Hoe de gast is vertrouwt hij de waard.
Tot aan je wapens betand zijn
Zoals het klokje nergens tikt, tikt het thuis.
Beter nooit dan laat.
De daken vallen dood van de mus.
Riemen met de roeien die je hebt.
De kerk is door de kogel
De zee naar het water dragen.
Wijn bij het water doen.
Petten met de huil op.
Lachen als een kies met boerpijn.
de voor van wind hebben.
iemand met een rietje het kluit in sturen.
Uit thuis, uit samen.
Als meer dam over de schaap is, volgt er 1. :S
Een hooiberg in een naald zoeken.