Ik zat in het café met een vriend die nauwelijks het huis uitkomt. Hij houdt niet van activiteiten, reizen en dingen doen in het algemeen. 'Waarom er altijd iets gedaan moet worden is mij een raadsel,' zei hij, 'tegenwoordig zegt men: ik doe, dus ik besta.' Ik wees hem erop dat vooral nieuwe dingen doen verheerlijkt wordt, het opdoen van zo veel mogelijk nieuwe ervaringen is de moderne droom.
Mijn vriend reageerde verrassend scherp; hij legde uit dat het zojuist genoemde een fase voor twintigers is, een laatste oprisping voor het onvermijdelijke bestaan als werknemer, maar de drang om te doen, te handelen, te ondernemen, die blijft, en uit zich als zodanig in weerzinwekkende activiteiten en sociale bijeenkomsten. 'Ik hoef mijn familie niet te zien,' zei hij, 'ik zit niet te wachten op de liefde van vervelende mensen.' Hij besloot de avond met het wijze aforisme: 'Men zou zich nooit moeten verantwoorden voor de keuze iets te weigeren.'
Graag op anoniem