hier ooit een ploegentijdrit van meer dan 70 (!)kilometer. Hoezo drie bezoekjes? Nouja, hoe dan ook, Carcassonne, met je kasteel.



In startplaats Nîmes wordt het overdag 30 graden, lekker warm. Er is geen kans op regen en de wind komt uit het noorden, lichtjes noordwesten. Het waait niet per se hard genoeg voor waaiers, maar met 18 km/u of volgens andere bronnen zelfs 20 km/u met windstoten richting 40 km/u kunnen we in de buurt gaan komen. Het is vooral jammer dat de wind uit het noordwesten lijkt te komen, als het vanuit het noordoosten of zuidoosten was geweest hadden we kunnen lachen vandaag. Nu lijkt de wind toch vooral schuin tegen te staan, al gaan er wel plaatsen zijn waar de wind schuin in de rug kan staan. Ik denk dat het een nerveus ritje gaat worden, vooral omdat we redelijk wat open terrein tegen gaan komen. Het lijkt er wel op dat het onderweg minder hard waait dan aan de start in Nîmes, dan komt een scenario als dat van gisteren ook ineens weer wat dichterbij. Richting de finish schijnt de wind wel te draaien, in Carcassonne komt de wind volledig uit het westen. Flink krachtig ook nog eens, 25 km/u. Dan hebben we in de laatste kilometers van de rit te maken met tegenwind, schuin tegen, als het klopt. Andere bronnen houden het namelijk op hetzelfde verhaal als aan het begin van de rit, dat de wind toch vooral uit het noordwesten blijft komen. Als dat zo is krijg je juist aan het eind weer wat zijwind, wellicht zelfs schuin in de rug. Welke bron precies wint, geen idee. Maar het kan dus juist een nerveuze finale worden of een tegenvallende finale door tegenwind. Ik verwacht sowieso nerveus gedoe, maar opnieuw kunnen we niet met zekerheid stellen dat we gaan waaieren. In Carcassonne wordt het overigens ook bijna 30 graden, laten we het op 28 houden. Geen kans op regen, dat is in ieder geval zeker. De rit begint om 12:05, na een neutralisatie van tien minuten laten we Nîmes achter ons en begint het spektakel echt. De NOS is niet meteen op de afspraak, ze zijn er om 13:20 pas bij. Sporza is zelfs nog wat later vanwege het onvermijdelijke nieuws, het dag kijkers klinkt pas na 13:30. Het begin gaan we dus moeten bekijken bij Eurosport. Eurosport 2, de PLAYER of de GCN APP, keuze genoeg. De aankomst wordt verwacht tussen 17:15 en 17:45.



M'n karretje is gisteren toch deftig in de poep gereden. Ik had verwacht dat de rit van gisteren voor de sprinters zou zijn en deze rit juist voor de vluchters. De rit van gisteren was 60 kilometer korter dan deze, dat maakt het controleren een stuk makkelijker. Zou je denken, was niet zo. De rit van gisteren heeft ervoor gezorgd dat de kans groter is geworden dat we nu naar een massasprint gaan kijken. Cavendish moet nog altijd op zoek naar nummer 34, en eigenlijk ook het liefst naar nummer 35. Drie kansen over, dus begint het een risico te worden om nog een rit weg te geven aan de vluchters. Hoewel het tegelijkertijd enorm lastig wordt om deze rit te controleren. Het is lang, het is glooiend, het is vervelend. Veel zal afhangen van de wind. Er is een kans op waaiers, maar het is zeker geen vaststaand gegeven. Eigenlijk staat de wind niet goed, dat durf ik wel te stellen. Maar door al het open terrein en door alle nervositeit die toch altijd ontstaat hoeft het maar een keer na een bocht tijdelijk wél goed te staan en dan heb je mogelijk de poppen aan het dansen. Vanwege dat nerveuze gedoe zal een vlucht wel in het nadeel zijn tijdens deze rit, de kans dat het peloton opnieuw een snipperdag neemt is niet zo groot. Ik twijfel heel erg, maar omdat ik er vanaf wil zijn ga ik toch voor de sprint. Hoewel de kans groot is dat je gaat kijken naar een kopgroep met alle hardrijders die gisteren afwezig waren. Ik noem een Cort, die twee keer op een rij kan winnen in Carcassonne, een Asgreen, een Stuyven, etc. In de tussentijd noem ik vijf sprinters, met de wetenschap in het achterhoofd dat de renners de koers maken en iedere analyse sowieso nergens op gebaseerd kan blijken te zijn.
1. Cavendish. 34, nu dan echt.
2. Philipsen. Mooie tweede plaats erbij voor de verzameling.
3. Van Aert. Snipperdagje gehad, kan nu weer vrolijk mee gaan sprinten. Als het eventueel gaat waaieren is hij natuurlijk ook mee.
4. Bouhanni. Al verdenk ik Nacer er wel van dat hij weg gaat waaien, als het waait. Maar dat weten we niet zeker, dus geven we hem maar het voordeel van de twijfel.
5. Matthews. Nu Sagan weg is heb je een nieuwe anonieme lul op de vijfde plaats nodig. Gefeliciteerd, Bling.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  vrijdag 9 juli 2021 @ 06:37:45 #2
414990 Immerdebestebob
Frikandellenfetisjist
pi_200277667
TS is dronken _O_

WLR _O_

@Slobeend, kan je het topic verplaatsen?
pi_200277767
R_R _O_
pi_200277801
Waaieralarm?
pi_200277869
Wat een tekst weer _O_
pi_200278022
Wlr genot
  Redactie Sport vrijdag 9 juli 2021 @ 07:52:49 #7
274204 crew  Mexicanobakker
pi_200278138
Dit topic hoeft niet verplaatst te worden.
[i]Put me on a pedestal and I'll only disappoint you
Tell me I'm exceptional and I promise to exploit you
Give me all your money and I'll make some origami honey
I think you're a joke but I don't find you very funny[/i]
pi_200278258
De strafexpeditie van R_R tegen de wandeletappe van gisteren _O_
pi_200278554
Mensen in wiens hoofd er een strijd tussen WLR en TDF is hebben echt niks beters te doen.
pi_200278620
quote:
0s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 08:48 schreef johannes_vermeer het volgende:
Mensen in wiens hoofd er een strijd tussen WLR en TDF is hebben echt niks beters te doen.
Ik heb dit helemaal gemist. Kan iemand mij bijpraten, zodat ik weet welke kant ik kan kiezen?
  vrijdag 9 juli 2021 @ 09:08:21 #11
194695 franklop
Fran knock
pi_200278741
quote:
0s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 08:56 schreef Bugno3 het volgende:

[..]

Ik heb dit helemaal gemist. Kan iemand mij bijpraten, zodat ik weet welke kant ik kan kiezen?
Altijd WLR
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
pi_200278766
Geweldige OP weer _O_
  vrijdag 9 juli 2021 @ 09:14:18 #13
328924 Frozen-assassin
STAY STRONG APPIE
pi_200278818
34 voor Cav graag
pi_200279096
quote:
0s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 08:48 schreef johannes_vermeer het volgende:
Mensen in wiens hoofd er een strijd tussen WLR en TDF is hebben echt niks beters te doen.
Er is geen strijd, WLR is beter
pi_200279105
Philipsen gaat vandaag mondjes snoeren, ik voel het aan m'n water.
  Redactie Sport / Supervogel vrijdag 9 juli 2021 @ 09:43:34 #16
270182 crew  Pino112
Pino van Luna O+
pi_200279124
quote:
0s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 08:56 schreef Bugno3 het volgende:

[..]

Ik heb dit helemaal gemist. Kan iemand mij bijpraten, zodat ik weet welke kant ik kan kiezen?
Als Danny centjes wil blijven verdienen kan ie beter TDF aanhouden, SEO-technisch gezien.
  vrijdag 9 juli 2021 @ 10:04:39 #17
43584 Beregd
absolutely inch perfect
pi_200279341
quote:
0s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 08:56 schreef Bugno3 het volgende:

[..]

Ik heb dit helemaal gemist. Kan iemand mij bijpraten, zodat ik weet welke kant ik kan kiezen?
Het eerste wat we doen 's morgens is TDF bekijken voor een nieuwe voorbeschouwing. Maar deze was onvindbaar. Iedereen ongerust, maar bleek dat R_R deze gepost had in WLR en niet in TDF.
pi_200279353
quote:
19s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 10:04 schreef Beregd het volgende:

[..]

Het eerste wat we doen 's morgens is TDF bekijken voor een nieuwe voorbeschouwing. Maar deze was onvindbaar. Iedereen ongerust, maar bleek dat R_R deze gepost had in WLR en niet in TDF.
Dan ben ik volledig #TeamWLR
  vrijdag 9 juli 2021 @ 10:05:33 #19
328924 Frozen-assassin
STAY STRONG APPIE
pi_200279357
R_R speelt met onze levens!
  vrijdag 9 juli 2021 @ 10:12:46 #20
43584 Beregd
absolutely inch perfect
pi_200279434
quote:
The UCI has approved today's 3 km rule to be changed to 4.5 km from the finish.
Zeg nu nog eens dat ze niet denken aan de veiligheid
pi_200279455
quote:
11s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 10:12 schreef Beregd het volgende:

[..]

Zeg nu nog eens dat ze niet denken aan de veiligheid
Oei, glijdende schaal, dit gaat helemaal mis.
pi_200279582
quote:
1s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 09:41 schreef _-_ratjetoe_-_ het volgende:
Philipsen gaat vandaag mondjes snoeren, ik voel het aan m'n water.
Datzelfde water heb ik vandaag ook.
  vrijdag 9 juli 2021 @ 10:29:37 #23
222754 Dagoduck
ROCK 'N' GROHL
pi_200279632
Zeven jaar geleden vandaag won Lars Boom.
|| FOK!Stok || tatatatatataatatatattaaaaapiediedieuwtididipieuwpidibididi She said I'll throw myself away pididididum They're just photos after all! || Den Helder || Winnaar VBL Wijndal-award 2020: beste AZ-user! || Mijn concertstatistieken ||
pi_200279706
quote:
6s.gif Op vrijdag 9 juli 2021 10:29 schreef Dagoduck het volgende:
Zeven jaar geleden vandaag won Lars Boom.
Nog altijd een van de mooiste Tour-etappes van het laatste decennium. En de lang verwachte hoogtijdag van Lars Boom die toch nog kwam.
  Redactie Sport / Supervogel vrijdag 9 juli 2021 @ 10:53:49 #25
270182 crew  Pino112
Pino van Luna O+
pi_200279867
twitter


Wwwwwwwwww
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')