Tja, oefening baart kunst. Partieel integreren inderdaad, maar je kunt ook uitgaan van het het product van een algemeen kwadratisch polynoom in t en e-st en dan door differentiëren de juiste coëfficiënten van het polynoom bepalen.quote:Op zondag 22 november 2009 20:43 schreef Burakius het volgende:
Je beseft dat dat niet zo makkelijk te primitiveren is he? Je schudt het nu wel even uit je mouw
Geloof me ik kan goed partieel integreren, maar deze kwam ik toch niet uit....quote:Op zondag 22 november 2009 21:10 schreef Riparius het volgende:
[..]
Tja, oefening baart kunst. Partieel integreren inderdaad, maar je kunt ook uitgaan van het het product van een algemeen kwadratisch polynoom in t en e-st en dan door differentiëren de juiste coëfficiënten van het polynoom bepalen.
Je moet hier herhaald partieel integeren. Kijk even hier voor een voorbeeld waarbij x3∙e-x wordt geïntegreerd.quote:Op zondag 22 november 2009 21:12 schreef Burakius het volgende:
[..]
Geloof me ik kan goed partieel integreren, maar deze kwam ik toch niet uit....
ik bleef bij: t^2* -1/s * e^-st - 2 $ t*-1/s *e^-st dt
Ja dat kan ik ook. Ik geef het op. Dit is echt mijn anti-wiskunde dag. Niets lukt.quote:Op zondag 22 november 2009 21:16 schreef Riparius het volgende:
[..]
Je moet hier herhaald partieel integeren. Kijk even hier voor een voorbeeld waarbij x3∙e-x wordt geïntegreerd.
Nee, hij staat niet stil. Het gaat er meer om dat je waarschijnlijk de formule van de eerste oscillatie (de linker) in de tweede oscillatie moet gaan zetten. Maar ik heb geen idee hoe dit in zijn werk gaat. (evenals de differentiaalvergelijking overigens). Kun je een duwtje in de richting geven?quote:Op zondag 22 november 2009 23:15 schreef GlowMouse het volgende:
staat dat rechterblok stil ofzo? En waardoor zou het gaan bewegen?
Ik zou beginnen met het opstellen van een differentiaalvergelijking.
Een beetje googelen (en kennis van het Engels) kan geen kwaad. Zoek even op coupled spring-mass system, dan vind je (bijvoorbeeld) dit, waar alles zo'n beetje wordt voorgekauwd.quote:Op zondag 22 november 2009 23:13 schreef kloontje_de_reuzekloon het volgende:
Kan iemand mij helpen met het volgende? Het gaat over oscillatie.
Stel je hebt het volgende:
Je hebt een muur met een veer eraan (k1), aan die veer zit een massa (m1). Aan deze massa zit weer een veer (k2) met een massa (m2). Elke vorm van wrijving is verwaarloosbaar klein.
(alles is horizontaal, alsof er een tafel onder staat).
|---@----@ (muur->veer->blok->veer->blok)
Zoek nu een berekening om de beweging van beide te berekenen.
Is er iemand in de zaal die natuurkunde of wiskunde heeft gestudeerd/studeert en die een idee heeft hoe we dit kunnen doen?
ik vind jou best een toffe kerelquote:Op maandag 23 november 2009 00:45 schreef Riparius het volgende:
[..]
Een beetje googelen (en kennis van het Engels) kan geen kwaad. Zoek even op coupled spring-mass system, dan vind je (bijvoorbeeld) dit, waar alles zo'n beetje wordt voorgekauwd.
quote:Op maandag 9 november 2009 00:54 schreef sitting_elfling het volgende:
Kan iemand me hier helpen met een opstapje? Heb een vaag idee waar ik ong. moet uitkomen in de stappen die ik moet doen, maar weet absoluut niet hoe ik moet beginnen. Hoe turn ik het zo om dat het berekend kan worden door de LSR?
[]
Ik vraag me af of ik in de juiste richting zit te denken?quote:
ja, je bewijs klopt, maar je zou t een stuk eenvoudiger en overzichtelijker op kunnen schrijven.quote:Op vrijdag 20 november 2009 19:46 schreef Siddartha het volgende:
Nieuwe rondes, nieuwe kansen!
Het bewijs, voor x>-1 en n bestaat uit alleen uit natuurlijke getallen, dat
[ afbeelding ]
We nemen aan dat P(k) waar is (vervang n door k).
Dan kijken we of het ook voor elk volgende k waar is, dus voor P(k+1).
Als we P(k+1) in de linkerkant invullen, zien we dat we het ook anders kunnen schrijven:
[ afbeelding ]
De factor om k+1 te krijgen is (1+x), dus kunnen we de rechterkant daarmee ook vermenigvuldigen en als het bewijs klopt, kan je de rechterkant tot deze vorm omschrijven (wanneer je gewoon (k+1) had ingevuld):
[ afbeelding ]
Of de uitkomst die je dan krijgt moet groter zijn dat bovenstaande vergelijking, omdat we niet willen weten of ze gelijk aan elkaar zijn maar groter/gelijk.
Dus:
[ afbeelding ]
Dat kun je zo opschrijven:
[ afbeelding ]
Dan zie je dat het eerste deel gelijk is aan gewoon p(k+1) invullen, maar dan staat er nog kx^2 achter.
En omdat kx^2 in dit geval altijd groter/gelijk is aan 0, moet deze verandering dus groter/gelijk zijn aan
[ afbeelding ]
Dan volgt alleen nog P(k) te controleren voor een willekeurig getal, P(1) klopt.
Dus, het bewijs klopt.
( Sorry dat ik zo langdradig/uitgebreid schrijf, maar ik wil graag weten of de stappen die ik neem kloppen.)
+1 for stupidquote:Op maandag 23 november 2009 22:10 schreef GlowMouse het volgende:
log is ln.
Waarom kun je de standard error niet meer bepalen? Kun je niet gewoon zeggen dat Ln Alpha de standard error is?quote:De standard error in het normale model kun je niet meer bepalen.
LS is b0 + b1x1 + b2x2 + ... + bnxn. Mogen best veel x'en in terugkomen, mits allemaal lineair.
En de logaritme werkt bij functies die eruit zien zoals de jouwe.
Ja uiteraard, maar met normaal bedoel ik het oorspronkelijke model.quote:Op maandag 23 november 2009 22:32 schreef sitting_elfling het volgende:
[..]
Waarom kun je de standard error niet meer bepalen? Kun je niet gewoon zeggen dat Ln Alpha de standard error is?
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |