quote:
In de zaak tegen ‘Gregorius Nekschot’ heeft een ‘cartoondeskundige’ een ontlastende verklaring afgelegd. Een arabist noemt de rechter-commissaris vooringenomen.
•Arabist noemt justitie laf
Het gerechtelijk vooronderzoek naar de cartoonist die schuilgaat achter pseudoniem Gregorius Nekschot, is vrijwel klaar. Daarna beslist het OM of Nekschot, die bijna twee jaar geleden door tien man van zijn bed werd gelicht en een nacht werd vastgezet, wordt vervolgd voor groepsbelediging, discriminatie en aanzetten tot haat tegen moslims en allochtonen. Het is ‘geen kwestie van maanden’ eer dat besluit valt, zegt een woordvoerder van het OM.
Op verzoek van de verdediging zijn getuigen gehoord, onder wie Koos van Weringh, ooit hoogleraar criminologie, tegenwoordig kenner van de politieke prent. Van Weringh is niet bereikbaar voor commentaar en ook Nekschots advocaat Max Vermeij wil niet zeggen wat die heeft verklaard, maar dat laat zich makkelijk afl eiden uit een stuk dat Van Weringh schreef voor vakblad De Journalist.
‘Wat deze tekenaar is overkomen lijkt mij een sterk staaltje van machtsvertoon van het politiële en justitiële apparaat. Mij is uit de Nederlandse geschiedenis geen voorbeeld bekend van een gearresteerde karikaturist.’ Van Weringh memoreert slechts dat in 1936 onder druk van Duitsland de maker van een spotprent over Adolf Hitler werd vervolgd wegens belediging van een bevriend staatshoofd. Die werd na een aanvankelijke veroordeling in hoger beroep vrijgesproken. Het komt op Van Weringh ‘willekeurig’ over waarom de ene prent tot vervolging leidt en de andere niet. ‘In het geval-Nekschot is het Landelijk Expertisebureau Discriminatie eraan te pas gekomen. En dan geldt het nieuw-testamentische woord: Zoekt en gij zult vinden (Mattheus 7,7).’ Dat expertisebureau hoort bij het OM in Amsterdam.
Laf
Ook arabist en oud-hoogleraar Hans Jansen is gehoord. Hij heeft daarover gepubliceerd op weblog Hoeiboei. Volgens hem bestrijdt Nekschot ‘de ideologie van de taliban met potlood en papier, niet met vuurwapens’.
‘Deze justitiewerkers zijn laf’, schrijft Jansen in een toelichting aan deze krant. ‘Zouden ze even dapper bij oorlogsveteranen binnenvallen?’
Jansen heeft voor de rechter-commissaris verklaard – als kennelijke legitimering voor de spotprenten van Nekschot over de islam – dat de sharia het belangrijkste deel van de islam is, dat over de inhoud van die sharia als volwaardig juridisch sys-teem grote overeenstemming bestaat onder moslimgeleerden en dat de sharia ‘scherp verschil maakt tussen mannen en vrouwen, moslims en anderen, tussen slaaf en wie vrij is’. Maar hij heeft er weinig vertrouwen in dat die boodschap is overgekomen. ‘De rechter-commissaris trachtte de sharia te reduceren tot een vorm van canoniek recht’, aldus de arabist. ‘Vergelijkbaar met de bloedeloze Hervormde Kerkorde of de Roomse reglementen omtrent het celibaat. Dat is een dwaling.’
Jansen ‘hoopt dat hij zich vergist’, maar meent dat de rechtbank hem probeert te diskwalificeren. Hij maakt dat op uit hoe zijn verklaring werd vastgelegd. Van een lang betoog over de islamitische geloofsbelijdenis, aldus Jansen, ‘bleef over: ‘De geloofsbelijdenis van de islam is agressief’. Dat geeft zonder de context een krachtig signaal dat ik niet objectief of deskundig zou zijn, en daar gaat het de rechtbank natuurlijk om.’
De bewuste rechter-commissaris laat via een woordvoerster weten: ‘Als Jansen klachten heeft, moet hij zich tot ons wenden, niet tot de krant.’
En dan specifiek de volgende passage:
quote:
‘Wat deze tekenaar is overkomen lijkt mij een sterk staaltje van machtsvertoon van het politiële en justitiële apparaat. Mij is uit de Nederlandse geschiedenis geen voorbeeld bekend van een gearresteerde karikaturist.’ Van Weringh memoreert slechts dat in 1936 onder druk van Duitsland de maker van een spotprent over Adolf Hitler werd vervolgd wegens belediging van een bevriend staatshoofd. Die werd na een aanvankelijke veroordeling in hoger beroep vrijgesproken. Het komt op Van Weringh ‘willekeurig’ over waarom de ene prent tot vervolging leidt en de andere niet. ‘In het geval-Nekschot is het Landelijk Expertisebureau Discriminatie eraan te pas gekomen. En dan geldt het nieuw-testamentische woord: Zoekt en gij zult vinden (Mattheus 7,7).’ Dat expertisebureau hoort bij het OM in Amsterdam.
Hier staat gewoon glashard dat Mohammed net zo in bescherming werd genomen als Hitler, om de gevoelens maar niet te kwetsen, want anders...
Ik vind dit toch wel angstaanjagend worden...