Fylax | maandag 2 maart 2015 @ 17:07 |
1e tijdvak woensdag 27 mei 2015 13:30-16:30 ![]() Examenprogramma scheikunde, vwo Syllabus 2015 scheikunde, vwo | |
#ANONIEM | maandag 2 maart 2015 @ 23:33 |
rip | |
darthsideaus1 | dinsdag 7 april 2015 @ 21:59 |
Wat mij opvalt bij oude examens is dat er vaak een vraag inzit over buffers waarbij je met een gegeven pH-graad de verhouding tussen een zuur en zijn geconjugeerde base moet berekenen. Misschien dat het dit jaar terugkomt, de werkwijze is niet moeilijk: 1.) evenwichtsreactie opstellen: HZ + H2O = Z- + H3O+ 2.) Evenwichtsvoorwaarde opstellen: [Z-]x[H3O+]/[HZ] = Kz 3.) Even omschrijven: [Z-]/[HZ] = Kz/[H3O+] 4.) Verhouding [Z-] : [HZ] = 1 : (Kz/[H3O+]) 5.) Laatste dingetjes invullen: Kz kun je vinden in BINAS, [H3O+] = 10^(-log(pH)), en de pH was gegeven. Misschien voor sommigen hier gratis punten nu? | |
butterfly1234567890 | zaterdag 18 april 2015 @ 18:30 |
Dankje! | |
karb | vrijdag 1 mei 2015 @ 18:09 |
Hee! Is er iemand die mij met deze scheikunde examenvraag kan helpen? Het komt uit de examenbundel, examen 2003-II (scheikunde 1) 'Bij een inhalerende roker komt nicotine via de longen in het bloed terecht. Nicotine is een zwakke base. In het bloed stelt zich het volgende evenwicht in: Nic + H2O <-> NicH+ + OH- Het bloed transporteert nicotine vervolgens naar de hersenen waar het in het vetweefsel wordt opgeslagen. Leg uit in welke vorm nicotine wordt opgeslagen. Nic of NicH+ (geconjugeerde zuur).' Volgens het antwoordmodel wordt het als Nic opgeslagen, omdat dit apolair is. Dit begrijp ik, echter begrijp ik niet waarom NicH+ dan polair zou moeten zijn...er komt immers geen COOH voor in de formule, of mag ik er gemakshalve gewoon vanuit gaan dat het polair is omdat het een zuur is? Alvast bedankt! ![]() ![]() | |
MyloXylo | vrijdag 1 mei 2015 @ 19:51 |
Ik denk dat dat is omdat NicH+ geladen is? Het polair zijn van een stof hangt af van aanwezige ladingsverschillen. Correct me if I'm wrong. | |
karb | zaterdag 2 mei 2015 @ 12:27 |
Ah thanks, ik zag toevallig wel ergens dat als er een ladingsverschil is de stof polair is ![]() | |
laiveneertiekje | zaterdag 2 mei 2015 @ 12:40 |
Zodra er echt een lading aanwezig is is het automatisch polair ja. Denk bijvoorbeeld ook aan een zeepion. Als het vetzuur lost het niet op in water, als ion (geconjungeerde base) wel. | |
karb | zaterdag 2 mei 2015 @ 18:40 |
Ah helemaal super! Dankjewel! ![]() | |
VliegTafelVrouw | zaterdag 2 mei 2015 @ 21:56 |
vwo 2011 eerste tijdvak![]() Juiste antwoord: Een molecuul N,N-methyleen-bisacrylamide heeft twee C = C bindingen. Die C = C bindingen kunnen elk in een verschillende keten terechtkomen. Ik begrijp waarom dit antwoord juist is, wat ik niet begrijp is waarom mijn antwoord fout is. Mijn antwoord: Er kunnen NH-bruggen gevormd worden tussen de verschillende ketens. | |
karb | zaterdag 2 mei 2015 @ 23:38 |
Ik geloof dat dit te maken heeft met het feit dat de NH groepen geen zijketen vormen. Bij polymeren bijvoorbeeld bevinden er zich soms OH en NH groepen in de zijketen, daardoor ontstaan er dus waterstof-/NH bruggen met andere polymeren waardoor er een netwerk ontstaat. Ik geloof dat het zo moet kloppen, maar ik gok dat bij eindexamens in het correctievoorschrift enkel het meest logische antwoord wordt gegeven, dus misschien kan je docent uitsluitsel geven. | |
laiveneertiekje | zondag 3 mei 2015 @ 00:00 |
NH groepen vormen waterstofbruggen, en dat zijn aantrekkende krachten, maar geen echte atoombinding. Bij verwarmen kunnen de ketens alsnog langs elkaar gaan bewegen, en heb je een thermoplast. Als je 1 C=C binding laat polymeriseren in de hoofdketen, heb je in de zijgroepen dus nog C=C bindingen zitten. Die kunnen ook additiereacties aangaan waardoor je tussen de polymeerketens onderling atoombindingen vormt. Dan krijg je een echt netwerkpolymeer. Samenvattend: Een netwerkpolymeer ontstaat alleen als er tussen de polymeerketens atoombindingen gevormd worden. Waterstofbruggen of dipooldipoolinteracties tellen daarin niet mee. | |
royvandijk | vrijdag 22 mei 2015 @ 14:46 |
Ik reken nu al jaren met mollen. Maar 1 ding valt me nu op... In het periodiek systeem staan toch the atoommassa's in u (atomaire massa-eenheid)? En bij opgaven wordt meestal de massa in gram gegeven en daar wordt ook mee gerekent? Maar u en gram is toch niet hetzelfde? Bijvoorbeeld: Hoeveel mol is 32 gram CH4? Ch.h(mol): 1 x massa: 16u 32gram x=32/16=2,0 mol CH4 Maar u is toch niet gram?? 1 Atomaire massa-eenheid [u] is namelijk 1,660 538 921 ×10^-24 Gram [g] [ Bericht 11% gewijzigd door royvandijk op 22-05-2015 15:22:51 ] | |
MyloXylo | vrijdag 22 mei 2015 @ 15:00 |
Ik kan je helaas niet helemaal volgen ![]() | |
royvandijk | vrijdag 22 mei 2015 @ 15:23 |
Nu wel? | |
laiveneertiekje | vrijdag 22 mei 2015 @ 15:48 |
Het aantal deeltjes in een mol is zo gekozen dat de massa van het molecuul in u gelijk is aan de massa van in mol van die stof in grammen. Dus 1 molecuul O2 weegt 32,00 u. 1 mol O2 weegt 32,00 gram. Zoek in je binas het getal van Avogadro maar eens op, en vermenigvuldig dat met de u. | |
GeorgeArArMartin | vrijdag 22 mei 2015 @ 16:50 |
Hoe herken je een buffer? Ik weet dat een buffer een methode is om de pH niet te snel te laten veranderen en ik ken de HH-vergelijking (pH = pKa + log([A-]/[HA])) maar hoe kan ik erachter komen wat een buffer wordt na oplossen en wat niet? | |
MyloXylo | vrijdag 22 mei 2015 @ 18:32 |
In een buffer bevinden zich altijd een zuur met zijn geconjugeerde base (of een base met zijn geconjugeerde zuur). Dus CH3COOH en CH3COO- samen in één oplossing of NH3 en NH4+ in één oplossing | |
GeorgeArArMartin | zaterdag 23 mei 2015 @ 07:46 |
Dus alleen zuren/basen die niet volledig uit elkaar vallen vormen buffers? Andere vraag: Als aan een alkyn H2 wordt toegevoegd, reageert het toch door naar een alkaan? In samengevat staat namelijk dat het alkyn naar een alkeen reageert... | |
MyloXylo | zaterdag 23 mei 2015 @ 09:02 |
Inderdaad alleen zwakke zuren en basen vormen buffers. Een alkyn reageert naar een alkeen en een alkeen naar een alkaan | |
GeorgeArArMartin | zaterdag 23 mei 2015 @ 09:06 |
Maar in een mengsel reageert het toch meteen door of niet? Ik kan me namelijk moeilijk voorstellen dat het alkeen te isoleren is tijdens/na de reactie. | |
MyloXylo | zaterdag 23 mei 2015 @ 09:11 |
Dat klopt, maar het alkyn zal eerst reageren tot alkeen en daarna tot alkaan. Na die reactie zul je in het reactiemengsel inderdaad wel vooral alkanen hebben als de H2 in overmaat is. | |
GeorgeArArMartin | zaterdag 23 mei 2015 @ 09:24 |
Thanks! Ik weet wel dat de manier om ze te stoppen een katalysatorvergiftiging toe te passen. ![]() | |
GeorgeArArMartin | zaterdag 23 mei 2015 @ 09:28 |
Laatste vraag, hoe herken je ook alweer of je de Kz of Kb moet gebruiken? Als de Kz gebruikt moet worden stond het zuur toch altijd in de teller? Dus HZ -> <- H+ + Z- K = [H+][Z-]/[HZ] [H+] = [Z-] En voor vaste stoffen mocht altijd 1 ingevuld worden, geldt dat voor alle evenwichtsbreuken? Dus ook bij oplosbaarheid? | |
MyloXylo | zaterdag 23 mei 2015 @ 09:40 |
HZ + H2O <--> Z- + H3O+ / HZ <--> H+ + Z- Dan: Kz = [H+][Z-]/[HZ] dus wat je zegt klopt Als je in je reactievergelijking voor een zuur-base reactie het zuur links van de pijl hebt staan pak je de Kz en als je de base links van de pijl hebt staan pak je de Kb Evenwichten gelden inderdaad niet voor vaste stoffen. Bij oplosbaarheid bijvoorbeeld: Ca(OH)2 <--> Ca2+ + 2 OH- K=[Ca2+][OH-]2 [ Bericht 3% gewijzigd door MyloXylo op 23-05-2015 09:47:02 ] | |
GeorgeArArMartin | maandag 25 mei 2015 @ 11:47 |
![]() Ik snap het gegeven antwoord wel, maar zou je ook gewoon een indicator bijv. fenolftaleine kunnen toevoegen? Die kleurt roze als de oplossing zuur is, daarmee is de zuurheid toch ook wel aangetoond? | |
MyloXylo | maandag 25 mei 2015 @ 13:24 |
fenolftaleine kleurt roze als de oplossing basisch is. Binas 52A [ Bericht 0% gewijzigd door MyloXylo op 25-05-2015 13:41:29 ] | |
Repelsteeltju | maandag 25 mei 2015 @ 14:05 |
Er staat letterlijk: "een experiment waarbij de zure eigenschap kan worden aangetoond". Het gebruik van een zuur-base-indicator voldoet aan deze voorwaarde. Zoals MyloXylo al opmerkte voldoet " bijv. fenolftaleine kunnen toevoegen? Die kleurt roze als de oplossing zuur is, daarmee is de zuurheid toch ook wel aangetoond?" voldoet echt er niet aan de vereiste "juiste waarneming bij het experiment". Dus ik denk dat je er een van de twee punten voor zou krijgen. | |
GeorgeArArMartin | maandag 25 mei 2015 @ 14:11 |
Bedankt! | |
PizzametKebab | maandag 25 mei 2015 @ 15:04 |
Heeft iemand nog een handige samenvatting/overzicht van scheikunde? Of heeft iemand misschien die examencursusaantekeningen van scheikunde, zou heel fijn zijn! ![]() | |
GeorgeArArMartin | maandag 25 mei 2015 @ 15:08 |
Samengevat is handig, maar die staat niet online. Je kan ook de syllabus doorlezen, daar staat vrijwel alles ook in. | |
#ANONIEM | maandag 25 mei 2015 @ 16:09 |
Dit is nog steeds van toepassing ![]() | |
GeorgeArArMartin | maandag 25 mei 2015 @ 16:14 |
Ik denk dat het wel meevalt. Jammer dat het oefenen voor het examen meer een cursus begrijpend lezen lijkt te zijn dan werkelijk scheikunde leren. | |
Repelsteeltju | dinsdag 26 mei 2015 @ 00:00 |
Op de website van chemie overal staan samenvattingen per hoofdstuk. In het laatste chemie overal boek ook. | |
GeorgeArArMartin | dinsdag 26 mei 2015 @ 09:52 |
2012-2, In de elektrolysecel zijn beide oplossingen gebufferd op een pH van 7,00. In een oplossing van koolstofdioxide komen ook HCO3– ionen voor. 3p 4 Bereken de verhouding [HCO3– ] : [CO2] in een oplossing met een pH van 7,00. In het antwoordenboekje wordt een evenwichtsvergelijking opgesteld en opgelost door Kz en de vergelijking in te vullen, maar ik heb het gedaan met pH = pKa + log([HCO3-]/[CO2]). Ik kom wel op hetzelfde antwoord, maar mijn uitwerking staat niet in het correctievoorschrift (http://static.examenblad.nl/9336112/d/ex2012/vw-1028-a-12-1-c.pdf). Zou het wel goed worden gerekend? | |
MyloXylo | dinsdag 26 mei 2015 @ 11:34 |
Als het vakinhoudelijk gewoon juist is wel natuurlijk. Als jouw manier gewoon goed is dan wel, maar dat durf ik niet te zeggen want ik heb dat zo nog nooit opgelost. Denk dat het wel kan omdat je goed uitkomt. | |
Spatieloos | dinsdag 26 mei 2015 @ 22:29 |
Help:Welke kunnen het beïnvloeden?? | |
PizzametKebab | dinsdag 26 mei 2015 @ 22:38 |
Vgm allemaal | |
Spatieloos | dinsdag 26 mei 2015 @ 22:40 |
Katalysator iig niet, dat versnelt alleen de reactie. | |
Repelsteeltju | woensdag 27 mei 2015 @ 02:54 |
Als ik het goed heb alleen de tempratuur. Ik kom vroeger of later met een uileg, maar is nu laat. | |
#ANONIEM | woensdag 27 mei 2015 @ 03:09 |
Concentratie is toch de verdelingsgraad? | |
laiveneertiekje | woensdag 27 mei 2015 @ 07:14 |
De temperatuur verandert de waarde van de evenwichtsconstante, aangezien bij een hogere temperatuur de endotherme reactie daar voordeel van ondervind. De rest beïnvloed de waarde van de evenwichtsconstante niet, maar kan wel de ligging van het evenwicht veranderen. | |
laiveneertiekje | woensdag 27 mei 2015 @ 07:15 |
Verdelingsgraad is hoe fijn een stof verpoederd is. Dat hoeft niet automatisch een concentratie te zijn. Denk aan actieve kool. Doordat dat zo fijn verpoederd is heeft het heel veel oppervlakte waaraan kleurstoffen kunnen hechten. Als je dat als blok gebruikt zal het veel minder kunnen hechten. Dit geldt ook voor poreuze materialen. | |
GeorgeArArMartin | woensdag 27 mei 2015 @ 07:30 |
Alleen de temperatuur. Een verhoging veroorzaakt een verschuiving naar de endotherme kant. De rest beïnvloedt de reactiesnelheid, maar niet de evenwichtsconstante. |