En ja, Nederland is al genoeg uitgekleed door stuurgroepjes, stichtingen, PvdA-pluizen. En wat hij over boerka’s en hoofddoekjes zegt, is prima. Je kunt toch geen rechter, advocaat of leraar in een boerka zijn werk laten doen! Ook die hoofddoekjes. Waarom moeten die zo nodig? Gevaarlijk in het verkeer. Kijk in Marokko. Daar zie je ze niet.
quote:
Telegraaf/zaterdag
xxxxxxxxxxxxxxx
Succesvolle Marokkaan Emfddal Amrani (65) weet wel raad met lastige
landgenoten
’TIJD VOOR DISCIPLINE’
• Emfddal Amrani windt er geen doekjes om wat hij vindt van het gedrag van
Marokkaanse probleemjongeren. „Voorbij met het gehang en intimidaties. Dat
scheelt Nederland miljoenen aan sociaalwerkers, wazige stichtingen en
kosten die justitie maakt om ze achter de tralies te
FOTO’S: RICHARD MOUW, DE TELEGRAAF
HIJ HEEFT ZIJN NAAM mee. Emfddal (betekent: gunstig) Amrani. Op de
levensteller van deze gunstige Marokkaan staan 65 intensieve jaren,
waarvan hij er 45 in Nederland versleet. Hij werkte zich als een van de
eerste gastarbeiders omhoog door studie, bloed, zweet en tranen. Van
constructiewerker in een ijzergieterij, via rijinstructeur tot beëdigd
tolk/vertaler en vlieger. Hij adviseerde burgervader Han Polman van Bergen
op Zoom om alle coffeeshops te sluiten. „Drugs leiden tot inbraken en
roof. Weg ermee.” Amrani kijkt als strenge oom naar zijn jonge landgenoten
„Nederland, een prachtig land dat naar de sodemieter is geholpen.
Oplossing? Vriendjes worden met Marokko.” • Emfddal Amrani, piloot in zijn
eigen vliegtuig. „Kijk nu toch eens wat een prachtig land met prachtige,
eerlijke harde werkers. Het is doodzonde dat jullie te aardig zijn…”
door ROB HAMMINK
BERGEN OP ZOOM, zaterdag
Bij ons afscheid stopt Emfddal Amrani (65) Hollandse appels samen met
Marokkaanse sinaasappels in een smetteloze witte plastic zak. „Voor thuis.
De vruchten hebben beide een andere achtergrond, maar daar merk je niets
van als je ze eet.” Misschien is het stille ironie of een onderstreping
van ons urenlange gesprek waar één ding heel duidelijk werd: met Marokko
gaat het momenteel economisch goed, met Nederland gaat het slecht.
Volgens de wetten der logica kwam dat uiteindelijk op een boude stelling
in Huize Amrani. De kleine man die zo rustig sprak, met twee handen devoot
in elkaar gevouwen, stond uiteindelijk op als een veldheer en hield zijn
opvallend heldere donderpreek: „Stuur alle Marokkaanse jongeren met een
strafblad terug naar Marokko. We kunnen ze goed gebruiken op het land, in
de fabrieken, bij de wegenbouw. En ze worden niet met van die zachte
handschoentjes aangepakt. Wij onze werknemers, jullie van de kostbare
problemen af. Ja, een soort gastarbeiders in tegengestelde richting. Het
wordt tijd voor discipline. Voorbij met het gehang en intimidaties. Dat
scheelt Nederland miljoenen aan sociaal werkers, wazige stichtingen en
kosten die justitie maakt om Marokkaanse reljongeren achter de tralies te
krijgen. Tel uit je winst. Een dag cel kost duizend euro.”
Het zijn geen grote woorden van een kleine man zonder gezag. Als
tolk/vertaler kwam Amrani vaak in contact met rechters, officieren van
justitie en politie. „Op het paleis van justitie in Breda vroegen ze vaak
wat ik vond van het probleem met de Marokkaanse jongeren en hoe het
opgelost kon worden. Ook met burgervaders heb ik regelmatig om de tafel
gezeten. Ik was toch de man met culturele inzichten. Nee, ik heb de club
van twaalf, rechters en burgemeesters, niet laten afreizen naar het
noordoosten van Marokko om daar ter plaatste te ervaren hoe de
verhoudingen tussen jeugd en ouders zijn. Daar kozen ze zelf voor.”
Glimlach: „Ik heb het wel van harte aanbevolen…” Remigratieplan
Voorwaarde voor zijn laatste en ambitieuze remigratieplan is wél het
herstel van de politieke banden tussen Nederland en het land van koning
Mohammed VI. Die zijn niet al te best sinds koningin Beatrix een aantal
jaren geleden zich uitgesproken uitliet over de vereniging met de
Westelijke Sahara en Rita Verdonk op de deur klopte met de eis dat
Marokkanen afstand moesten doen van hun Marokkaanse paspoort, wonend in
Nederland. „En dat is exact jullie probleem. Nederlanders zijn eenvoudige
hardwerkende mensen, maar politiek te correct, te netjes en men bemoeit
zich te veel met de buitenlandse politiek terwijl jullie intern zo veel
zaken hebben om op te lossen. Nu weer dat idee om in Afghanistan politie
en justitie te gaan trainen. Je kunt geen analfabeten trainen. Begrijp dat
nou. Zo’n Wilders ook. Beetje domme vent, maar wel met een aantal strakke
ideeën. Nederland, de huizen hier, zijn inderdaad niet gemaakt op
buitenlandse gezinnen met acht kinderen. En ja, Nederland is al genoeg
uitgekleed door stuurgroepjes, stichtingen, PvdA-pluizen. En wat hij over
boerka’s en hoofddoekjes zegt, is prima. Je kunt toch geen rechter,
advocaat of leraar in een boerka zijn werk laten doen! Ook die
hoofddoekjes. Waarom moeten die zo nodig? Gevaarlijk in het verkeer. Kom
naar Marokko. Daar zie je ze niet. Maar meneer Wilders reist ook alweer de
gehele wereld af met zijn boodschappen. Blijf in je eigen land, man. Los
het hier op.”
Een cynische grimas trekt door zijn gelaat: „Weinig weten en toch meningen
hebben. Ik moet de eerste Nederlander nog tegenkomen die echt iets over
Marokkanen weet, over bijvoorbeeld de effecten van de Spaanse en Franse
bezetters waardoor hele volksstammen in Marokko geen juiste opleiding
hebben gekregen, met alle gevolgen van dien. Wat weet men over de ellende
rondom het ’niemandsland’ de Westelijke Sahara? Ik ken zelfs mensen die
Turkije en Marokko als buurlanden zien. Toegegeven, aan de andere kant:
hoeveel Marokkanen, die al tientallen jaren in Nederland wonen, weten iets
over Willem van Oranje? Het wordt tijd voor verbroedering tussen de
landen. Daar kan veel moois van komen. Sterker nog: daar ligt jullie
redding. Met Marokko komt het wel goed, maak je geen zorgen. Ik heb het
Nederlandse paspoort nooit aangenomen. Ik was, ben en blijf een gast.”
De tussenwoning van Emfddal Amrani in Bergen op Zoom valt alleen op door
de dramatische vitrage, die je in Noord-Afrika tegenkomt. Binnen is alles
netjes, schoon, maar achterhaald. Hier woont een man alleen, een man die
niet nodeloos consumeert en altijd heeft gewerkt. In de hoek, naast de
kooien met parkieten, een Philips grammofoonspeler/radio uit de jaren 70.
De boekenkasten puilen uit met onnavolgbare titels in het Arabisch. Het
Beste boek voor de Weg staat tussen ’Pelgrimage to Mecca’ en Le Coran. Hoe
symbolisch kan zijn leven zijn? Amrani werd in 1945 in het Noorden van
Marokko in het plaatsje Tétouan geboren. Vader was imam en had het niet
breed. De jonge Emfddal moest dagelijks twaalf zware kilometers lopen om
zijn lagere school te kunnen volgen. ’s Avonds, moe, luisterde hij naar de
Wereldomroep. Nieuws werd in het Arabisch vanuit Hilversum naar zijn
kleine slaapkamer gestuurd. „In de Koran staat dat God de wereld schiep,
maar ik wist toen al dat Nederlanders letterlijk hun eigen land maakten
door inpoldering. Fascinerend. En 1953, al die mensen die toen overleden
in Zeeland! Vreselijk. Nederland. Ik droomde ervan om ooit eens te gaan
kijken.” Grimas
Dat gebeurde in 1965, toen de jonge Marokkaan met zijn gymnasium op zak
liftend naar de Lage Landen kwam, via omwegen als Parijs, Antwerpen en
Putten in Brabant. Het enige wat hij had, was een oom om trots op te zijn.
Die was namelijk secretaris bij de koning. „Maar daar had niemand
natuurlijk een boodschap aan. Eens een Turk altijd een Turk. Sorry,
Marokkaan… Toen ik in Bergen op Zoom uitstapte, kwam er een man naar me
toe. Of ik op een camping wilde werken? Dat wilde ik wel, want ik had geen
cent. Ik was een van de eerste vier gastarbeiders hier.”
Daarna volgde de ijzergieterij in Bergen op Zoom, en daarmee het
clichéverhaal van keihard werken, geld opsturen en slapen. Maar de
leergierigheid van Amrani liet geen rust toe. „Ik zat op de wc bij een
kaarsje te leren anders werden de mannen op mijn slaapzaal wakker. Mijn
ontmoeting met boekenhandelaar Stoetzer werd een keerpunt. Hij wilde als
arabist graag een paar dialecten leren en hij leerde mij op zijn beurt
weer Nederlands. Intellectuele ruilhandel. Ik werd rijinstructeur en later
tolk.” Hij sprint weer naar boven om de ingelijste diploma’s te laten
zien. Stof verraadt dat weinig mensen het weten. De verklaring van de
arrondissementsrechtbank in Breda wordt wat langer getoond.
In 1971 werd hij door de president beëdigd tot tolk/vertaler in het
Spaans, Frans, Arabisch en Nederlands. Het geld begon eindelijk binnen te
stromen. Het leven bleef sober. „Ik haalde mijn broer met zijn zes
kinderen, analfabeten, naar Nederland. Die kinderen zijn allemaal via de
mavo, havo en vwo opgeklommen tot de universiteit. Twee zijn advocaat
geworden. Ik was bijzonder streng voor hen en hield nauwlettend in de
gaten of ze wel naar school gingen. Kinderen zijn de toekomst en dat
vergeten veel Marokkaanse ouders. Die laten ze ’s nachts in groepjes op
straat hangen. Als tolk/vertaler heb ik vele honderden strafzaken
bijgezeten, van moord tot tasjesroof. Ik deed mijn werk en nam dan geen
standpunt in, maar soms had ik last van plaatsvervangende schaamte. Daar
stond dan wéér een landgenoot die er een potje van maakte. Buiten mijn
werk om blijf ik er wat van zeggen. Als ik ze zie, met die brommertjes en
die rare petjes, stap ik op ze af en zeg dat ze naar bed moeten omdat er
anders niets van hen terechtkomt. Ik ben voor niemand bang.”
De strijdlust van een islamiet? „Kijk”, zegt de éminence grise op een
manier die niets anders duldt dan de juiste aandacht. „Islamiet, christen,
jood. We hebben allemaal onze heilige boeken, onze basis. Maar lieve God
wat is die Koran door allerlei types verkeerd vertaald en uitgelegd. Ja,
er staat dat je iemand mag slaan als je bent geslagen. Maar mensen
nodeloos doden en dan als traktatie elf maagden op je bord krijgen? Onzin!
Dat staat helemaal niet in de geschriften. Het probleem is: onze taal kent
soms zeven synoniemen en als je die vervolgens in een bepaald zinsverband
zet, dan kun je allerlei verschillende boodschappen krijgen, zeker als je
toehoorders analfabeten zijn en zelf niet nadenken. Dan kun je inderdaad
als geestelijk leider ravages aanrichten.” Aan het einde van de dag wordt
de jeugdige man onrustig. Hij wil graag even naar Midden-Zeeland, waar
zijn eigen vliegtuig staat, zijn trots, een perfecte Cessna 172 met alles
erop en eraan. Een zelfbeloning voor 45 jaren werk. In het natte gras
duwen we de bovendekker de hangar uit. Op de stabilo staat: Amrani
airlines, nog net niet: van fabrieksarbeider tot vlieger. Zeeland glijdt
onder ons door. „Kijk nu toch eens wat een prachtig land met prachtige,
eerlijke harde werkers. Ik heb hier veel geld kunnen verdienen met het
geven van rijlessen en vooral als zelfstandige tolk bij de rechtbank. Er
zijn prachtige kansen en jullie delen graag. Er is één maar: het is
doodzonde dat jullie te aardig zijn.”