quote:
‘Ik neem het leven zoals het is’
Joop Munsterman valt op met zijn eigenzinnigheid bij transfers
FC Twente-voorzitter Joop Munsterman laat zich bij transfers niet behandelen als een kleine jongen. „We hadden tegen Ajax moeten zeggen: ‘wegwezen’.”
Door onze redacteur Michiel Dekker
Enschede, 1 sept.
Twintig, soms dertig keer per dag krijgt Joop Munsterman tegen de sluiting van de transfertermijn voetballers aangeboden. Bezuinigende clubs willen nog snel dure spelers kwijt, vage makelaars zeggen het grootste
talent ter wereld in hun stal te hebben. De voorzitter van FC Twente vertrouwt alleen op zijn technische staf en scouts, die hem bij twijfel niet op pad sturen. „Maar laat geen bestuurslid zeggen dat hij altijd met visie en beleid
zijn club heeft geholpen”, zegt Munsterman. „Soms is het een kwestie van dom geluk. Bij FC Twente gaat het tot nu toe goed, maar morgen maken we een keer een miskleun.” Munsterman zit een dag voor het verstrijken van de transfertermijn – vandaag om 18.00 uur – niet meer in de zenuwen. „Vo o r mij was het wel een angstige tijd”, vertelt hij in zijn kantoor in Enschede, dat wordt opgesierd door een zwart-witfoto van het oude Stadion Diekman en een kleurenfoto van de Grolsch Veste. Kort daarvoor hebben technisch manager Cees Lok enmanager commerciële zaken Jan van Halst de werkkamer van de topman van uitgeverij Wegener verlaten. Over transfers is het niet meer gegaan, bezweert
Munsterman. Maar: „Mocht er vandaag of morgen nog een snoepje langskomen, dan pikken we het in.” Dat ‘snoepje’ blijkt later die middag Wellington te zijn, een Braziliaanse spits die waarschijnlijk wordt gehuurd van 1899 Hoffenheim.
De IJslandse middenvelder Bjarni Vidarsson verlaat op zijn beurt de club uit Enschede. Hij heeft mede door blessures niet weten door te breken en vertrekt naar Roeselare. Het zijn de laatste stuiptrekkingen in de Europees vastgelegde termijn waarin voetballers van club mogen veranderen. Voor FC Twente is dat transfervenster een kwetsbare periode geworden. De club raakte vorige zomer trainer Fred Rutten enmiddenvelders Karim El Ahmadi en Orlando Engelaar kwijt. Deze keer vertrokken assistent-trainer Erik ten Hag, buitenspelers Marko Arnautovic en Eljero Elia en verdediger Edson Braafheid. Tussendoor verliet ook verdediger Rob Wielaert de club. Bij de stroef verlopen transfer van Wielaert naar Ajax in de winterstop viel Munsterman op door zijn onwrikbare houding. Het kwam hem op kritiek te staan van de club uit Amsterdam en zaakwaarnemer Kees Ploegsma.
Deze zomer was het opnieuw raak, bij de onderhandelingen over Elia, die uiteindelijk naar HSV zou vertrekken. Ajax en FC Twente konden het niet eens worden over de transfersom, waarna Elia zijn teleurstelling in de voorzitter uitsprak – maar later weer zijn waardering. Ook de overgang van Arnautovic naar Internazionale liet lang op zich wachten. „Elia en Arnautovic riepen steeds dat ze weg wilden”, blikt Munsterman terug. „Zij zetten druk op hun eigen transfers, dat heeft te maken met onervarenheid en misschien met hun makelaars. We hebben ze verteld dat het verstandig is rustig te blijven, zodat we in alle rust konden onderhandelen. De kritiek van spelers is vaak ook een spelletje van de andere club, waar voetballers niet in moeten trappen. Want als een speler roept dat hij alleen nog maar naar die ene club wil, gaat dat ten koste van zijn nieuwe contract.” Munsterman wijst op de veranderde status van FC Twente. Hij maakte als bestuurslid het bijnafaillissement van de volksclub mee en volgde in 2004 de intussen overleden Herman Wessels op als voorzitter. Onder zijn leiding steeg de begroting in de afgelopen drie jaar van 15,1 naar naar 32,7 miljoen euro. Al twee seizoenen op rij troefde FC Twente Ajax af in de strijd om deelname aan voorronde van de Champions League. Volgend jaar wordt de derde zijde van het stadion opgehoogd, zodat er ruimte is voor 32.000 toeschouwers. Zo’n club hoeft zijn spelers niet voor een ondermaats bod te verkopen aan de eerste gegadigde, redeneert Munsterman, die gruwt van het woord ‘provincieclub’. Verbaasd was hij over de schamperende reacties. Dacht FC Twente nu echt een topclub te zijn? Trok Munsterman niet een te grote broek aan? „De waardebepaling van een speler heeft niets te maken met de status van de club, maar met die van de competitie. Eljero Elia en Marcus Berg van FC Groningen brachten bij HSV hetzelfde op. In Nederland moeten we er nog steeds aan wennen dat clubs buiten de topdrie onmiddellijk aan het buitenland verkopen. Het is een oude traditie dat FC Twente een speler voor drie miljoen euro koopt, voor zes miljoen verkoopt aan Ajax, dat twaalf miljoen vangt als ze hemdoorverkopen. Wie kan het ons kwalijk nemen dat wij die twaalf miljoen willen.” In het geval van international Elia twijfelde Munsterman helemaal niet. „Het tweede bod van Ajax kwam binnen op een briefje per opdracht via de secretaresse. Dat vond ik al niet zo kies. Ik dacht dat het een vergissing was, want het was maar 100.000 euro meer dan het vorige. Dan praten we over de grootte van de auto of het huis van de speler. Daarna kwam de mededeling van Ajax dat zij hun laatste bod hadden gedaan. Vervolgens zouden wij vervelend zijn en zou ik wild om me heen slaan. Ik wil niet pedant zijn, maar dat doe ik juist nooit.Met 4.000 werknemers en hun vakbonden om je heen leer je wel niks te zeggen.” Intussen blijken de nieuwe buitenspelers, de Costa-Ricaan Bryan Ruiz en de Slowaak Miroslav Stoch, zeker gelijkwaardige vervangers. Ook haalde FC Twente drie internationals: Nashat Akram (Irak), Bernard Parker (Zuid-Afrika) en David Carney (Australië).
Munsterman heeft van de transferperikelen geleerd. „Onderhandelingen gaan om millimeters, maar bepaalde dingen zou ik niet meer op dezelfde manier doen. Wij geloven in afhandeling van goede onderhandelingen binnen enkele uren. Dit jaar hebben we ons toch wel eens laten verleiden tot langdurige toestanden. Met Elia hadden we eerder tegen Ajax moeten zeggen: ‘wegwezen, hier hebben we geen zin in’.” Want de scouts van Europese topclubs zitten tegenwoordig in de Arena én de Veste. „We zijn gewoon clubs gaan bellen en hebben tegen Manchester United en Inter Milaan gezegd dat ze ook direct bij ons kunnen komen. Voor de bouw van het stadion heb ik drie dagen stage gelopen bij Arsenal. We zijn bij Chelsea eens bij een wedstrijd geweest en ontmoetten technisch directeur Frank Arnesen. Zo komen we aan trainer Steve McClaren. Ik ben op bezoek geweest bij manager Rafael Benitez van Liverpool, zo komen we aan reservedoelman Nikolaj Mihailov. We gaan daar heen met een houding van: wij weten niks, jullie weten alles. Daarna proberen we een relatie op te bouwen, zodat clubs denken: we kunnen ook wel bij FC Twente op de tribune zitten.” Bij een eerste poging om een nieuwe buitenspeler te halen, ontstond ook commotie. De club zag uiteindelijk maar af van Sekou Cissé, die nu bij Feyenoord speelt. „Cissé komt hier binnen met een makelaar uit Parijs en een briefje dat die man zijn zaakwaarnemer was. We komen eruit, ze tekenen allebei en later hoor ik dat wij achter de rug van zijn werkelijke manager met een valse zaakwaarnemer over Cissé hebben onderhandeld. Die jongen zat er gewoon bij! Wij waren te goeder trouw. Is het dan aan ons om te controleren of die man zijn echte makelaar is? Zeker in Nederland zijn veel nette begeleiders, maar sommige Afrikanen en Zuid-Amerikanen hebben steeds nieuwe en meerdere makelaars. Doodzonde.” Maar Munsterman wil niet mopperen, zoals de clubcultuur bij FC Twente voorschrijft. „Ik neem het leven zoals het is”, zegt hij. „Als dit soort dingen me zouden tegenstaan, had ik geen voorzitter moeten worden. Natuurlijk vind ik ook dat de regelgeving aangepast moet worden, maar wat kan ik doen? Vergelijk het met allerlei winkeltjes die klaagden over de politiek, infrastructuur en juridische problemen. Albert Heijn paste zich gewoon aan en groeide door. In feite werken wij net zo.” Hij geeft een voorbeeld van die andere club die hij leidt, de amateurs van ATC’65. „Onze beloften spelen zondagochtend om half tien. Vaak genoeg heb ik bij de KNVB aangegeven dat het verstandig zou zijn op zaterdag te spelen. Want nu stoppen A-junioren met voetballen omdat ze zaterdag lekker uitgaan en zondag niet vroeg willen opstaan. Zo wordt de top van het amateurvoetbal uitgehold. Ik kan dat steeds roepen,maar wat doe ik ertoe in dat hele spel? Zo is het bij de UEFA ook. Wie zijn FC Twente en Joop daar dan wel?”