FOK!forum / Voetbal / Promoveren op z'n Engels
Barnet_Beezondag 25 mei 2008 @ 21:04


A Fairytale in Doncaster

Tien seizoenen geleden vloog Doncaster Rovers uit de Football League. De Football League, waar ze in 1901 voor eerst in uitkwamen en vanaf 1923 continue aan deelnamen. Het was in 1998 dus een zwart jaar voor Doncaster en omgeving. De jaren in de spelonken van het Engelse voetbal leken oneindig te zijn, maar degene die de jaren daar hebben meegemaakt zullen nu extra gelukkig zijn. Doncaster Rovers mag namelijk volgend jaar voor het eerst sinds 50 jaar weer uitkomen op het tweede niveau in Engeland. Wie dat een aantal jaar geleden zou hebben gezegd was voor gek verklaard, maar het is nu echt de realiteit. Volgend jaar mogen de mannen van Sean O’Driscoll spelen tegen de buurtjes uit Sheffield, Birmingham City, Charlton Athletic en nog meer clubs die nog niet zo lang geleden op het hoogste niveau uitkwamen.

Even een duik terug in de geschiedenis. De laatste keer dat Doncaster uitkwam op het tweede niveau was in 1958. Wolverhampton Wanderers won de landstitel, met Preston North End als een goede nummer twee en in de FA Cup finale versloeg Bolton Wanderers de overgebleven Busby Babes. Brazilië werd dat jaar voor het eerste wereldkampioen voetbal. In Zweden speelden de Goddelijke Kanaries droomvoetbal, maar in Engeland dacht men nog altijd de beste te zijn. Buddy Holly had dat jaar veel grote hits, Fanfare lokte veel mensen naar de bioscoop en de eerste aflevering van Pipo de Clown kwam op televisie. Er zullen dus niet veel mensen zijn die destijds Doncaster Rovers in de Second Division hebben zien spelen.

De Rovers waren dat jaar trouwens knap waardeloos en eindigden onderaan met slechts 27 punten. Het jaar erop deed de club het niet veel beter en opnieuw degradeerde de club. De Fourth Division was bereikt en in de 38 jaar daarop zou die slechts sporadisch worden verlaten. En als dat dan al eens gebeurde volgde er bijna rechtstreeks degradatie. Doncaster stond daarom in Engeland bekend als een “basement club”, die behoorde tot het meubilair van de Fourth Division. Samen met clubs als Rochdale, Darlington en Lincoln City waren ze zo’n beetje het bankstel, de stoelen en tafels van de divisie. Vanaf 1987 begon het alleen wat lastiger te worden in die divisie; er werd namelijk besloten om een promotie-degradatie regeling in te voeren. De nummer laatst van de Fourth Division moest terug naar de amateurs, op voorwaarde dat de kampioen van de Conference aan verschillende eisen voldeed. De eerste club die het haasje werd van deze regeling was Lincoln City. De club werd 24e en Conferencekampioen Scarborough (helaas wijlen tegenwoordig) nam de plaats in van Lincoln.

Twee jaar later, in 1989, ging de strijd om de laatste plaats tussen Darlington en Doncaster Rovers. De strijd tussen de bankstellen kon je het wel noemen. Darlington verloor deze strijd en werd vervangen door Maidstone United, toevallig ook een club die failliet is gegaan. In 1992 was het weer peentjes zweten voor Doncaster, toen ze met Carlisle streden om die laatste plek. Opluchting was er toen bleek dat er niemand zou degraderen door het faillissement van Aldershot (waarvan de doorstart volgend jaar voor het eerst sinds 16 jaar weer te zien zal zijn in de League). Doncaster had op het laatst namelijk slechts één puntje voorsprong op Carlisle.

Langzaamaan krabbelde de club weer op en in 1995 werden de Rovers zelfs negende. 1996 en 1997 gingen geruisloos voorbij met middenmootplekken voor Doncaster. De rust zou echter stevig verstoord worden in 1998. De voorzitter van Doncaster, Ken Richardson, had amper meer geld en de beste spelers vertrokken. Gevolg was een dramatisch seizoen, waarin Doncaster het record van meeste nederlagen in een seizoen verbeterde. In totaal werden er van de 46 wedstrijden slechts vier gewonnen en maar liefst 34 keer gingen er geen punten mee in de tas. Er werden zelfs een aantal wedstrijden met 7-0 en 8-0 verloren, dus de degradatie was terecht. Doncaster werd vervangen door Conferencekampioen Halifax Town (die sinds enkele weken ook failliet zijn, erg bizar dit). Dieptepunt was misschien nog wel de 739 toeschouwers, die besloten op te dagen om Doncaster tegen Barnet te zien spelen. De duizenden toeschouwers die Belle Vue in betere jaren bevolkten waren verdwenen. Misschien wel naar Leeds, de buur uit Yorkshire, die dat jaar vijfde was geëindigd in de Premier League.

Zonder de tv-gelden van de League was Doncaster ten dode opgeschreven. Richardson besloot daarom iets dramatisch te doen, want hij had geld nodig. Hij wist dat Belle Vue, het stadion van Doncaster, vrij goed verzekerd was. Richardson besloot daarom het stadion in de fik te steken om zodoende de schulden van de club te kunnen aflossen met het verzekeringsgeld. Helaas voor onze pyromaan werd hij in zijn kladden gepakt en mocht hij voor vier jaar wasknijpers gaan vouwen in de nor. De club had dus geen geld meer, geen voorzitter meer en een gedeeltelijk afgefikt stadion. Het leek over te zijn voor de Rovers.

In de Conference behoorde Doncaster ook tot de mindere club. De club mocht het opnemen tegen clubs waar ze waarschijnlijk nog nooit van hadden gehoord en de fans hadden terecht veel zelfmedelijden als ze weer eens een keertje naar Leek Town moesten of, nog erger, op een dinsdagavond in januari naar Barrow, waar het altijd regent en je een gegarandeerd een snijdende wind in je bek hebt. De voetballers deden er ook weinig aan om het leed te verzachten van de fans en hadden uiteindelijk vijf punten meer dan Barrow, wat wel degradeerde. Het jaar erop ging het een stuk beter, want er werden maar liefst zeven punten meer behaald dan Welling, wat degradeerde.

De club werd op dat moment overgenomen door een van de bekendste plastische chirurgen uit Engeland, John Ryan. Deze Ryan was geboren en getogen in Doncaster en zag zijn eerste wedstrijd op Bellevue in 1958 (juist, het laatste jaar van Doncaster op het tweede niveau). Doncaster verloor die dag met 1-6 en Jimmy Hill (de bekendste kin van Engeland) legde er vijf in. Ryan, die bekend staat om zijn praatjes, beloofde de fans vier dingen: eerst promotie naar de League, dan een nieuw stadion, dan een belangrijke finale en uiteindelijk promotie naar het tweede niveau, omdat hij op dat niveau Doncaster voor het eerst zag. De fans moesten vooral lachen en dachten dat Ryan kierewiet was.

Het leek in het begin ook niet echt te lukken. Doncaster streed in 2000 niet tegen degradatie, maar ook niet voor promotie.Het jaar erop ging het iets beter, want Doncaster eindigde als vierde. Kampioen Boston had echter een voorsprong van zeventien punten, dus echt een gevaar vormden de Rovers toen niet. Ondertussen waren niet de Rovers, maar Leeds de trots van Yorkshire. De club behaalde de halve finales in de Champions League, waar Valencia net iets te sterk bleek te zijn. Dat de clubs een aantal jaar later op Wembley zouden strijden voor een plekje op het tweede niveau had echter niemand durven te voorspellen, zelfs Ryan niet.

De FA besloot ondertussen wat te wijzigen in de Conference; niet alleen de kampioen zou promoveren, maar de nummers twee tot en met vijf mochten strijden om een tweede promotieplek. Dit kwam Ryan erg goed uit, want Yeovil was dat seizoen ongenaakbaar en zou kampioen worden met 17 punten voorsprong op nummer twee Morecambe. Doncaster, wat derde was geëindigd, mocht het in de playoffs opnemen tegen Chester City (opvallend dat alle vier de deelnemers aan de playoffs tegenwoordig in de League spelen). Tweemaal 1-1 tegen de club met het lelijkste stadion van Engeland zorgde voor een penaltyserie die Doncaster won. In de finale was Dagenham & Redbridge de tegenstander. Doncaster pakte snel een 2-0 voorsprong, maar die werd teniet gedaan door de Daggers. Verlengen dus. Destijds werd er nog gespeeld met een “Golden Goal” en dat liet Francis Tierney zich geen tweemaal zeggen. In de 110e minuut scoorde de Scouser de 3-2 en de Rovers waren terug in de League. Tierney kreeg als bedankje van de voorzitter een cadeaubon voor zijn zaak. Waarschijnlijk heeft Tierney tegenwoordig een kop vol botox.

Ryan was zo dol van geluk dat hij zijn chequeboekje in die zomer vaak tevoorschijn haalde. Doncaster had een geweldig elftal en deed vanaf het begin van het seizoen mee om de bovenste plaatsen. In de winter haalde Ryan nog enkele versterkingen en in mei stond iedereen verbaasd te kijken dat promovendus Doncaster kampioen was geworden van de Third Division. Opvallend is trouwens dat Hull City (sinds gisteren een Premier League club) meeging als nummer twee. In Doncaster waren de mensen dronken van geluk en Ryan was zo verbaasd dat zijn blufpraatjes misschien wel gingen uitkomen.

In 2005 was Doncaster Rovers dus een League One club. Op het veld paste de Rovers zich goed aan. De club werd respectievelijk tiende, achtste en elfde de voorbije jaren. De belangrijkste gebeurtenissen vonden echter plaats naast het veld. Het verouderde Belle Vue stadion werd verlaten op 23 december 2006 (bij deze afscheidswedstrijd was ik aanwezig; klik hier voor wat foto’s van die wedstrijd en het stadion Farewell to Belle Vue) en de club nam zijn intrek in het saaie, maar zeer functionele Keepmoat Stadium. Ryan had bij de gemeente blaren op zijn tong geluld om ze dit stadion te laten bouwen. De deal is uitstekend voor de Rovers; de gemeente heeft het stadion laten bouwen voor 23 miljoen pond en de club huurt het terug voor 250.000 pond per jaar. Zoals zo vaak trekt een nieuw comfortabel stadion meer mensen en sponsors, en zo ook in Doncaster.

Doordat de club het financieel een stuk beter kreeg kon Ryan gaan zoeken naar een topmanager. Namen als Kevin Keegan en Peter Reid zongen rond in Doncaster, maar uiteindelijk werd het Sean O’Driscoll. Deze Ier is vooral bekend doordat hij bij het kleine Bournemouth wonderen had verricht. Misschien niet zo’n grote naam als de fans hadden verwacht, maar wel een manager die League One op zijn duimpje kent. O’Driscoll mocht spelers halen en bouwen aan een team. Het succes kwam er eerder dan verwacht, toen Doncaster vorig jaar in de finale van de Football Trophy stond. Wembley was net nog niet af, maar vele Rovers volgden de club naar het Millennium Stadium. Bijna 60.000 mensen kwamen op deze finale af tegen de andere Rovers (uit Bristol) en opnieuw won Doncaster een belangrijke finale met 3-2 en opnieuw was het in de 110e minuut dat de beslissende goal viel. Ditmaal was het niet “botox” Tierney die de winnende maakte, maar Greame Lee. Wat hij voor zijn doelpunt heeft gekregen van de voorzitter weet ik niet, maar Ryan had zijn derde belofte waargemaakt.

Dit seizoen stond dan in het teken van doorgroeien. Van O’Driscoll werd verwacht dat hij de club naar de playoffs zou brengen. Vanaf het begin van het seizoen voldeed hij uitstekend aan die opdracht, want de club heeft bijna continue in de top zes gestaan. Op de laatste speeldag kon de ploeg bij Cheltenham zelfs promotie bewerkstellen door te winnen, want Doncaster stond op plek twee. Het was sowieso een mooie wedstrijd, want Cheltenham moest winnen om kans te maken om degradatie te ontlopen. Ik heb zelfs nog geprobeerd om zelf naar deze wedstrijd te gaan, maar hij was strak uitverkocht. Om een lang verhaal kort te maken; Doncaster faalde op het beslissende moment. Cheltenham won met 2-1 en dankzij enkele andere resultaten bleef die club erin. Doncaster werd echter nog net voorbij gestoken door Nottingham Forest, zodat die met Swansea City mee mochten naar de Championship. Voor Doncaster bleef er niets anders over dan de playoffs.

In de playoffs was Southend de tegenstander. De eerste wedstrijd op Roots Hall eindigde op 0-0. De return in Doncaster viel net gunstig, want op die vrijdag zou ik in Engeland zijn. Helaas moest een van mijn reisgenoten eerst naar de dokter, zodat we pas heel laat aankwamen in Engeland. Op Ceefax konden we vernemen dat het maar liefst 5-1 voor Doncaster was geworden; een geweldige prestatie. Nog mooier was dat de finale tegen Leeds was, dus een “All Yorkshire Final”. Via illegale streams heb ik net gekeken naar die finale en niet meer dan terecht won Doncaster met 1-0. Ryan heeft dus, waarschijnlijk tot zijn eigen verbazing, zijn bluf waargemaakt. Volgend jaar zal Doncaster wel dé kandidaat zijn voor degradatie, maar dat zal niemand iets uitmaken daar in Yorkshire. Tien jaar geleden bestond de club bijna niet meer en pas vijf jaar geleden kon de club ontsnappen uit de Conference. Wat dat betreft gun ik het de mensen die daar destijds al op de tribune stonden zo erg.
Breachzondag 25 mei 2008 @ 21:08
Dit ga ik later eens lezen Jou stukjes zijn altijd leuk.
PirEzondag 25 mei 2008 @ 21:32
Mooi stukje
boriszzondag 25 mei 2008 @ 21:38
Leuk stuk
Gordon_Shumwayzondag 25 mei 2008 @ 22:23
Mooi stuk weer Barnet, zoals altijd
VoreGzondag 25 mei 2008 @ 22:24
En hierom had je de Deco-award moeten krijgen. Prachtstuk weer!
Leatherfacezondag 25 mei 2008 @ 22:46
Je bent echt een held, Barnet.
Barnet_Beezondag 25 mei 2008 @ 22:57
Wat een positieve reacties allemaal voor iets wat ik in anderhalf uur in elkaar heb geflanst

[ Bericht 1% gewijzigd door Barnet_Bee op 26-05-2008 16:21:06 ]
VoreGzondag 25 mei 2008 @ 23:00
quote:
Op zondag 25 mei 2008 22:57 schreef Barnet_Bee het volgende:
Wat een positieve reacties allemaal voor iets wat ik in anderhalf in elkaar heb geflanst
O maar dat had je er niet bij vertelt!
DemonCleanerzondag 25 mei 2008 @ 23:07
Geweldig om te lezen dit
Mutsaers__78maandag 26 mei 2008 @ 08:47
Mooi stukje. Hulde. Heb het met plezier gelezen
Barnet_Beemaandag 26 mei 2008 @ 15:57
Ik las vandaag trouwens dat Doncaster toch enkele stevige investeringen wil doen om op het tweede niveau te blijven. De promotie heeft ze zo'n 4 miljoen pond opgeleverd en daar zal een flink deel van in de spelersgroep worden gestoken. De afgelopen jaren zijn er twee "kleintjes" gepromoveerd en beide zullen komend jaar weer op League One niveau uitkomen. Colchester deed het vorig jaar echt geweldig, maar dit jaar werd duidelijk dat de Championship iets te hoog gegrepen is voor die club (Colchester had in het jaar dat ze promoveerden ook het minste aantal toeschouwers in League One, dus die promotie was dubbel verrassend). Scunthorpe deed het in het begin van dit jaar best aardig, maar was daarna toch ook al snel gezien. Ik ben dus erg benieuwd hoe Doncaster het gaat doen. Ik denk dat de club, dankzij het nieuwe stadion, toch een voorsprong heeft op deze twee clubs, maar in principe blijft Doncaster natuurlijk een uit de kluiten gewassen League Tow clubje. Ik ga ze komend jaar in ieder geval met belangstelling volgen.
Bomenverzamelingmaandag 26 mei 2008 @ 16:15
Wat een mooi verhaal weer Barnet
DatMeenJeNietdinsdag 27 mei 2008 @ 03:05
Mooi stuk. Al had ik had persoonlijk liever Leeds gezien.
Thieskedinsdag 27 mei 2008 @ 03:33
Leuk stuk, goed geschreven. Botox Tierney
Barnet_Beedinsdag 27 mei 2008 @ 23:36


Deano’s £60.000.000 goal

Pubquizen, een typisch Engels fenomeen. In een rokerige pub beantwoorden zweterige mannen met een enorme bierpens allerlei vragen. Het populairste is de voetbalquiz, want elke man denkt het meeste over voetbal te weten. Nadeel is dat je vaak dezelfde vragen tegenkomt als je regelmatig meedoet. Clichévragen als “Welke Noord-Ierse club bood George Best geen contract aan omdat hij te iel was?”, “Wat is de enige club die als amateurs de FA Cup won?” en “Wat was de naam van de grensrechter in de WK finale van 1966?” zijn enorm uitgemolken, maar er is er eentje die meer cliché is dan alle andere bij elkaar en dat is “Wat is de grootste Engelse stad die nooit voetbal op het hoogste niveau zag?”. Als je deze vraag stelt in Engeland zal iedereen tot eergisteren in koor “Hull” roepen. Overal hoor je deze vraag in Engeland en de mensen in Hull gruwde ervan. Tot zaterdag 24 mei dus.

Als je Dean Windass ziet lopen denk je meteen dat het een zeer ervaren deelnemer is aan pubquizen. Windass ziet er pafferig uit, is grijzend en vol getekend met tattoo’s. Pijpfitter, vuilnisman of rauwe bouwvakker, dat zijn beroepen waarvan je denkt dat Windass ze uitvoert. En als je hem al met een sport associeert, dan is het hooguit met boksen. En dan alleen nog als een uitgerangeerde bokser zoals Robert De Niro in Ragging Bull. Wie aan een niet-voetbalkenner zou vertellen dat deze man profvoetballer is en zijn club met één enkel doelpuntje 40 miljoen heeft opgeleverd en dat deze man volgend jaar in de sterkste competitie ter wereld gaat spelen zou voor gek worden verklaard. Voor Windass zelf is dat allemaal maar bijzaak. Hij heeft ervoor gezorgd dat zijn club en zijn stad nooit meer worden genoemd in de stomme pubquizen. Dean Windass, voor altijd een held in Hull.

Hull is een stad waar je nog niet dood gevonden wilt worden. De veerboten vanuit Rotterdam komen er aan, maar bijna iedereen vlucht bij aankomst meteen de stad uit. Pittoreske steden als York of een shopstad als Leeds staan dan op het programma, maar Hull zelf is geen trekpleister. Ze hebben een groot aquarium en zijn uniek in Engeland doordat ze als enige geen rode telefooncellen hebben, maar crèmekleurige. Daarop zijn de inwoners van Hull trouwens erg trots, dus beledig die telefooncellen nooit als je met iemand uit Hull spreekt! Maar als je het daarvan moet hebben is het wel duidelijk: Hull heeft absoluut niets te bieden aan toeristen. Qua sport is rugby de nummer één in Hull. Daarin zijn de mensen uit Hull vrij goed, met twee topclubs. Voetbal is het ondergeschoven kindje; mede doordat de stad altijd belachelijk werd gemaakt door de voetbalclub die zich nooit eens positief profileerde. Mensen in Hull hadden daardoor zelfs een hekel aan de club en het was absoluut niet salonfähig om te zeggen dat je Hull City fan bent.

Hull is dus de grootste stad in Engeland waar nooit “topflight football” werd gespeeld. Is Hull dan zo’n gigantische stad? Niet echt, met iets meer dan 250.000 inwoners is het een middelgrote stad in Engeland. De stad is al jaren in verval en veel mensen trekken er weg. Zoveel zelfs dat volgens de laatste tellingen Plymouth en Milton Keynes wel eens groter kunnen worden over een aantal jaar. Hull had dus niet eens hoeven te promoveren om van die hatelijk titel “grootste stad zonder ooit een club op het hoogste niveau te hebben gehad” af te komen want via een natuurlijk proces waren ze ook al van die titel afgeraakt. Toch vinden de mensen uit Hull dit stiekem wel een mooiere manier. Nu zal ook niemand het in zijn hoofd halen om “Dat is natuurlijk Hull” te zeggen, omdat Hull City in de Premier League gaat spelen. Hull City op het allerhoogste niveau, dat had niemand een aantal jaar durven te voorspelen. Samen met Stoke zullen ze er ongetwijfeld keihard uitvliegen volgend jaar, maar dit avontuur en die gigantisch bom geld kan niemand ze meer afnemen. Er kwamen zelfs veel mensen af op de huldiging van Hull City. De club is niet langer besmet nu en Hull City en de stad lijken elkaar gevonden te hebben.

Ik dwaal zelf even af naar maart 2006. Destijds was ik op weg naar Grimsby om de wedstrijd Grimsby v Barnet bij te wonen (waar ik overigens de slechtste voetballer zag die ik ooit in Engeland heb gezien in de vorm van Anthony “ Nep-Gullit” Charles, maar dit terzijde). Grimsby ligt redelijk dicht bij Hull (aan de andere kant van de rivier de Humber), dus we konden wel even de brug oversteken. Ons doel in was Boothferry Park; het oude stadion van Hull. Dat stadion was nu zo’n drie jaar geleden verlaten door Hull om te gaan spelen in het hypermodern KC Stadium. Als ware nostalgist zegt dat nieuwe stadion me vrij weinig, maar Boothferry Park is echt een juweeltje als je van oude stadions houdt. In een verschrikkelijke pauperbuurt zagen we ineens de zes lichtmasten (ook al een pubquiz vraag; Welk Engels voetbalstadion had zes lichtmasten) van Boothferry Park opdoemen. Dit was echt genieten, want het stadion stond er nog (dat was vooraf wat twijfelachtig) en straalde een en al vergane glorie uit.

Met de broek op de enkels probeerden we binnen te raken, maar dat lukte niet. Ik maakte me al klaar om een deur in te trappen, maar dat was niet nodig. Gelukkig voor ons woonde de kitmanager van Hull City namelijk naast het stadion. Deze sympathieke zestiger was net op weg naar het KC Stadium om de spullen klaar te leggen voor de spelers, die op deze dag een belangrijk duel tegen degradatie moesten spelen. Maar toen hij ons hulpeloos zag staan en merkte dat we het stadion echt geweldig vonden mochten we even naar binnen. Daar zagen we vervallen tribunes en planten die uit betonnen terracing aan het groeien waren. Wat kunnen gesloten stadion toch mooi zijn, soms nog mooier dan stadions die nog in gebruik zijn. Onze fototoestellen maakten overuren. Bij het afscheid van de man kregen we alle vier het programmaboekje van de laatste wedstrijd op Boothferry Park, op 14 december 2002. Een zeer sympathieke geste van de man en ik heb het boekje ondertussen helemaal stuk gelezen. Voor de liefhebber, wat foto’s van Boothferry Park: Boothferry Park

Nu ik het boekje weer pak valt het me op dat het een wedstrijd was tussen Hull City en Darlington. Darlington is een vaste klant in de laagste divisie, dat betekende dus dat Hull in het seizoen 2002/2003 ook nog in de kelder speelde. Hull zou dat seizoen uiteindelijk als dertiende eindigen, ver achter kampioen Rushden & Diamonds, een club die komende seizoen (zes jaar later) vijf divisies onder Hull gaat uitkomen. Ook Wrexham, een andere club die volgend seizoen in de Conference uitkomt, promoveerde dat jaar, terwijl clubs als Kidderminister Harriers, Oxford United en York City (volgend seizoen allemaal uitkomende op het vijfde niveau) boven Hull City eindigde. In Nederland zal dat seizoen trouwens best bekend voorkomen, want Tom Egbers maakte over dit seizoen een documentaire met de naam “That Final Day”, waarin de degradatiestrijd tussen Exeter en Swansea centraal stond. Hull City was wel een van de belangrijke figuranten in de documentaire, want de Tigers moesten die laatste speelronde naar Wales om het op te nemen tegen Swansea City. De Zwaantjes waren die dag met 4-2 te sterk voor de Tijgers, waardoor Swansea in de League bleef. Hull City voldeed die dag dus weer uitstekend aan haar rolpatroon van de schlemielige bijfiguur. Overigens klaagde niemand daarover bij Hull, want dat was de rol die de club het beste paste. De fans hadden ook geen reden om te klagen, want enkele jaren eerder streed datzelfde Hull nog om die onderste plekken. De fans waren dus allang blij dat ze daarvan gevrijwaard waren gebleven dit jaar.

Het KC Stadium bracht Hull, ondanks zijn lelijke naam, veel voorspoed. Het eerste jaar promoveerde de club meteen. Een tweede plaats, achter het welbekende Doncaster, was voldoende. Opeens leek er een soort magie in Hull te zijn, want het seizoen erop werd de club weer tweede en zodoende mocht de club in 2005/2006 voor het eerst sinds vijftien jaar aantreden op het tweede niveau. Daar kregen de Tigers het erg lastig, want twee jaar geleden eindigde de mannen uit Hull als 18e en vorig jaar zelfs als 21e, de laatste veilige plek in de Championship. Die 21e plek was trouwens lange tijd onzeker en het degradatiespook stond wel heel opdringerig op de deur te bonzen bij het KC Stadium, maar door een rigoureuze ingreep werd dat spook met een rotgang weggejaagd. En de man die dat zowat eigenhandig deed was Dean Windass, cultheld met de hoofdletter C. Windass, kind van de stad en fan van Hull City, werd in januari 2007 gehuurd van Bradford City en met zijn 8 doelpunten en leiderschap zorgde hij ervoor dat de club dit jaar weer mocht uitkomen in de Championship met alle gevolgen van dien, maar daar straks meer over.

Windass, geboren en getogen in Hull, begon in 1986 bij zijn favoriete club. Hij bleef een paar jaar bij de club als leerlingprof, maar door zijn nogal opvliegende karakter mocht hij in 1988 de deur achter zich dichttrekken bij de club. De jaren erop bood Windass zich overal aan, maar geen club wilde de "moeilijke" speler hebben. Windass ging daarom maar weer de bouw in, terwijl hij ging voetballen voor North Ferriby United (een amateurclub). Daar bewees Windass wel een erg goede spits te zijn. Vanuit alle hoeken schoot en kopte Deano de ballen erin. Hij maakte zoveel indruk dat Hull hem vroeg terug te keren. Iets wat Windass natuurlijk graag deed. Bij Hull groeide hij uit tot een icoon en in 2000 werd Windass verkozen als nummer vier in de verkiezing van de beste speler van de eeuw en dat voor iemand die slechts vier jaar voor de club speelde in de twintigste eeuw. Windass vertrok in 1995 namelijk naar Aberdeen, erg tegen zijn zin overigens, maar de club had geld nodig. De zeven ton die Aberdeen betaalde was een gigantisch bedrag voor de Tigers. Windass verliet met pijn in zijn hart de club en stad en vertrok naar Schotland. De fans konden het ook niet geloven, want Deano was een van hen en de hoop op betere tijden. De bestuurders die achter deze verkoop zaten ontvingen regelmatig dreigementen en een bierdouche was geen uitzondering. Toch kon dit er niet voor zorgen dat Windass terugkwam.

Een keihard werkende spits kunnen ze in Aberdeen, de oliehoofdstad van Groot-Brittannië, natuurlijk wel waarderen. Windass sleurde als vanouds en scoorde ook regelmatig. Net zoals bij Hull City, werd Windass bij Aberdeen een echte “terrace hero”. Buiten het goede werk wat Windass verzette bij Aberdeen kwam ook zijn zwarte kant wel een boven. Deano was namelijk niet vies van een carrièrebedreigende tackle om zijn tegenstanders uit te schakelen. Het gekste maakte Windass het in de New Firm (Aberdeen v Dundee United) in 1997. Windass pakte in die wedstrijd maar liefst drie rode kaarten (over pubquizvragen gesproken). De eerste kreeg hij voor een smerige overtreding, daarna bedreigde hij de scheidsrechter (dat was kaart nummer twee) en ten slotte koelde Deano zijn woede op de cornervlag door deze te vernietigen (en dat was rode kaart nummer drie). Ik ben blij dat ik op dat moment geen kleedkamerdeur was op het moment dat Windass daar aankwam na zijn drie rode kaarten. Tot verdriet van de fans moest Windass, mede door deze actie, vertrekken aan het eind van het seizoen. Oxford United werd zijn nieuwe club en ook daar maakte Deano zich onsterfelijk door één op twee te lopen met zijn doelpunten. Oxford verzilverde dit meteen door Windass (die voor vier ton was gekocht) van de hand te doen voor meer dan één miljoen pond aan Bradford City.

Mede dankzij een geweldige Windass werd Bradford City tweede in de First Division (huidige Championship) en mocht de club voor het eerst in 77 jaar uitkomen op het hoogste niveau. Voor Windass was het ook voor het eerst dat hij op het hoogste niveau in Engeland uitkwam. De club maakte alleen de fout door veel te veel te investeren (noem de naam Benito Carboni nooit in Bradford, want de mensen lopen gillende weg) en ging daardoor bijna failliet. De club voelt nog steeds de naweeën hiervan en speelt momenteel in League Two. Windass vertrok ondertussen naar Middlesbrough, maar voor het eerst was Deano geen onbetwiste basisspeler bij de club waar hij speelde. Hij liet zich verhuren aan de beide clubs uit Sheffield, voordat hij in 2003 weer terugkeerde bij Bradford City. Daar werd, de ondertussen 34-jarige, Windass een echte clublegende. Hij scoorde regelmatig en was een echte aanjager voor de jonge ploeg, waar amper geld was om te investeren.

Op persoonlijk vlak was zijn periode bij Bradford een succes; Windass staat vandaag de dag op de eeuwige topscorerslijst van Bradford op plek drie. In 2005 werd Windass met zijn 36 jaar zelfs topscoorder van de Football League (dus van alle drie de divisies onder de Premier League). Toch kwam ook bij Bradford de kwade kant van Deano weer opzetten. Op de FIFA Fair Play Day greep hij een tegenstander keihard bij zijn ballen en vermorzelde ze. Het slachtoffer, die gek werd van de pijn, sloeg daarna Windass op zijn bek. Het gevolg was een flinke knokpartij op de dag waarop Fair Play aangemoedigd moest worden. Windass tekende ondertussen een contract tot 2009 bij Bradford met als doel topscoorder allertijden te worden van de club. Hij sloeg er zelfs een aanbieding van Premier League club Wigan Athletic voor af. Slechts voor één club wilde Windass zijn tweede liefde Bradford verlaten en dat was uiteraard Hull City. Toen die club radeloos aan kwam kloppen bij Bradford was de deal snel beklonken. Windass ging voor een half jaar “on loan” naar Hull City, om die club erin te houden. Bij Bradford baalden ze natuurlijk van het vertrek van de clubheld, maar de club had geld nodig en het zware salaris van Windass drukte nu niet meer op de begroting. Windass was dus voor het eerst sinds 1995 weer een echte "Tiger".

Zoals eerder geschreven had Hull veel sportieve problemen en met ervaren spelers als Ray Parlour (die erg tegen zou vallen) en Windass hoopte de club toch nog de degradatie te ontlopen. De strijd spitste zich op het laatst toe op twee clubs uit Yorkshire: Hull City en Leeds United. Mede dankzij de doelpunten van Windass was het kleine broertje het die erin bleef. De belangrijkste goal van Deano viel op de een-na-laatste speeldag in Cardiff. Windass maakte het enige doelpunt en de voorsprong op Leeds werd drie punten, met een veel beter doelsaldo van Hull. De club was gered door Windass, die daardoor zowat een heilige werd in Hull. Prompt werd Deano overgenomen en tekende een contract voor twee seizoenen tot en met 2009. Opvallend was dat hij het seizoen afsloot met zowel de topscoordertitel van Bradford (12 goals) en van Hull. Ook het huidige seizoen was hij, ondanks zijn overgewicht en gevorderde leeftijd, erg belangrijk voor de ploeg. Negentig minuten spelen zat er dan wel niet meer in, maar met zijn elf doelpunten was hij opnieuw erg belangrijk voor de club. Alleen zijn aanwezigheid al zorgde voor paniek bij de verdedigers van de tegenpartij.

Hull verbaasde dit seizoen echt iedereen. Bijna niemand had de Tigers in het linkerrijtje voorspeld, maar de club bleef goed meedoen bovenin. Uiteindelijk resulteerde dat in een derde plek. Het veel meer ervaren Watford was de tegenstander in de halve finale van de playoffs, maar moest het in de eerste wedstrijd op het eigen Vicarage Road al afleggen. Het werd 0-2 met doelpunten van Nicky Barmby (een speler die geboren is in Hull en langzaam ook een legende aan het worden is daar) en, uiteraard, Dean Windass. De return in Hull was een formaliteit en met een 4-1 overwinning werd het ticket naar Wembley geboekt. In de finale was de andere verrassing Bristol City de tegenstander. Beide clubs hadden een cultheld van formaat in de spits staan; waar Hull Windass heeft, staat bij Bristol City Lee Trundle in de punt van de aanval. Veel beter kun je het niet krijgen als je van typisch Britse spitsen houdt.

Maar liefst 87.000 mensen mochten live deze wedstrijd bijwonen en zagen misschien wel het meest legendarische moment tot nu toe op New Wembley. In de 38e minuut neemt staat Dean Windass vrij op de zestien en neemt een knappe voorzet vol op de slof en trapt in één keer alle frustratie van de inwoners van Hull van zich af. Adriano Basso is kansloos en Windass raakt in een delirium na zijn doelpunt. In de 71e minuut is de tank leeg van Windass en mag hij eraf. Voor de oude vos worden het dan nog enkele zenuwachtige minuten. Er wordt echter niet meer gescoord en het onmogelijk is gebeurd; Hull City mag volgend jaar in de Premier League uitkomen en de grootste cultheld die de club ooit gehad heeft is daar verantwoordelijk voor. Dit scenario had echt niemand voor mogelijk gehouden aan het begin van het seizoen en deze ontknoping op Wembley is bijna te mooi voor woorden. Deze goal zal Hull City £60.000.000 opleveren hebben experts uitgerekend. Windass heeft zichzelf dus allang terugverdiend. Zelf vond ik dat Windass meteen na de wedstrijd afscheid had moeten nemen van het voetbal, maar nu de emoties wat gezakt zijn is het wel een erg mooi vooruitzicht om Windass in de Premier League te zien. Voor de mensen in Hull is het dubbel feest, want nooit meer worden ze genoemd in de pubquizen als die ene vraag weer langskomt…

Goal van Deano op Wembley
Barnet_Beedinsdag 27 mei 2008 @ 23:38
Kan trouwens een van de mods de topictitel veranderen in "Promoveren op z'n Engels"? De titel dekt namelijk de lading niet meer en om voor ieder verhaaltje nu een apart topic te openen gaat ook wel weer ver. Dan lijk ik op Tong80
MaxPowerwoensdag 28 mei 2008 @ 10:20
Ben je bezig met een boek?
Barnet_Beewoensdag 28 mei 2008 @ 10:30
Nu ik voorlopig geen voetbaltripjes maak nu het seizoen is afgelopen moet ik toch iets om een beetje into het Engelse voetbal te blijven
Blawhwoensdag 28 mei 2008 @ 10:52
Heel leuk om te lezen weer Barnet_Bee.
EnGCatjuhwoensdag 28 mei 2008 @ 11:22
Heel fijn stukje, Barnet_Bee
behangplakkerwoensdag 28 mei 2008 @ 11:33
Het eerste stukje was al echt mooi om te lezen, daarentegen vond ik het 2e stukje nog mooier met de goal van 60.000.000
boriszwoensdag 28 mei 2008 @ 11:40
Ik vind het altijd wel goed zo in Engeland
Drie promoveren en drie vallen er weg. Soms vliegen ploegen in een paar jaar een paar divisies weg en zo klimmen ze. Dat is het leuke in Engeland.

Barnet_Bee ben je ook wel eens bij de Bristol Downs geweest ? Het laagste in het Engelse voetbal .
Barnet_Beewoensdag 28 mei 2008 @ 11:43
quote:
Op woensdag 28 mei 2008 11:33 schreef behangplakker het volgende:
Het eerste stukje was al echt mooi om te lezen, daarentegen vond ik het 2e stukje nog mooier met de goal van 60.000.000
Deano's is ook zo'n held . Dat soort gasten zorgen ervoor dat ik helemaal fan ben van het Engelse voetbal. Ik wilde eigenlijk uit iedere divisie een promovendus uitlichten (dus vier verhalen in totaal), maar zo'n verhaal als dat van Windass is er natuurlijk niet meer.
Blawhwoensdag 28 mei 2008 @ 11:50
quote:
Op woensdag 28 mei 2008 11:33 schreef behangplakker het volgende:
Het eerste stukje was al echt mooi om te lezen, daarentegen vond ik het 2e stukje nog mooier met de goal van 60.000.000
Inderdaad, genieten.
DarkShinewoensdag 28 mei 2008 @ 12:13
quote:
Op maandag 26 mei 2008 16:15 schreef Bos81 het volgende:
Wat een mooi verhaal weer Barnet
Idd, ben eraan begonnen op 't werk. Probeer hem, zij het in gedeeltes, gaan lezen.
DemonCleanerwoensdag 28 mei 2008 @ 13:00
Prachtig om te lezen weer
BobRooneywoensdag 28 mei 2008 @ 13:30
Wat een beest die Windass, en wat een goal

Leuk stukje
Barnet_Beewoensdag 28 mei 2008 @ 18:22
quote:
Op woensdag 28 mei 2008 11:40 schreef borisz het volgende:
Barnet_Bee ben je ook wel eens bij de Bristol Downs geweest ? Het laagste in het Engelse voetbal .
Nee. Ik vind de lagere divisies wel leuker dan de PL, maar dan gaat het echt over Championship, League One & Two en de Conference (North & South). Nog lager begint het voor mij iets te obscuur te worden, of het moet een voormalige profclub zijn die tot dat niveau is teruggevallen.
The_Vervewoensdag 28 mei 2008 @ 18:31
Even een tvp voor wanneer ik iets meer tijd heb. Bookmarken werkt bij mij niet meer.
Rucebowoensdag 28 mei 2008 @ 20:30
Leuk stukje weer !
behangplakkerdonderdag 29 mei 2008 @ 14:16
quote:
Op woensdag 28 mei 2008 11:43 schreef Barnet_Bee het volgende:

[..]

Deano's is ook zo'n held . Dat soort gasten zorgen ervoor dat ik helemaal fan ben van het Engelse voetbal. Ik wilde eigenlijk uit iedere divisie een promovendus uitlichten (dus vier verhalen in totaal), maar zo'n verhaal als dat van Windass is er natuurlijk niet meer.
Blijf maar verhalen schrijven hoor, ik lees ze graag

Je hebt me trouwens wel op ideeen gebracht, want ik zit zelf nu ook eraan te denken om volgend seizoen een keer naar een lagere divisie een play-off of kampioenswedstrijd te bezoeken.
The_Vervedonderdag 29 mei 2008 @ 16:29
Prachtig, dat Boothferry Park. Zo had van mij het Oosterpark Stadion ook oud mogen worden...
Barnet_Beedonderdag 29 mei 2008 @ 21:29
quote:
Op donderdag 29 mei 2008 14:16 schreef behangplakker het volgende:

[..]

Blijf maar verhalen schrijven hoor, ik lees ze graag
De volgende gaat over Aldershot (moet hem nog wel schrijven). Voor de laatste in de serie ben ik er nog niet helemaal uit, maar de club is in ieder geval een van de promovendi uit League Two (dan heb ik alle Leagues gehad). Ik neig momenteel naar MK Dons, omdat daar wel een mooi verhaal achter zit. Ik vind de club alleen een verschrikkelijke baggerclub.
quote:
Op donderdag 29 mei 2008 14:16 schreef behangplakker het volgende:

[..]
Je hebt me trouwens wel op ideeen gebracht, want ik zit zelf nu ook eraan te denken om volgend seizoen een keer naar een lagere divisie een play-off of kampioenswedstrijd te bezoeken.
Ik ben dit jaar naar de playoffwedstrijden van Rochdale & Stockport gegaan en dat was echt super. Volgend jaar ga ik zeker weer een keertje naar een of meerdere beslissingswedstrijden.
behangplakkerdonderdag 29 mei 2008 @ 21:38
quote:
Op donderdag 29 mei 2008 21:29 schreef Barnet_Bee het volgende:

[..]

De volgende gaat over Aldershot (moet hem nog wel schrijven). Voor de laatste in de serie ben ik er nog niet helemaal uit, maar de club is in ieder geval een van de promovendi uit League Two (dan heb ik alle Leagues gehad). Ik neig momenteel naar MK Dons, omdat daar wel een mooi verhaal achter zit. Ik vind de club alleen een verschrikkelijke baggerclub.
[..]

Ik ben dit jaar naar de playoffwedstrijden van Rochdale & Stockport gegaan en dat was echt super. Volgend jaar ga ik zeker weer een keertje naar een of meerdere beslissingswedstrijden.
Users zoals jij krikken het niveau op Fok! wel omhoog.

Ik open nog wel een topic volgend jaar over welke wedstrijden het interessantst zouden kunnen zijn
Ordinairdonderdag 29 mei 2008 @ 22:05
Mooi stuk man!
Barnet_Beezaterdag 31 mei 2008 @ 21:56


The Rise of the Phoenix

We schrijven 1992. Het is een waterkoud op die 20e maart in Cardiff. Op Ninian Park staan Cardiff City en Aldershot tegenover elkaar in de toenmalige Fourth Division. Het veld is modderig door de hevige regenval van de laatste weken en het spel is niet om aan te gluren. Cardiff staat op dat moment in de middenmoot, terwijl Aldershot stijf onderaan staat. Wat op dat moment niemand wist, is dat op het moment dat de wedstrijd afgefloten door de scheidsrechter het meteen het laatste fluitsignaal is dat de Aldershot Football Club ooit nog zal horen. Vijf dagen na deze wedstrijd wordt namelijk de stekker uit de club getrokken, waardoor het de eerste club in de League is na Accrington Stanley (in 1962) die tijdens de lopende competitie failliet gaat. Vanaf 1932 had de club onafgebroken in de League gespeeld, maar de schulden waren zo hoog opgelopen dat dit noodlot onontkoombaar was. De volgende dag verschenen er rouwadvertentie in de dagbladen van verdrietige fans. Hun club was niet meer.

April 2008, de vijftiende om precies te zijn. Aldershot Town speelt met 1-1 gelijk in Exeter, waardoor de titel in de Conference binnen is. Door dit resultaat mogen de Shots volgend jaar voor het eerst in hun geschiedenis uitkomen in de League. Dit is natuurlijk alleen zo als je het als een ware purist bekijkt. De fans spreken namelijk over "The rise of the Phoenix" die zestien jaar na het verdwijnen terugkeert in de League. De naam is misschien iets anders, maar voor de rest is Aldershot Town gewoon Aldershot FC. Het stadion is nog steeds de Recreation Ground, de clubkleuren zijn hetzelfde en, misschien wel het belangrijkste, op de tribune staan nog steeds veel mensen die er in 1992 ook al stonden. De huidige voorzitter was zelf een van de mensen die op die koude 20 maart erbij was in Cardiff. Voor die mensen is de terugkeer misschien wel het allermooiste.

Persoonlijk vind ik het ook altijd mooi als een “naam” uit het verleden terugkeert. Weg met al die nieuwerwetse clubs. In plaats van clubs als Cheltenham, Morecambe, Dagenham & Redbridge en Macclesfield horen natuurlijk Barrow, Southport, Bradford Park Avenue en Workington in de League te spelen. Daarom vond ik het geweldig dat Aldershot dit jaar kampioen werd en dat ze en passant ook nog eens Exeter City (een andere verloren zoon) meenamen naar League Two. Buiten een mooi verleden heeft Aldershot ook een geweldig stadion. De Recreation Ground ligt mooi in een parkje en is nog een echt ouderwets stadion. Zelf vind ik het ronde dak het mooiste aan het stadion. Dat zie je namelijk niet vaak. Ik hoop dat Aldershot op 9 augustus begint met een thuiswedstrijd, want dan is de kans heel groot dat ik erbij ben. Aldershot terug in de League mag ik natuurlijk niet missen. Een historische gebeurtenis voor een club die al een mooi verleden heeft is nooit verkeerd om bij te wonen.

Die historie brengt ons terug naar het leger. Aldershot is namelijk veel bekender door het leger dan door zijn voetbalclub. In 1854, ten tijde van de Krimoorlog, besloot de regering namelijk om van Aldershot het centrum van het Britse leger te maken. Er werden barakken gebouwd en in de buurt kwam een heel oefenterrein voor de militairen. Het leverde Aldershot de naam “The Home of the British Army” op, een bijnaam die ze vandaag de dag nog steeds hebben. In Aldershot waren namelijk op een bepaald moment 70 procent van de inwoners militairen. De link tussen het leger en voetbal is ook erg groot, want het was een militair regiment wat de eerste spelers voor de club leverde. De clubkleuren zijn niet voor niets rood-blauw, de kleuren van het Britse leger. Samen met Colchester United is Aldershot de enige club in de League die zijn roots bij het leger heeft liggen.

Aldershot begon na zijn beginjaren gestaag op te klimmen. In 1932 deed de club mee aan een verkiezing voor een plekje in de League en het was meteen raak. Aldershot werd in de League gekozen en telde vanaf dat moment echt mee. Na de promotie waren de Shots een van de meest regelmatige clubs die Engeland ooit heeft gezien: ze slaagden er namelijk in om 40 jaar lang bijna continue in het rechterrijtje te spelen. Nog opvallender is dat de club ook zelden op de herverkiezingsplekken terecht kwam. Ik denk niet dat er veel clubs zijn die een constantere serie hebben neergezet. Maar series zijn er om verbroken te worden en dat deden de Shots in 1973. Na een zeventiende plek in 1972 waren er weinig verwachtingen voor het jaar erop, maar Aldershot besloot ineens wat spektakel te verzorgen. De fans wisten niet wat ze zagen, eindelijk een seizoen wat niet al in februari was afgelopen. Ook in maart deed Aldershot nog vrolijk mee om plek vier (de laatste plek die recht gaf op promotie) en in april werden de mensen die hun vakantie begin mei hadden geboekt toch wat zenuwachtig. Het leek er namelijk op dat Aldershot echt mee zou blijven doen om die laatste promotieplek. Het wonder gebeurde inderdaad, met een gelijk aantal punten als nummer vijf Newport County, maar met een positiever doelsaldo, werden de Shots vierde. Aldershot mocht voor het eerst in zijn bestaan een stapje omhoog.

Het feest wat na de promotie losbarstte was ongekend. Al voor middernacht waren de bierkranen leeg en ook het leger deed een duit in het zakje van de festiviteiten; ter ere van de promotie werd er enkele krijgsgevangen opgehangen. In 1974 werd Aldershot achtste op het derde niveau en de bestuurders begonnen langzaam te dagdromen. Een paar versterkingen en promotie naar level twee moest toch ook wel mogelijk zijn en als je daar toch was, waarom dan niet ineens door naar het hoogste niveau? Uiteraard waren dit maar dromen en het bestuur werd met een harde klap wakker geschud. Op de laatste speeldag in 1975 streden er vier ploegen om de laatste drie degradatieplekken (Huddersfield was al gezien). Bij die vier zat ook Aldershot. Hoe het uiteindelijk gelukt is weet niemand tot op de dag van vandaag, maar Aldershot ontsnapte. Plaats twintig was bereikt, met slechts één puntje voorsprong op plek 23. De voorzitter beschouwde dit slechts als een incidentje en gokte toch weer op promotie het jaar erop en investeerde flink in de ploeg. Dat bleek weggegooid geld te zijn, want in 1976 vloog de club er toch uit, samen met de militaire vrienden uit Colchester. Aldershot was eigenlijk weer terug op het niveau waar ze thuishoorde.

De degradatie zorgde voor veel vertrekkers en Aldershot kwam weer terecht in het rechterrijtje van de laagste League, nu was de cirkel echt weer helemaal rond. Toch wilde de club zich niet leerleggen bij zijn lot om voor eeuwig gedoemd te zijn te spelen in de Fourth Division. Erg werden enkele onverantwoorde investeringen gedaan en 1987 bleken die investeringen zich terug te betalen. Aldershot werd namelijk zesde en mocht als laatste club deelnemen aan de playoffs. De tegenstander in de eerste ronde was er een van formaat: meervoudige FA Cup winnaar Bolton Wanderers die 21e waren geëindigd in de Third Division en daardoor mee moesten doen aan de playoffs om zich veilig te spelen. Op de Recreation Ground won Aldershot met 1-0, maar bij Bolton waren ze ervan overtuigd dat ze het wel recht zouden zetten op Burnden Park. “Kom op, Aldershot bestaat uit een paar omhooggevallen militairen, terwijl wij Nat ‘The Lion of Vienna’ Lofthouse in ons midden hebben gehad.” Dat was een onterechte misvatting van de Wanderers, want na 90 minuten stond het 2-2. Een tranendal volgde op Burnden Park, wat sinds het Burnden Disater niet meer was gezien. Bolton moest voor het eerst uitkomen op het vierde niveau en dat was zwaar voor de fans, loodzwaar.

Vanuit de andere halve finale kwamen andere Wanderers doorgestoomd, maar deze kwamen uit Wolverhampton en hadden een ronde eerder al militairtjes verslagen in de vorm van Colchester. De derde confrontatie tussen Wanderers en Militairen moest dus definitief uitmaken wie de sterkste was van de twee. De flink afgezakte Wolves waren in de competitie slechts één punt tekort gekomen voor directe degradatie en die wilden daarom wraak. De eerste wedstrijd was weer op de Recreation Ground en de Wolves vielen aan als gekken. Aldershot speelde het spelletje slim en liet ze uitrazen. Daarna werd er tweemaal dodelijk uitgehaald en met een 2-0 voorsprong werd er afgereisd naar Wolverhampton. Daar gebeurde precies hetzelfde en opnieuw won Aldershot, ditmaal met 0-1. Voor de tweede maal in de historie waren de Shots gepromoveerd en de krijgsgevangen knepen hem natuurlijk. Erg was ook wel een feestje in Aldershot, maar veel mensen vroegen zich af waarvan het bestuur toch al die dure spelers betaalde en of dat wel allemaal zuiver was.

Het tweede avontuur in de Third Division duurde slechts twee jaar. Het eerste jaar haalde Aldershot het nipt, door één puntje meer te halen dan Rotherham, maar het jaar erop werd Aldershot strak laatste. De schulden waren ondertussen zo hoog geworden dat veel spelers vertrokken en alle bestuurders wezen naar elkaar als hoofdschuldige. Het was zelfs nog even de vraag of Aldershot wel uit mocht komen in de Fourth Division, aangezien er geen stuiver meer was. In 1990 redde Aldershot zich maar net op het laagste niveau. Colchester (daar heb je ze weer) was de ongelukkige en vloog eruit. Toch zag het er voor die club roskleuriger uit dan voor de Shots, want de veel laffe bestuursleden hadden het hazenpad gekozen en de club was meer dood dan levend. Opnieuw werd er de vraag gesteld of de club wel zou kunnen aantreden op het laagste niveau, want er was amper geld voor warm water voor de douches en voor het aanzetten van de lichtmasten. Toch werd er geprobeerd om het nog een seizoen uit te zingen, want in 1991 zou er door verschuivingen in de League geen enkel team degraderen. Aldershot kon dus veilig laatste worden.

Soms zie je het helemaal niet meer zitten en heb je geen zin meer om verder te gaan. Je ziet geen enkel lichtpuntje meer en slaat alle positieve adviezen, maar dan is hij daar ineens “El Salvador” oftewel de Messias. Bij Aldershot kwam die ook ineens binnenwaaien. Hij was destijds negentien jaar en droeg de naam Spencer Trethewy. Niemand had nog ooit van dit mannetje gehoord, maar naar eigen zeggen was hij een schatrijke projectontwikkelaar. Hij wilde wel investeren in de club. En als je hulp nodig hebt ben je vaak wat minder kritisch op degene die je die hulp wil geven. Trethewy kreeg daarom meteen een zetel in het bestuur en kreeg de macht over de financiële kant van de club. De club leek gered, maar bleek het paard van Troje binnengehaald te hebben. Trethewy was geen schatrijke projectontwikkelaar en had geen geld. De club was ondertussen al uitgaven aan het doen, met het geld van Trethewy in het achterhoofd. Na drie maanden kwamen de overige bestuursleden er pas achter dat het wonderkind geen geld had. Hij werd onmiddellijk de club uitgegooid. De Shots bleken niet het enige slachtoffer van de oplichterpraktijken van Trethewy, want hij sliep in de duurste hotel zonder te betalen. Trethewy werd later voor de praktijken veroordeeld en mocht voor twee jaar wasknijpers gaan vouwen. Tegenwoordig gaat hij door het leven als Spencer Day en wil hij van de amateurclub Chertsey Town een voetbalbolwerk gaan maken. Sommige mensen leren het ook nooit.

De club zat na dit avontuur met Trethewy nog dieper in de rode cijfers en wankele op het dunne koortje. Het kon eigenlijk ieder moment afgelopen zijn en de Engelse voetbalwereld was verrast dat Aldershot in 1991 toch nog meedeed bij de start van het nieuwe seizoen. Niemand stond ervan te kijken dat Aldershot zowat iedere week verloor. Slechts van Maidstone United (een club met even grote financiële zorgen die ook snel failliet zou gaan) en Scarborough werd gewonnen. Voor de rest was het een tranendal. In de FA Cup werd in de eerste ronde zelfs van de amateurs van Enfield verloren. Het was ondertussen maart geworden en in de kranten verschenen steeds zorgelijkere berichten over de financiële situatie bij de club. Men vreesde zelfs dat het seizoen niet af kon worden gemaakt. Sportief kon de maand niet slechter beginnen. Op Underhill werd met 0-5 verloren tegen Barnet, ook de drie wedstrijden daarna werden verloren en met zeven nederlagen op rij werd de trip naar Cardiff gemaakt. Daar was het opnieuw helemaal niets en met 0-2 werden de Shots naar huis gestuurd. Wat ze op dat moment nog niet wisten, was dat het de laatste wedstrijd ooit zou zijn die onder de naam “Aldershot Football Club” werd gespeeld. Vijf dagen later trok de rechter de stekker uit de club. Aldershot FC was niet meer…

Voor het eerst sinds Accrington Stanley in 1962 was er een club tijdens het lopende seizoen uit de competitie gehaald, iets wat tot op de dag van vandaag ook niet meer gebeurd is. De mensen in Aldershot zaten dus ineens zonder voetbalclub. Enkele fans besloten daarom meteen een nieuwe club op te richten. Qua naam werd de originaliteitprijs niet gewonnen. De nieuwe naam werd namelijk “Aldershot Town FC”. Wat wel in het voordeel van de oprichters sprak is dat ze de hele stad weer warm maakte voor de club, die in de laatste jaren van zijn bestaan door alle problemen een paria in de stad was geworden. Nu wilde iedereen er weer bijhoren. Mooi was dat de nieuwe club wel op de Recreation Ground mocht blijven spelen, toch het spirituele huis van het voetbal in Aldershot. In 1992 mocht Aldershot Town uitkomen in de Diadora Isthmian League, vijf niveau onder het laagste profniveau. De Fenix was weer langzaam weer aan het opkrabbelen, maar de weg terug zou nog erg lang zijn.

Het eerste seizoen begon de club wel meteen goed. Met maar liefst achttien punten voorsprong op de nummer twee werd de club kampioen. Wat opvallender was, was het feit dat de club een hoger gemiddeld toeschouwersaantal had dan het jaar ervoor, toen de club notabene nog op het profniveau speelde. Ook het jaar erop werd de club kampioen en gestaag werd de weg omhoog ingezet. In 2002/2003 won de club de titel die ervoor zorgde dat ze uit mochten komen in de Conference. Na elf jaar werken mocht Aldershot Town eindelijk uitkomen in een nationale divisie, slechts één divisie onder het uiteindelijke doel: League Two. De club trok ondertussen echt een hele hoop fans en was een van de populairste Non-League clubs. De voorzitter, een van de mannen die erbij was in Cardiff tijdens de laatste adem van Aldershot FC, zei ook dat het faillissement het beste was wat de club had kunnen overkomen. Oude schulden waren weggewerkt en de stad was weer achter de club gaan staan.

Natuurlijk had de FA gezocht naar een historisch verantwoorde tegenstander tijdens de eerste wedstrijd in de Conference, maar mooier dan deze kon eigenlijk niet. Op tien augustus 2003 stond namelijk het watertandende affiche Aldershot Town v Accrington Stanley op het programma. De beide clubs, de laatste twee die tijdens het lopende seizoen in de League failliet gingen, waren voor het eerst sinds hun faillissement weer terug op nationaal niveau. Dit moest wel erg bijzonder zijn en zelfs Sky Sports vaardigde een groot team af naar deze wedstrijd om hem te verslaan. Het programmaboekje van die dag bevatte een oud programmaboekje van de laatste wedstrijd die beide club tegen elkaar speelden in 1962. In totaal 3680 toeschouwers namen de moeite om af te dalen naar de Recreation Ground en vier van die fans hoopten op eeuwige roem toen ze als streaker het veld op liepen. De wedstrijd eindigde in 2-1 en voor Aldershot zou het een uitstekend seizoen worden. De club eindigde als vijfde en mocht meteen meedoen aan de playoffs. Daarin won Aldershot van Hereford en de Shots stonden op de drempel van de League. Na 120 minuten stond het 1-1 en penalty’s moesten de beslissing brengen. Daarin had Aldershot last van een scheef vizier, want het werd 3-0 van Shrewsbury. Achteraf misschien niet eens zo verkeerd, want de Shots waren, als parttimers, nog absoluut niet klaar voor de League.

Het jaar erop won Barnet, met een geniale Grazioli, de titel in de Conference. Aldershot deed het weer uitstekend met een vierde plek. Carlisle United was ditmaal de tegenstander in de halve finales. Thuis won Aldershot met 1-0, maar doordat Carlisle thuis ook won, met 2-1, moesten pingels bepalen wie er naar de finale ging. De Shots bleken een beetje op het Nederlands Elftal te lijken, want opnieuw werd er verloren. Carlisle ging door naar de finale, die ze zouden winnen en het seizoen erop promoveerde die club zelfs nog een keer. De volgende keer beter, dachten ze bij Aldershot. Dat was een verkeerde gedachte, want waar de andere Fenix (Accrington Stanley) kampioen werd, eindigde Aldershot op de dertiende plek. Het slechtste resultaat van de club in zijn bestaan. Vorig jaar werd de club negende en leek een beetje in het moeras der middenmotors te blijven hangen.

Gary Waddock werd voor het begin van het seizoen aangesteld als nieuwe manager. Waddock had een flink aantal wedstrijden op het hoogste niveau gespeeld en was ook regelmatig opgeroepen voor het nationale team van Ierland. Hij had een jaar eerder nog QPR gemanaged, maar had daar de zak gekregen. Aldershot vond hem echter dè man die het team verder kon brengen. Met enkele gerichte aankopen stoomde Aldershot vanaf het begin van het seizoen af op de titel. Torquay was de enige die nog tegenstand bood, maar na een 1-2 overwinning tegen die club lag de weg naar de titel helemaal open. Ondertussen werd er nog het Setanta Shield gewonnen, maar dat viel in het niets bij de titel die op 15 april wordt gewonnen. In en tegen Exeter wordt het 1-1. Aldershot pakt daardoor de titel en promoveert. De Fenix is herrezen uit zijn as en zal volgend jaar weer in de League te bewonderen zijn.
Barnet_Beezaterdag 31 mei 2008 @ 22:15
Op internet heb ik nog een klein filmpje gevonden over de eerste maanden van Aldershot Town:
Ajaxfanzaterdag 31 mei 2008 @ 22:43
Wat een geweldig verhaal om te lezen.
Gordon_Shumwayzaterdag 31 mei 2008 @ 23:09
Prachtig topic, Barnet
numero_unozondag 1 juni 2008 @ 11:56
heerlijk leesvoer voor dit soort dagen op kantoor
Barnet_Beemaandag 2 juni 2008 @ 15:19
Ik ben eruit over de laatste. Dat gaat het nare MK Dons worden.
Steamhammerwoensdag 4 juni 2008 @ 02:06
Leuk om te lezen tijdens het werken.
Prachtige website overigens.
TC03woensdag 4 juni 2008 @ 02:26
Leuke stukjes.
quote:
Het feest wat na de promotie losbarstte was ongekend. Al voor middernacht waren de bierkranen leeg en ook het leger deed een duit in het zakje van de festiviteiten; ter ere van de promotie werd er enkele krijgsgevangen opgehangen.
Niemand die hier overheen las en zijn wenkbrauwen fronste?
MaxPowerwoensdag 4 juni 2008 @ 09:04
quote:
Op maandag 2 juni 2008 15:19 schreef Barnet_Bee het volgende:
Ik ben eruit over de laatste. Dat gaat het nare MK Dons worden.
Tof, heb destijds die splitsing tussen MK Dons en AFC Wimbledon wel een beetje gevolgd. Ben benieuwd hoe het er nu voorstaat.
behangplakkervrijdag 6 juni 2008 @ 13:26
Na drie maanden kwamen de overige bestuursleden er pas achter dat het wonderkind geen geld had. Hij werd onmiddellijk de club uitgegooid. De Shots bleken niet het enige slachtoffer van de oplichterpraktijken van Trethewy, want hij sliep in de duurste hotel zonder te betalen. Trethewy werd later voor de praktijken veroordeeld en mocht voor twee jaar wasknijpers gaan vouwen. Tegenwoordig gaat hij door het leven als Spencer Day en wil hij van de amateurclub Chertsey Town een voetbalbolwerk gaan maken. Sommige mensen leren het ook nooit.



Geweldig weer
Barnet_Beezaterdag 7 juni 2008 @ 23:38
quote:
Op woensdag 4 juni 2008 09:04 schreef MaxPower het volgende:

[..]

Tof, heb destijds die splitsing tussen MK Dons en AFC Wimbledon wel een beetje gevolgd. Ben benieuwd hoe het er nu voorstaat.
Hij komt eraan. Wel in twee delen, want anders is het te lang en minder leesbaar.

= or

England’s Most Hated Club

Een nieuw stadion, een mooi uitshirt, goede toeschouwersaantallen en kampioen van League Two. Op het eerste oog is er weinig mis met Milton Keynes Dons, maar ondanks al deze pluspunten is deze club is de meest gehate van Engeland. Zelfs grote clubs als Manchester United en Chelsea wekken minder walging op bij haar vijanden dan de Dons. Clubs weigeren vriendschappelijke wedstrijden te spelen tegen de club, in de competitie boycotten veel fans de uitwedstrijden tegen ze en de scheldnamen voor de club breiden ieder seizoen weer uit. De verklaring voor dit gedrag is heel simpel: franchiseclubs worden (nog) niet gepruimd in Engeland. En laat MK Dons nu net een franchiseclub zijn, de bekendste die Engeland ooit heeft gehad. De club is namelijk een voortzetting van het oude Wimbledon, en dan nog wel in een andere stad op zo’n 100 kilometer van Londen. De echte haat tegen de Dons uit de beginjaren is misschien wat aan het wegebben, maar het zal nog lang duren voordat de Dons door iedereen zal worden geaccepteerd. Meestal lukt dat als je als club successen haalt en wat dat betreft is Milton Keynes Dons goed op weg.

Om het verhaal van de MK Dons te begrijpen is het onmogelijk om Wimbledon niet te noemen. Technisch gezien zijn de Dons namelijk gewoon Wimbledon, maar dan met een andere naam. Doordat de supportersvereniging graag erkend wilde worden heeft de club besloten om alle bekers terug te schenken aan Merton (de borough waar Wimbledon speelde) en geen aansprak te maken op het verleden van Wimbledon. Als oprichtingsjaar wordt dan ook 2004 aangehouden. Dit allemaal om maar niets als paria behandeld te worden door de andere clubs. Toch wordt de club nog steeds met een schuin oog bekeken en het is een gruwel voor de Engelse voetbalfan dat er meer clubs het voorbeeld van Milton Keynes Dons gaan volgen en zichzelf gaan verkopen aan de hoogste bieder. Een van de clubs die dit lot wel eens zou kunnen ondergaan is Chester City, een club die veel tegenwerking krijgt van de stad en daardoor plannen heeft om misschien wel eens een eindje uit de stad te gaan spelen. Widnes is daarbij een reële optie, maar voorlopig blijft MK Dons de enige die dit daadwerkelijk heeft gedaan.

Terug naar 1889, het jaar waarin Wimbledon FC werd opgericht, destijds nog onder de naam Wimbledon Old Centrals. Pas in 1911 wordt de naam Wimbledon FC aangenomen. Een jaar later neemt de club ook voor het eerst een echt stadion in gebruik; Plough Lane, waar ze maar liefst 79 jaar zouden spelen en een plek waar veel van de oudere aanhangers van Wimbledon nog naar terug verlangen. Aan dat stadionnetje aan Plough Lane ontwikkelde de club zich tot een ware topclub onder de amateurclubs. Er werden maar liefst acht titels gewonnen, terwijl de club in 1963 de FA Cup voor amateurclubs won. Wimbledon won op Wembley met 4-2 van Sutton United, een andere topamateurclub uit Londen. Deze FA Amateur Cup was overigens geen kleine prijs, want regelmatig kwamen er 100.000 mensen naar Wembley om deze wedstrijd te bekijken. De club bleef eind jaren 60 en begin jaren 70 een topper onder de amateurs en in 1975 was Wimbledon de eerste Non-Leagueclub die in de FA Cup (de ehcte) een club uit de hoogste divisie op eigen veld versloeg. Burnley was het slachtoffer. In de volgende ronde hield de club op Elland Road stand tegen Leeds United, destijds een echte topclub. In de return moest Wimbledon uitwijken naar Selhurst Park omdat het eigen Plough Lane te klein was om Leeds te ontvangen. Leeds won nipt, door een eigen doelpunt, van Wimbledon voor 40.000 man.

De voorzitter van Wimbledon zag door het gigantische aantal toeschouwers potentie voor Wimbledon en wilde serieus werk gaan maken van de “league election”. Wimbledon had al een aantal keer meegedaan aan deze verkiezingen (die zowat altijd door de bestaande leagueclubs werd gewonnen) en was keer op keer kansloos geweest. De ene keer kreeg de club drie stemmen en het jaar erop weer vier, waar er zo’n 28 nodig waren geweest. In 1977 rook Wimbledon echter kansen. Ze hadden door die goede resultaten in de FA Cup veel goodwill gewonnen en de meeste clubs hadden het wat gehad met Workington, de club die in de uithoek der uithoeken van Engeland ligt. Een ander voordeel voor Wimbledon was dat er naast hen, slechts een andere Non-Leagueclub meedeed, namelijk Altrincham. Vanuit de League moesten de onderste vier clubs verplicht deelnemen aan de election. Dit waren Halifax, Hartlepool, Southport en Workington, buiten Halifax allemaal clubs in een uithoek. De kansen waren nog nooit zo groot geweest, toen de 92 Leagueclub bijeenkwam om te stemmen. Iedere club mocht op twee clubs stemmen en met zweet tussen de bilnaad nam de delegatie van Wimbledon plaats. Al snel was duidelijk dat Halifax, Hartlepool en Southport herkozen zouden worden, terwijl Altrincham al snel geen kans meer leek te maken. Pas op het laatst begon het duidelijk te worden dat het wonder voor Wimbledon zou gaan plaatsvinden. De club haalde meer stemmen dan Workington en nam de plek in de Fourth Division over van de noordelingen.

Wimbledon maakte meteen een denderende start in de Fourth Division, na een aanloopjaar werd meteen promotie gevierd. Het jaar erop volgde meteen degradatie na de 24e en laatste plek in de Third Division. In 1981 promoveerde de club meteen weer, terwijl in 1982 de club weer degradeerde. Een belletje naar Volendam was nodig in 1983, want de club werd kampioen in de Fourth Division. De Heen-en-Weer hoorde na vijf jaren van promoties en degradaties wel thuis bij Wimbledon. Het jaar erop werd het nog gekker, want de club werd tweede op het derde niveau en mocht het jaar erop in de Second Division uitkomen. De club speelde nu zeven jaar en alleen het eerste jaar was “saai” te noemen, want voor de rest was er iedere keer wel iets te vieren of te treuren. De drankholen rondom Plough Lane hadden in die jaren recordomzetten. De shock was dan ook groot toen Wimbledon twaalfde eindigde. Een rustig seizoen, dat waren ze niet gewend daar in het zuidwesten van Londen. Het volgende seizoen was er weer volop spektakel te beleven rondom Wimbledon. Wimbledon werd derde en promoveerde naar het hoogste niveau, terwijl Middlesbrough en Fulham afzakten naar het derde niveau. Wimbledon tegen Liverpool, Manchester United en Arsenal, de tabloids raakten er niet over uitgeschreven, want dit was wel erg bijzonder.

Het eerste jaar van Wimbledon in de First Division bleef niet onopgemerkt. Terwijl het aloude “kick&rush” langzaam was verdwenen uit het Engelse voetbal, kwam het door Wimbledon met een rotgang weer terug. Manager Bobby Gould eist namelijk dat zijn spelers zo speelden. Middenvelders verlieten met kramp in hun nek het stadion, maar effect had het wel. De club werd zesde in de competitie, zo’n tien punten voor Manchester United, waar ene Alex Ferguson manager was geworden en ook bijna weer was ontslagen. Ook in de FA Cup ging het beter dan ooit tevoren. Pas in de kwartfinale vloog de club eruit, tegen Tottenham Hotspur, dat in de finale verrassend zou verliezen van Coventry City. Een van de clubs die Wimbledon versloeg was Everton. Die gingen er met 3-1 aan op Plough Lane, maar zouden aan het eind van het seizoen wel de landstitel pakken. Wimbledon had zoveel indruk gemaakt met zijn spel en zijn gedrag in de wedstrijden, dat de club een bijnaam had gekregen van de pers, “The Crazy Gang”. Bijna bij elke speler van het team zat wel een steekje los en tegenstanders werden al in de tunnel geïntimideerd. Stamhoofd van de groep was Vinnie Jones, die kaarten bij de vleet pakte en omschreven werd als de gemeenste alle voetballers, nadat hij Paul Gascoigne zowat castreerde. Andere namen uit die tijd waren John Fashanu, Lawrie Sanchez, John Scales, Eric Young, Dennis Wise en Dave Beasant. Stuk voor stuk mannen die niet bang waren om iemand door midden te trappen.

Het tweede seizoen op het hoogste niveau verliep opnieuw uitstekend. Er werd verwacht dat de clubs nu wel ingesteld waren op het spel van Wimbledon, maar opnieuw werd er met powerplay menig wedstrijd gewonnen. Na veertig wedstrijd stond de club knap zevende in een jaar waarin Chelsea degradeerde. De competitie was de laatste weken overigens bijzaak voor Wimbledon, want de club verbeterde zijn prestatie in FA Cup van het jaar ervoor. Voor het eerst sinds 1963 mocht de club weer naar Wembley om het op te nemen tegen Liverpool, in die jaren dè topclub van Engeland en ook de landskampioen van 1988. Overwinningen op West Bromwich, Mansfield, Newcastle en Watford hadden Wimbledon in de halve finale gebracht. Op White Hart Lane mocht het aantreden tegen Luton Town, in die jaren een gerespecteerde club op het hoogste niveau. Luton had eerder in het seizoen al de League Cup gewonnen en hoopte voor de tweede maal op Wembley te komen dat seizoen. Een volgeladen stadion zag Wimbledon winnen met 2-1. In de tweede halve finale speelden Liverpool en Nottingham Forest tegen elkaar op Hillsborough, een confrontatie die het jaar erop voor 96 doden zorgen. Die tragedie was in 1988 nog ver weg en via een 2-1 overwinning kwam Liverpool uit de bus rollen als tegenstander.

De FA verwachte weinig toeschouwers, doordat Wimbledon zo’n kleine club was. Er werden weinig programmaboekjes gedrukt, maar er kwamen maar liefst 98.203 toeschouwers op deze finale af. Degene die destijds wel een programmaboekje hebben kunnen bemachtigen kunnen deze voor flink wat geld verkopen door de schaarste en de uitslag natuurlijk. In de finale was Liverpool de betere, maar in de 37e minuut kopte Lawrie Sanchez de 1-0 langs Grobbelaar. De wedstrijd was een clash van stijlen, het klassieke “kick&rush”van Wimbledon tegen de “passing game” van Liverpool. Liverpool kreeg wel kansen, maar continue lag Dave Beasant in de weg. Een doelpunt van Peter Beardsley werd afgekeurd, doordat er al was gefloten voor een vrije trap voor Liverpool. Na en uur spelen kreeg Liverpool een penalty. Nog nooit eerder had een keeper een penalty gestopt tijdens een FA Cup finale en niet alleen de statistieken waren in het nadeel van Beasant, want de strafschopnemer was John Aldrigde die dat seizoen topscoorder van Engeland was geworden. Aldrigde trapte de bal links van Beasant, maar die leek dat al te verwachten. De keeper dook in de goede hoek en stopte de bal. Liverpool bleef daarna de “Crazy Gang” onder druk zetten, maar die weerstonden die druk goed. Mannen als John Barnes, Alan Hansen, Ray Houghton en Jan Mølby bleken niet opgewassen tegen een stel anti-voetballers uit Londen. Het bleef 1-0 en het blijft de grootste verrassing in de moderne tijd van de FA Cup. Het sprookje Wimbledon werd steeds onwaarschijnlijker, maar niemand droomde want het gebeurde allemaal echt.

[ Bericht 3% gewijzigd door Barnet_Bee op 07-06-2008 23:50:54 ]
TC03zondag 8 juni 2008 @ 00:43
Leuk stuk weer. Alleen er missen wat alinea's, nu eindigen we in 1988. Op je site staat gelukkig wel het hele verhaal.

En hoe zit het nou met die krijsgevangen die opgehangen werden? Of is dit een spreekwoord wat ik niet ken?

[ Bericht 24% gewijzigd door TC03 op 08-06-2008 01:10:24 ]
Barnet_Beezondag 8 juni 2008 @ 09:17
quote:
Op zondag 8 juni 2008 00:43 schreef TC03 het volgende:
Leuk stuk weer. Alleen er missen wat alinea's, nu eindigen we in 1988. Op je site staat gelukkig wel het hele verhaal.

En hoe zit het nou met die krijsgevangen die opgehangen werden? Of is dit een spreekwoord wat ik niet ken?
Ik wilde hem in twee delen plaatse, maar kreeg gisterenavond ineens de mededeling dat Fok te druk was. Ik zal deel 2 zo plaatsen. Dat van die krijgsgevangen is natuurlijk niet echt waar

In 1989, door de schorsing van Engelse clubs in Europa mocht Wimbledon Europa niet in, draaide Wimbledon weer een goed jaar. Kwartfinale FA Cup, waarin werd verloren van Everton, en een twaalfde plek in de competitie waren goede resultaten. De twee jaren daarna mocht Wimbledon weer ruiken aan de middenmoot. De club werd achtste en zevende en begon langzaamaan een gewone naam te worden op het hoogste niveau. De club had dan wel een typische stijl van spelen en het stadion zag er niet uit, maar niemand keek meer raar op als Wimbledon weer eens van een topclub won. Door de ramp op Hillsborough en het daaruit voortvloeiende rapport van Lord Justice Taylor werd Wimbledon gedwongen om iets te doen aan zijn stadion. Plough Lane was eigenlijk totaal ongeschikt voor voetbal op hoog niveau. Het oorspronkelijke plan was om een nieuw stadion te bouwen in Merton, de deelgemeente van Londen waar Wimbledon speelde, maar dat stuitte op zoveel tegenwerking dat de club genoodzaakt werd om verder te kijken. Net als in 1975, tijdens de legendarische wedstrijd tegen Leeds, was het Crystal Palace die de oplossing bood. Wimbledon mocht ook spelen op Selhurst Park totdat ze een nieuw stadion zouden hebben. Dat stadion zou er nooit komen en veel mensen die de tijd van de verhuis hebben meegemaakt geven het uitblijven van het stadion nog steeds de schuld voor het verdwijnen van de club.

De eerste jaren was er nog amper iets te merken van de verhuis. Selhurst Park voelde wel wat vreemd aan voor de fans, maar het was allemaal net iets luxer dan het eigen stadion en de club bleef goed presteren. Joe Kinnaer was ondertussen manager geworden en in 1994 leverde dat zelfs een zesde plaats op, een evenaring van het oude record. Ondertussen bleef de stijl van de club hetzelfde, mede doordat er spelers werden gehaald die goed bij de club pasten. Vinnie Jones was teruggekeerd en mensen als Warren Barton, Robbie Earle, Dean Holdsworth, Ben Thatcher en onze eigen Hans Segers intimideerden de tegenstanders nog steeds flink voordat de wedstrijd begon. Befaamd is het keihard bonzen op de deur van de tegenstander, begeleid door oerkreten. Het laatste echte topjaar voor Wimbledon was 1997. De club werd achtste in de Premier League en behaalde de halve finale van de League Cup en de FA Cup. In beide gevallen werd er verloren van de latere winnaar. Daarna begon het kaarsje langzaam uit te gaan bij de club, vooral door perikelen naast het veld.

Wimbledon werd namelijk overgenomen door een groep van Noorse investeerders. Die hoopten met Egil Olsen, de Noorse bondscoach die berucht werd door zijn computervoetbal, op een voetballende manier mee te kunnen doen met de grote clubs. De club eindigde in 1998 en 1999 op de zestiende plek, maar het jaar erop gebeurde het dan toch; Wimbledon daalde na veertien jaar spelen op het hoogste niveau een verdieping af. De manier erop was extra zuur, want op de laatste speeldag was Bradford City nog de topfavoriet voor het derde degradatieticket. Bradford City leek een paar weken eerder al dood en begraven, maar door een 3-0 overwinning tegen uitgerekend Wimbledon werd er weer leven in die ploeg geblazen. Watford was al gezien en ook Sheffield Wednesday was al voor de laatste speeldag begon gedegradeerd.

Zowel Bradford City als Wimbledon begonnen met 33 punten aan hun laatste wedstrijd. Wimbledon had echter de beste papieren, want met een doelsaldo van –26 hadden ze een voorsprong op Bradford met zijn –31. Bradford moest die dag thuis tegen Liverpool, terwijl Wimbledon aantrad tegen Southampton. David Wetherall was dat jaar door Bradford aangetrokken om geen modderfiguur te slaan in de Premier League. Zijn 1,4 miljoen pond aan transfersom betaalde hij terug op die laatste speeldag door het enige doelpunt van de wedstrijd te maken. Wetherall speelt komend seizoen waarschijnlijk zijn tiende seizoen voor Bradford en nog steeds wordt hij daar herinnert door dat ene doelpunt, waardoor Bradford zich veilig speelde. Southampton deed namelijk wel zijn sportieve plicht en won met 2-0 van Wimbledon, dat twee weken van te voren afscheid had genomen van Egil Olsen. Het computervoetbal bleek minder bij Wimbledon te passen dan de Noorse eigenaren hadden verwacht.

Ondertussen begon ene Pete Winkelman erg begeerlijk naar Wimbledon te kijken. Winkelman was een muziekpromotor en woonde in Milton Keynes. Zijn stad groeide en groeide, maar een fatsoenlijke voetbalclub was er niet. Logisch, aangezien Milton Keynes een zogenaamde “New Town” was. Vanaf het einde van WO II tot aan de jaren 60 was er woningnood in Engeland en veel huizen waren eigenlijk onbewoonbaar. De regering wees verschillende steden in de buurt van Londen (in de buurt is wel relatief, want sommige van die steden lagen meer dan 100 kilometer van Londen af) aan als New Towns. Bekende voorbeelden zijn Northampton, Stevenage, Crawley en Hemel Hempstead, maar geen enkele stad is zo gegroeid als Milton Keynes. Met meer dan 200.000 inwoners behoort het tot de middelgrote steden in Engeland, maar de lokale bevolking (meestal Londenaren) hadden weinig met de voetbalclubs in Milton Keynes. Het niveau was te laag en Winkelman zag het niet zitten om zo’n club van onderaf op te bouwen. Dat koste teveel tijd en dat had Winkelman niet. Vandaar dat hij clubs die het moeilijk hadden, benaderde of ze interesse hadden om te verhuizen naar MK. Luton, QPR, en Barnet werden gevraagd door Winkelman, maar geen van de drie hapte toe. Er kwam hem echter ter ore dat de Noren wel heel erg baalden van de degradatie en dat ze van de club afwilden. Winkelman zag grote kansen, want de club had geen eigen stadion en dat leek er ook niet op korte termijn te komen.

Nadat Winkelman binnen was bij de club diende hij bij de FA een verzoek in om te verhuizen naar MK. Hij beloofde een prachtig stadion, dat een van de modernste en beste van Engeland zou worden. In mei 2002 gebeurde dan ook wat de Engelse voetbalfans nooit hadden verwacht, de League besloot tegen zijn eigen regels in te gaan (verhuizen naar een nieuwe locatie was verboden) en Winkelman toestemming te geven om te verhuizen naar MK. De fans reageerden meteen en AFC Wimbledon werd op gericht. Bijna alle fans van Wimbledon gingen voortaan naar deze club kijken. Komend seizoen, zes jaar na de oprichting, gaat AFC Wimbledon uitkomen in de Conference South. De club promoveerde namelijk vorig seizoen voor de derde keer en is nu nog maar slechts twee promoties verwijderd van de League. Ik kijk al erg uit naar een wedstrijd tussen MK Dons en AFC Wimbledon, dat moet wel een clash van jewelste opleveren. Nadat AFC Wimbledon was opgericht kwam er geen hond meer kijken naar Wimbledon FC. Gemiddeld kwamen er 1500 toeschouwers naar Selhurst Park, waarvan de meeste ook nog eens uitfans waren. Winkelman kreeg door dat hij snel moest handelen en Wimbledon zo snel mogelijk uit Londen moest halen, want het geld vloog de deur uit. De club ging zelfs in “administration” met een schuld van twintig miljoen pond. Misschien zou de club de verhuis niet eens halen.

Een stadion is niet zo snel neer te zetten. Gelukkig voor Winkelman stond er in Milton Keynes nog een ander stadion. De hockeybond zetelde namelijk in Milton Keynes en daar stond ook het nationale stadion. Winkelman nam het stadion over en liet er een grasmat in leggen, met veel medewerking van de gemeente die er ook veel voor over had om een profclub binnen hun gemeentegrenzen te hebben. Hockey kon er niet meer in worden gespeeld, maar dat was Winkelman’s zorg niet. Het eerste jaar werd helemaal niets, door de grote schuldenberg. Iedereen die een beetje kon voetballen werd verkocht en na 33 nederlagen in 46 wedstrijden mocht Wimbledon als nummer laatst afdalen naar het derde niveau. Winkelman besloot opnieuw tot een drastische maatregel. Hij gaf de club een nieuw logo, nieuwe clubkleuren, nieuwe shirts en een nieuwe naam: Milton Keynes Dons. Met name om de laatste actie waren veel mensen boos. Winkelman had namelijk beloofd dat de fans mochten stemmen over de nieuwe naam. Bijna unaniem werd gekozen voor een naam met het woord “Wimbledon” erin. Winkelman wilde dat niet en daarom gebeurde het ook niet. De toeschouwersaantallen waren wel een stuk beter dan op Selhurst Park, mede doordat Winkelman veel kaartjes uitdeelde aan lokale scholen. Zo hoopte hij de bevolking van MK voor zich te winnen. Uitfans kwamen er amper in het Hockey Stadium, want er werd door alle supportersclubs oproepen tot een boycot van “Franchise FC”.

In 2005 redde de club zich op de laatste speeldag ten koste van Torquay. Dankzij een iets beter doelsaldo eindigde Wimbledon op de laatste veilige plek. Het seizoen erop werd het echter weer niets en de club werd 22e. De club, of eigenlijk zijn nakomeling, was voor het eerst sinds 1983 weer terug op het laagste niveau. Niemand had het meer over de FA Cup winst, de “Crazy Gang” en de overwinningen op topclubs. Milton Keynes Dons moest helemaal van onderaf opnieuw beginnen, iets wat Winkelman eigenlijk wel fijn vond. De club kon nu pas echt beginnen met groeien. Martin “Mad Dog” Allen werd als manager aangesteld en vanuit de jeugd begonnen er enkele aardige talenten door te komen. MK Dons eindigde als vierde en miste op een haar na promotie. In de playoffs werd er verrassend verloren van Shrewsbury en Allen besloot te vertrekken naar Leicester City. Winkelman baalde, want hij zag in Allen de man die de club weer terug kon brengen naar de Championship, het uiteindelijke doel van Winkelman. In die zomer van 2007 deed Winkelman wel een handreiking naar de tegenstanders van zijn “Franchise FC”. Hij besloot om de prijzen van Wimbledon FC, zoals de FA Cup en de FA Amateur Cup, terug te geven aan de gemeente Merton, waar Wimbledon was opgericht. Alleen op deze manier kon de supportersclub van MK Dons worden toegelaten tot de overkoepelende organisatie van Engelse supportersclubs.

Met het aantrekken van Paul Ince, de enige man die een bijnaam voor zichzelf verzon en ook altijd wijst naar zijn huidskleur als er weer eens een stoeltje bij een PL-club aan zijn neus voorbij gaat, hoopte Winkelman op promotie. Ince, die bij Macclesfield een wonder had verricht door de club voor degradatie te behouden, mocht wat investeren en MK Dons was eigenlijk vanaf het begin af aan ongenaakbaar. Vanaf speeldag acht stonden de Dons bovenaan en ondanks een klein dipje tien wedstrijden voor het einde, lukte het Ince om zijn ploeg kampioen te maken. Ook leidde Ince de ploeg naar Wembley, waar ze tegen Grimsby speelden om de finale van de Football League Trophy (beker voor clubs in League One & Two). De Dons wonnen met 2-0 voor maar liefst 56.618 toeschouwers. De eerste beker is dus al binnen na slechts vier jaar.

Volgend jaar zijn de MK Dons weer te bewonderen in League One en ik verwacht dat ze het daar heel goed gaan doen. Een plek in de playoffs zou niet eens zo gek zijn. De Dons hebben een modern stadion wat veel geld oplevert, de fanbase is zich gestaag aan het uitbreiden (bijna 10.000 toeschouwers gemiddeld, waarmee ze de tweede club waren in League Two, achter Bradford City), de selectie is gewoon goed en de club begint langzaamaan van het stigma “Franchise FC” af te komen. Het begint zelfs salonfähig te worden om te zeggen dat je wel sympathie hebt voor de Dons. Hoewel ik het zelf een nare club vind, het is de enige club in Engeland waar het niet is gelukt om een wedstrijd te bezoeken doordat ze zich als een stel foute nazi’s gedroegen aan de telefoon, denk ik wel dat de club zijn plek heeft gevonden in het Engelse voetballandschap. Misschien dat over tien jaar het niemand meer heeft over “Franchise FC”.
Barnet_Beezondag 8 juni 2008 @ 09:18
A Pictorial Tribute to Wimbledon FC


Hèt hoogtepunt in de geschiedenis van Wimbledon


Beasant stopt de pingel van Beardsley


De helden van 1988


Vinnie Jones als de verpersoonlijking van The Crazy Gang


De poorten van Plough Lane, voor altijd gesloten


Hier Plough Lane nadat het al een tijdje is verlaten. Nu is er niets meer van over
Barnet_Beezondag 8 juni 2008 @ 11:47
Wat is dat youtube toch geweldig. Hier een filmpje over de halve finale en de finale van Wimbledon. . Wat is White Hart Lane toch veel veranderd als je dit ziet.

Wimbledon's FA Cup
behangplakkerzondag 8 juni 2008 @ 12:32
quote:
Op zondag 8 juni 2008 11:47 schreef Barnet_Bee het volgende:
Wat is dat youtube toch geweldig. Hier een filmpje over de halve finale en de finale van Wimbledon. . Wat is White Hart Lane toch veel veranderd als je dit ziet.

Wimbledon's FA Cup
Ga zo even stukje(s) lezen, staat dat filmpje ook op video.google ofzo? Want youtube werkt bij mij niet
Urquhartzondag 8 juni 2008 @ 12:34
Mooi dit soort verhalen
behangplakkerzondag 8 juni 2008 @ 12:52
Machtig verhaal, ook mooi om te lezen hoe geliefd Vinni Jones en zen vriendjes waren
Barnet_Beezondag 8 juni 2008 @ 22:35
quote:
Op zondag 8 juni 2008 12:32 schreef behangplakker het volgende:

[..]

Ga zo even stukje(s) lezen, staat dat filmpje ook op video.google ofzo? Want youtube werkt bij mij niet
Ik gebruik dat video.google eigenlijk nooit, dus ik weet niet of het daar ook opstaat.
Beschouwzondag 8 juni 2008 @ 23:58
Heb het al vaker gedaan, maar opnieuw steek ik Barnet_Bee een veer in zijn reet.
Barnet_Beezaterdag 14 juni 2008 @ 20:08
Uiteraard wilde ik aan den lijve ondervinden hoe promoveren op z'n Engels in de praktijk gaat en daarom ben ik vorige maand op pelgrimage naar Engeland gegaan en het was echt genieten. De komende week ga ik hier wat wedstrijdverslagjes plaatsen van die drie wedstrijden die ik heb gezocht.
Barnet_Beezaterdag 14 juni 2008 @ 20:10


On the Pitch in Rochdale

Met het bezoeken van de Old Firm en het promotiefeestje bij Hamilton leek mijn seizoen afgelopen. Toch kriebelde het wat om nog een keertje de oversteek naar het eiland te maken. Bij Chocovla heerste hetzelfde gevoel. We filosofeerden wat over wedstrijden in de playoffs en toen bleek dat zowel Rochdale als Stockport thuis speelden op een dag was de keuze snel gemaakt. Beide clubs liggen in Greater Manchester en aangezien er zes uur tussen de kickoff van beide wedstrijden was het ook nog eens goed te doen, zonder te haasten. De dag erop was de finale van de Conference op Wembley tussen Exeter en Cambridge, dat was dus een lekker toetje. Doordat we op vrijdag vertrokken was er zelfs nog een kleine mogelijkheid om Doncaster tegen Southend te zien in de halve finale van de League One playoffs, maar doordat Chocovla vrijdagochtend nog even langs de dokter moest was dat helaas niet mogelijk. Al met al bleef er wel een watertandend mooi programma over, waar voor mij de wedstrijd tussen Rochdale en Darlington er flink bovenuit stak.

Rochdale in de playoffs is namelijk een vrij uniek iets. De club is degene die het langst in dezelfde divisie speelt van alle clubs in de Football League. Alleen Premier League clubs als Arsenal, Liverpool en Everton spelen al langer in dezelfde divisie, maar vanuit daar kun je niet promoveren en dat maakt het makkelijker om continue in dezelfde reeks te blijven. Vanaf 1974, nu al 34 jaar, zit Rochdale in de laagste divisie, wat League Two de bijnaam “Rochdale Division” heeft opgeleverd. De hoogtepunten van Rochdale zijn op een hand te tellen. Als eerste zal iedere fan van de “Dale” de finale van de League Cup noemen. In 1962 mocht de club als eerste (en tot nu toe enige) vertegenwoordiger uit de vierde divisie aantreden in de finale tegen Norwich City. Helaas voor Rochdale werd er destijds gespeeld met een thuis- en uitwedstrijd, wat de kans op een verrassing al minder groot maakte. The Dale mocht thuis beginnen op Spotland, maar na de 0-3 nederlaag was het eigenlijk al over. De 1-0 op Carrow Road was een formaliteit. Toch blijft dit tot de dag van vandaag hèt wapenfeit van de club en de mensen van Rochdale zijn er erg trots op.

Voor de rest is er in al de jaren weinig bijzonders gebeurd bij Rochdale. In 1907 werd de club opgericht en in 1921 werden ze in de League gekozen. Daar verbleven ze tot aan 1958 in de laagste divisie. In 1958 besloot de FA echter om de boel te gaan omgooien. Niet langer zouden de 92 clubs spelen in een First Division, Second Division en twee regionale Third Divisions. De bond wilde de lagere divisies meer uitstralingen geven en de Third Division North & South werden opgesplitst in een Third & Fourth Division. Het was dus voor veel clubs voor de aanvang van het seizoen 57/58 van groot belang om bij de eerste twaalf te eindigen om zodoende niet in de laagste divisie gekomen. Het werd een geweldige strijd en na de laatste speeldag stonden de nummers negen en zeventien slechts drie punten van elkaar verwijderd. De nummers tien tot en met dertien hadden zelfs allemaal 46 punten. Een van die clubs was Rochdale en juist die club had het beste doelsaldo. The Dale mocht dus in het eerste jaar van de Third Division National in die divisie uitkomen. Dat de club eigenlijk beter af was in de laagste divisie bleek wel het jaar erop, toen Rochdale stijf onderaan eindigde en terugmocht naar de Fourth Division. Daar zou de club de volgende tien jaar ook blijven.

In 1969 was het feest in Rochdale, toen de club als derde eindigde en weer mocht uitkomen op het derde niveau. Niemand besefte op dat moment dat dit tot de dag van vandaag, bijna veertig jaar geleden nu, de laatste keer zou zijn dat de club zou promoveren. Hadden ze dat geweten, dan hadden ze dubbel zovee feestgevierd. Vier jaar lang mochten de mensen in Rochdale de illusie hebben dat hun club best wel wat te zoeken had op het derde niveau, maar in 1974 werden ze ruw wakker geschud. Rochdale pakte maar 21 punten (waar er 42 waren om zich veilig te spelen) en was rond de kerst eigenlijk al gedegradeerd. Slechts tweemaal werd er gewonnen en het enige record wat werd gehaald is er geen om trots op te zijn, de club haalden namelijk het laagste toeschouwersaantal ooit in de League. Er kwamen namelijk maar 450 af op de wedstrijd tussen Rochdale en Cambridge United. Er waren wel verzachtende omstandigheden, zoals de energiecrisis en het feit dat de wedstrijd op een koude dinsdagavond in februari werd gespeeld, maar het blijft triest. Een andere record, dat van de minste thuisoverwinningen in een seizoen, werd net niet gehaald. Het bleef bij een evenaring door die ene overwinning op Southend United.

Na de degradatie kon het lange wachten beginnen. De club moest een paar keer uitkijken om niet uit de League te vallen, maar steeds werden ze herkozen. De meeste clubs vonden het wel prettig om naar Rochdale te gaan door de gastvrijheid van de club en Rochdale lag goed bereikbaar. Zodoende werd iedere stemming overleefd. Rochdale deed het overigens vrij slecht in de laagste divisie, want bijna iedere keer belandde de club in het rechterrijtje. Pas in 2001 lukte het de club om de top te bereiken en door een vijfde plek mocht de club deelnemen aan de playoffs. Het hele stadje trilde op zijn grondvesten, want voor het eerst in meer dan dertig jaar was er kans op promotie. Rushden & Diamonds, het speeltje van Max Griggs, bleek echter te sterk en iedereen kon weer in slaap dommelen. Tot dit seizoen. Rochdale ging halverwege het seizoen ineens erg goed spelen en eindigde uiteindelijk als vijfde, met als gevolg een halve finale tegen Darlington. Een halve finale waar ik erg naar uitkeek.

Kaarten krijgen voor de wedstrijd van Rochdale was erg lastig. Niemand wilde de telefoon opnemen daar en de telefoonrekeningen van mij en mijn metgezellen waren torenhoog aan het eind van de maand. Uiteindelijk lukte het toch om via de telefoon kaartjes te krijgen en de voorpret kon nu echt beginnen. We zorgden ervoor dat we vrijdagavond al een heel stuk hadden gereden. In Manchester zochten we een Travelodge op en op een half uurtje afstand van Rochdale gingen we slapen. De wedstrijd was al om 12:00, maar doordat we zo dichtbij waren maakte dat niet veel uit. Via het City of Manchester Stadium gingen we naar Spotland, wat vrij snel gevonden was ondanks de tegenwerking van het navigatiesysteem. Op een kerkhof mochten we onze auto neerzetten voor drie pondjes. Achteraf bleek dit een horrorplek te zijn, niet door de zombies of andere engerds, maar we konden er amper wegkomen. Dat wisten we op dat moment nog niet en vrolijk liepen we naar het stadion.

Bij Rochdale had ik altijd wat grauwe associaties, maar dat bleek erg mee te vallen. De buurt zag er erg middle-class uit en overal was groen te zien. Spotland zelf was van de buitenkant wat saai, veel staal en stenen. Gelukkig was het wel allemaal in de clubkleuren, zodat het nog wel te pruimen was. De kaartjes bleken klaar te liggen, maar waren helaas erg lelijk. Het was gewoon een wit papiertje, met daarop de wedstrijd gedrukt. Als kaartjesfetisjist was ik even uit het veld geslagen, maar ik herpakte me toen ik maar twee pond ipv drie pond voor het programmaboekje hoefde te betalen. Dat de wedstrijd bijzonder was, was te merken aan de bedrijvigheid rondom het stadion. Overal stonden standjes met spullen, verkleedde mensen en veel zenuwachtige wedstrijden. De eerste wedstrijd in Darlington was met 2-1 verloren, dus vandaag moest er gewonnen worden om voor het eerst in de geschiedenis op Wembley te mogen spelen.

We gingen al snel naar binnen om alvast wat sfeer te snuiven en te kijken of we er een ontbijt konden krijgen. Dat laatste bleek een tegenvaller, want ze hadden alleen wat pie’s en dan ook nog eens alle vieze varianten, dus geen “Chicken Balti” of “Chicken Mushroom”. Chocovla probeerde wel zo’n smerige pie, maar ging zowat over zijn nek. Mijn ontbijt bestond uit twee “kit-kat’s”. Om maar afleiding te krijgen van het smerige eten ging ik het stadion eens bekijken. Het zag er aardig uit, niet echt heel bijzonder, maar zeker beter dan al die nieuwbouwdingen. Wijzelf stonden op de terrace, de enige staanplekken in het stadion. Voor de rest waren er drie tribunes die bestonden uit stoeltjes. Allemaal in verschillende jaren gebouwd, wat het wel aardig maakte om te zien. Erg fotogeniek was het stadion niet, want bijzonderheden waren er niet.

Langzaamaan begon het vol te stromen, waarbij me opviel dat Darlington zijn vak niet had uitverkocht. Verrassend, want ook voor Darlo was dit een bijzondere wedstrijd. De noorderlingen met het gigantische stadion konden namelijk voor het eerst sinds 2000 weer op Wembley komen. Destijds werd de playoff finale verloren van Peterborough en wat is er mooier dan revanche een paar jaar later. De fans dachten er echter anders over en kwamen niet mee naar Rochdale. De fans van Dale vonden dit natuurlijk belachelijk en tijdens de wedstrijd werd er continue over gezongen. De fans van Darlington hadden er geen weerwoord op en lieten het over zich heen komen. Waarschijnlijk vonden ze het zelf ook een schande, vooral ook omdat er tienduizenden gloryhunters mee zouden gaan naar een eventuele finale op Wembley.

Op het veld ontspon zich ondertussen een aardige wedstrijd. Beide teams deden niet veel voor elkaar onder. Rochdale dicteerde de wedstrijd tot aan de 16 van Darlo en dan werd er meestal balverlies geleden. Darlington kwam er wel een aantal keer gevaarlijk uit en dat resulteerde in de 28e minuut zelfs in een onbegrijpelijk penalty. Niemand die in het lichte geduw en getrek een penalty zag, behalve de slechtste scheidsrechter van Engeland… Richard Beeby. Deze Beeby had al eerder in zijn carrière wedstrijden kapot gefloten en baalt ervan als iemand anders dan hijzelf het middelpunt van de aandacht is na een wedstrijd. Het was dus niet vreemd dat deze prutser een pingel gaf aan Darlington, die onberispelijk werd ingeschoten. Daarna was het weer de beurt aan Rochdale, maar die leken wat uit het veld geslagen door de actie van Beeby. Vlak voor rust viel er echter ineens een goal uit de lucht en door deze 1-1 hadden de Dale-fans weer hoop in een goede afloop. Tevreden gingen beide teams rusten.

In de rust besloot ik wat foto’s te maken, waaronder een pseudo-kunstzinnige van een lichtmast met prikkeldraad ervoor. Thuis gekomen leek het meer op een foto van een concentratiekamp dan een van een lichtmast. Buiten lichtmasten zet ik graag mascottes op de foto en Rochdale had er zelfs twee. Desmond the Dragon bleek in het niets opgelost te zijn, maar Dale the Dog wilde maar wat graag op de foto. Hij stond zich allemaal aan te stellen voor mijn fototoestel, totdat de reservedoelman van Darlington de bal in de rug van de mascotte snoeide. De keeper bood zijn verontschuldigen aan, aan de op de grond liggende Dale the Dog, maar of ze gemeend waren weet ik niet. Ik denk dat Dale nog lang last zal hebben gehad van zijn rug, want de bal was van erg dichtbij geschoten.

De wedstrijd begon bijna weer en ik ging terug naar mijn plek. We waren alledrie wel eg voor Rochdale en hoopten op een tweede treffer. Dale begon alleen erg matig aan de tweede helft en de beste kansen waren voor Darlington. Vermaak was er wel, doordat de keeper van Darlo voor ons stond. Die werd de hele tijd uitgescholden vanaf onze tribune en reageerde daar dom genoeg ook op. Dat leverde alleen maar meer reacties op. De keeper leek er zelf weinig last van te hebben, want de weinige ballen die hij kreeg pakte hij goed. Bij Rochdale begon de wanhoop zich ondertussen meester te maken, want de 1-2 zat er eerder in dan de 2-1. Perkins, een kleine geblondeerde druktemaker bij Dale, besloot daarom maar eens van afstand te schieten. Via een been van een verdediger kreeg de bal een erg rare curve en hij suisde zo de kruising in. Een paar fans van Rochdale konden zich niet beheersen en liepen het veld al op. Rochdale dwong door deze goal een verlenging af.

In de verlenging werd niet gescoord, waardoor ik voor het eerst sinds Willem II v Feyenoord, ergens begin jaren 90, live getuige zou zijn van een penaltyserie. Het mooie was dat de penaltyreeks voor onze neus werd afgewerkt. Beeby stond allemaal vreemd te doen bij de stip en leek het helemaal kwijt te zijn. De spelers besloten hem maar te negeren en de eerste acht strafschoppen vlogen er onberispelijk in. Daarna kwam een speler van Darlington naar voren die op het veld geen sterke indruk had gemaakt. De pingel werd gestopt door Tommy Lee (niet de drummer van Motley Cruë) en Ben Muirhead mocht het beslissen voor Dale. Snoeihard knalde hij de bal erin en voor dat we het wisten stonden we op het veld tussen de Rochdale-fans. Op het veld waren veel mensen emotioneel, want naar Wembley gaan is toch wel een van de hoogst haalbare dingen in Engeland.

Voordeel van een pitch-invasion is dat je rustig eens alle tribunes op kunt gaan. Dat deed ik dan ook. Het mooiste was de hoofdtribune, waar een hele mensenmassa beneden stond. Best een imponerend gezicht. Omdat we ook nog naar Stockport moesten bleven we maar een half uurtje. Daarna was het tijd om richting de auto te gaan. Buiten het stadion konden de mensen zich al gaan inschrijven voor de bus naar Wembley. Ook bij de auto aangekomen lagen er al flyers onder onze autoruit van een bedrijf die busreizen naar Wembley verzorgde. Die flyers moeten erg zuur zijn geweest voor de Darlo-fans, die ook op het parkeerterrein stonden. Die kregen ook zo’n flyer, terwijl zij met lege handen stonden. Doordat iedereen tegelijk weg wilde gaan, stond het muurvast. Pas na een klein uurtje konden we vertrekken. Het was erg leuk geweest om mee te maken wat zo’n wedstrijd doet met een kleine club als Rochdale. Ik gunde ze ook zo erg die winst op Wembley, maar helaas mocht het een week later niet zo zijn.
Barnet_Beezaterdag 14 juni 2008 @ 20:15
Wat foto's van Rochdale v Darlington: