Ik ben me aan het voorbereiden op de verdediging van mijn proefschrift, ik geef een intensief schrijfcollege aan briljante studenten (nou ja, studenten die denken dat ze briljant zijn), ik begeleid zes masterscripties, ik ben me aan het voorbereiden op mijn nieuwe werk en ik ben de godganse dag bezig met het aankleden van de kinderen, het smeren van een boterham, nog een boterham, schoonpoetsen, welja nog een boterham, weer schoonpoetsen, schoenen nog aan, wil niet in d'r autostoel, locatie A, locatie B, weer ophalen van locatie B, locatie A, aan tafel zetten, groentes vergeefs aantrekkelijk maken, weer uitkleden, tanden poetsen, pyjama aan, toch weer een poepluier, wil niet slapen. Ik heb tussendoor hooguit een paar minuten tijd voor een crisis, als ik mijn sleutels kwijt lijk te zijn. En als ik die vind, dan gaat het wel weer.
I make it a thing, to glance in window panes and look pleased with myself.