NS 2000 Crowdfunding update #18Sinds de locomotief in Nederland is valt er niet heel veel nieuws te melden, vandaar dat ik al een paar maanden geen update meer heb geschreven. Ik zal komende weken nog wat updates schijven over de verslaggeving die in diverse (internationale) tijdschriften en media is verschenen in de afgelopen maanden.
Op de SGB website is een update geschreven over de geschiedenis van de locomotief en het werving proces dat ik hieronder integraal overneem. Plaatjes zijn uiteraard klikbaar voor de volledige versie.
De locomotief in betere tijdenNS 2000 Aangekomen in NederlandOp 7 november is de locomotief aangekomen in Goes! Aan het transport ging een flinke voorbereiding vooraf. Als eerste wat meer informatie over de nieuwe aanwinst.
Geschiedenis van de SGB locomotiefDe locomotief werd gebouwd in 1943 en deed in oorlogstijd dienst als USATC 7989. Ter vergelijking: de NS 2004 had nummer 7985. De machine werd in Europa ingezet voor de bevoorrading van de Amerikaanse troepen bij de bevrijding en kwam in 1946 terug naar Amerika.
Lehigh Cement Company kocht de machine aan en gebruikte deze bij haar fabriek voor rangeerwerk. In de jaren ’60 werden de Buda motoren vervangen. Vrijwel alle Whitcombs kregen daar indertijd ofwel Caterpillar dan wel Cummins motoren voor in de plaats. Slechts een enkeling behield de Buda motoren. Zoals in Nederland zal ook hier de beperkte beschikbaarheid van onderdelen en lage betrouwbaarheid hebben meegespeeld. Begin jaren ’90 werden andere draaistellen aangebracht van een Whitcomb 80 tonner, waarschijnlijk vanwege de hoge wielslijtage. Vervangen van de oude volwielen is relatief kostbaar en andere draaistellen met gelijke tractiemotoren waren indertijd eenvoudig te verkrijgen.
De locomotief werd vanaf de jaren ’90 steeds minder gebruikt omdat één dieselmotor steeds meer begon te roken. Er kwam een andere machine en uiteindelijk werd de Whitcomb zo´n tien jaar geleden op een ongebruikt spoor onder een aantal cementsilo´s droog weggezet als reserve. Herstel zou er uiteindelijk niet meer van komen. Een aantal slopers heeft in het begin nog aangeboden de machine te kopen maar de locatie eigenaar vond dat zonde en liet de loc liever staan in afwachting van een betere bestemming.
Bezoek aan Lehigh CementMedio maart is de machine enkele dagen op locatie bezocht door twee SGB vrijwilligers. Zo kon goed worden bekeken hoe de machine er in de praktijk aan toe was. Bovendien kon zo persoonlijk kennis worden gemaakt met de schenkers. Na een zeer hartelijk en enthousiast welkom werd als eerste natuurlijk de locomotief bekeken. Het bleek dat er in de afgelopen tien jaar vrijwel niets meer mee was gebeurd. Men bleek ook diverse reserve onderdelen te hebben bewaard. Een drietal tractiemotoren, twee generatoren en wat andere onderdelen stonden al jaren op pallets en mochten met de locomotief mee naar Nederland. Een dag later kwamen de draaistellen ter sprake. Men wist niet of ze eigenlijk nog bewaard waren maar mogelijk stonden ze nog op de schroothoop een paar kilometer van de fabriek. En inderdaad, daar bleken deze na zo´n 25 jaar nog steeds te staan op een uitgestrekte vlakte vol schroot. Het was duidelijk dat de machine er toen al veel kilometers op had zitten, de rijvlakken van de volwielen waren zelfs wat hol uitgesleten. En ja, ook de draaistellen mochten mee als wij hier interesse in zouden hebben.
Voorbereiding transport in AmerikaDe medewerkers van de fabriek liepen steeds warmer voor het project en hielpen overal waar zij konden. Een paar later aangebrachte stalen platen onderop de bufferbalken werden keurig volgens aanwijzing met een snijbrander verwijderd zodat de loc aan boord goed vastgezet kon worden.
Men hielp volop mee met zoeken naar geschikte transporteurs. Vanuit de ad-hoc werkplek die wij in het Lehigh Cement kantoor hadden gekregen zijn diverse bedrijven benaderd om offertes uit te brengen en te komen kijken. In de praktijk bleken er echter vrij weinig bedrijven te zijn die kranen hebben die zwaar genoeg zijn om de 65 ton zware machine te hijsen. We zijn op dat gebied in Nederland nogal wat anders gewend! Helaas bleken daardoor de tarieven daar ook fors hoger dan we gewend waren!
Voor het transport kwam men aan met, in onze ogen, absurde trailers en ook hier nogal absurde bedragen. Onze reactie op de eerste offerte liet ons steil achterover slaan. Dat zouden we natuurlijk nooit gaan doen! Maar naarmate nog een aantal aanbiedingen binnen druppelde bleek dat de eerste al meteen de beste was… De dagkosten voor de trailer waren al hoog maar voor iedere staat die doorkruist zou worden moest ook nog een aparte vergunning worden gevraagd die begeleid moest worden door een bedrijf dat voor die staat de juiste papieren had. Al met al gaat het er compleet anders aan toe dan in Nederland. Het maakte snel duidelijk dat het laden moest gebeuren in de dichtstbijzijnde grote haven met het doorkruisen van zo min mogelijk staten. Iedere staat verder bracht een paar duizend dollar extra kosten mee. In overleg met Spliethoff, de sponsor van de overtocht, werd gekozen voor de haven van Duluth met als reserve Milwaukee indien het echt niet anders kon. In Duluth wilde men ons graag ook sponsoren door ons geen kosten voor havengelden te rekenen wat eveneens vele duizenden dollars bespaarde.
Voorbereiding transport in NederlandEen heel stuk wijzer terug in Nederland werden de koppen bij elkaar gestoken om de offertes en opties door te nemen. Er werden verdere afspraken met Lehigh Cement gemaakt en in mei 2017 werd de locomotief met alle reserveonderdelen officieel eigendom van de SGB! De transporteur en het kraanbedrijf werden benaderd en zouden standby staan zodra een schip van Spliethoff beschikbaar zou zijn. Dit kon echter nog geruime tijd duren, men deed de haven van Duluth maar sporadisch aan.
De firma Cummins had inmiddels op eigen gelegenheid contact opgenomen met het aanbod tot medewerking. Men wil als onderdeel van hun “community service” werkuren beschikbaar stellen om na aankomst de motoren te inspecteren en adviseren wat te doen. Mogelijk kan men nog meer betekenen als duidelijk is wat hiervan de toestand is. Men heeft in ieder geval duidelijk ruim voldoende kennis van de aanwezige motoren. Men dacht enthousiast mee en er zijn waarschijnlijk nog wat opties voor reservemotoren of onderdelen.
Afgelopen zomer zou een schip de haven van Duluth aandoen en snel stond iedereen op scherp. Maar kort voordat we definitief opdracht moesten geven aan de transporteurs bleek het schip al volgeboekt te zijn met allerlei lading voor de retourreis. Er was nog een optie als deklast maar de voorkeur was droog vervoer onderdeks dus werd het weer afwachten. Er volgden nog wat opties voor andere havens maar daardoor zou het budget niet toereikend zijn.
Transport naar Nederland!Het werd oktober toen we bericht kregen dat een schip van Spliethoff de haven van Milwaukee aan zou doen. Ondanks de havengelden van zo´n 5000,- dollar werd besloten hiervoor te gaan en alles werd in gang gezet voor het wegtransport en hijsen. Onze collega Jos van der Heijden pleegde als projectleider voor het transport vele tientallen telefoongesprekken naar Amerika om alles verder te organiseren. Werkelijk honderden e-mails gingen heen en weer om ook alle papieren te regelen, tijden af te stemmen en om pers in te schakelen. Spliethoff gebruikte haar contacten en kreeg het voor elkaar dat de Port of Milwaukee toch geen havengelden in rekening zou brengen! Via de Nederlandse ambassade in Washington werden papieren geregeld zodat er voor de loc onder noemer van “cultural exchange” geen uitvoerrechten betaald hoefden worden. Zo kon de loc zonder problemen het land verlaten. Lehigh Cement bleek op het laatste moment ook nog bereid de kosten voor het schoonmaken van de loc te betalen. Door dit stralen met droogijs is vrijwel de gehele cementlaag van de buitenzijde verwijderd en ziet de loc er een heel stuk beter uit!
De Amerikaanse pers kreeg al snel het project in het vizier. In korte tijd kwamen enkele TV stations en kranten langs bij de fabriek. Zelfs de nationale pers schonk er aandacht aan. Ook de Nederlandse pers pikte dit bijzondere nieuwsfeit op, zelfs op de landelijke TV en radio werd er aandacht aan geschonken! Het zorgde voor een paar zeer drukke dagen voor Jos die behalve het transport ook de communicatie vanuit de werkgroep organiseerde.
Met veel spanning werd vervolgens via de webcam van Milwaukee Harbor het schip van Spliethoff in de gaten gehouden. Op 19 oktober om 3 uur in de middag (lokale tijd) was het dan zover en konden wij zien hoe de loc met de kranen van de “Floragracht” aan boord werd gehesen. Kort daarop ging via de gigantische lift de loc benedendeks, perfect beschermd tegen het zoute zeewater tijdens de terugvaart. Het schip maakte vervolgens eerst zijn geplande route af door de “Great lakes” richting Canada om vervolgens richting Europa te koersen.
DraaistellenDe draaistellen zijn nu niet meegekomen naar Nederland. De kosten om ze van de schroothoop te halen, op te laden en te transporteren zijn nogal fors. Daarbij komen dan nog grote onkosten aan revisie van de motoren en vervangen van de wielen. Er zal eerst gepoogd worden draaistellen van de “Truman” locomotieven uit Italië te verwerven. Deze zijn identiek en hebben nog tot een paar jaar geleden gereden. De wielen zijn in alle gevallen beter en de elektromotoren onderhouden. Vooralsnog blijkt het echter moeilijk om dit in Italië voor elkaar te krijgen maar o.a. door medewerking van een Italiaanse collega van de Fedecrail hebben we inmiddels contact kunnen leggen met de juiste verantwoordelijke. De verwachting is dan ook dat het op termijn wel gaat lukken. Mocht dat uiteindelijk niet het geval zijn dan is er nog altijd de optie om de draaistellen uit Amerika over te laten komen. Men zou de draaistellen daar voorlopig gewoon laten staan.
Aankomst in EuropaDe locomotief kwam op 7 november aan in de haven van Antwerpen. Daar wachtten de projectgroep en project-topdonateurs op het moment dat de locomotief uit het ruim werd gehesen om vervolgens op een vrachtwagen te worden gezet. Om 1 uur was het zover! Na meer dan 70 jaar stond de oorlogsveteraan weer op het Europese vasteland! Na uitgebreide foto-opnamen door de liefhebbers, pers en onze sponsoren is de locomotief naar Goes vervoerd.
Daar werden, nog op de trailer, de automatische koppelingen verwijderd zodat de loc gerangeerd kan worden over het terrein. De klauwkoppeling zou anders de bufferbalken van het andere materieel beschadigen. Het verwijderen kostte enige tijd want alles moest met een snijbrander worden verwijderd.
Over enige tijd zal de locomotief op een spoor worden weggezet naast de looproute naar het perron zodat de machine goed zichtbaar is voor publiek. Op korte termijn zal de loc uiterlijk worden teruggebracht naar de zwarte kleurstelling als USATC locomotief zoals de machine bij binnenkomst in Nederland in 1947 had. De frontlamp zal daarom nog niet verwijderd worden, net als de rechthoekige nummerplaatbakken op de hoeken van de huif. De Whitcomb zal in ieder geval tot 2020, als gevierd wordt dat Nederland 75 jaar geleden werd bevrijd, in deze staat voor alle SGB bezoekers te zien zijn.
We willen hierbij nogmaals alle donateurs bedanken die deze wel zeer bijzondere actie hebben mogelijk gemaakt. Ook de vele enthousiaste sponsoren zijn we veel dank verschuldigd, met name de firma Spliethoff / Biglift. Gezamenlijk is er zo weer een bijzonder stuk Nederlandse
spoorweggeschiedenis bewaard gebleven! Het schoonmaken van de locomotief bij LehighHet schip floragracht tijdens het lossen in AntwerpenHet weghalen van de Amerikaanse klauwkoppeling ten behoeve van rangeren[ Bericht 0% gewijzigd door Sounddragon op 13-02-2018 15:52:50 ]