Ah thanks, ik zag toevallig wel ergens dat als er een ladingsverschil is de stof polair isquote:Op vrijdag 1 mei 2015 19:51 schreef MyloXylo het volgende:
Ik denk dat dat is omdat NicH+ geladen is? Het polair zijn van een stof hangt af van aanwezige ladingsverschillen.
Correct me if I'm wrong.
Ah helemaal super! Dankjewel!quote:Op zaterdag 2 mei 2015 12:40 schreef laiveneertiekje het volgende:
Zodra er echt een lading aanwezig is is het automatisch polair ja. Denk bijvoorbeeld ook aan een zeepion. Als het vetzuur lost het niet op in water, als ion (geconjungeerde base) wel.
Ik geloof dat dit te maken heeft met het feit dat de NH groepen geen zijketen vormen. Bij polymeren bijvoorbeeld bevinden er zich soms OH en NH groepen in de zijketen, daardoor ontstaan er dus waterstof-/NH bruggen met andere polymeren waardoor er een netwerk ontstaat.quote:Op zaterdag 2 mei 2015 21:56 schreef VliegTafelVrouw het volgende:
vwo 2011 eerste tijdvak
[ afbeelding ]
Juiste antwoord:
Een molecuul N,N-methyleen-bisacrylamide heeft twee C = C bindingen. Die C = C bindingen kunnen elk in een verschillende keten terechtkomen.
Ik begrijp waarom dit antwoord juist is, wat ik niet begrijp is waarom mijn antwoord fout is.
Mijn antwoord:
Er kunnen NH-bruggen gevormd worden tussen de verschillende ketens.
NH groepen vormen waterstofbruggen, en dat zijn aantrekkende krachten, maar geen echte atoombinding. Bij verwarmen kunnen de ketens alsnog langs elkaar gaan bewegen, en heb je een thermoplast. Als je 1 C=C binding laat polymeriseren in de hoofdketen, heb je in de zijgroepen dus nog C=C bindingen zitten. Die kunnen ook additiereacties aangaan waardoor je tussen de polymeerketens onderling atoombindingen vormt. Dan krijg je een echt netwerkpolymeer.quote:Op zaterdag 2 mei 2015 21:56 schreef VliegTafelVrouw het volgende:
vwo 2011 eerste tijdvak
[ afbeelding ]
Juiste antwoord:
Een molecuul N,N-methyleen-bisacrylamide heeft twee C = C bindingen. Die C = C bindingen kunnen elk in een verschillende keten terechtkomen.
Ik begrijp waarom dit antwoord juist is, wat ik niet begrijp is waarom mijn antwoord fout is.
Mijn antwoord:
Er kunnen NH-bruggen gevormd worden tussen de verschillende ketens.
Ik kan je helaas niet helemaal volgenquote:Op vrijdag 22 mei 2015 14:46 schreef royvandijk het volgende:
Ik reken nu al jaren met mollen.
Maar 1 ding valt me nu op...
In het periodiek systeem staan toch the atoommassa's in "u"? En bij opgaven wordt de massa in gram gegeven en gerekent? Dat is toch niet hetzelfde?
Bijvoorbeeld met CH4:
Ch.h(mol): 1 x
massa: 16u 32gram
x=32/16=2,0 mol CH4
Maar u =/= gram??
1 Atomaire massa-eenheid [u] = 1,660 538 921 ×10^-24 Gram [g]
Nu wel?quote:Op vrijdag 22 mei 2015 15:00 schreef MyloXylo het volgende:
[..]
Ik kan je helaas niet helemaal volgen
Het aantal deeltjes in een mol is zo gekozen dat de massa van het molecuul in u gelijk is aan de massa van in mol van die stof in grammen.quote:Op vrijdag 22 mei 2015 14:46 schreef royvandijk het volgende:
Ik reken nu al jaren met mollen.
Maar 1 ding valt me nu op...
In het periodiek systeem staan toch the atoommassa's in u (atomaire massa-eenheid)? En bij opgaven wordt meestal de massa in gram gegeven en daar wordt ook mee gerekent? Maar u en gram is toch niet hetzelfde?
Bijvoorbeeld:
Hoeveel mol is 32 gram CH4?
Ch.h(mol): 1 x
massa: 16u 32gram
x=32/16=2,0 mol CH4
Maar u is toch niet gram??
1 Atomaire massa-eenheid [u] is namelijk 1,660 538 921 ×10^-24 Gram [g]
In een buffer bevinden zich altijd een zuur met zijn geconjugeerde base (of een base met zijn geconjugeerde zuur).quote:Op vrijdag 22 mei 2015 16:50 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
Hoe herken je een buffer? Ik weet dat een buffer een methode is om de pH niet te snel te laten veranderen en ik ken de HH-vergelijking (pH = pKa + log([A-]/[HA])) maar hoe kan ik erachter komen wat een buffer wordt na oplossen en wat niet?
Dus alleen zuren/basen die niet volledig uit elkaar vallen vormen buffers?quote:Op vrijdag 22 mei 2015 18:32 schreef MyloXylo het volgende:
[..]
In een buffer bevinden zich altijd een zuur met zijn geconjugeerde base (of een base met zijn geconjugeerde zuur).
Dus CH3COOH en CH3COO- samen in één oplossing
of NH3 en NH4+ in één oplossing
Inderdaad alleen zwakke zuren en basen vormen buffers.quote:Op zaterdag 23 mei 2015 07:46 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
[..]
Dus alleen zuren/basen die niet volledig uit elkaar vallen vormen buffers?
Andere vraag:
Als aan een alkyn H2 wordt toegevoegd, reageert het toch door naar een alkaan? In samengevat staat namelijk dat het alkyn naar een alkeen reageert...
Maar in een mengsel reageert het toch meteen door of niet? Ik kan me namelijk moeilijk voorstellen dat het alkeen te isoleren is tijdens/na de reactie.quote:Op zaterdag 23 mei 2015 09:02 schreef MyloXylo het volgende:
[..]
Inderdaad alleen zwakke zuren en basen vormen buffers.
Een alkyn reageert naar een alkeen en een alkeen naar een alkaan
Dat klopt, maar het alkyn zal eerst reageren tot alkeen en daarna tot alkaan. Na die reactie zul je in het reactiemengsel inderdaad wel vooral alkanen hebben als de H2 in overmaat is.quote:Op zaterdag 23 mei 2015 09:06 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
[..]
Maar in een mengsel reageert het toch meteen door of niet? Ik kan me namelijk moeilijk voorstellen dat het alkeen te isoleren is tijdens/na de reactie.
Thanks! Ik weet wel dat de manier om ze te stoppen een katalysatorvergiftiging toe te passen.quote:Op zaterdag 23 mei 2015 09:11 schreef MyloXylo het volgende:
[..]
Dat klopt, maar het alkyn zal eerst reageren tot alkeen en daarna tot alkaan. Na die reactie zul je in het reactiemengsel inderdaad wel vooral alkanen hebben als de H2 in overmaat is.
HZ + H2O <--> Z- + H3O+ / HZ <--> H+ + Z-quote:Op zaterdag 23 mei 2015 09:28 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
Laatste vraag, hoe herken je ook alweer of je de Kz of Kb moet gebruiken?
Als de Kz gebruikt moet worden stond het zuur toch altijd in de teller? Dus
HZ -> <- H+ + Z-
K = [H+][Z-]/[HZ]
[H+] = [Z-]
En voor vaste stoffen mocht altijd 1 ingevuld worden, geldt dat voor alle evenwichtsbreuken? Dus ook bij oplosbaarheid?
fenolftaleine kleurt roze als de oplossing basisch is.quote:Op maandag 25 mei 2015 11:47 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
[ afbeelding ]
Ik snap het gegeven antwoord wel, maar zou je ook gewoon een indicator bijv. fenolftaleine kunnen toevoegen? Die kleurt roze als de oplossing zuur is, daarmee is de zuurheid toch ook wel aangetoond?
Er staat letterlijk: "een experiment waarbij de zure eigenschap kan worden aangetoond". Het gebruik van een zuur-base-indicator voldoet aan deze voorwaarde.quote:Op maandag 25 mei 2015 11:47 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
[ afbeelding ]
Ik snap het gegeven antwoord wel, maar zou je ook gewoon een indicator bijv. fenolftaleine kunnen toevoegen? Die kleurt roze als de oplossing zuur is, daarmee is de zuurheid toch ook wel aangetoond?
Samengevat is handig, maar die staat niet online. Je kan ook de syllabus doorlezen, daar staat vrijwel alles ook in.quote:Op maandag 25 mei 2015 15:04 schreef PizzametKebab het volgende:
Heeft iemand nog een handige samenvatting/overzicht van scheikunde? Of heeft iemand misschien die examencursusaantekeningen van scheikunde, zou heel fijn zijn!
Ik denk dat het wel meevalt. Jammer dat het oefenen voor het examen meer een cursus begrijpend lezen lijkt te zijn dan werkelijk scheikunde leren.quote:
Als het vakinhoudelijk gewoon juist is wel natuurlijk. Als jouw manier gewoon goed is dan wel, maar dat durf ik niet te zeggen want ik heb dat zo nog nooit opgelost. Denk dat het wel kan omdat je goed uitkomt.quote:Op dinsdag 26 mei 2015 09:52 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
2012-2, In de elektrolysecel zijn beide oplossingen gebufferd op een pH van 7,00. In een
oplossing van koolstofdioxide komen ook HCO3– ionen voor.
3p 4 Bereken de verhouding [HCO3– ] : [CO2] in een oplossing met een pH van 7,00.
In het antwoordenboekje wordt een evenwichtsvergelijking opgesteld en opgelost door Kz en de vergelijking in te vullen, maar ik heb het gedaan met pH = pKa + log([HCO3-]/[CO2]). Ik kom wel op hetzelfde antwoord, maar mijn uitwerking staat niet in het correctievoorschrift (http://static.examenblad.nl/9336112/d/ex2012/vw-1028-a-12-1-c.pdf). Zou het wel goed worden gerekend?
Welke kunnen het beïnvloeden??quote:123 van een aantal factoren aangeven of deze de waarde van de evenwichtsconstante beïnvloeden:
• temperatuur;
• druk;
• concentratie van stoffen;
• katalysator;
• verdelingsgraad.
Als ik het goed heb alleen de tempratuur. Ik kom vroeger of later met een uileg, maar is nu laat.quote:
Verdelingsgraad is hoe fijn een stof verpoederd is. Dat hoeft niet automatisch een concentratie te zijn.quote:
Alleen de temperatuur. Een verhoging veroorzaakt een verschuiving naar de endotherme kant. De rest beïnvloedt de reactiesnelheid, maar niet de evenwichtsconstante.quote:Op dinsdag 26 mei 2015 22:29 schreef Spatieloos het volgende:
Help:
[..]
Welke kunnen het beïnvloeden??
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |