abonnement Unibet Coolblue
  Moderator donderdag 17 september 2020 @ 04:19:38 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_195103160
Etappe 18: Méribel - La Roche-sur-Foron, 175 km

Zonder Egan Bernal begonnen we aan de zwaarste rit van de Tour. De winnaar van vorig jaar stapte niet meer op, het had geen zin om door te fietsen met rugpijn en kniepijn. De Tour wacht op niemand, dus gingen we door. Iedereen wilde weer in de vlucht zitten, maar verrassend genoeg zagen we na een tijd ineens een groep van vijf vooraan fietsen. Weer Carapaz, weer Kämna, weer Alaphilippe. Met Dan Martin en Gorka Izagirre ook wat verse krachten, maar al snel werd het duidelijk dat het voor deze groep een moeilijk verhaal ging worden. Jumbo begon weer te controleren, toen we aan de Madeleine begonnen had de kopgroep een kleine zes minuten voorsprong. Toen gebeurde er wel iets geks, Bahrein besloot het commando over te nemen. Sonny Colbrelli begon op kop te beuken, zelden vertoonde beelden. De voorsprong van de koplopers slonk daardoor vrij snel, terwijl vooraan Kämna moest afhaken. Geen twee op een rij, de inspanningen van een dag eerder wogen door. In het peloton moest Quintana weer lossen, de arme drommel. Ondertussen kwam het verrassende bericht binnen dat Nieve was afgestapt. Een illustere reeks is daarmee ten einde gekomen. Dit was de 19e grote ronde van Nieve, voor het eerst haalt hij de finish niet. Hij eindigde in alle voorgaande 18 rondes tussen de 8e en de 25e plaats in het klassement, een absoluut fenomeen. Toch weer een extra bewijs dat 2020 een heel vreemd jaar is, als zelfs dit soort dingen gebeuren. Op de top van de Madeleine had de kopgroep nog maar anderhalve minuut voorsprong. In het peloton zagen we Pogacar nog snel wat bergpuntjes pakken, daardoor nam hij de bolletjestrui over van Cosnefroy. Eindelijk zijn we van die Fransoos af, dat werd tijd. In de afdaling van de Madeleine liet Bahrein het tempo zakken, Landa is immers geen meesterdaler. Met een voorsprong van een kleine drie minuten reden de drie resterende koplopers naar de voet van de slotklim, de loodzware Col de la Loze. Drie, want Dan Martin was ondertussen ook afgehaakt vooraan. Hij moest lossen in de afdaling en verloor in een paar kilometer tijd meer dan twee minuten, dan moet je er eigenlijk gewoon mee stoppen.

Toen we begonnen aan de Col de la Loze bleef Bahrein op kop rijden. Mohoric bepaalde lang het tempo, daarna zagen we zowaar Wout Poels een keer in beeld. Het ging pas echt los toen Bilbao op kop begon te rijden. De groep dunde stevig uit en de voorsprong van de koplopers slonk. Vooraan was Alaphilippe inmiddels afgehaakt, weer het brommertje opgeblazen. Begint een beetje pathetisch te worden. Alsof die jongen nog steeds niet in de gaten heeft dat hij waardeloze benen heeft. Kan hij niet op z'n minst tegen zichzelf in bescherming worden genomen door zijn ploeg? Maar goed, Gorka Izagirre en Carapaz bleven over. Op een kilometer of negen van het eind ging Carapaz dan eindelijk solo verder. Het verschil met het peloton was nog maar een seconde of 20, dankzij het werk van Bilbao. Toen Bilbao van kop ging nam de altijd egoïstische non-valeur Caruso over. De man die al z'n hele leven knecht is zonder knecht te zijn, geen fenomeen. Daardoor liep de voorsprong van Carapaz weer op, zelden zo'n alibirenner gezien als Damiano Caruso. Enfin, uiteindelijk maakte het weinig uit. Pogacar stuurde De la Cruz naar voren, de finale kon beginnen. Door die tempoversnelling hadden heel veel mannen het moeilijk. Dumoulin bijvoorbeeld, Uran ook. En Landa, jawel. De hele dag je ploeg op kop laten rijden en dan bij de eerste de beste versnelling lossen, daar scoor je geen punten mee. Dapper dat Bahrein iets heeft geprobeerd, maar je staat toch wel voor lul op deze manier. De tragiek van deze sport, inspanningen worden niet altijd beloond. Miguel Angel Lopez bleek een goede dag te hebben, hij ging in de aanval. Alleen Roglic, Pogacar en Kuss konden volgen. Roglic had gewoon nog een knecht over, best ziek. Kuss besloot dan maar ouderwets op kop te gaan rijden, totdat hij na een lichte versnelling merkte dat niemand hem volgde. Roglic wilde Kuss best laten winnen, maar Lopez dacht daar anders over. Hij sprong naar Kuss toe en zowel Roglic als Pogacar reageerden niet. De Slovenen hadden vooral oog voor elkaar, wat ook wel logisch is. Toch gooiden ze op dit moment de ritzege weg. Lopez ging naar de kop en bleef een hoog tempo ontwikkelen, waardoor Kuss moest lossen. Dat was voor Roglic dan weer het teken om te versnellen. Hij trok een sprintje richting Kuss en liet de Amerikaan een tijd op kop rijden. Pogacar kon mee, tot hij kraakte. Carapaz was ondertussen wel bijgehaald. We begonnen aan de laatste twee kilometer met drie kanshebbers. Het werd een fascinerende finale, ook door de Col de la Loze. Zo onregelmatig dat renners de ene keer dichtbij leken en dan weer ver weg. Roglic sloeg een kleine kloof, maar Pogacar leek steeds bijna op het wiel te zitten. En dan weer niet. En dan toch weer wel. Hij komt erbij. Nee, toch niet. Oh, nu wel. Nee, weer niet. Ja, hij gaat er naartoe. Nee, hij plant zich neer.

Lopez trok zich daar allemaal niets van aan, de Colombiaan had een topdag. Als ik toch eens had geweten dat Vinokourov jarig was, dan had ik mijn voorspelling meteen aangepast. Als de grote baas jarig is wint een pupil, dat kan niet missen. Vino zorgt altijd voor vleugels, maar op zijn verjaardag nog wat meer dan normaal. Er was niets te doen aan Superman, hij maakt zijn bijnaam weer eens waar. Na de hervatting stond hij niet meteen op punt, maar tijdens deze Tour is hij beter en beter geworden. Deze ritzege is een prachtige bekroning, hij schuift ook op naar de derde plaats in het klassement. Misschien zit er nog wel meer in, want hij staat nu niet ver achter Pogacar. Die kraakte aan het eind toch wel een beetje, in de laatste 150 meter verloor hij nog eens een seconde of tien ten opzichte van Roglic, terwijl hij al op een gaatje zat van een seconde of vijf. De leider verloor op zijn beurt weer 15 seconden ten opzichte van Lopez, maar heeft nog altijd anderhalve minuut voorsprong op Supermannetje. De verschillen daarachter waren helemaal groot, er werd uiteindelijk toch wel met minuten gesmeten. De organisatie heeft gekregen waar ze naar op zoek waren. Het moet allemaal steeds spectaculairder. De Tour moet ook beklimmingen hebben zoals de Giro en de Vuelta. Steil, lastig, onderscheidend. De Col de la Loze moest mythisch zijn, dat is wel aardig gelukt. Een nieuwe klassieker? Je kan het niet uitsluiten. Het voordeel is dat het op deze klim altijd man tegen man wordt. Het nadeel is dat je wel moet wachten op de laatste drie kilometer, voor die tijd gaat niemand ooit iets proberen. Was nu ook zo, maar dan blijkt dat er in drie kilometer veel kan gebeuren. Voor Jumbo werd het een goede dag. Roglic staat nu een kleine minuut voor op Pogacar. Lopez kwam wat dichter, maar met de tijdrit in het achterhoofd maakt dat weinig uit. De rest doet er al helemaal niet meer toe. Het geel is bijzonder dichtbij. Hoewel er nog een enorm lastige rit volgt. Een rit met talloze beklimmingen. We worden geconfronteerd met 5000 hoogtemeters. Parijs is nog steeds ver.




Daar zijn we weer, in Méribel. Had niet gehoeven, wat mij betreft. Ondanks de architectuur die typisch is voor de Savoie. Stenen en houten muren met schuine daken, echt uniek ja. De boel hier is opgericht in 1936 door de Schot Peter Lindsay. Bedankt Peter. We gaan van start bij de altiport, het lokale vliegveld. Omdat je toch wat moet melden laat ik Wikipedia dan maar vanuit het Frans naar het Nederlands vertaald uitleggen wat een altiport is: Het is een luchtvaartterrein gelegen in de bergen met de bijzonderheid dat het een hellende landingsbaan heeft, waardoor vliegtuigen worden gedwongen te landen in de richting van de klim en op te stijgen in de richting van de afdaling, het is daarom onmogelijk om een "doorstart" te maken, dus gevaarlijk terrein waarvoor een speciale kwalificatie vereist is. Zo leer je nog eens wat. Het loopt hier blijkbaar aan 11% omhoog richting het eind, vandaar dat men hier in het verleden dus ook wel eens is aangekomen. Valt er verder nog iets te vertellen over deze plek? Volgens mij is alles al de revue gepasseerd. Ja, oké, in het roadbook willen ze graag nog wat aandacht vragen voor de prachtige dorpjes hier. Welke prachtige dorpjes? Het is allemaal toeristische kutzooi joh. Chaletje links, appartementje rechts, ik weet niet of het allemaal zo speciaal is. De kerkjes en kapelletjes zijn dan wel weer leuk, daar hebben ze gelijk in. Maarja, het blijft een plek voor een actieve vakantie, en verder niks.



Wie betaalt, bepaalt. Kent u die uitdrukking? In de Tour is dat zonder meer waar. In Méribel hebben ze flink wat geld op tafel gelegd voor een aankomst, daarna hadden ze in de spaarpot nog wat centjes over voor een vertrek. Méribel ligt alleen boven op een berg, dus je wil hier helemaal niet vertrekken. Doen we wel, bij de altiport. Vertrekken vanaf de landingsbaan van dit kleine vliegveld, het is weer eens wat anders. De golfbaan ligt om de hoek, voor als de renners zich op voorhand nog even willen vermaken. Tot zover het leuke gedeelte, als we officieus aan de rit beginnen volgt er een lange neutralisatie. Lang, omdat we helemaal terug naar beneden moeten. Over de weg waar gisteren nog werd geklommen gaat het nu omlaag. Geneutraliseerd, maar het blijft belachelijk. Je laat een heel peloton 15 kilometer dalen aan het begin van de rit, waarom? De remmen zijn versleten voor de renners beneden zijn, wie verzint zoiets. Een neutralisatie is altijd maar een vermoeiend gebeuren, dit slaat alleen wel alles. Vragen om problemen, maarja, de centen zijn mooi meegenomen. Wel een brede weg, dat weten we ondertussen. Toch zou ik niet graag met 150 man tegelijk hier naar beneden remmen. Nouja, afijn, beneden begint de rit alsnog niet. Nee, dan rijden we nog een paar kilometer door de vallei richting Moûtiers. Waren we gisteren ook, eveneens in tegengestelde richting. Pas buiten Moûtiers gaat de rit echt van start, een neutralisatie van 20 kilometer waar men 25 minuten over verwacht te doen. Om simpel van te worden. Zodra de rit wel begint bevinden we ons op een brede weg in de vallei. We rijden een aantal kilometer over die vallei. Als je naar het profielkaartje kijkt zie je in het begin meteen een dikke piek liggen, daar word ik ook zo ontzettend moe van hè. Is een tunnel. Gewoon, niet eens de moeite nemen om zo'n detail weg te filteren bij je officiële profielen. Broddelwerk. Geen klim van een kilometer aan 800% dus in het begin, laat dat duidelijk zijn. Wel een tunnel die anderhalve kilometer lang is, in deze tunnel loopt het een beetje vals plat omhoog. Voor we die tunnel bereiken gaat het overigens ook al omhoog, na twee vlakke kilometers gaat het zo'n beetje twee kilometer aan 5% omhoog. Buiten de tunnel rijden we over een brug, het gaat kort naar beneden.



Wel een leuke omgeving om doorheen te fietsen hoor. Ook fijn dat het vrij snel na het begin een beetje omhoog gaat, dat vergroot de kansen op een sterke vlucht. Na het stukje in dalende lijn rijden de renners een aantal kilometer verder over een brede weg naar Aime, waar na 14 kilometer al de tussensprint van de dag gaat volgen. Richting Aime gaat het vooral rechtdoor, de weg blijft alleen wel behoorlijk glooiend. Het gaat nog eens twee kilometer omhoog. Qua gemiddelde kom je nergens uit, want het is tussendoor ook weer een paar keer vlak, maar de stukken in stijgende lijn mogen er best zijn. Het is in ieder geval lastig genoeg om Bennett te lossen, al denk ik dat de groene droom van Sagan inmiddels een nachtmerrie is geworden. Vlak voor we Aime bereiken verlaten we de brede doorgaande weg, via een afslag rijden we het dorp in. Hier komen we nog een rotonde tegen, daarna is het sprinten geblazen. Voorbij de tussensprint komen we nog een rotonde tegen, vervolgens begeven we ons weer richting de doorgaande weg dwars door de vallei. Toch even mooi omgereden voor de mensjes in Aime, leuk voor ze. Het wordt hier ook wel Aime-La Plagne genoemd, dit omdat het skiresort van La Plagne bijzonder dichtbij is. Daar waar Michael Boogerd in 2002 een rit won, enzo. Buiten Aime rijden we nog eens twaalf kilometer door de vallei. Het gaat vooral vals plat omhoog, over deze brede weg. In dit stuk komen we ongeveer 200 meter hoger uit, hoewel het wel vrij onregelmatig is. Veel vlakke stukken, soms zelfs een klein afdalinkje en dan weer een langer stuk omhoog. Maar goed, allemaal klein bier in vergelijking met wat gaat komen. Wel een vervelende dag voor de overgebleven sprinters, nu al. Denk dat iedereen weer op de rollen gaat voor de rit. Na 25 kilometer koers komen we uit in Bourg-Saint-Maurice, alwaar we de vallei achter ons gaan laten. Bij het binnenrijden van deze stad komen we flink wat rotondes tegen, bij de vierde rotonde gaan we rechtdoor waarna we de stad verlaten om aan de eerste echte klim van de dag te beginnen. Bourg-Saint-Maurice is overigens geen onbekende plek voor de Tour, in 2018 waren we hier nog. Toen vertrok hier een rit die zou eindigen op Alpe d'Huez. Bij ons vooral bekend vanwege de lange solo van Kruijswijk, helaas zonder bekroning. In 2009 kwam hier dan weer een rit aan, die werd gewonnen door Mikel Astarloza. Die werd later alleen geschrapt vanwege een positieve test, waardoor nu Casar op de erelijst staat. Bourg-Saint-Maurice is ook wel een knooppunt. Je kunt vanuit hier klimmen naar het skigebied Les Arcs, dat hebben we in de Tour één keer gedaan, in 1996. Toen won Luc Leblanc. Je kan vanuit deze stad ook richting Italië klimmen, dan ga je over de Col du Petit Saint Bernard. Doen we nu allemaal niet, we rijden richting Cormet de Roselend. In het centrum staat trouwens een kicken gebouwtje dat tijdens de Tour van 2018 mooi versierd werd, benieuwd of ze nu weer hun best hebben gedaan.



We gaan een berg beklimmen die vorig jaar ook op het programma stond, dat was de bedoeling althans. De voorlaatste bergrit die in Tignes zou eindigen kunnen we ons vast nog wel herinneren. Dat ging mooi niet door, wegens het slechte weer werd de rit geneutraliseerd en gold de tijd die opgenomen werd op de Iseran. Een dag later zouden we naar Val Thorens rijden via de Cormet de Roselend, maar ook dat feest ging niet door. Door de modderstromen was het onmogelijk om over deze weg te fietsen. Daarom wagen we dit jaar een nieuwe poging, het weer lijkt voorlopig beter te zijn. Wel een andere kant van de klim, overigens. Vorig jaar hadden we er vanuit Beaufort aan moeten beginnen, wat we in 2018 ook al deden. In 2018 reden we dan alleen weer om via de Col du Pré, waardoor we alleen het laatste deel van de klim echt over de Roselend reden. Nu gaan we omhoog waar vorig jaar gedaald had moeten worden en vice versa. Vanuit Bourg-Saint-Maurice is de Cormet de Roselend een beklimming van eerste categorie, 18,6 kilometer lang aan 6% gemiddeld. Toch een aardig begin van de dag, dit is een rit om oorlog te maken als er nog ambitieuze ploegen zijn. De klim begint direct met een kilometer aan 7%, dat zal pijn doen. De weg wordt een slag minder breed buiten het dorp, het gaat vrij snel hierna ook vier kilometer vrij makkelijk zijn. Kilometer aan 5%, daarna een vals platte kilometer aan 2%. Dan nog eentje aan vier en eentje aan vijf, voordat de Cormet de Roselend echt ergens op begint te lijken. We rijden door de bossen en komen in de buurt van Bonneval-les-Bains een kicken watervallertje tegen aan de rechterkant van de weg. Voorbij dit natuurspektakel gaat het een kilometer aan 8% omhoog, gevolgd door een kilometer aan 7% en twee kilometer aan 7,5%. De weg begint een stuk bochtiger te worden, we komen tal van haarspeldbochten tegen kort achter elkaar. We krijgen nog een keer met een kilometer aan 8% te maken, waarna het langzaam gaat afzwakken. Via een kilometer aan 6% gaan we naar een vals platte kilometer, het gaat aan amper 2% omhoog. We laten het bos zo'n beetje achter ons en komen steeds meer natuurschoon tegen. De meest fantastische bergtoppen verschijnen in de verte, dolle pret. Dat er daarna nog een kilometer aan 3,5% kilometer volgt is ook wel prettig, dan kun je er ook echt van genieten. In de laatste vijf kilometer van de klim wordt het weer wat lastiger. Terwijl we door een behoorlijk open terrein rijden gaat het nog eens omhoog aan 7%, daarna zelfs aan 8%. We gaan weer terug naar 7% en krijgen ook nog een makkelijk kilometertje aan 4%, vervolgens gaan we van 6,5% naar 8% als de top echt in beeld komt. De top bereiken we na 45,5 kilometer.




De Cormet de Roselend heeft wel vaker op het parcours gelegen. Rasmussen kwam hier ooit als eerste boven, om maar een willekeurige zijstraat in te slaan. Claudio Chiappucci, wat dacht u daarvan. Zülle, Valverde, een gezellig rijtje. Toch kennen we deze klim vooral vanwege de afdaling. Daar ging in 1996 Johan Bruyneel rechtdoor het skoekeloen in. Ook in de jaren daarna zijn er valpartijtjes geweest, daarom zal ik de renners maar verblijden met het nieuwtje dat ze nu niet langs de lastige kant hoeven af te dalen. Nee, langs die kant zijn we net omhoog gegaan. De andere kant van de Roselend is een beetje een vreemde kant, we rijden eerst vijf kilometer omlaag door behoorlijk open gebied. Hierdoor zijn de meeste bochten vrij goed in te schatten, dit deel van de afdaling is eigenlijk vrij makkelijk. Eén haarspeldbocht, hooguit twee wat scherpere bochten. We komen uit bij het Lac de Roselend, bekend van de mooie plaatjes. Hier gaat het twee kilometer vrij vlak zijn, het loopt zelfs een klein beetje vals plat omhoog terwijl we langs de Chapelle de Roselend fietsen. Als we het meer achter ons hebben gelaten dalen we nog een kilometer of acht verder tot we in de buurt van Beaufort zijn. Dit tweede stuk van de afdaling is iets lastiger, het gaat iets steiler naar beneden en we komen wat meer bochten tegen. Een aantal haarspeldbochten ook, voordeel is dan weer dat de weg tegen deze tijd wat breder is. Daardoor zal het alsnog wel meevallen, de andere kant van de klim blijft lastiger. Mooie afdaling wel eigenlijk, ook door het uitzicht. Als we bijna beneden zijn rijden we weer vooral door het bos. We volgen de doorgaande weg richting Beaufort, tot de organisatie ineens een grap besluit uit te halen met het peloton. We verlaten de doorgaande weg, via een praktisch onmogelijke bocht naar rechts. Eventjes 180 graden de andere kant op, een smallere weg op. In dalende lijn nog steeds, voorlopig althans.



We rijden dus niet in een streep naar Beaufort, men heeft een kleine omweg gevonden. Het gaat nog een halve kilometer naar beneden over een bochtige weg, daarna begint de volgende klim van de dag. We nemen natuurlijk niet voor niets een omweg, richting Les Villes Dessus. De Côte de la route des Villes is 3,2 kilometer lang, het gaat aan 6,6% gemiddeld omhoog. Een klimmetje van de derde categorie, zo'n klimmetje waarvan ik me afvraag waarom ze niet vaker in de Tour zitten. Af en toe de vallei even verlaten en een paar kilometer klimmen richting een hoger gelegen dorpje, niks mis mee. Zo'n rit met heel veel klimmetjes is vaak toch leuker dan een rit met twee beklimmingen. We nemen vandaag maar eens de proef op de som, het gaat in het begin meteen aan 8% omhoog. Daarna gaat het na een wat makkelijker stuk aan 5% nog eens aan 7% omhoog, tussen talloze chalets door. Toch een best volgebouwd stukje Frankrijk, de weg had daarom wel wat breder mogen zijn dan ie is. Richting de top gaat het nog een halve kilometer aan tijd aan 6% omhoog. Vervolgens volgt er een afdaling richting Beaufort, dat dorp gaan we nu ook echt bereiken. Iets meer dan vijf kilometer gaat het naar beneden, over een niet al te brede weg dus. Het asfalt is ook niet echt optimaal, de weg is gevlekt. De afdaling kent in het begin een paar haarspeldbochten, maar dat is verder geen ingewikkeld verhaal. We rijden door open terrein, op een paar chalets na kom je hier vooral gras tegen. En koeien, dat ook. Even verderop komen we wel een paar geniepige bochtjes tegen, maar daarna blijft het makkelijk tot het absolute eind van de afdaling. In de laatste kilometer komen de coureurs een aantal lastige bochten tegen, het valt allemaal niet mee. Aan het eind slaan ze rechtsaf en rijden ze Beaufort binnen, na 73,5 kilometer. We rijden dwars door het centrum, alwaar vooral veel toeristische winkeltjes te vinden zijn. Beaufort is dan ook enigszins bekend, vooral vanwege de kaas die ze in deze regio produceren.




Na de tocht door het centrum van Beaufort, waar wat steentjes liggen, rijden we nadat we een rotonde passeren drie kilometer vooral rechtdoor over een zo goed als vlakke en brede weg richting Villard-sur-Doron. Vlak voor we Villard-sur-Doron binnen zouden fietsen slaan we rechtsaf en beginnen we aan de volgende klim van de dag. Een lange klim, de Col des Saisies. Het gaat 14,6 kilometer omhoog aan 6,4%, het wordt beoordeeld als een beklimming van de tweede categorie. De Col des Saisies is een beklimming met flink wat historie in de Tour de France. We waren hier al meer dan tien keer. Henk Lubberding kwam hier ooit als eerste boven, is die smerige kerel dit jaar eigenlijk al bij de Avondetappe geweest? Zal wel he. Walgelijk. Maar goed, oké, fenomenen als Delgado, Chiappucci en Pantani kwamen hier ook ooit als eerste boven. De laatste beklimming dateert alweer van 2010, toen was Jêrome Pineau, inmiddels ploegbaas van B&B-Concept-KTM-Vital-Hotels, als eerste boven. De jaren daarna hebben we een andere klim ontdekt die hier in de buurt ligt, de Montée de Bisanne. Daar gingen we in 2016 en 2018 over, maar nu zoeken we uit nostalgische overwegingen weer eens de oude vertrouwde Saisies op. Een onregelmatige trut, als ik zo vrij mag zijn. Twee kilometer aan 5%, kilometer aan 9%, kilometer aan 5%, daarna een vals platte kilometer aan amper twee procent. Zo gaan we door tot aan de top hoor, het wordt zelfs nog erger. Een kilometer aan 10%, daarna terug naar 7,5% en vervolgens zelfs 5%. Daarna een kilometer aan nog minder dan 2% gemiddeld, wat ook ligt aan het feit dat het een tijd naar beneden gaat. We fietsen voorbij het wintersportgebeuren van Hauteluce en rijden nog een aantal kilometer verder naar de top over een brede weg. Allemaal wintersportoorden hier, dus met de weg zit het wel snor. Qua omgeving niet echt de mooiste klim ooit, al zijn de stukjes door het bos wel prima. Buiten het bos vooral veel grasvelden en houten hutjes, kan beter. De laatste zes kilometer van de klim gaat het wel wat stabieler op een stevige manier omhoog. Een kilometer aan 7%, daarna een zware kilometer aan 10%. Vervolgens gaan we zo'n beetje aan 6,5% verder tot het skidorp Les Saisies in beeld komt. Hier bereiken we na twee rotondes de top van de Col des Saisies.



Bamboe!
SPOILER
Om spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.
We hebben inmiddels 91 kilometer afgewerkt. De doortocht op de top van de Col des Saisies had prettig moeten zijn voor Egan Bernal, hij won in 2017 in de Tour de l'Avenir een rit met aankomst op deze berg en legde er ook meteen de basis voor zijn eindoverwinning. Leuk maar totaal overbodig feitje: een deel van de film Intouchables is hier opgenomen, het deel dat men gaat paragliden. Dit omdat de man waarop het verhaal is gebaseerd verlamd raakte na een ongeluk bij het paragliden op dezelfde locatie. Zijn ze maar wat trots op, pleuren ze gewoon op Wikipedia. Enfin, via een aantal rotondes rijden we naar de afdaling toe. Een lange afdaling, het gaat 15 kilometer naar beneden richting Flumet. Het is een van de makkelijkste afdalingen die ik al heb gezien, gaat echt helemaal nergens over. Heel geleidelijk naar beneden, brede weg, amper bochten, heerlijk genieten. Pas na acht kilometer dalen komen de renners iets tegen, een paar vluchtheuvels in het dorpje Le Planay. Daarna is het zelfs een tijdje vlak, voor er nog een kilometer of vijf verder gedaald wordt. Drie kilometer voor we beneden zijn komen we voor het eerst een paar serieuze bochten tegen. Twee echte bochten achter elkaar, amai. Daarna rijden we door Notre-Dame-de-Bellecombe, waar vooral de bloembakken op het midden van de weg opvallen. Opmerkelijk genoeg wordt de afdaling buiten Notre-Dame-de-Bellecombe ineens supertechnisch. Vooral in de laatste kilometer van de afdaling gaat het nog even goed los, met liefst zes haarspeldbochten kort achter elkaar. Maar dan ook echt heel kort achter elkaar hè, drie meter na de eerste haarspeldbocht meteen de volgende en zo door naar beneden. Als we beneden zijn rijden we over een brug Flumet binnen, we hebben nu 106 kilometer afgewerkt. Via een smaller weggetje rijden we het centrum van dit dorpje in, daarna rijden we een aantal kilometer verder door de vallei, op weg naar de volgende klim van de dag.



Het stuk in de vallei begint een beetje onstuimig, met drie stukjes in stijgende lijn achter elkaar. Stelt allemaal niet gek veel voor, maar volledig vlak is het dus niet. Het is hooguit een kilometer vlak, daarna begint het al snel weer vals plat omhoog te lopen terwijl we over een brede weg richting La Giettaz fietsen. De bochtige weg leidt grotendeels door een bos, ook mogen we door een leuk tunneltje fietsen. Prima kloofje heeft de Arrondine hier gemaakt, er is ook nog een waterval in de buurt. Eenmaal in La Giettaz begint de volgende klim van de dag officieel, een belangrijke klim vanuit historisch perspectief. In 1911 bezocht de Tour voor het eerst de Alpen. De allereerste klim die werd bedwongen in de Alpen was deze klim, de Col des Aravis. Hij werd toen ook beklommen vanuit La Giettaz, we gaan volle bak voor de nostalgie. Of nouja, even later melden ze dat er wel eerst een andere klim beklommen werd, maar dit was de eerste hoge klim, ofzo. Nouja, whatever. Sindsdien zijn we hier meer dan 40 keer geweest. Vooral vroeger was ie populair, tegenwoordig kennen we betere alternatieven. Met 6,7 kilometer aan 7% is de Col des Aravis niet meteen de moeilijkste van het stel. In 2016 waren we hier voor het laatst, toen kwam Thomas De Gendt als eerste boven. Kan me daar niets van herinneren, maar het zal wel zo zijn. Recenter reden we tijdens de Dauphiné over deze klim, een paar weken terug nog. Wel van de andere kant, dus daar hebben de renners dan weer niet veel aan. De beklimming van de eerste categorie (Waarom? Puur uit nostalgische overwegingen?) begint met drie kilometer rond de 6,5%. Over een brede weg rijden we voorbij het toeristisch ingestelde La Giettaz, het zijn vooral weer de chalets die de aandacht opeisen. De klim wordt al vrij snel bochtig, we slingeren tussen de grasvelden door. Een kilometer aan 9% volgt, het wordt toch nog even zwaar. Hoewel het daarna weer verder gaat aan 7%, grilligheid is niet louter voorbehouden aan de Pyreneeën. Vlak voor we de top bereiken gaat het blijkbaar zelfs aan 11% omhoog. Door de brede weg zie je dat niet echt, het lijkt me eerlijk gezegd ook een lichte overdrijving. We rijden nog door een tunneltje, wellicht dat daardoor wat ruis op de lijn komt. Ergens rond de 8% klinkt waarschijnlijker, waarna het in de laatste meters voor de top afzwakt tot het zo goed als vals plat is. Na 117,5 kilometer bereiken we de top van Col des Aravis, een klim met een grote historie. Niet te doen om alle grootheden die hier ooit als eerste boven wisten te komen op te noemen. Een bloemlezing: Bartali, Gaul, Van Impe, Pantani en natuurlijk Mario Aerts. Vooral veel Belgen, valt op. Die houden waarschijnlijk van de kermis op de top. Restaurantjes, souvenirwinkeltjes, kapelletje.




Na de Col des Aravis gaat het vrij lang naar beneden, een eindeloze afdaling. Eindeloos. Eerst gaat het acht kilometer naar beneden richting La Clusaz. Het is redelijk bochtig, maar door de brede weg, het open terrein en het feit dat niet eens zo steil naar beneden gaat verwacht ik weinig problemen. Dit moet te doen zijn. Het wordt eigenlijk in La Clusaz pas echt gevaarlijk. Weer zo'n populair plekje, waar ze derhalve nogal wat rotondes, vluchtheuvels en meer van dat soort ongein hebben neergekwakt. Vanuit La Clusaz dalen we verder richting Saint-Jean-de-Sixt. De weg blijft breed, het blijft redelijk bochtig, maar het gaat nog wat minder steil naar beneden. Soms is het gewoon vlak, het stelt eigenlijk helemaal niets voor. In Saint-Jean-de-Sixt komen we opnieuw rotondes en vluchtheuvels tegen, dat zijn daadwerkelijk de grootste obstakels tijdens deze afdaling. Bij een van die rotondes slaan we rechtsaf, waarna er nog een kilometer of vijf verder gedaald gaat worden richting Entremont. Even verderop slaan we linksaf, da's nog wel een scherpe bocht. Verder hoeven we weinig meer te verwachten, het is hier makkelijk fietsen. Beetje kijken naar de bergen in de buurt, die zijn hier dan wel weer mooi. Geen slechte afdaling als je het zo bekijkt, er valt genoeg te zien. Na een tijd komt de heerlijk kolkende Borne ook nog even in beeld, prima riviertje. Niks meer aan doen verder, lekker fietsen tussen de rotswanden door. Voor de koers hebben we daar verder niets aan, het loopt een beetje vals plat naar beneden. Als we bijna beneden zijn rijden we nog dicht langs Le Grand-Bornand, toch rullevant om te benoemen. In Le Grand-Bornand eindigde twee jaar geleden nog een rit, die gewonnen werd door Julian Alaphilippe. Tijdens die rit reden we via Entremont over Plateau des Glières, daalden we af naar Thorens-Glières om vervolgens via de Col des Fleuries naar Roche-sur-Foron te rijden. Klinkt dat bekend? Gaan we nu ook doen, exact hetzelfde. Alleen kwam dat toen zo ongeveer aan het begin van de rit en reden we nog een tijd door, nu aan het eind. Alsnog een beproefd concept, en een tikkeltje lui.



Als hunnie lui zijn mag ik natuurlijk ook een beetje slabakken. We pakken de voorbeschouwing uit 2018 er even bij hoor, als jullie het niet erg vinden. In Entremont hebben we inmiddels 132,5 kilometer afgewerkt, het is nog een kilometer of 40 tot de finish. Buiten Entremont gaat het voorbij een rotonde een kilometer of vijf behoorlijk rechtdoor over dezelfde weg, tot we plotseling linksaf moeten slaan. Behoorlijk scherpe bocht, waarna we over de rivier Le Borne rijden. Daarna een bocht naar links en vervolgens begint de weg meteen omhoog te lopen. We zijn begonnen aan Plateau des Glières, een klim die in 2018 debuteerde in de Tour. Al was het toen geen volledig onbekende klim, aangezien de laatste rit van de Tour de l'Avenir van 2013 aankwam boven op deze berg. Julian Alaphilippe won die rit met een grote voorsprong op Matej Mohoric en Adam Yates. Het grappige is dat Julian Alaphilippe tijdens de eerste beklimming van Plateau des Glières ook als eerste boven wist te komen, dit is met recht zijn berg. Ook in de Tour de Savoie Mont Blanc is deze klim een aantal keer voorgekomen, de beelden waren ons dus niet onbekend. De passage in 2018 zal ook wel zijn blijven hangen, vooral het onverharde deel dat straks nog gaat volgen. Al mag de klim zelf er ook zijn. Plateau des Glières is een verschrikkelijk lastige klim. Slechts zes kilometer lang, maar wel 11% gemiddeld. De renners rijden eerst door een dorpje, waar een aantal haarspeldbochten liggen. De weg gaat meteen aan 10% omhoog en is ook bijzonder smal. Wel voorzien van een verse laag asfalt, dat heeft men speciaal voor de Tour van 2018 geregeld. Na de eerste kilometer aan 10% volgt er nog een aan datzelfde percentage, maar daarna gaat het zelfs twee kilometer lang aan 12% omhoog. Vreselijk steil. Daarom zit de klim ook in de Tour, onderdeel van de nieuwe strategie van Gouvenou. Die man heeft gekeken naar de Giro en de Vuelta en weet dat je daar altijd dit soort beklimmingen tegenkomt. Dat werkt volgens hem altijd goed in die koersen en daarom wil hij dat graag imiteren. De test in 2018 is blijkbaar enorm goed bevallen als we zo snel weer terug zijn, men wil graag ook eigen gimmicks. Daarom eindigden we gisteren op de Col de la Loze, dat is eigenlijk van hetzelfde laken een pak. In 2018 werd het wel een enorme flopbeklimming in het peloton, wat ook wel lag aan het feit dat de klim al zo vroeg kwam. Het peloton reed onder leiding van Rowe omhoog, dan weet je dat het niet hard ging. Zal nu anders zijn, nu gaan we hier echt koers krijgen. Tijdens de laatste twee kilometer van de klim gaat het weer even iets minder steil omhoog, maar 10% is nog steeds steil. De laatste kilometer is er dan ook weer een aan 12%. Komt geen eind aan, een beestachtige klim. Zeker als er volle bak gereden wordt en die hoop mogen we nu hebben. Om de mythische status alvast op te pompen hebben ze ervoor gekozen deze klim te categoriseren als buitencategorie. Op de top, die we na 143,5 kilometer bereiken, zijn nog wat bonificaties te rapen.




Zoals we in 2018 konden zien komen we boven op heilige grond voor de Fransen. Plateau des Glières is namelijk niet zomaar een willekeurige plek. Het is de plaats waar tijdens de Tweede Wereldoorlog door een Franse groep vrijheidsstrijders gevochten werd tegen de Duitsers. Deze groep kreeg hulp van de Britten en wist relatief veel succes te boeken. Deze plek was blijkbaar strategisch best belangrijk en deze kleine Franse groep wist stand te houden terwijl ze 'slechts' 121 man verloren. Dit tegenover 5000 man aan Duitse kant. Politiek werd het later ook een belangrijke plaats. Nicolas Sarkozy kwam hier in de tijd dat hij president was bijna jaarlijks langs om de Franse helden te herdenken. Dat werden na een tijd een soort van pelgrimstochten waar hele hordes mensen op afkwamen. Ook Christian Prudhomme maakte in 2018 van deze locatie gebruik om even goedkoop te scoren:

quote:
" The Plateau des Glieres is one of the most important maquis of World War II, it is also a tribute to those who fought and gave their lives. 'Men here died to remain men', it is written and it gives goosebumps."
Na de top moet het leukste eigenlijk nog komen. De renners moeten hierna een tijd rijden over een onverharde weg. Een grindweg, zoals de Finestre in Italië. De grindweg hier is alleen wat minder lang en vooral ook wat minder steil. Het onverharde stuk is twee kilometer lang en in die twee kilometer gaat het omhoog aan 4%. Toch net even wat anders. Alsnog niet makkelijk, dat bleek in 2018 ook wel. Chris Froome reed hier lek, paniek. Viel wel mee, want in het peloton werd niet gereden. Nu zou dat een ander verhaal zijn. Als je nu lek zou rijden is het nog maar 30 kilometer tot de finish, dan zou je zomaar de lul kunnen zijn. Je moet waarschijnlijk ook lang wachten op een nieuw wiel, na Plateau des Glières zullen de auto's niet zo snel bij je zijn. De weg ligt er ook slecht bij, dat hebben we twee jaar terug kunnen doen. Veel steenslag, genieten. Het zal nu ook weer buitengewoon stoffig zijn. Voorts ben ik benieuwd of we weer net zo'n mooi toneelstukje krijgen als in 2018. Toen werd er door een groepje Fransen een voorstelling opgevoerd, ter nagedachtenis aan de gebeurtenissen in 1944. Buiten dat verwacht ik hier toch wel Quentin Pacher te zien, als een kopgroepje de ruimte krijgt. Dit was zijn favoriete terrein als hij weer eens mee moest doen aan de Tour de Savoie Mont Blanc. Nu kan hij dezelfde klim eens bedwingen tijdens de Tour de France, toch een upgrade. Enfin, de renners zullen ondertussen bekend zijn met dit stukje weg en dit stukje geschiedenis. Je bent er nog niet na de top, nee, dan volgt er nog een bocht naar links en dus een weg die twee kilometer lang licht omhoog loopt met zo'n slechte ondergrond. Paar bochtjes ook nog en flink wat gaten in de weg. Kan extra leuk worden als het gaat regenen, maar dat komt er deze Tour niet van, met uitzondering van de eerste dag. Aan het eind van deze strook rijden we ineens over een grote geasfalteerde parkeerplaats, langs het Monument des Glières, een monument voor de Fransen die dus hebben gevochten op dit stukje aarde.




Na het overharde stuk begint de afdaling niet direct. Het gaat eventjes rechtdoor over een vlakke weg, waarna het twee kilometer licht naar beneden loopt. Vervolgens gaat het dan nog even een halve kilometer omhoog aan ongeveer 10%. Aan het eind van dit puistje begint de serieuze afdaling. We stuiten meteen op een haarspeldbocht en in de kilometers die volgen krijgen we er nog een stuk of 10. De afdaling is verder niet bijzonder lastig, ik kan me ook niet direct herinneren dat iemand hier twee jaar geleden in de problemen kwam. Al zagen we waarschijnlijk vooral beelden van een subliem dalende Alaphilippe, zoals altijd. De renners komen wel veel haarspeldbochten tegen, dus een verkenning zou geen overbodige luxe zijn. Ook nog wat andere bochtjes, maar al bij al zou het toch behoorlijk goed te doen moeten zijn. Al kan een waaghals hier nog wel wat tijd winnen, de finish is ook niet zo ver meer. Na een kilometer of zes dalen is het serieuze deel van de afdaling voorbij en gaat het in licht dalende lijn verder naar Thorens-Glières, waar we na 159 kilometer passeren. Hier nemen we twee bochten naar rechts en vervolgens beginnen we aan de Col des Fleuries, een klim van ongeveer zes kilometer aan 4,5% gemiddeld. Hier worden geen punten voor de bergtrui uitgedeeld, wat ik in 2018 behoorlijk bijzonder vond en nu misschien nog wel meer. Een of ander klimmetje van zeven kilometer aan zeven procent is eerste categorie, maar dit fleurige klimmetje krijgt niks? Frappant. Na een rechtse bocht in het centrum van Thorens-Glières gaat het omhoog, aan 4%. Heel spannend is het niet, maar na zo'n zware dag met 5000 hoogtemeters kan ieder klimmetje hard aankomen. Het is ook wel een beetje een beproefd recept uit de Giro. Eerst een zware en steile klim, daarna een loper. Zorgt in de Giro vaak voor grote verschillen. Mortirolo-Aprica, Finestre-Sestriere, dat soort combinaties. Niet dat dit ermee te vergelijken valt, daarvoor is Plateau des Glières toch wat te kort. Enfin, het gaat twee kilometer aan 5% omhoog, daarna gaat het weer verder aan 4%. Dat blijft zo tot aan de top, de enige verandering aan het eind is dat we nog een paar haarspeldbochten tegenkomen. Door de graslanden rijden we omhoog, de top van de Col des Fleuries bereiken we op tien kilometer van de finish.




In de laatste tien kilometer van de rit gaat het vooral naar beneden. Een afdaling van iets meer dan acht kilometer, zonder problemen. Tijdens de hele afdaling kom ik twee bochten tegen die de moeite waard zijn, voor de rest rijden we op een eenvoudige manier naar beneden. Weinig gekke bochten, brede weg. Het is ook niet steil, verre van. We rijden richting La Roche-sur-Foron, waar we gaan finishen. Pas op een kilometer of drie van het eind bevinden we ons in dit stadje. Voorlopig komen we nog steeds niets tegen, het eerste gevaar komt van twee spoorwegovergangen kort achter elkaar. Daarna komen we op twee kilometer van het eind een rotonde tegen, waarna we over een brug rijden. Hierna slaan we rechtsaf, een behoorlijk flauwe bocht. Na deze bocht komen we een rotonde tegen, die ik langs de linkerkant zou nemen. Even verderop slaan we linksaf en dan bevinden we ons alweer in de laatste kilometer. Het gaat rechtdoor tot op 500 meter van het eind, daar komen we weer een rotonde tegen. Bij deze rotonde gaat het schuin naar links, nog wel een vervelende bocht. Ook vervelend dat het daarna weer omhoog gaat. Het was net even vlak geworden, maar in de laatste halve kilometer van de rit moet er nog geklommen worden aan 6%. Na zo'n slopende rit kun je helemaal op het eind nog een paar secondjes verspelen. Na 175 kilometer zit de laatste bergrit er dan helemaal op.




We finishen in La Roche-sur-Foron, dat is een noviteit. Nog nooit eerder kwam de Tour hier aan, al reden we al eens door de stad. In 2018 dus, bijvoorbeeld. In La Roche-sur-Foron wonen 12.000 mensen. Een van de Rochois is Jêrome Coppel, een meer dan behoorlijke tijdrijder die zelfs nog eens 14e werd in de Tour. Stopte wel vroeg, al was het sowieso een beetje een vreemde vogel. Kon zomaar derde worden op een WK tijdrijden, om daarna weer een tijd niets te presteren. In La Roche-sur-Foron gaan ze er prat op dat ze hier als eerste elektriciteit gebruikten om de stad te verlichten, in 1885. Het zou verder een middeleeuwste stad moeten zijn. Enkele restanten uit die tijd zijn nog te vinden, zoals de Tour des comtes de Genève, de toren van de graven van Genève. Prima torentje hoor. In de buurt van die toren komen we ook het Château de l'Echelle tegen, een beetje een legokasteel maar verder niet heel verkeerd. Er is ook nog een tweede kasteel in deze stad die ligt aan de Foron, vandaar de naam. Het Château de Saix ligt maar een paar meter van het andere kasteel, we hebben de place to be gevonden. In deze buurt komen we ook een deel van een oude stadsmuur tegen, met een mooie poort, de Porte Saint Martin. Er zijn nog meer poorten te vinden, en meer stukjes oude muur. Hoorde vroeger allemaal bij elkaar, blijkbaar. Mede daardoor wordt La Roche-sur-Foron beschouwd als de op één na mooiste plaats van de Haute-Savoie. Wat dan precies de mooiste plaats moet zijn vermelden ze niet, dat moeten we zelf opzoeken blijkbaar. Geen zin in, we blijven wel gewoon in La-Roche-sur-Foron. Waar de lokale brug ook de moeite waard is, de Pont Neuf. Rijden de renners in de finale over, zal dus niet echt op de meest toeristische manier in beeld komen. Aan de rand van de stad komen we ook La Bénite Fontaine tegen, een kapelletje. Blijkbaar een populair bedevaartsoord, het wordt ook wel het kleine Lourdes genoemd. Mensen lopen er speciaal naartoe om flesjes water te vullen bij de heilige bron. Ze schijnen hier ook craft bier te hebben, daar ga ik dan wel voor.



In Méribel zou het wel eens slecht weer kunnen worden. Graadje of 20 in de middag, maar kans op regen en onweer. Dat was gisteren ook het geval, maar toen viel het mee. Nu misschien niet, dat zou stiekem wel hilarisch zijn. Moeten de renners tijdens de neutralisatie naar beneden glibberen over een natte weg, hoooooo genot. Nee, laat het maar even droog blijven. Vooral geen onweer, de startlocatie op het vliegveld zou dan helemaal ongelukkig zijn. In La Roche-sur-Foron wordt het beter weer. 27 graden 's middags, geen kans op regen. Wel een beetje wind, vanuit het noorden. Dan zou ie in de finale tegen staan, ook al waait het niet bijzonder hard. Wel negatief voor de aanvallers, altijd spijtig. De rit begint om 12:05, daarna volgt dus die krankzinnige geneutraliseerde afdaling. Gaat een eeuwigheid duren, pas om 12:30 begint de rit echt. De Nederlander is er om 12:40 bij, weer op NPO2. De Belg begint meteen om 11:55 op Canvas, da's wel heel enthousiast. Na het onvermijdelijke nieuws schakelen we later over naar Sporza. Eurosport is er om 12:00 bij. Finishen doen we tussen 17:12 en 17:50.



Tja, goh. Wat zullen we hier nu eens van zeggen. In principe is dit een rit voor een grote kopgroep van een man of 30, maar dat hebben we deze Tour nog amper gezien. Door het lastige begin krijgen we wel een sterke groep vluchters, daarna is het de vraag wat het peloton gaat doen. Jumbo zal het wel geloven, die gaan geen poging wagen. Gewoon controleren, deze rit even overleven en dan is het geel min of meer binnen. Bahrein zal na de mislukte avonturen van de vorige dag ook niet veel doen. UAE kan überhaupt niets doen, met Kristoff en Marcato kom je niet ver als er 5000 hoogtemeters overwonnen moeten worden. Kom je uit bij een ploeg als Astana, misschien dat zij nog iets willen doen. Een poging om Lopez richting de tweede plaats of zelfs de eindzege te brengen, wie weet. Lijkt het me niet helemaal de rit voor, maar je moet als ploeg toch iets. Het kan een enorm leuke rit worden, de hele dag op en af. Als je oorlog wil maken krijg je het ook meteen. Ik verwacht alleen toch wel een matige rit, uiteindelijk. Als we ons lot in handen moeten leggen van Astana en Lopez is een bevredigende afloop ver weg. Denk dat ik toch maar voor de vluchters ga, ondanks de zware Plateau des Glières. Daar kunnen flinke verschillen ontstaan, maar ik denk dat de finale daarna toch wat te lang en niet lastig genoeg is om ook maar iets te beginnen tegen de overmacht van Jumbo. Een muis wordt gebaard. Al heb ik wel graag dat mijn ongelijk hier wordt bewezen.
1. Hirschi. Nog maar eens. Kan weer lekker gaan dalen richting de finish, heeft heel slim ook een paar snipperdagen genomen. Alaphilippe gaat het vast ook weer proberen, maar dat gaat gewoon niet meer. Hij zal voor het eerst een keer niet zegevieren in een rit met Plateau des Glières onderweg.
2. Bilbao. Van Landa gaat het deze Tour niet meer komen, die hoop heb ik nu definitief laten varen. Tijd om Pello dan maar de vrijheid te gunnen om een rit te kapen. Als je zag hoe gigantisch hard hij op kop reed gisteren zit het met de vorm wel goed. Dat was een vraagteken, Pello was eigenlijk helemaal niet zo goed bezig. Heeft zich echt in vorm gereden tijdens de Tour, dat kan blijkbaar. Laat hem die vorm nu maar verzilveren dan, aupa.
3. Martinez. Met Uran hoeft hij nu ook geen rekening meer te houden, het wordt tijd om weer aan te vallen. Kan dan meteen een eind komen, al denk ik dat hij toch liever bergop aankomt dan bergaf. Maar afijn, misschien moet hij alsnog op Uran passen en slaat deze suggestie nergens op. Zie ik EF wel voor aan. Uran kan nog vijfde worden, erg belangrijk natuurlijk.
4. Chaves. Ja, geen idee. Probeert het wel, maar grijpt er altijd naast. In de vlucht geraken is al een uitdaging, laat staan het succesvol afronden. Dit is de laatste kans, alles of niets. De moeilijke aanloop zal hem helpen, misschien.
5. Kwiatkowski. Of iemand anders van Ineos. Al lijkt Carapaz me wel aardig uitgepierd ondertussen. Sivakov kan ook. Maarja, ze zullen bij Ineos wel een poging gaan wagen om de Tour te redden. Anders is het einde tijdperk Brailsford.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_195103740
Toch wel weer zin in. De winnaar van de bollen wordt vandaag bepaald?
Jack does it in real time...
  Redactie Sport / Supervogel donderdag 17 september 2020 @ 08:16:44 #3
270182 crew  Pino112
Pino van Luna O+
pi_195103906
Aravis en Glieres _O_ Mooie omgeving daar.
pi_195103968
gaat het strategische oorlogsvoering worden.... de meesterknechten worden vooruit gestuurd
There are 2 Situations that drives an man Crazy: With and without wife
Wanneer een man de deur van zijn auto voor zijn vrouw openhoud is of de auto nieuw of zijn vrouw
Sorry, mind closed until further notice🍷
pi_195104240
Die strijd om de bollen kan nog wel spannend worden. Ik vraag me af of de mannen van Pogacar bijvoorbeeld een Rolland of wederom een Carapaz zouden laten gaan. Het zou kunnen dat het zaterdag op de tijdrit aankomt wie de bollen wint.

Verder hopen natuurlijk dat een van de hoger geplaatsten nog wat wil en de boel open gooit op de eerste col. Denk aan Landa (om gisteren goed te maken), Uran (die ook niet heel blij zal zijn) of Mas.
Gaat voor de BHFH-award 2005!
Humanitas est in bestias bonitas.
I am the hole I can't get out of.
  donderdag 17 september 2020 @ 09:01:02 #6
311468 Van_Poppel
Voormalig kopman van Gertje
pi_195104361
Wordt een mooi tactisch steekspel. UAE en Astana willen pionnen naar voren sturen terwijl Jumbo dat koste wat kost wil voorkomen.
pi_195104657
Hup Astana
pi_195104711
Spannende boel wordt het wel ^O^
[b] Op zondag 14 november 2010 18:11 schreef liesje1979 het volgende:[/b]
Zo is daar Godshand, met zijn sarcastische toon,
Die regelmatig een topic voorziet van spot en hoon.
pi_195104932
Ik zit te kijken naar de namen die in aanval kunnen gaan en sterk genoeg zijn om vooruit te blijven.. Mja dat zijn er niet veel
pi_195104953
quote:
0s.gif Op donderdag 17 september 2020 09:01 schreef Van_Poppel het volgende:
Wordt een mooi tactisch steekspel. UAE en Astana willen pionnen naar voren sturen terwijl Jumbo dat koste wat kost wil voorkomen.
BRUGGENHOOFDEN-genot. /Ducrot
Jack does it in real time...
pi_195105131
De vraag is een beetje of Pogacar of Lopez nog wat willen proberen en hun plaatsje op het podium durven riskeren. Ik betwijfel het. Misschien Lopez, maar Pogacar gaat zich stilhouden tot de laatste klim, of helemaal stilhouden. Astana heeft wel de ballen om iets te doen. Die andere mannen die daarachter staan: die zijn wel heel interessant. Er staan er vier of vijf binnen een halve minuut of minuut ofzo. Daar zijn vast nog wel mannen bij die een alles-of-niets-poging willen ondernemen om toch op plek 4 of zelfs 3 te komen.
Gaat voor de BHFH-award 2005!
Humanitas est in bestias bonitas.
I am the hole I can't get out of.
pi_195105687
Astana heeft natuurlijk tot laat doorgetrokken met Vinos bday en de etappe.

Dus die schrijf ik maar op voor de etappezege


Enne wederom mn complimenten aan de OP. Weer mooi stukje proza.
"Ik heb nog met hem gekoerst"
pi_195105938
Heb het gevoel dat ze deze rit in ver vervlogen tijden eens omgekeerd reden (eerst Aravis,dan Saises en uiteindelijk Cormet de Roselend) met de bebrilde halve Nederlander Alex Zülle als winnaar.
pi_195106212
quote:
0s.gif Op donderdag 17 september 2020 08:50 schreef JohnDDD het volgende:
Die strijd om de bollen kan nog wel spannend worden. Ik vraag me af of de mannen van Pogacar bijvoorbeeld een Rolland of wederom een Carapaz zouden laten gaan. Het zou kunnen dat het zaterdag op de tijdrit aankomt wie de bollen wint.

Verder hopen natuurlijk dat een van de hoger geplaatsten nog wat wil en de boel open gooit op de eerste col. Denk aan Landa (om gisteren goed te maken), Uran (die ook niet heel blij zal zijn) of Mas.
Rolland en Carapaz moeten wel overal als 1e bovenkomen om Poga te passeren en dan mag hij zelf geen punten pakken.
pi_195106223
quote:
0s.gif Op donderdag 17 september 2020 09:01 schreef Van_Poppel het volgende:
Wordt een mooi tactisch steekspel. UAE en Astana willen pionnen naar voren sturen terwijl Jumbo dat koste wat kost wil voorkomen.
Of Jumbo stuurt ook mensen mee.. ze zijn er sterk genoeg voor
pi_195106236
quote:
1s.gif Op donderdag 17 september 2020 07:52 schreef DeeBee het volgende:
Toch wel weer zin in. De winnaar van de bollen wordt vandaag bepaald?
De tijdrit heb je ook nog, weet niet in welke categorie de mooie wordt ingedeeld, maar diegene die daar het snelst rijdt kan ook punten halen. Op dit moment staan Pogacar en Roglic maar een paar punten van elkaar.
You don't need a weatherman to know which way the wind blows.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
last.fm Album top 100
pi_195106241
quote:
0s.gif Op donderdag 17 september 2020 09:01 schreef Van_Poppel het volgende:
Wordt een mooi tactisch steekspel. UAE en Astana willen pionnen naar voren sturen terwijl Jumbo dat koste wat kost wil voorkomen.
Of zelf een pion meesturen?
You don't need a weatherman to know which way the wind blows.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
last.fm Album top 100
pi_195106242
Ik had nooit gedacht dat ik het ooit zou zeggen, maar: "let's go Astana!"
Hopelijk nog een leuke rit.
  donderdag 17 september 2020 @ 10:56:13 #19
470661 maxi-mus
are you not entertained?
pi_195106246
quote:
0s.gif Op donderdag 17 september 2020 09:01 schreef Van_Poppel het volgende:
Wordt een mooi tactisch steekspel. UAE en Astana willen pionnen naar voren sturen terwijl Jumbo dat koste wat kost wil voorkomen.
Ik denk niet dat Jumbo bang wordt van de mannen van oeaaee.
  donderdag 17 september 2020 @ 11:25:08 #20
423121 Fretwork
Acte d'éloquence
pi_195106682
quote:
0s.gif Op donderdag 17 september 2020 10:55 schreef Felagund het volgende:

[..]

De tijdrit heb je ook nog, weet niet in welke categorie de mooie wordt ingedeeld, maar diegene die daar het snelst rijdt kan ook punten halen. Op dit moment staan Pogacar en Roglic maar een paar punten van elkaar.
Ze rekenen zuivere klimtijd neem ik aan?
Stilaan weer op topniveau na z'n dikke jaren als fietsende hamburger
pi_195106803
quote:
0s.gif Op donderdag 17 september 2020 11:25 schreef Fretwork het volgende:

[..]

Ze rekenen zuivere klimtijd neem ik aan?
Lijkt me wel. Ze hebben een tussentijd in Plancher-les-Mines aan voet van de klim. Dan vanaf die punt naar finish als klimtijd.
  donderdag 17 september 2020 @ 11:38:13 #22
62913 Blik
The one and Only!
pi_195106898
Eigenlijk zou Tom mee moeten springen, en dat Sep Kuss knecht op de Glieres. Dan kan Tom zich terug laten zakken en in de laatste 30 km nog helpen bij Roglic indien dat nodig is
pi_195106944
zou Port nog proberen op het Podium te komen?
en hij heeft Yates in zijn nek hijgen.....
There are 2 Situations that drives an man Crazy: With and without wife
Wanneer een man de deur van zijn auto voor zijn vrouw openhoud is of de auto nieuw of zijn vrouw
Sorry, mind closed until further notice🍷
  donderdag 17 september 2020 @ 11:41:15 #24
43584 Beregd
absolutely inch perfect
pi_195106953
Jumbo zal wel gewoon de koers doodmaken :Z
  Moderator donderdag 17 september 2020 @ 11:42:32 #25
245701 crew  naatje_1
Naatzipiraat
pi_195106984
Ik heb verplichtingen vandaag, dus weet niet wat ik allemaal kan zien. Zelfde geldt voor morgen en overmorgen.
Hier schreef Aoibhin het volgende: Beter autist in de kist dan een feestje gemist w/ *O*
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')