Ik heb twee katten. De jongste is nooit buiten de tuin geweest en lijkt daar ook absoluut geen behoefte aan te hebben (zit me nu gruwelijk in de weg vóór het beeldscherm, dus excuses voor evt. typfouten).
De oudste is haar leven begonnen als boerderijkat.
Met een moeder die nest na nest na nest kreeg, wat haar lichamelijk sloopte en waarvan meer dan de helft van de katjes het niet overleefde, maar da's weer een andere discussie.
Zij heeft de eerste 6 jaren van haar leven buiten rond kunnen wandelen, zo ver als ze maar wilde en had ook niet veel behoefte om binnen te zijn. Maar als het regende of erg koud was vond ze menselijk gezelschap en een verwarming niet echt vervelend. Ten minste... een knorrende kat voor de verwarming is voor mij een tevreden kat. Haar (inmiddels overleden) broer ging ook regelmatig naar buiten maar was vaker binnen, niet alleen voor warmte, maar ook voor knuffels en andere vormen van aandacht.
Toen ging ik op mezelf wonen, zus en broer gingen mee en mochten op een flat proberen te wennen. Met de voorwaarde dat mijn ouders ze terug zouden nemen als ze ongelukkig waren.
Resultaat: beide katten, en vooral zus, werden een stuk aanhankelijker. Ze aten goed, gebruikten de kattebak vanaf dag 1, deden geen ontsnappingingspogingen. Het leken mij geen ongelukkige katten.
Gedurende deze periode overleed broer en kwam mijn jongste kat erbij. Zijn moeder is een verwilderde zwerfkat en hij is als 2 weken oud kitten bij een opvang binnen gebracht. Hij heeft het buitenleven dus nooit gekend, maar als de mens niet ingegrepen had vraag ik me af of hij nu nog had rondgelopen.
Nu woon ik in een huis met een tuin waar de katten buiten kunnen. Er staat een hek omheen, maar ze kunnen er zo overheen klimmen als ze dat zouden willen. De eerste maand heeft de oudste (de ex buitenpoes) drie pogingen ondernomen, na een uur was ze telkens weer terug. En daarna had ze het wel gezien daarbuiten, binnen = goed. De jongste heeft er nooit naar getaald.
Naar mijn idee hebben ze the best of both worlds: in de zomer lekker buiten in de zon liggen bakken en vogeltjes kijken (en soms vangen), maar ook de garantie dat hun voerbakje klaar staat. In de winter een warme plek binnen. Vooral de oudste poes is met dit vriesweer echt niet naar buiten te krijgen, die plakt liever voor de kachel of lekker zacht op de bank.
Moraal van dit (lange) verhaal:
Zouden mijn katten ongelukkig worden van een buitenleven? Wellicht niet, ik heb hen nu immers zo gevormd dat ze het binnen prettig vinden. Maar de oudste heeft wel de geneugten van het buitenleven gekend en grijpt nu niet haar kans om weer zwerftochten te maken. Dat zegt toch wel iets. Over haar, in ieder geval. Ze lijkt het in ieder geval niet nodig te hebben in haar katteleven.
Zijn binnenkatten zielig? Nee, niet per definitie, al zullen er vast katten zijn die hunkeren naar de vrijheid buiten. Maar zo zijn er ook katten die juist liever binnen zitten.
Het zijn soms net mensen. Men dicht ze soms echt menselijke eigenschappen toe.
Zijn buitenkatten zielig? Ook niet per definitie. Maar als ik kijk naar de moeder van mijn oudste (mager, uitgeleefd, keer op keer haar nestje overleden) dan lijkt het me niet dat zij zo'n geweldig leven heeft gehad. Maar natuurlijk zijn er ook buitenkatten die elke avond naar binnen kunnen, gesteriliseerd worden en andere benodigde zorg krijgen. En hun leventje zal wellicht niet onaangenaam zijn.
Maar een stuk beter als het leven van mijn katten? Nee, dat geloof ik niet. Het is gewoon anders.

als je dit helemaal hebt gelezen!