Op maandag 21 december 2015 14:44 schreef Sneeuw-Leeuw het volgende:Welkom in café Geerd.
Voor een spa rood, zit je hier verkeerd.
Er is maar een protocol.
Hang je jas op, en drink alcohol.
Remqo creëert meesterwerken.
Altijd gezelligheid terwijl we bier wegwerken.
Strijd der gladiatoren.
Café Geerd laat je horen!
Op een dag heerste er honger, we hadden trek.
Dus sloegen we Guus geluk op zijn bek.
Door zijn lichaam, trokken we een zwaard
Roosterde hem boven de haard.
Geerd koning en heerser over het café.
De profeten en apostelen schreeuwen oleej.
Geerd koning en heerser van het café
Hij is de ware God geen toverfee.
Sneeuw-leeuw zoekt een vrouw.
Duizendkroonkurken op zijn jas, als de stralende veren van een pauw.
Probeert Roosje te imponeren
Renwan maakte een tooi van eenden-veren.
Zette de tooi op, en dronk een gladiator.
Als mensen teveel lawaai maken, treed hij op als een alligator.
Roosje komt om half vier, binnenstrompelen.
Met liefde wil iedereen haar onderdompelen.
PausNicolaas en Simterklaas.
De heilige twee, een is een baas.
De andere een vieze jood.
We vonden hem achter het café in de goot.
Opsonisatie, aandachtshoer van hoge klasse.
In probleemwijken zou ze zomaar bekend kunnen staan als: Het hoertje van Assen.
Dan is er nog een baas met een brilletje genaamd Cassius.
De vrouwen staan in de rij voor een blik van zijn fallus
Het belletje van de deur rinkelt.
Drie keer raden wie er binnen hinkelt.
Het is Geerd, die ons allen de trein in jaagt.
Bij het controleren van de kaartjes had hij een lekker jong ding ontmaagd.
We kwamen aan bij de Hodepijl.
Roosje en Sneeuw kwamen in stijl.
Duzzy bewaakte het altaar.
PausNicolaas en Opso riepen, ‘ik kom klaar.’
Toen ging Roosje met sneeuw trouwen.
Ze wilden samen een toekomst opbouwen.
Renwan en Konijn als dominee.
Squidward neukte een raamprostituee
En toen PausNicolaas de trouwerij wilde vergallen.
Liet de Hodenpijl een kroonluchter op hem vallen.
Duzzy stopte met het altaar te bewaken.
Toen riep Geerd keihard ‘Ik zou het bruidspaar raken.
We lachten en hadden plezier.
Monpoly kwam nog meegenieten van het vertier.
Stapte in de trein werd de machinist.
Eenmaal thuis, sloegen we nog een atheïst.
Die wilde een water bestellen in het café.
En we riepen, oleej, oleej!
Lang leven Geerd, lang leven het café!
Hij is een God geen Toverfee