Twee recensies over afgelopen vrijdag:
Recensie uit Het Paroolquote:
Met het tribale tromgeroffel dat veel van zijn muziek kenmerkt, leek Peter Gabriel op het Amsterdamse Westergasfabriekterrein de regengoden te willen aanroepen.
En jawel, na een klein kwartiertje vielen de eerste druppels. Gelukkig bleef het bij wat kortstondig gemiezer en toverde de langzaam onder de wolken dalende zon nog een schitterende volle regenboog boven de stad. Het natuurverschijnsel trok in eerste instantie heel wat meer belangstelling van het publiek dan de zanger op het podium.
Peter Gabriel groeide na zijn vertrek uit de symfonische rockgroep Genesis, in 1975, uit tot een idool van de liefhebbers van de meer serieuze popmuziek. De Engelsman manifesteerde zich als pionier van de integratie van niet-westerse etnische invloeden in de rock, en paste tegelijkertijd talloze technologische innovaties in zijn muziek toe. Halverwege de jaren tachtig verschoof zijn aandacht steeds meer naar het maken van filmmuziek en het klokken luiden voor een betere wereld. Hij gaf benefietconcerten en zette zich in voor het milieu, culturele diversiteit en sociale rechtvaardigheid. Maar als hij weer eens een popplaat maakte of een concert gaf, was dat ook werkelijk 'pop' en geen verkapt pamflet.
Dat gold ook voor het optreden op het Westergasfabriekterrein. Omdat zijn nieuwe album, dat naar verluidt Big blue ball heet, nog niet af is en Gabriel daar blijkbaar ook nog niets van wilde 'verklappen', had hij de fans via zijn website om hun favoriete songs gevraagd. Dat leverde dus een concert met veel oud repertoire op. Van zijn recentste album Up uit 2002, dat het commercieel wat minder gedaan heeft, speelde hij slechts één nummer, het afsluitende Signal to noise.
Gabriels zeskoppige begeleidingsband, met oudgedienden Tony Levin op bas en David Rhodes op gitaar, was dik in orde. Toch wist de zanger bij daglicht nog niet de spanning op te roepen die zijn platen kenmerkt. Hij koos vaak een plek aan de zijkant van het podium achter een klavier en liet alle poppenkast en verkleedpartijen die in een ver verleden zijn handelsmerk waren achterwege.
Pas in de schemering krijgt het optreden de impact die een man als Gabriel aan zijn stand verplicht is. Vooral de toegiften Sledgehammer - Gabriels eigen 'soulnummer' - en daarna In your eyes en ten slotte het altijd prachtige Biko maken indruk. Al blijft het toch méér het plezieren van de trouwe fans dan een nieuw artistiek statement.
Recensie van oor.nlquote:
Westerpark, Amsterdam, rond een uur of half tien ’s avonds. De in casual zwart/wit gestoken PETER GABRIEL is diep in concentratie verzonken en vraagt het tienduizendkoppige publiek: Wat krijg je als water en vuur elkaar raken? ‘Steam!’, schreeuwt de ene helft van het park.
De andere helft heeft het nauwelijks door, want boven de stad, zo’n beetje rechts achter ons, verschijnt een joekel van een regenboog. Eerst een hele felle, en zowaar volle, die van pakweg het Centraal Station tot ver achter de Dam moet reiken. Een paar minuten later vormt zich nog een tweede boog over de eerste. Een sprookjesachtig decor voor een avond enigmatische muziek. Gabriel, het gros van de avond genesteld achter zijn keyboard, moet perfect zicht hebben op dit schouwspel, maar houdt zich afzijdig van commentaar. Misschien dat hij het door de podiumlampen niet ziet? Maar als zijn bassist, de geharde profmuzikant Tony Levin, even later wel tussen twee nummers zijn camera volschiet met dit natuurfenomeen, weten we het allemaal zeker: there’s something in the air tonight!
Het was eigenlijk helemaal niet de bedoeling dat Gabriel, met zijn nieuwe plaat nog in de afrondingsfase, deze zomer al langs de Europese openluchtvenues zou trekken. Maar de verjaardag van zijn eigen WOMAD-festival noopte hem toch een passend setje voor de zwoele zomeravond samen te stellen. En waarom zou je het dan bij één optreden houden? Nou, bijvoorbeeld omdat het weer in Europa in juni zo onvoorspelbaar is als wat. De tourblog op Gabriels website verraadt dat er in de twee weken voor Amsterdam niet één show droog is verlopen, wat natuurlijk erg sneu is voor zo’n spontaan rondje open-air optredens.
Bij aankomst in het Westerpark lijkt vanavond geen uitzondering: een half uur voor aanvang zien we een halfvol veld, bevolkt door regenjassen en poncho’s en lijkt de zomerse setting van de Westerpark-reeks in het geheel niet van toepassing.
Maar als Gabriel met de voorzichtige klanken van Rhythm Of The Heat een kwartier te vroeg (het voorprogramma werd wegens het slechte weer naar voren gezet en moest zelfs achter het beschermende podiumdoek met groot Arrow Rock Festival-opdruk spelen) stroomt het koddige miniatuurfestivalterrein ineens aardig vol. Een man of tienduizend zien Gabriel vervolgens groeien: het publiek wordt langzaam warm, Blood Of Eden is na een dikke twintig minuten de eerste song die de handen massaal op elkaar krijgt en na drie kwartier is de (dreiging van) regen verdwenen en rest slechts een zachte midsummernight, met passend muzikaal en visueel decor.
Voor Gabriels begrippen is het podium zeer karig ingericht: weinig showelementen, een bescheiden lichtshow, geen malle fratsen van de man zelf – al blijft de steeds boller wordende zanger, eenmaal achter zijn keyboard weg, een onderhoudend en beweeglijk type. Nee, vanavond dragen de man en zijn band de show helemaal op eigen kracht. Na het wat druilerige begin is het dus Steam waarbij de zon doorbreekt, en de hele avond voltrekt zich in die sfeer. Big Time knalt eruit en speciaal voor vanavond wordt Secret World uit de kast gehaald. ‘We hebben deze zolang niet gespeeld dat het nummer praktisch weer maagdelijk is’, zegt Gabriel vanachter zijn keyboard. Maar aan de haarscherpe, gedreven uitvoering is daar niets van te merken.
Als het gros van de aanwezigen denkt dat met Solsbury Hill en Sledgehammer de koek wel zo’n beetje op is, heeft aartsengel Gabriel nog een verrassing in petto: Biko sluit geheel onverwacht de setlist af. Een beloning voor de fans die de regen trotseerden. Een massaal gejuich krijgt Gabriel ervoor terug: onze beloning voor de man die van een druilerige avond een magisch gebeuren maakte.
I will work to elevate you. Just enough to bring you down
Yes, I'm being condescending. Yes, that means I'm talking down to you