quote:
Op donderdag 11 oktober 2012 23:25 schreef Lollertrolle het volgende:[..]
Zul je zien dat het hetzelfde boek is.
Hier staat;
Historische kostenstelsel
Minimumwaarderingsregel:
In geval van dalende prijzen kan het historischekostenstelsel niet analoog worden toegpast, omdat we te maken krijgen met de minimumwaarderingsregel.
Stel dat in ons centrale voorbeeld de vraag naar het goed Q ineens zodanig vermindert, dat de zich per eind februari op de balans bevindende voorraad slechts voor naar schatting euro 10 per stuk kan worden verkocht.
De voorraad dient dan afgewaardeerd te worden naar aantal x 10 euro.
Deze afboeking komt ten laste van het resultaat. Dit vloeit voort uit het voorzichtigheidsprincipe, dat voorschrijft dat verliezen moeten worden genomen op het moment dat zij geconstateerd worden.
De minimumwaarderingsregel geldt ook voor de vaste activa.
---------------------------------------------------------------------------------------------------
Met andere woorden, als de voorraad op de balansdatum lager is dan de netto-opbrengstwaarde moet deze bijgesteld worden naar beneden. Dit bedrag kan dan op reele waarde of op fair-value geplaatst worden. Wordt meestal gegeven.
Dank voor je uitleg en moeite.Klasse! Ik heb mijn theorie uit een syllabus. Inmiddels denk ik te weten hoe het systeem werkt.
Ik ga dit aan de hand van een voorbeeld uitleggen:Groothandelaar Y koopt in een willekeurig jaar in totaal 1000 heggescharen in. Hij heeft een eigen vermogen van 20000 euro aan het begin. De eerste 500 koopt hij in januari voor 16 euro per stuk. De volgende 500 koopt hij in februari voor 24 euro per stuk. Op 1 juni worden 600 stuks
verkocht voor 40 euro per stuk.
[*]Volgens de FIFO-methode:Voorraad die je overhoudt is 400x 24 euro= 9600 euro
Kas na verkopen 600x 40euro= 24000 euro
Totaal 33600 euro
33600-20000 eigen vermogen= 13600 winst
[*]Volgens de LIFO-methode:Voorraad die je overhoudt is 400x 16 euro= 6400 euro
Kas na verkopen 600x 40euro= 24000 euro
Totaal 30400 euro
30400-20000 eigen vermogen= 10400 winst
[*]Volgens de GIP-methode (gemiddelde inkoopprijs):Voorraad die je overhoudt is 400x 20 euro= 8000 euro
Kas na verkopen 600x 40euro= 24000 euro
Totaal 32000 euro
32000-20000 eigen vermogen= 12000 winst
Minimumwaarderingsregel houdt in dat balanswaardering naar beneden moet worden aangepast indien netto-opbrengstwaarde (verkoopprijs minus tot aan de verkoop nog te maken kosten) lager is dan de waarde die volgt uit toepassing van FIFO, LIFO en GIP-methode
Indien op 31 december bijvoorbeeld blijkt dat de netto-opbrengstwaarde van de heggescharen 18 euro is (40-bijvoorbeeld 22 euro) dan geldt:
•
Fifo-methode:Overgebleven voorraad 400 stuks x 18 euro (aangezien netto-opbrengstwaarde hoger ligt dan inkoopprijs 24 euro)=
aangepaste winst 11200 euro
•
Lifo-methode:Geen aanpassing,aangezien verkoopprijs van overgebleven voorraad lager ligt dan netto-opbrengstwaarde.
•
Gip-methode:Overgebleven voorraad 400 stuks x 18 euro (aangezien netto-opbrengstwaarde hoger ligt dan inkoopprijs 20 euro)=
aangepaste winst 11200 euro
Ik hoop dat ik met deze uitleg heb aangetoond dat ik het nu inmiddels begrijp. Graag feedback of mijn beredenatie klopt. Mijn dank is enorm groot hiervoor.