Zoals gewoonlijk zat ik gisteravond lekker te genieten van een pint gerstenat. Een doodgewone avond, er waren tabak, cannabis en alcoholische versnaperingen in overvloed.
Toch nam dit avondje op de bank met wat vrinden een nogal recalcitrante ommezwaai richting het onwerkelijke.
Na een paar biertjes ging de deurbel. Ik verwachtte nog vrouwen, dus ik deed zo blij als een kind de deur open.
Voor me stonden 2 moeilijk grote slakken die met mij wouden praten over het geloof.
1 van de slakken in kwestie. Narigheid alom.Gelukkig was ik voorbereid, en pakte ik snel de mok zout die al achter mij stond. Ik gooide zout over de slak en hij viel achterover de trap af naar beneden. Ondertussen was hij natuurlijk zo lekker gaan bellen, en hing er een penetrante lucht in mijn trappenhuis.
Toen ik dit voorval vertelde binnen in de huiskamer schoot Patje1987 uit zijn slof. Hij vroeg:
"Benne gij dan een koekwaus?"Ik stond perplex, mijn broeder in avonturen noemde mij gek. Zou het door die mysterieuze penetrante slakkenluchtbellen komen?
Ik had nog niet eens sorry gezegd of er stond een leger van leguanen op de parkeerplaats voor mijn appartement. Maar dan van die foute nare huurlingen. Die gore slakkenbellenlucht had het hele dierenrijk op z'n kop gezet en de balans van de cirkel van het leven verstoord.
Kutbeesten, een ferme tik op hun kop helpt alleen.Patje1987 en ik hebben gevochten voor ons leven, en we hebben gewonnen.
Dit alles dankzij een potje met drakenzaad die een wijs man ons ooit had gegeven toen we op zoek gingen naar een schat in de uiterwaarden van Zierikzee.
Moraal van dit verhaal?Vermoord nooit slakken die over het geloof komen praten.