"Ja hoi, met Carla. Ha, hee, ik hOOR JE NIET ZO GOED. NEE. WAT ZEG JE? HE? NEE, IK....OH, NU VAL JE WEER WEG. AH, DAAR BEN JE WEER. Ah, ik hoor je nu ook beter. Ja prima, met jou? In de trein. Nee, ik ben nu bij Arnhem. Ik zit in de stiltecoupe, dus ik kan nu eigenlijk niet bellen. Ik bel je straks terug als ik in Nijmegen ben. Okee? Nee, DAT IK JE STRAKS TERUGBEL. NEE, IK BEN NU BIJ ARNHEM. OVER EEN KWARTIERTJE BEN IK IN NIJMEGEN EN DAN BEL IK JE TERUG. Ah, ik hoor je weer wat beter. Maar ik bel je dus straks, want ik zit nu in de stiltecoupe. Ja, nee, over een kwartiertje. Hoe ging het trouwens? ECHT? Hee, gefeliciteerd! Fijn zeg. Ja, hartstikke mooi. Maar daar hebben we het straks over, okee? Ik bel je straks terug. Ja, nee, we zitten nu bij Elst. Ik bel je als ik in Nijmegen ben. Ja. Ja. Okee. Nou tot zo dan he. Ja. Doeiiiiii!"