De volgende etappe: San Francisco, de woestijn, Las Vegas en nog wat restjes Californië.
San Francisco is simpelweg schitterend. Helaas heeft het wat minpuntjes ten opzichte van San Diego om niet de mooiste stad van de USA te zijn: het is duur en het is verrekte fris. Toeristen herken je hier aan de blauwe lippen en het kippenvel. Een ander (groot) nadeel is dat de meeste budgethotels in of in de buurt van een onfrisse buurt namens Tenderloin liggen. Daar wil ik even mee beginnen. Niet om af te schrikken, maar gewoon om te waarschuwen waar je voor uit moet kijken.
Tijdens mijn eerste bezoek aan deze stad hadden we een motel in Pacific Heights aan Lombard Street. Geen problemen gehad met rare figuren. De tweede keer was ik er echter op een beperkt budget en hadden we als hotel de Adelaide Inn. Als je naar het noorden of oosten ging, was er geen probleem. Naar het zuiden en westen kon je beter niet komen. De eerste avond gingen we even de was doen in een wasserette op ongeveer 20 minuten loopafstand. Op ongeveer 2 blokken van ons hotel zagen we een vermoorde man op straat liggen. Oei, door het hoofd geschoten. Dat was foute boel. Op elke straathoek stonden groepjes mensen te kijken. We zijn als de duvel doorgelopen, want we hadden alledrie het vermoeden dat we niet al te ver van een rokend pistool waren.
Natuurlijk was dit schrikken, maar dit is mijn ENIGE aanvaring met criminaliteit in de USA geweest. Als je een beetje uitkijkt, hoef je er helemaal niet mee te maken te krijgen. Amerikanen zijn zelf ongelofelijke schijterds, zien in iedere kleurling een moordenaar of overvaller (sommigen Amerikanen zijn echt vreselijke racisten) en wapenen zich uit angst dan ook. Angst beheerst het leven van veel Amerikanen: angst voor overvallen, angst voor terrorisme, angst voor uiterlijke onvolkomenheden.
Ik zou nu graag willen toevoegen waar de Tenderloin zich bevindt, maar dat kan niet. De meeste achterbuurten in Amerikaanse steden zijn zo onduidelijk begrensd, dat je er geen erg in hebt totdat je er middenin staat. Dat kan soms binnen 2 of 3 blokken van een chique wijk zijn!
De Tenderloin is zo bijvoorbeeld op slechts enkele passen van het mooie Union Square waar een van de duurste hotels van San Francisco ligt, het Westin-St.Francis.
Laat je dit niet afschrikken om San Francisco te bezoeken. Blijf gewoon alert, vooral 's avonds. Gebruik je goed verstand. Tip voor 's avonds is dan ook om of met een boog de Tenderloin te mijden of een taxi te nemen. Dat laatste hoeft niet zo duur te zijn (ter herinnering: Amsterdam is de duurste stad ter WERELD voor taxi's). Als je de chauffeur wat extra geld geeft, wil hij soms wel eens wat meer gas geven op de top van een heuvel. Resultaat: een sprongetje en landing met vonken (net als in films).
San Francisco is een goed te belopen stad met wel enkele pittige heuvels. Als je moe bent, kun je altijd nog een van de beroemde cable cars gebruiken. De meeste bezienswaardigheden liggen op niet al te veel afstand van het centrum. Een tip is om ergens een reliëfkaart te bemachtigen. In sommige toeristenboekjes staat een soort 3d-kaart waarop ook de heuvels getekend zijn. Dat is errug handig, want op een kaart een straat nog zo recht lijken, in het echt is 17% helling vreselijk steil. Des te beter als je dat kunt omzeilen met zo'n kaartje. Ik had eigenlijk in gedachten gehad om hier stevig te gaan stappen 's avonds, maar omdat we overdag zo hard gestapt hadden, waren we 's avonds meestal te moe om zelfs nog maar één biertje te drinken.
Het is een van de oudste steden aan de westkust. Ze is zo rond 1800 gesticht, als katholieke missiepost, door Mexicaanse monniken. Van deze periode is nog maar weinig terug te vinden, behalve de missiepost "Mission Dolores" zelf. Deze staat in het ietwat vervallen Mission District. Flinke wandeltocht vanuit het centrum, maar best te doen.
Verder bestaat de stad uit allerlei schitterende wijken vol met (neo-)Victoriaanse woonhuizen waar je heerlijk doorheen kunt slenteren. Pacific Heights, Marina, Cow Hollow, Nob Hill en Russian Hill zijn daar enkele voorbeelden van.
De meeste toeristen worden als eerste bevangen door de waterkant met zijn bekende Fisherman's Wharf en Pier 39. Dit zijn echte toeristenplekken, veel is er eigenlijk niet te zien. Er wordt wel nog steeds vis verhandeld op Fisherman's Wharf en een clam chowder (soort mosselsoep) in een kom van sourdough brood (plaatselijke broodspecialiteit) is erg lekker, maar wel prijzig.
Pier 39 bestaat uit voornamelijk winkels en is niet zo interessant. Ernaast liggen enkele boten die je kunt bezichtigen, waaronder een onderzeeboot. Een groep zeeleeuwen heeft besloten om een aantal docks die hier gemaakt waren voor de pleziervaart te gaan gebruiken als onderkomen. Hier kun je deze dieren heel mooi bekijken. Als de mannetjes zin hebben, kun je ze al van ver horen roepen.
Het belangrijkste is hier de boot naar Alcatraz, het beroemde eiland even verderop met de beruchte gevangenis. Het is nu voor een betrekkelijk redelijke prijs te bezichtigen. Je moet dan de boot pakken van de Blue & Gold fleet. Entree voor het eiland (en volgens mij ook een rondleiding) is daarbij inbegrepen. Kijk maar op
http://www.blueandgoldfleet.com/ . In de zomer wil deze tocht vaak vol zijn, dus probeer een paar dagen tot een weekje vooraf te reserveren.
De tocht naar het eiland is al schitterend door het geweldige uitzicht op de stad ('s ochtends wel vaak veel mist), maar het eiland en de gevangenis zelf zijn gewoon indrukwekkend. Het is goed geconserveerd, er zijn interessante verhalen te lezen en er hangt een zeer speciale sfeer. Als je wel eens een film hebt gezien hierover, dan is het een echt feest der herkenning. Vooral Escape From Alcatraz met Clint Eastwood is zeer waarheidsgetrouw.
Het Financial District is een beetje oninteressant. Er zijn wat hoge gebouwen, maar weinig actie. De beroemde Transamerica Pyramid (ja, de pyramide dus) is in Nederlandse handen: ik dacht dat het van Amev of Aegon was.
Hiernaast ligt North Beach waar heel veel Italianen wonen. Voor een goede capuccino of een lekker diner moet je hiernaartoe. Een nog veel leukere wijk (zo niet de leukste van deze stad) is Chinatown. Hier wonen meer dan 150.000 Chinezen op een kluitje in een omgeving die aangeeft dat er weinig aan integratie wordt gedaan. De Chinese ornamenten zien een beetje nep en kitschig uit, maar door het hele straatbeeld waan je je bijna in China (denk ik, want daar ben ik nog nooit geweest). Overal wordt chinees gesproken; straatnaambordjes zijn tweetalig. Er is een plein waar oude chinese mannen zitten te schaken. Op de stoep moet je slalommen tussen de piepkleine chinese vrouwtjes. Kortom, een plek die China uitademt.
Er zijn allerlei winkels waar etenswaren worden uitgestald die niet altijd even bekend ogen, laat staan lekker ruiken. De geur van de gedroogde vis ruik ik nog steeds. Verder kun je hier veel Chinese prullaria kopen, kimono's en is er een keur aan restaurants. Eigenlijk zijn er geen restaurants die er speciaal uitsteken. Ikzelf heb een voorkeur voor the House of Nanking (http://www.inetours.com/Pages/Dining_Archive/House_of_Nanking.html) door de gezellige chaos die er heerst. Het eten is er goedkoop, overvloedig en zonder opsmuk. Je moet echter niet al te zeer op de hygiëne letten, want anders heb je geen honger meer.
Iets te zuiden van Chinatown is Yerba Buena Park, een bescheiden park waar je lekker kunt zitten. Er is hier een mooi kunstmuseum dat opvalt door zijn schitterende architectuur. Hiernaast ligt Union Square, een plein vol met dure winkels, net als de buurt eromheen. Market Street is zowat de hoofdstraat van San Francisco en begrensd het gedeelte waar de toeristen komen. De straat zelf wisselt nogal wat veiligheid betreft (een gedeelte is het midden van Tenderloin), maar overdag kun je overal wel goed lopen. Ten zuiden van Market St is de wijk met de inspirerende naam South of Market (SoMa) die vooral veel hippe galleries en discotheken bevat.
In deze wijk is ook de geniale wasserette met de even geniale naam "Brainwash" (waar we naartoe gingen toen we die vermoorde man op straat zagen liggen). Als je de was moet doen tijdens je vakantie, dan is dit je plaats: "Bar Meets Laundromat". In deze kruising tussen een café en een wasserette voelen mannen én vrouwen zich thuis: de man doet achterin de was en de vrouw nuttigt voren in de bar een biertje terwijl ze naar een optreden luistert. Elke avond is er een ander optreden van heel uiteenlopende artiesten: poëzie, muziek, stand-up comedy. Je mag ook je gitaar meeslepen en zelf het podium op stappen. Er wordt gefluisterd dat de gage een gratis wasje is...
De buitenwijken zijn wat moeilijker begaanbaar zonder auto. Golden Gate Park is de achtertuin van de hele stad. Op zondag mag je hier niet eens komen met de auto. The Castro zit vol met homo's. Zelfs overdag staan hier de leernichten op straat (niets mis mee, erg grappig zelfs). In Haight-Ashbury zijn de jaren '60 nog steeds niet voorbij: overjarige hippies kopen hier nog steeds hun wiet en ondergaan op straat hun LSD-flashbacks. Hier in de buurt is ook de befaamde Steiner Street: een rijtje Victoriaanse met een mooi uitzicht op de binnenstad:
http://noehill.com/sf/vics/fulton1198/money_shot_thumb.jpgAls je van hieruit naar Union Street loopt, kom je langs allerlei hippe boutiques en coffeehouses waar je heel goed naar de voorbijgangers kunt kijken. Het stukje Lombard Street (15 min lopen) tussen Hyde en Columbus is misschien wel een van de meest gefotografeerde plekjes van deze stad.
http://www.prosoft.force9(...)treet%201024x768.jpgEen keertje met de auto hier naar beneden gaan is een must. Geen enkele weldenkende San Franciscaan echter zal deze straat zelf gebruiken. Ach, je bent toerist, dus dan is het ook niet zo erg om dat te laten zien.
Als je toch in de auto zit: volgens kenners (helaas nooit zelf gedaan) is de 49-mile drive door deze stad erg mooi. Hij is te herkennen aan de borden met een meeuw.
http://www.mapwest.com/car_motorcycle/htdocs/49mile.htmlVolgens velen hebben de San Francisco Giants het mooiste honkbalstadion (http://espn.go.com/page2/s/ballparks/pacbell.html). Het ligt dichtbij het centrum aan het water. Ook al spelen ze dit jaar ronduit slecht, het is wel de kans om een van de beste (zo niet dé beste) actieve spelers te zien: Barry Bonds. Een potje honkbal is een geweldige manier om een verloren avondje door te brengen.
De omgeving van San Francisco is wel aardig, het is zeker een verademing om groen te zien na alle verdorde gras dat je in het zuiden van Californië vindt. Napa Valley is een leuk uitstapje ten noorden van de stad op ongeveer 1 uur rijden. Het is een vallei met de meest uitgebreide wijnbouwstreek van de USA. Zowat om de paar honderd meter is een ander wijnhuis waar je voor een dollar of 5 een paar wijnen kunt proeven. Het wijnglas mag je vaak houden. Afhankelijk van wat je bedoelingen zijn, betekent dat ofwel zeer lekkere wijnen proeven (kwaliteit is goed tot uitstekend) ofwel goedkoop zat worden. In het laatste geval moet je wel even afspreken wie de Bob is ("designated driver"). Die persoon kan dan op de meeste plaatsen een gratis alcoholvrij drankje krijgen.
De meeste mensen gaan naar de beroemde Robert Mondavi. Dat kan ik niet echt aanraden, tenzij je bereid bent om een poot uitgedraaid te krijgen en om tussen horden toeristen een wijntje te moeten drinken. Aanraders zijn Stag's Leap en Niebaum-Coppola. De eigenaar van de laatste wijngaard is Francis Ford Coppola (regisseur van oa The Godfather). Die is daar niet zo vaak te zien, maar we hebben ooit geluk gehad dat we hem even konden spreken.
Ter hoogte van San Francisco, maar dan een paar uur naar het oosten, ligt Lake Tahoe. Dat is een kristalhelder meer op de grens tussen Californië en Nevada (de staat waar Las Vegas in ligt). Als je niet komt om te gokken (zoals de meeste Amerikanen), dan kun je hier goed watersport dan wel wintersport beoefenen. Een van de grappigste hostels de USA ligt hier in Tahoe: Doug's Mellow Mountain Retreat. Doug zelf is een gehandicapte ex-snowboarder die nu in zijn huis reizigers onderbrengt. Als het druk is, dan kun je hier nog steeds plaats vinden: Doug zegt blijkbaar nooit nee. Overal liggen mensen, tot in de tuin en onder de trap toe. Hij heeft er een bijzonder gezellige tent van gemaakt waar je altijd wel leuke mensen ontmoet.
Verder naar het zuiden ligt het Yosemite National Park. Dit bestaat uit een central valley met de bekendste bezienswaardigheden en enkele honderdduizenden toeristen. De Tioga Pass Road, een bergpas ten noorden, is veel mooier en rustiger. Ikzelf ben hier een paar keer geweest, maar ben er slechts elke keer vluchtig doorheen gereden. Een vriend is hier echt gaan wandelen. Dan zie je pas echt de ruwe natuur. Dat is dus iets voor de volgende keer...
Als je van west naar oost over de Tioga Pass Road rijdt en het park uitkomt, rijd je tegen het maanlandschap van Mono Lake aan. Dat is een zoutwatermeer dat jaren geleden is gebruikt als watervoorziening voor LA. Door het dalen van de waterspiegel, zijn er heel bizarre tufsteenformaties (afzettingen van het zouwater) boven water gekomen. Aan de zuidelijke rand van dit meer kun je dichtbij deze zogenaamde tufa's komen (http://www.biphotoclub.org/images/Galleries/Members/DeVange-Tufa%20Mono%20Lake.jpg). Het zout in het water trekt ongelofelijke zwermen vliegen aan, dus schrik niet als je naar het water loopt: het ziet er letterlijk zwart van de vliegjes.
Mono Lake is zo'n beetje het begin van de woestijn (of het einde ervan). Als je verder naar het zuiden gaat, kom je terecht in een van de meest onherbergzame plekken op aarde: Death Valley. Voor de echte experience hier, moet je midden in de zomer gaan. Airco in de auto uit en raampje open. Dat voelt aan alsof je voor een straalkachel zit. Temperaturen tot wel 55 graden ("in de schaduw") zijn hier vrij gewoon. Het asfalt smelt bijna onder je voeten weg. Vocht verdampt zo snel dat je niet eens kunt zweten. Water meenemen, dus.
Ondanks het vele "niets" is dit een bijzonder interessante plek, vooral omdat het hier zo onherbergzaam is. Dit is de meedogenloze woestijn. Er zijn echter toch enkele dorpjes met de heerlijke namen Stovepipe Wells en Furnace Creek. Hier kun je overnachten.
Bij Stovepipe Wells liggen enkele zandduinen. In het meest noordelijke gedeelte is er een grote krater, de Ubehebe Crater, een bizar kasteel (Scotty's Castle) en de mysterieuze racetrack. Dit is een zoutvlakte waarop allerlei stenen met een spoor erachter liggen. Niemand weet echter hoe die stenen bewogen kunnen hebben, want er zijn geen andere tekenen te zien. Heel spooky. Hier kun je echter alleen met een 4x4 auto komen.
Rondom Furnace Creek is er het schitterende uitzichtpunt Zabriskie Point (http://www.jgk.org/pictures/zabriskie-point.html) en het laagste punt op het westelijk halfrond: Badwater (http://www.lcss.net/deathvalley/photos/Badwater%201.jpg). Gek genoeg is hier een plasje water waarin zelfs nog een beschermde slak in voorkomt.
Tip is om dit park te bekijken rond zonsopgang of zonsondergang. De kleuren zijn dan schitterend en de temperaturen zijn dan niet zo extreem.
Voordat je helemaal gek wordt van de hitte, kun je snel de afslag naar Las Vegas nemen. Vanuit Death Valley kun je er in ongeveer 3 uur zijn. Voordeel is dat de wegen hier allemaal kaarsrecht zijn en er nooit iemand komt. Scheuren, dus.
Het maakt niet uit vanaf welke kant je Las Vegas binnenkomt rijden, je moet eigenlijk bijna altijd over een bergkam. In de vallei voor je ligt dan die schitterende, gekke stad. Het eerste wat je aan jezelf vraagt is waarom deze stad in godsnaam hier moet liggen. Er is helemaal niets in de verre omtrek en het is ook nog verrekte warm.
's Avonds door de stad rijden is een belevenis an sich. Door alle lichtjes, reclameborden en ook door de hitte, raak je heel snel gedesoriënteerd. Ik vind het een heerlijke stad door alle kitsch en poespas. Het mooie is dat alles hier zo goedkoop is (nou ja, naar verhouding). Voor weinig geld heb je een decadente kamer met marmeren badkamer en spiegels rondom je bed in een protserig hotel. Je huurt een limousine en rijdt van casino naar casino om overal voor $1 een cocktail te drinken of voor $5 een onbeperkt buffet te eten.
Natuurlijk draait het voornamelijk om gokken, en dat is ook de reden dat ze het zo goedkoop kunnen maken, maar hier is er behalve gokken nog een patserige wereld om de casino's heen. De maffia is nu al een aantal jaren weg uit Las Vegas en grote bedrijven hebben de voormalige maffiacasino's vervangen voor gigantische hotel-casino's waar er iets voor elk gezinslid te halen is. De laatste paar jaren is er echter ook daar weer een kentering in ontstaan: er komen steeds meer dure hotels met vaak de meest belachelijke architectonische ideetjes.
Langs de beroemde Strip (eigenlijk buiten de stadsgrenzen van de stad Las Vegas) liggen de meeste en bekendste hotels die allemaal een eigen thema hebben: MGM Grand, Tropicana, Bellagio, Paris, Venetian, Mirage, Treasure Island, Excalibur, Barbary Coast, Luxor. En dan ben ik er nog een heel stel vergeten. Overal kun je wel voor weinig geld overnachten en eten. Ikzelf heb geslapen in Tropicana, Sahara en Excalibur (gigantisch) die allemaal okay waren. Eten kun je heel goed bij het Round Table Buffet in Excalibur waar je onbeperkt allerlei lekkernijen kunt eten en drinken.
De thema's van de hotels kun je niet alleen terugvinden in de architectuur, maar ook in het eten, de kamers, de bediening, de shows. Laat je gewoon maar verrassen door alles wat er te zien is. Als ik dat namelijk allemaal moet opschrijven, ben ik nog dagen bezig. Er is gewoonweg te veel om op te noemen. Je zintuigen kunnen dan snel wat overspannen worden.
Overal zijn speelautomaten te vinden. Als je naar je kamer wilt, moet je altijd wel langs eentje lopen. Op deze manier willen ze je verleiden om ook te gaan spelen. Inderdaad, sommige bejaarde vrouwtjes zie je dag en nacht spelen, soms wel aan 5 automaten tegelijk. Ikzelf heb ook gespeeld, blackjack. Dat is een simpel spel om mee te beginnen. Er is snel wat mee te verdienen. Wij begonnen om 4.30u 's nachts te spelen en omdat wij als enigen aan de tafel stonden, wilde de croupier ons wel wat helpen. Als je helemaal niets van de spellen weet, kun je een gratis clinic krijgen.
Het nachtleven is, behalve gokken, ook erg goed. Er zijn heel wat verschillende nachtclubs dan wel discotheken te vinden. Ik vond Cleopatra's Barge in Caesar's Palace erg goed. Dat is een boot die drijft (!) in een kunstmeertje (!). Drinken is er goedkoop en de muziek is hard.
Mocht je veel geld gewonnen hebben, dan kun je dat meteen uitgeven om naar een show te gaan kijken. Verlopen sterren als Dusty Springfield, Tom Jones of Barbra Streisand treden hier op voor pittige entreeprijzen vanaf $60. Of je gaat naar een van de dure winkels die in veel hotels te vinden zijn. Daar koop je dan een mooi collier van Cartier of een Rolex.
Verder zijn er heel wat gratis attracties (naast gratis parkeerplaatsen), zoals een zeerovershow bij Treasure Island of een vulkaanuitbarsting bij Tropicana. Ten noorden van de strip, in het centrum van Las Vegas zelf is een straat (Fremont St, dacht ik) die nu helemaal overdekt is met duizenden lampjes. 's Avonds zijn er dan lichtshows die je gratis kunt bekijken.
Zoals gezegd: Las Vegas is een stad die je moet ondergaan. Er zijn zoveel dingen te zien en te beleven, dat kan ik onmogelijk allemaal beschrijven. Duik gewoon het nachtleven in en proef de gekte en de schoonheid.
In zuidelijk Californië groeit een boom die zo speciaal is dat U2 er zelfs nog eens een album naar heeft vernoemd: The Joshua Tree (http://batalion.ucsd.edu/images/dzagorod/pcd/pcd0786/joshua-tree-1.3.html). Deze bomen deden de eerste kolonisten denken aan Jozua die zijn armen ophief om Jericho te veroveren. Het zijn stugge woestijnbomen die voornamelijk voorkomen in het Joshua Tree National Park. Als je vanuit Las Vegas terugrijdt naar het zuiden of naar LA, dan is een omweg meer dan de moeite waard. Het is ook goed te doen als dagtocht vanuit LA. Waar Death Valley vooral de eenzaamheid van de woestijn liet zien, is Joshua Tree meer een park die laat zien dat de woestijn toch leeft. Er groeien best veel planten en cactussen. Het landschap is ook wat afwisselender en wat minder heet dan Death Valley.
Ten zuiden van Joshua Tree NP is het Anza-Borrego Desert State Park, maar dat kan ik niet echt aanraden. Het is bij lange na niet zo mooi als Death Valley of Joshua Tree.
Dat was het wel zo'n beetje wat ik wilde vertellen. Er is nog een hoop meer te zien in Californië en die omgeving. Er is natuurlijk nog veel meer te zien, maar dan is er zo weinig over om te ontdekken...
Stephan
The heat of the meat equals the angle of the dangle if the mass of the ass remains constant.