AH-Medewerkerstopic [deel 222] Met een heus Albert Heijn Woordenboek

1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
151
152
153
154
155
156
157
158
159
160
161

A (Assortimentscode): Regulier assortiment
AA: (Ass.code): Administratief artikel
Afleverstroom: Levering van een bepaalde leverancier of DC (1=RDC, 2=RVC, 3=LVC, 4=Diepvries, 5=Brood, 6=Bloemen, 7=Waardetransport, 9=LDC, 10=DC-Note, 11=Kaascentrale)
AGF: Aardappelen, groente, fruit
AH: Albert Heijn
Ahá: Periodiek voor medewerkers vol propaganda
AH Cross: Systeem dat diverse AH-toepassingen verbindt (bijvoorbeeld assortiment, voorraad, bestelling)
Ahold: Holding van AH waar ook Etos, Gall, De Tuinen, Albert.nl en een hele serie buitenlandse ondernemingen onder vallen.
Aldipress: 1 van de 2 tijdschriftenleveranciers. Grijs/zwarte kratten
ASM: Assistent Supermarktmanager
Assortimentsgroep: Deel van het assortiment waarvoor je de worpschets krijgt, zoals broodbeleg of dierenvoeding kat. Genummerd 1 t/m 999.
B-correctie/Ass.code B: Toegevoegd aan assortiment door de winkel. Wordt automatisch besteld door RE
Baarn II: Breed uitgerold type AH-winkel van voor DNAH.
Bakplan: Uitgeprinte lijst waar op staat hoeveel broodjes je op welke tijd moet bakken.
BCD-Uren: Bijzonder Verlof-uren voor algemene feestdagen.
BD-Uren: Bijzonder Verlof voor bijvoorbeeld begrafenissen
BE: BestelEenheid (inhoud van een collo)
Beppie: Staat model voor de klant van Albert Heijn, vereeuwigd in een standbeeld voor het hoofdkantoor. Op de sokkel staat de tekst "Opdat wij niet vergeten voor wie wij werken".
Betapress: 1 van de 2 tijdschriftenleveranciers. Blauw/rode kratten
C-correctie/Ass.code C: Uit het assortiment gehaald door de winkel.
Carroussel: Onderdeel van het LDC waar onder andere de tabak vandaan komt.
CBL: Centraal Bureau Levensmiddelenhandel. Overkoepelende organisatie voor food-retailers
CBL-Fust: zwarte krat, in verschillende maten (de grote zijn 8-11-17-23, de halfjes 8 en 16). Het statiegeld is ¤3,86 per krat.
CE: ConsumentenEenheid, 1 produkt. In een BE gaan bijvoorbeeld 12 CE.
Codeboek: Elektronisch systeem waar de houdbaarheidsdata van produkten in wordt opgeslagen. Vroeger was het echt een boek (klapper), vandaar de naam.
Collo (1 collo, 2 of meer colli): Leveringseenheid vanaf het DC. Bijvoorbeeld ene doos met rollen koekjes, een tray knakworsten of een krat bier.
Communicatiecontainer (Comco): Container met o.a. promotiematerialen voor de volgende week. Afhankelijk van je spoorboekje geleverd op donderdag of vrijdag.
C&P: Combineer&Profiteer, systeembenaming voor actie-artikelen en actie-pakketten (Een actiepakket is bijvoorbeeld 'alle unox 25% korting'.
C-Store: Convenience Store (AH To Go)
Dagrestant: Vulling die niet meer in het schap past, maar op zeer korte termijn (dezelfde of volgende dag) wel
DASA (toep): Decentraal Assortimentssysteem
DBA: Dienst Beveiliging AH. Oude naam voor R&S
DC Note: Non food-DC in Oosterhout
DCO: Regionaal Distributiecentrum Overijsel (Zwolle)
DCP: Regionaal Distributiecentrum Pijnacker
DCT: Regionaal Distributiecentrum Tilburg
DCZ: Regionaal Distributiecentrum Zaandam
Deli: Vleeswaren en Kaas in bediening
Digi: Weegschaal voor deli- of broodafdeling die de produktstickers uitprint. Genoemd naar de leverancier.
DNAH: De Nieuwe Albert Heijn, winkeltype/indeling/inventaris sinds ongeveer 2009
Dolly: Onderstel op wielen zo groot als één CBL Fust.
DP-90: Type Digi, weegschaal die niet weegt maar stickers op artikel-aantal print.
DPS: Dubbele prijs signaal (artikelsignalering bij de kassa)
DW: Weekkrant voor de winkels met informatieve zaken
DW/Instore: Weekkrant voor de winkel met uitleg over promotiematerialen
EAB: Elektronische Afleverbon; de bijschrijving van de geleverde artikelen in de voorraad. Lokale leveranciers hebben in de regel geen EAB.
EAN: European Article Number. Streepjescode.
ELF: Emballage, leeggoed, fust. Wordt eens per kwartaal geteld met de ELF-telling
ELM: Elektronische Leeromgeving
Emballage: Lege flessen
FAAS (toep, hist.): Filiaal Afwijkingen Alarmering Systeem (meldingen over kassa-afwijkingen, bonuskaarten, retourafspraken)
Facing: Vakbreedte.
FALS (toep): Filiaal Algemene Systemen. O.a. kalender en openingstijden.
FBA (toep, hist.): Historische voorloper van RFBA
FBIS (toep): Filiaal Besturings Informatie Systeem (o.a. omzetgegevens en bakplannen)
FHV: Filiaal Hulpverlening (Buiten AH heet dat BHV). Basiskennis van EHBO, brandveiligheid en ontruiming.
FIFO: First in, first out.
F-jes en S-jes (hist.): Door het Filiaal (F) of Systeem (S) aangemaakte tellingen uit de tijd van RFBA.
FKVW (toep, hist.): Filiaal kas Verantwoording (kasverschillen uitrekenen)
FMAS (toep): Filiaal Management Autorisatie Systeem. Voor het regelen van de autorisaties van de klassieke toepassingen.
FUR (toep, hist.): Filiaal Uren Registratie. Voorloper van de uitbetaling van R&R.
FVOS (toep): Filiaal Voorraad Systeem
GSPI (toep, hist.): Goederenstroom Performance Indicatoren. Smileys die aangaven hoe goed je winkel voor elkaar was.
GTR-kast: Gekoelde technische ruimte. Kast waar o.a. de kassaserver in staat. Sleutel is eigenlijk altijd kwijt.
HACCP: Hazard Analysis and Critical Control Points. Binnen AH een elektronisch systeem dat o.a. hygiëne en temperaturen van koelingen en leveringen registreert.
HOKA: Hoofdcaissière
Hollander: Leverancier van veel winkelsystemen én de beveiliging.
HOMAG: Hoe Om te Gaan met Afwijkend Gedrag. Training om om te gaan met afwijkende (agressieve, proletarisch winkelende) klanten.
HRBP: Human Resources Business Partner; Verantwoordelijke voor personeelszaken
HT: Handterminal voor o.a. tellingen.
IDB/Iedere Dag Beter: Verbeterproject voor interne processen. En slogan.
Initiële actie: Uitgeleverde actie-artikelen voor de volgende actieweek, geleverd tussen woensdag en zondag afhankelijk van je filiaal.
KK (hist.): Kant&Klaar display uit de tijd van de pallets. Heet nu (op wielen) RAD.
KOFA (toep, hist.): Kosten/Facturen
KPT: Korte Parttimer; contract 48 uur per periode of lager
KTO: Klanten Tevredenheids Onderzoek
Ladingdrager: Iedere container, rolly, dolly, ric, minitainer etc. in een levering.
LDC: Landelijk Distributiecentrum (houdbaar langzaamlopers, Geldermalsen)
LVC: Landelijk Verscentrum (vers kortcodig, Nieuwegein/De Meern)
Manco: Ontbrekende collo/colli in de levering
MAS (hist.): Management Assistent. Verdwenen administratieve functie.
MEDW: Medewerkers systemen (wijzigen en invoeren medewerkersgegevens, alleen toegankelijk voor management)
Minitainer: Mini-container voor aardappelen, ook gebruikt voor de waszak
MOMO: Manual Order Modification OutletBestelsysteem (eigenlijk de interface. Het systeem zelf heet Replenishment).
MTO: Medewerkers Tevredenheids Onderzoek
Mutatie: Assortimentswijziging voor een gedeelte van een assortimentsgroep. Kleiner in omvang dan een worp
MVP: Medewerker Voordeel Plan. 10% korting op je boodschappen, tot ¤75 per kwartaal te ontvangen via je loonstrook
NASA-nummer: Nieuwe Artikel Structuur AH; het interne artikelnummer. Niet te verwarren met de streepjescode.
NCR: National Cash Register. Leverancier en onderhoudsbedrijf voor het hele kassasysteem, alles onder contract.
ND/Norbert Dentressangle (Voorheen Christian Salvesen): Diepvries leverancier
Nee-verkoop: Leeg vak. 'Nee-verkoop lopen' is voorraadcontrole op lege vakken.
Nova: Nieuwe Outlet Varianten Albert Heijn (onderhouden van actiemeubelen in de computer)
OBM: Order Bevries Moment; na dit tijdstip (minus een half uur) kunnen geen extra orders meer worden toegevoegd. Op het OBM stopt RE met het herberekenen van je bestelling.
OG: Ontvangst Goederen
OKG: Onvoorwaardelijke kwaliteitsGarantie. Jargon voor het terugboeken en geld teruggeven aan de klant voor een teruggebracht artikel. Vroeger ook de naam voor het bijbehorende formuliertje
OM: Operationeel Manager; Leidinggevende van een winkelgebied (meerdere supermarkten)
OPWU: Omzet per gewerkt uur, indicatie voor de productiviteit van de medewerkers.
Opzet: Klaarzetten bake-off voor de volgende ochtend
OR: Ondernemingsraad; gekozen vertegenwoordiging van medewerkers, gesprekspartner van de directie
OZ: Onderlinge Zending; zending van het ene filiaal naar het andere
PAD: Permanent Actiedisplay. Vaak met drogmetica
Pallas: Database met winkelresultaten.
Penwijziging: Assortimentswijziging van een enkel artikel.
PEROPS: Periodeafsluiting m.b.t. de uitbetaling. Op de eerste maandagochtend van de nieuwe periode
Plaza: AH Intranet
PLU: Price Look Up Code, verkort artikelnummer aan de kassa voor bijvoorbeeld AGF, bierkratten en diverse tickets.
Poortwachter: Verzuimsysteem, genoemd naar de Wet Poortwachter
R&R: Roosteren & Realiseren. Roosterprogramma
RAD: Rollend Actiedisplay
RE/Replenishment: Naam van het bestelsysteem
RFBA (toep): Redesign Filiaal Bestel Assistent (voorloper van Replenishment)
RFPG: Interface van MEDW.
Schapstickercodes: A = Aangevraagd, B = wijziging BE, F = wijziging Facing, P = Prijswijziging, W = Worp, X = overige wijziging.
RIC: Roll-in Container. Voor melk.
RI&E: Risico Inventarisatie & Evaluatie: wettelijk verplichte lijst met aandachtspunten en plannen voor risicobeperking in brede zin
RM: Regiomanager; Leidinggevende van meerdere winkelgebieden
Rolly: onderstel op wielen zo groot als 2 CBL-fusten (dus dubbel zo groot als een dolly)
R&S: Risk & Security. Interne veiligheidsdienst
RZ-levering: Levering van een niet-AH-DC. Dus diepvries, tijdschriften, waardetransport of een lokale leverancier
SBRM: Small Business & Retail Management, HBO-opleiding voor de sector
SM/SMM: Supermarktmanager
Spoorboekje: Overzicht van lever- en besteltijden.
SRP: Shelf-Ready Packaging. Artikel dat met doos/tray en al het schap in gaat.
SRVP (toep): Servicepunten Onderhoud. Kassa- en weegschaal gerelateerde zaken.
SSC: Self Service Center. Elektronische Helpdesk.
Steekproef 201: Steekproef voor de fiscus om aan te tonen dat het voorraadbeheer goed genoeg was om niet te hoeven balansen. Afgeschaft voor WWM.
T-correctie: Artikel tijdelijk toegevoegd aan assortiment. Het scant aan de kassa maar wordt niet automatisch bijbesteld.
Telefoonnummer: 088 659 XXXX, waarbij XXXX het filiaalnummer.
TEXT (toep): Tekst-toepassingen (onder andere nog gebruikt voor kassarapporten)
TIB: Technisch Inventaris Bestelboek. Om planken, schapstickerhouders en ander inventaris te bestellen.
Tijdelijke fout (hist.): Fout die optrad bij het laden van de oude terminals, die niet tijdelijk was.
TL: Teamleider. Kan fulltime of parttime zijn.
Tomra: Flessenband (naam van de leverancier)
Triple-O: Ordergrootte Onafhankelijke Orderpickmodule (machine op de DC die automatisch de orders pickt)
TUS: Tijdelijk uit sortering. Tijdelijk niet leverbaar.
TVT/TVU: Tijd voor Tijd/Te verrekenen Uren. Uren gewerkt boven contract die niet direct worden uitbetaald.
US: Uit sortering/Uit assortiment.
VCR: Voorraad Controle Risico
VDC: Virtueel Distributiecentrum (voor verkoop tickets en beltegoed).
Verkoop: Bedieningsafdelingen
VKA: VerkoopAfhandeling. Afdeling Kassa/Counter
VKK: VerkoopKlaar. Alles dat wordt verkocht zoals het binnenkomt (houdbaar, diepvries, verpakt vers etc.)
VM (hist.): Verkoopmanager. Zat vroeger in rang onder de SM.
VNA (hist.): Verklaring Niet Akkoord, voor afwijkingen bij levering.
VRO: Afkorting voor verpakkingsmaterialen en andere produkten voor intern verbruik in de winkel (denk aan schoonmaak, koffiebekers etc.)
VS (hist.): Verkoopspecialist. Zat vroeger in rang onder de VM; niet-leidinggevende functie.
VVM: Vandaag Voor Morgen. Achterliggende gedachte van de goederenstroom: Vandaag bestellen is morgen binnen, vandaag binnenkrijgen in de winkel voor de verkoop van morgen.
VVO: Verkoop Vloeroppervlak. Oppervlakte van de winkel in vierkante meters, maar exclusief magazijn- en kantoorruimtes.
VVP: VoorVerpakt/Vers Verpakt
VWO: Volgende Week Open (winkels die binnen een week tijd compleet worden gestript en opnieuw ingericht)
WAG: Winkel AssortimentsGroep: hoofdgroep uit het assortiment waarbinnen dan weer de assortimentsgroepen zitten. Bijvoorbeeld Zuivel (15) of Kruidenierswaren (19). Genummerd 1 t/m 39 oneven en 98.
WAP: Winkel Activiteiten Planner. Overzicht van worpen, mutaties en commerciële activiteiten.
Weekrestant: Vulling die niet meer in het schap past, en op korte termijn ook niet (bijvoorbeeld oude actie of rest door voorraadverschil)
Winkelhelpdesk: Telefonische hulpdienst, 075-6592929, voor o.a. hard- en softwarevragen.
Winkelweb (hist.): AH Intranet van de eerste generatie.
WISE: Bijnaam voor de Handterminals, maar ook de afkorting die behoort bij de handterminal-toepassingen.
WORP: Winst door Optimale Ruimtebeheersing en Productiviteit. Schappenplan/assortimentsindeling.
WWM: Winkel Werk Maatschappij. Filialen in eigendom van AH, de niet-franchisers.
XL: Extra-Large AH, in de regel boven de 3000 m2 VVO
ZAV-brood (gasverpakking): Zuurstofarm verpakt brood
ZB: ZelfBediening