Ongemerkt zijn ze al een heel stuk van de open plek weggewandeld, en komen ze op het punt waar de wegen naar hun woningen zich splitsen. En nu?
* Nou - dan moeten we dus hier naar links en dan zometeen daar dat pad volgen.
Phoenixx grijpt Atrimar bij de arm en "trekt" hem het smalle pad op naar haar eigen huis.
Vincent deelt in stilte haar pijn, en vraagt zich af of hij slainghe ooit nog zal zien.
maar ergens weet hij dat dat nooit zal gebeuren en hij besluit dat hij rebel zal accepteren als zijn nieuwe maatje.
laten we rusten, mijn hoeven doen zeer en ik heb honger.
en jij kan ook wel wat eten gebruiken.
samen sjokken ze naar een braamstruik, vincent valt meteen het sappige jonge gras aan en rebel begint zich te goed te doen aan de bramen.
als ze allebei hun buiken vol hebben besluit rebel de tassen van slainghe van het paard af te halen.
de tassen zijn van een uiterst soepel leer en kunstig bewerkt met sierlijke afbeeldingen van dieren.
langzaam vouwt ze de eerste tas open en ziet de altaarspullen van slainghe.
ze bewondert de techniek waarmee alles gemaakt is.
de perfectie is om gek van te worden, details zo ver uitgewerkt dat het vast jaren heeft gekost om deze voorwerpen te maken.
in de tweede tas zitten boeken over magie, kruiden en andere aanverwante onderwerpen.
dat kan nog wel eens van pas komen
rebel pakt een van de boeken, gaat tegen de boom zitten en is van plan om te gaan lezen.
de warme zon schijnt precies op haar gezicht en voor ze het weet is ze in dromenland, met het boek nog op haar schoot.
Equilan voelt zich alsof ze wakker wordt na een aantal dagen in een roes verkeerd te hebben. Haar herinneringen aan de afgelopen dagen zijn vaag, doordrenkt met whisky... maar dat niet alleen. Ze herinnert zich ijle figuren, talen die niet op deze wereld gesproken worden, handen die heur haren streelden in een troostgebaar. De godin glimlacht als ze bedenkt wat dat betekent; niet alleen hier op het eiland werd om Herne getreurd, het bericht van zijn heengaan is ook tot in andere werelden doorgedrongen.
En dan de eilanders!! Equilan rekt zich uit, ervoor zorgend dat Lurky niet van haar buik afrolt, en draait genietend met haar schouders. Het was geweldig, dit dagen en nachten durende bachanaal was een gepast laatste feest voor Herne waar vrijwel iedereen zich volledig aan overgegeven heeft. De meeste eilanders zullen nog wel een tijdje een kater hebben
Zachtjes schudt ze Lurky wakker. Het is nu tijd voor het laatste gedeelte.
Lurky..
Lurky..!
Lurky??
He mop, wordt eens wakker??
* Slaperig opent Lurky een oog een klein beetje, blikt naar de zon, mompelt moppert dat het nog veel te vroeg is en draait zich weer om.
Equilan schiet in de lach en het gehobbel van haar buik maakt Lurky nu echt wakker.
Lurky, het is klaar nu, we gaan de as verstrooien
* Lurky is meteen klaar wakker en wrijft haar ogen uit. Ze kijkt om zich heen en ziet dat alleen zij en Equilan nog over zijn.
De godin rommelt ondertussen in de onuitputtelijk diepe zakken van haar jurk en haalt een leren zak tevoorschijn.
Kijk, ik heb hier een zak, daar moeten we de as in verzamelen. We moeten de as uitstrooien op een plek waar de wind het kan verspreiden, maar een klein beetje moet ik zelf houden, ongeveer een handje vol.
Bij het zien van Equilan en Lurky verschuilt ze zich achter enkele bomen en struiken.
Deze had ik vast even opzij gezet, ook trek in een ontbijt??
* Dat laat Equilan zich uiteraard geen twee keer zeggen en samen toosten ze boven de voormalig brandstapel. Het is een mooie dag en ze hebben nog veel te doen dus ze gaan snel weer verder, de fles whisky binnen handbereik... Na een tijdje hebben ze alles in de leren zak gedaan en gaan ze op pad. Ze wandelen rustig door het bos, genieten na van het afscheid van Herne maar staan daar verder niet te veel meer bij stil. In de afgelopen dagen hebben ze herinneringen opgehaald en het hoofdstuk wordt nu afgesloten. Langzaam opent Equilan de leren zak en terwijl ze een oeroud gebed uitspreekt houdt ze de zak op zijn kop. In een zilvergrijze waterval stroomt de as uit de zak en wortd meteen zacht opgevangen door de wind. Geen enkel deeltje komt op de grond terecht, de wind voert het hoger en hoger mee tot boven de bomen, en dan verdwijnt het al snel uit het zicht.
Als ze bijna een uur gewandeld hebben komen ze aan op een grote open plek in het bos boven op een heuvel. Ze hebben vanaf hier een prachtig uitzicht over het eiland en aan de andere kant kunnen ze nog net de zee zien.
Een briesje waait wat verkoelende lucht langs en dat is erg welkom, want het was al met al een pittige wandeling.
Lurky en Equilan kijken een tijdje zwijgend naar het uitzicht en het lijkt alsof ze natuur begrijpt wat ze hier komen doen; de wind waait nog wel, maar heel rustig. Vogeltjes fluiten een sereen lied en de hele sfeer op de open plek is rustig en stil.
Een laatste traan rolt onwillekeurig toch nog over de wang van de godin. Ze veegt hem weg en kan alweer glimlachen.
Zo Lurky, dat was het dan...
LD opent langzaam z'n ogen, hij had niet gedacht om nog zo diep in slaap te vallen. Hij neemt de omgeving in zich op, ziet de sporen, maar geen sporen van z'n volger.
Hij rekt zich uit en schrikt dan van een krakend takje. Hij draait zich vliegens vlug om en z'n zwaard verschijnt als tovenarij in z'n hand. Dan laat hij z'n zwaard bijna vallen door het gene wat hij ziet.
Voor hem staat een mooie vrouw met een klein draakje vliegend rond haar hoofd en een sierlijk zwaard in haar hand. De vrouwe glimlacht en spreekt met een zachte melodieuze stem.
Hallo Lord Dreamer, schrik niet .. Ik doe je geen kwaad. Ik ben Claire Shan d'Haran, en ik volg je al een tijdje om te zien wat je in het Bos doet. Maar helaas ik moet weer gaan. Wees gerust de Woud-Elven hebben je gekeurd en in orde bevonden.
Tot ziens. Granach dasiria manire dubeave.
* LD brabbelt verbijsterd zacht een paar woorden.
ja.. ehh.. huh.. hmmm... doei ?
* LD knippert met z'n ogen, maar de mooie verschijning is weer weg. Duiznde vragen komen bij hem op, in verwarring blijft hij achter.. Langzaam gaat hij er zitten.. z'n gedachten orderend.. die dame.. elf ?? hmmm . Hij besluit om verder te gaan het bos in, hij is blijkbaar het gebied van de Woud-Elven ingetrokken
rebel plukt de laatste bramen van de struik en loopt dan met haar pijl en boog het bos in om wat vlees te vergaren.
onder het lopen prevelt ze het jagersgebed en het duurt dan ook niet lang voor ze een klein everzwijn in het oog krijgt.
ze spant de boos en richt, houd even haar adem in en treft vervolgens haar prooi vol in het hart.
ze loopt naar het zwijn toe, kijkt het in de ogen en vraagt goedkeuring van Freya voor deze slachting.
dan snijd ze de keel van het dier door om eventueel verder leed te besparen.
als ze voor zich kijkt ziet ze een kleine open plek, geschikt om een vuur te maken.
ze sleept het zwijn er heen, goed uitkijkend dat ze niet een heel bloedspoor trekt, loopt terug naar het pad en brengt ook haar spullen naar de open plek.
dan bouwt ze een mooi vuurtje en begint het zwijn te villen.
Wat slechts rest is een verre roep ...
*ren ren ren*
* Num verdwijnt weer tussen de bomen
als ze weer terug op de open plek is komt de geur van haar ontbijt als een welkomsgroet op haar af.
de zon schijnt en alles lijkt een klein paradijsje, maar rebel_girl kan er niet echt vrolijk van worden.
er zitten nog te veel dingen in haar hoofd, ze is kwaad, verdrietig en in de war...
rebel woelt heen in weer in een poging te ontsnappen uit de afgrijselijke nachtmerrie.
* rebel zit tegen een boom aan geleund met een stuk vlees nog in haar handen.
hmm blijkbaar ben ik in slaap gevallen ofzo...
maar wie valt er nou 's ochtends vroeg in slaap???
gedver, nou ligt dat vlees nog steeds op het vuur, helemaal verkoolt natuurlijk.
nou daar heb ik nix meer aan.
zucht...ik moet eigenlijk ook maar eens naar huis toe, dagobert zit nog steeds te wachten....
of...
of zal hij me vergeten zijn???
* rebel_girl pakt haar spullen, zadelt Vincent op en vertrekt richting huis.
Een paar droge bruine bladeren waaien van de grond op en maken in de lucht een sierlijk dansje, een paar schamele seconden durend, om daarna weer levenloos naar beneden te vallen. De lucht wordt dikker en begint te stinken naar rottend vlees. De geur trekt vliegen en ongedierte aan die hun voedsel vinden in ontbindende lijken. De geur blijft hangen maar de wind gaat in stilte liggen. De temperatuur stijgt langzaam, chaotisch vliegen de vliegen door de lucht op zoek naar de bron van de, voor hen, heerlijk lijken-lucht. De tijd kruipt vooruit en binnen een straal van vier meter, lijkt de grond tot leven te komen. Onder de bladeren kruipen maden uit de grond omhoog alsof de aarde bestaat uit dood vlees.
Vanuit het niets verschijnt er een duister figuur. Zijn gezicht is smal en ligt deels verborgen achter en kleine baard. Zijn witte, dode, ogen liggen diep in de donkere oogkassen. De paar gele tanden die in zijn mond zitten, staan scheef en zijn merkwaardig lang, alsof zijn tandvlees zich een stuk heeft teruggetrokken. Zijn lichaam is mager en besmeurd met halve korsten en vuil. Zijn huid wordt geteisterd door vreemde bulten zo groot als kiezelstenen.
Met ieder stap die hij zet is het gekraak van bladeren en maden te horen. De vliegen weten hem met moeite te ontwijken. Hij beweegt zich ongemakkelijk, houterig, alsof hij hij in geen jaren gelopen heeft. Onder zijn lijkbleke huid zijn de bewegingen van dunne uitgerekte spieren te zien.
Uit zijn keel komt een onmenselijk geluid voort, een combinatie van een laag gebrom en een misselijkmakend gerochel.
Meer dood dan levend, zet hij stap na stap. De verotte lucht draagt hij met zich mee door het bos, net als het eskader vliegen.
De klap komt onverwacht, al is het een vraag of hij ooit in staat was geweest om het dier te ontwijken, of er iets van te voelen. Met een hevige beweging slaat zijn lichaam achterover en valt het op de grond waar het levenloos blijft liggen. In zijn hand zit een eenzame brief geklemd, en om een van zijn uitgemergelde vingers een schitterende ring zo groen als smaragd.
De ruiter springt van haar paard en beseft dat het onfortuinlijke figuur dat daar levenloos ligt, door haar doen, om het leven is gekomen.
RebelGirl kijkt naar Vincent en naar het lijk dat haar pad nu blokkeert...
[/me]
[Dit bericht is gewijzigd door Broeder-Strijd op 18-01-2002 00:16]
Het lichaam blijft roerloos liggen, de zwerm vliegen, die er rond hem heen hing, ziet de kans schoon om de eerste te zijn die van het "verse" lijk mogen genieten.
In de bosjes, niet ver van Rebelgirl vandaan, is een paniekerig geritsel te horen.
Met een grauw springt de eerste wolf achter het reekalfje die van schrik een sprongetje maakt en ervandoor rent. Nog geen drie stappen weg van de wolf ziet het kalfje een tweede wolf achter een boom vandaan komen.
Weer een paniekreactie, en het kalfje verandert van richting.
Recht op de derde wolf af, die het beestje met een machtige knauw in haar linkerachterpoot bijt. Krijsend stort het reekalfje ter aarde, en de drie wolven bespringen hun prooi. Grommend en grauwend scheuren drie krachtige kaken vlees van het gewonde beest af. Bloed verkleurt hun donkere vacht. Als een van de wolven het kalfje in de zachte onderbuik bijt krijst ze nog een keer. Om daarna nooit meer enig geluid te maken.
zo, dan kan ik nu een compositietekening vanje gaan maken.
hmm zal ik de vliegen er wel of niet bijtekenen?
misschien was het altijd al zo'n stinkerd en zullen zn geliefde hem alleen kunnen herkennen aan de zwarte zwerm om hem heen.
nou laat ik het maar niet doen, het is namelijk wel veel werk.
* rebel tekent snel maar acuraat het gezicht van de merkwaardige man na, stopt de tekening zorgvuldig weg en gaat dan verder met de "begrafenis"
ja het spijt me vriend maar ik kan je niet meezeulen tot een familielid zich meld ofzo.
dus ik begraaf je nu en als er dan iemand is die vind dat je gecremeert moet worden ofzo dan kan die je fijn weer opgraven.
* rebel schrikt even van haar eigen koelbloedigheid in deze uiterst treurige zaak.
dan legt ze snel de man in het graf en begint de hoop aarde eroverheen te gooien.
dan maakt ze een mooi groot kruis van twee dikke dode takken en zet deze aan het hoofdeinde van het graf.
ze prevelt nog een gebed en gaat dan opzoek naar een beekje om haar handen te wassen.
vincent blijft trouw wachten en test ondertussen de kwaliteit van het gras.
Een tweede maal lijkt de grond te bewegen, de maden kruipen over elkaar heen, door het losse zand.
Het zand waaruit het graf bestaat lijkt hierdoor vloeibaar te worden. Tergend langzaam rijst een arm uit het zand omhoog. Het is verbazingwekkend hoe snel de maden zich onder de huid hebben ontwikkelt en zich tegoed hebben gedaan aan het vlees.
Een eenzame vinger valt van de hand af en belandt zonder een geluid te maken op de losse, met maden bezaaide, grond. In de overige vier vingers zit stevig de brief geklemd die het slachtoffer bij zich droeg toen hij hier arriveerde. Het lijkt op een laatste wanhoopspoging van ver voorbij het graf.
De kraaien dalen een voor een neer, hun felle gekras blijft klinken maar neemt een aandere toon aan. Ze pikken fel in de grond in de hoop om zoveel mogelijk van de heerlijke maden voor zichzelf te winnen. Het is iedere kraai voor zich. De viervingerige hand die uit het graf omhoog steekt moet het bij de pols ontgelden, de kraaien vliegen op wanneer de hand loskomt en neervalt, om even later weer op het graf neer te dalen en verder te eten.
Maar de vinger, die van de hand was losgeraakt, is nergens meer te bekennen. Een van die vervloekte onheilsbeesten heeft het wegrottende lichaamsdeel meegenomen, en met de vinger, ook de smaragd-groene ring...
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |