Elk vertrek in uw huis heeft stopcontacten en andere elektrische aansluitpunten. Via de meterkast ontvangt u stroom en worden de stroompunten voorzien van elektriciteit. Ondanks dat er alles aan gedaan wordt om de elektrische installatie en de apparatuur zo veilig mogelijk te maken, kunnen er toch riskante situaties ontstaan. Als u weet waar u op moet letten, kunt u veilig blijven genieten van uw energie. Dag in, dag uit.
Overbelasting
Bij overbelasting gaat er te veel stroom door de huisinstallatie. Bijvoorbeeld omdat er te veel elektrische apparaten worden gebruikt. Overbelasting kan brandgevaar opleveren doordat de elektriciteitsdraden te warm worden. De stop of automaat in de meterkast reageert bij overbelasting en zorgt voor onderbreking van de stroom.
Overbelasting kunt u voorkomen
Controleer in de meterkast of uw huisinstallatie verschillende groepen heeft. Zo is de belasting per groep lager dan wanneer alles op één groep is aangesloten.
Heeft u te weinig groepen? Laat een erkend installateur nieuwe groepen installeren. Check of er niet meer dan ongeveer 3600 watt op één groep wordt aangesloten. Een gemiddelde wasmachine vraagt ongeveer 3000 watt. Wilt u weten hoeveel u aansluit? Kijk dan op het typeplaatje of in de gebruiksaanwijzing.
Gebruik een aparte groep voor wasmachine of wasdroger. Worden er meer apparaten op dezelfde groep aangesloten, dan kan de stop of automaat in de meterkast doorslaan.
Gebruik nooit driewegstekkers.
Gebruik zo min mogelijk verdeelstekkers. Sluit apparaten indien mogelijk direct op het stopcontact aan. Gebruikt u toch een verdeelstekker let dan op het KEMA-keur (of de Duitse variant VDE-keur).
Groepen
Door de huisinstallatie in verschillende groepen te verdelen, is de belasting per groep lager dan wanneer alles op één groep is aangesloten. Voor het aansluiten van wasapparatuur is tegenwoordig een aparte groep verplicht. Zitten wasmachine en wasdroger op dezelfde groep, dan is er vaak een keuzeschakelaar ingebouwd. Deze voorkomt dat de wasmachine en de droger tegelijkertijd aanstaan.
Stoppen en automaten
De stoppen (of zekeringen) in de meterkast zorgen ervoor dat er niet te veel stroom door een groep gaat. In modernere huizen zijn de stoppen vaak vervangen door automaten.
Als er te veel stroom door de automaat loopt schakelt hij uit. Nadat de automaat is afgekoeld, kunt u deze weer ingeschakelen. Om opnieuw uitschakeling te voorkomen kijkt u welke apparaten de overbelasting veroorzaken. Deze kunt u uitschakelen.
Kortsluiting
Als er in de meterkast een stop of automaat doorslaat, dan kan er ergens in huis kortsluiting zijn. Kortsluiting ontstaat wanneer één of meer elektrische draden met elkaar in contact komen. Bijvoorbeeld door een kapot apparaat of een beschadigde kabel. De stroom vindt dan ongehinderd zijn weg naar plekken waar het niet hoort. Gelukkig schakelt de stop of automaat in de meterkast direct de stroom uit.
Kortsluiting kunt u voorkomen:
Check of elektrische kabels goed geïsoleerd zijn. De mantel mag niet beschadigd zijn.
Gebruik alleen elektrische apparaten die minimaal een CE-markering hebben. Nog beter is een Kema-keur (of de Duitse variant VDE-keur).
Houd u zich altijd aan de gebruiksaanwijzing van elektrische toestellen.
Zorg ervoor dat u elektrische kabels nooit vastspijkert of vastniet.
Raak blootliggende kabels nooit aan.
Laat nooit een elektriciteitskabel onder een deur op tapijt doorlopen. Door slijtage kan kortsluiting of brand ontstaan.
Gebruik kabels nooit om iets op te hangen.
Trek nooit aan kabels om de stekker uit het stopcontact te halen. Gebruik hiervoor de stekker.
Gebruik nooit meer dan één verlengsnoer tussen apparaat en stopcontact.
Gebruikt u een verlengkabel, bijvoorbeeld op een haspel? Rol het snoer dan volledig uit voor gebruik.
Aardsluiting
Veilig gebruik van elektriciteit begint met deugdelijke aarding. Het voorkomt dat apparaten onder spanning komen te staan. Is er ergens in uw huis een defect toestel, dan zorgt de aarding ervoor dat de stroom veilig via de aardleiding naar de aarde wegvloeit. De stop in de meterkast slaat door of de aardlekschakelaar schakelt automatisch de elektriciteit uit voordat het gevaarlijk kan worden. Ondeugdelijke aarding wordt vaak pas ontdekt als er iets fout gaat. U merkt niet zo snel of uw installatie niet meer geaard is. De wasmachine bijvoorbeeld blijft het gewoon doen als de aarde-draad loszit of ontbreekt.
Check of u een aardlekschakelaar in de meterkast heeft. Zo niet, laat er dan een installeren door een erkend elektrotechnisch installateur.
Voer zelf geen reparaties uit aan de elektrische installatie, laat doen door een erkend elektrotechnisch installateur.
Laat uw elektrische installatie altijd checken na een verhuizing of verbouwing. Doe dit ook als u twijfelt aan de aarding. Vraag dit aan een erkend installateur.
Laat de aardelektrode 1 maal per 10 jaar controleren door een erkend installateur.
Test minstens twee keer per jaar uw aardlekschakelaar, bijvoorbeeld bij de overgang naar zomer- of wintertijd. Druk de testknop in. De elektrische installatie wordt nu uitgeschakeld. Zet u de schakelaar weer terug, dan werkt alles weer normaal. Lukt dit niet, laat dan meteen een erkend elektrotechnisch installateur langskomen.
Veilig gebruik
Gebruik zo veel mogelijk apparaten met een geaarde stekker.
Let bij de aanschaf van een apparaat op de aarding. Goede aarding is makkelijk te herkennen aan de geaarde stekker, de stekker bevat inkepingen waarin metalen stripjes liggen.
Sluit apparaten met een geaarde stekker alleen aan op stopcontacten met aarde. Een geaard stopcontact is dieper dan een ‘normaal’ stopcontact en is te herkennen aan de metalen contacten.
Als een stekker niet past, kunt u het apparaat ook niet veilig gebruiken. Als de stekker in één keer past, is de verbinding in orde.
Pas op met vocht. Zet geen vaas op uw tv of drankjes vlakbij een elektrisch toestel.
Let op in de badkamer. Metalen leidingen zijn hier geaard. Let er op dat u deze aarding niet verbreekt.
Elektrocutie
Elektrocutie betekent dat het menselijk lichaam in aanraking komt met stroom. Een klein beetje stroom voelen wij niet of nauwelijks. Maar hogere stromen kunnen leiden tot ademhalingsproblemen, verbranding en ernstige hartritmestoornissen, die zonder medisch ingrijpen tot de dood kunnen leiden. Als u zich houdt aan de veiligheidsvoorschriften, dan is de kans op gevaarlijke situaties klein. Voorkomen is beter dan genezen:
Raak een elektrisch apparaat nooit aan met natte handen.
Gebruik geen elektrische toestellen als u met de voeten in het water staat.
Pas op met elektrische apparaten bij bad of douche. Zorg voor voldoende afstand tot het water en zorg dat er geen apparaten (bijvoorbeeld haardroger) in bad kunnen vallen.
Ga nooit strijken op het balkon of in de tuin, zeker niet op blote voeten.
Gebruik nooit een 230 Volt-looplamp of een 230 Volt-bouwlamp in de kruipruimte. Een zaklamp of hoofdlamp op batterijen is veiliger.
Gebruik alleen geaarde apparatuur, zeker in natte ruimten.
Gebruik geen stopcontact dat kapot, gedemonteerd of slecht bevestigd is. Laat dit eerst herstellen.
Gebruik geen driewegstekkers.
Raak blootliggende kabels nooit aan.
Trek nooit aan kabels om de stekker uit het stopcontact te halen. Gebruik hiervoor de stekker.
Houd u zich altijd aan de gebruiksaanwijzing van elektrische toestellen
Wat te doen bij elektrocutie:
Raak het slachtoffer beslist niet aan, anders wordt u zelf slachtoffer.
Schakel onmiddellijk de stroom uit. Haal de stekker uit het stopcontact of schakel de stroom uit in de meterkast.
Bel direct 112.
Verleen eerste hulp.
Laat het slachtoffer niet alleen.
Tips van energieveilig.nl