abonnement Unibet Coolblue
  zondag 8 mei 2011 @ 23:47:30 #126
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96530785
Mooi spul Clan, nog meer van die interessante tabellen?
  dinsdag 10 mei 2011 @ 00:52:44 #127
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96581556
Uit het dagboek van Reserve-kapitein der Jagers J.J. van Heyst.

10 Mei. Vrijdag.
De onderofficieren laten wekken. Met de officieren en onderofficieren de te nemen maatregelen besproken. Om 2.30 uur de reveille laten blazen, vervolgens de compagnie ongewapend laten aantreden; een gedeelte der compagnie voor het bezetten van de stelling laten afmarcheeren.
Onmiddellijk daarna verschenen honderden vliegmachines boven Druten.
Bericht ontvangen, dat phase 4 was ingetreden. De rest der compagnie laten aantreden en van brood en thee voorzien. Om 3.40 uur bericht gezonden aan den regimentscommandant, dat de stellingen waren bezet. De beschieting der vliegtuigen aanvankelijk zonder succes. Om 4.30 uur valt de eerste machine brandend neer. Draagbaar van den munitie- en gereedschapswagen gebruikt voor het vervoer van een gewond Duitsch onderofficier.
De goederen-, keuken- en gevechtstrein afgemarcheerd naar Leeuwen. Met een gevorderde auto de troepen in de stellingen van eten kunnen voorzien.
De versperringen aan den Waalbandijk en Koningstraat laten sluiten. Verder doorgegaan met pionieren.
Berichten van de troepen aan het Maas-Waalkanaal: 2 bruggen in handen van den vijand; één brug teruggenomen en laten springen.
Troepen van het Maas-Waalkanaal trekken terug.
Om 20 uur komt de commandant van 26 R.I., luitenant-kolonel Land, aan mijn commandopost.
Om 24 uur komt de commandant van 11 G.B., majoor Bender, aan mijn commandopost. Daarop volgen de beredenen en de eerste compagnie van 11 G.B. Kapitein Hogerland van 2-11 G.B. meldt zich aan mijn commandopost en deelt mede, dat 3-11 G.B. op één officier na vermist is. Inmiddels is de versperring aan de Van Heemstrabaan gesloten.
Uit inlichtingen van 11 G.B. blijkt, dat eigen troepen niet door de Duitschers worden achtervolgd.
Om 3 uur order van den regimentscommandant: het regiment trekt terug over de pontonbrug te Tiel, de Betuwe in. De voorposten moeten tot het uiterste standhouden en kunnen eerst terugtrekken op last van den regimentscommandant.
Ik geef persoonlijk die order door aan de vier groepscommandanten:
Luitenant Hoogewerff, commandant groep Koningstraat,
Vaandrig Philippa, commandant groep Van Heemstrabaan,
Luitenant Tendijck, commandant groep Waalbandijk,
Luitenant Groen, commandant groep Ruimzicht.
Ik spreek de mannen moed in. Ik bereid het eventueel terugtrekken per rijwiel voor. Om 6 uur volgt de order: voorposten onmiddellijk terug in groepen. Van tevoren mij telefonisch op de hoogte gesteld dat de versperring op den Drutenscheweg bij de Bouwing open is. De terugtocht begint onmiddellijk. Allen moeten de versperring bij de Bouwing passeeren.
Ik begeef mij per rijwiel naar die versperring, maar bevind dat deze gesloten is. Ik laat ijzeren binten tegen de asperges plaatsen. De troep, de zware mitrailleurs en de stukken pag. kunnen over de versperring. De trekkers moeten blijven staan en worden in brand geschoten.
Ten Westen van de versperring verzamel ik de compagnie in de diverse opstellingen. Als de geheele compagnie is verzameld ga ik met het gedeelte per rijwiel via de Puiflijkschestraat richting Leeuwen. De luitenant Tendijck volgt met de marcheerende troepen. Onderweg vorder ik elk rijwiel hetwelk te krijgen is. Aan het einde van de Puiflijkschestraat wordt de compagnie wederom verzameld: 80% van de manschappen is in het bezit van een rijwiel. Luitenant Tendijck geleidt de marcheerenden. Luitenant Hoogewerff vormt met een patrouille de achterhoede. Met 3/4 der compagnie begeef ik mij per rijwiel naar Wamel en passeer om circa 10 uur de brug bij Tiel. Op het moment dat de compagnie de brug passeert wordt een aanval van vijf Duitsche vliegmachines op de brug afgeslagen door de luchtdoelartillerie.
Direct na het passeeren van de brug gemarcheerd naar Maurik. Om 12 uur kan ik den bataljonscommandant melden, dat de compagnie in Maurik is aangekomen, uitgezonderd de achterhoede onder luitenant Hoogewerff.
De compagnie rust in een boomgaard, krijgt vervolgens brood en koffie. Daarna inkwartiering in eenige groote kwartieren te Maurik.
Volslagen rust in Maurik. Om 22 uur begeef ik mij ter ruste.

[ Bericht 0% gewijzigd door Nibb-it op 27-09-2017 17:42:49 ]
pi_96581811
Nog maar eens de geschiedenis van mijn vader op die 10e mei van 1940, 5e Reserve Grenscompagnie, 13e Grensbataljon, gelegen tussen Slenaken en Eijsden ( Sectie Eijsden );

1940 9 mei rond 20:30 uur gaf de T.B.Z.L. bevel voor de graad van strijdvaardigheid voor 9/10mei voor 13e Grensbataljon 5e reserve Grenscompagnie front zuid, Eijsden

1940 9 mei rond 23:15 gaf O.L.Z. de T.B.Z.L. bevel voor de graad van strijdvaardigheid van 10 mei 3:00 af. Rond 3:00 verbrak telefonische verbinding met hoofdkwartier Maastricht.

1940 10 mei rond 3:30 werd Eijsden opgeschrikt door een geweldige ontploffing. De brug over het Albertkanaal te Ternaaien was opgeblazen.

1940 10 mei rond 5:00 werd namens het 13e Grensbataljon bericht ontvangen dat o.m. Gulpen reeds door Duitse colonnes was doorschreden. De Marechaussees van de 2e marechaussee divisie trokken zich terug richting België. Fort Eben Emael begon.
Rond 6:00 meldde de Sectie Commandant te Reimerstok, dat vijandelijke gemotoriseerde colonnes dit dorp naderde uit de richting Gulpen en dat de sectie het vuur had geopend. De sectie Commandant kreeg opdracht vertragend terug te gaan.
Zeer kort daarna passeerden de commandopost van de Compagnie Commandant te Banholt enige vijandelijke vechtwagens, die de weg naar St. Geertkruid insloegen. De aanwezigheid van de commandopost werd blijkbaar niet door de vijand bemerkt, zodat de commandopost deze opmars telefonisch konden melden aan de Sectie Commandant te Hoogcruts, Moerslag en Eijsden.
De 2e Marechausseedivisie trok zich rond deze tijd terug richting België, de Grenadiers bleven achter ter ondersteuning.
De Sectie Commandant te Moerslag kreeg opdracht naar Eijsden terug te trekken i.p.v. Gronsveld.

De Compagnie Commandant te Banholt trok met zijn commandogroep rond 6:30 van Banholt over Moerslag naar Eijsden terug.
De sectie Hoogkruts heeft Eijsden nooit bereikt. Zij verloor tijd door het aanvankelijk volgen van een verkeerde weg en trof bij het bereiken van Mheer aldaar reeds de vijand aan. De sectie is toen uiteengevallen.
Nabij Eijsden is het grootste deel van de sectie Banholt, Moerslag en Eijsden , alsmede de commandant ( Kapitein Van den Boomen ) en een deel van de naar Eijsden uitgeweken bezetting van het object Heer ( 3e sectie van 2e Reserve Grenscompagnie en een stuk pantser afweergeschut) er rond 7:30 in geslaagd de Maas bij Eijsden te overschrijden, waarbij gebruik werd gemaakt van twee roeiboten, bediend door burgers.

Deze overtocht werd op enige afstand beveiligd door enige mitrailleurs en het stuk pantser afweergeschut. Tijdens de overtocht greep de vijand in, waarbij een soldaat van het stuk pantserafweergeschut sneuvelde en een sergeant en een soldaat gewond raakte.
Ongeveer 70 man van het 13e Grensbataljon bereikten de westelijke Maasoever en trok richting België. Op het voorstel van de Compagnie Commandant Front Zuid werd door de Belgen niet ingegaan . Naderhand is gebleken, dat de Belgen meenden dat zij te doen hadden met Duitse troepen in Nederlandse uniformen.
De Nederlandse troepen werden onder gewapende geleide afgevoerd. Tenslotte werden zij door de Belgen ontwapend en kreeg de Compagnie Commandant en de restanten 13e Grensbataljon toestemming om naar Nederland af te marcheren. Zij werden kort erna aangehouden, zonder wapens, door de Duitsers.

De achtergebleven groep van de restanten van het 13e Bataljon ( waaronder mijn vader ) trok zich, aan de oostelijke kant van de Maas richting Vise (B) terug waar ook zij werden aangehouden en ontwapend door de Belgen, zij werden waarschijnlijk rond 10:15 vervoerd naar het achterland, waarna ze marcheerden richting Zeeland, tussendoor sliepen in boerderijen en meerdere malen werden bestookt door schietende vliegtuigen.Eijsden was rond 8:00 ingenomen en rond 9:35 werden de eerste Duitse troepen bij Eijsden over de Maas gezet door middel van drijfzakken en om 10:20 stonden de voorste afdelingen aan het Albertkanaal, waar de aanval voorlopig vastliep.
Rond 14 mei bereikten hoogstwaarschijnlijk de restanten van het 13e Bataljon ( waaronder mijn vader ) Antwerpen. Vanuit hier zijn ze overgebracht naar meerdere delen van de verdedigingslinies. Mijn vader zal waarschijnlijk in Zeeuws Vlaanderen hebben gezeten gezien het feit dat in de overlevering bekend is dat hij in Middelburg aankwam toen het centrum in brand stond, en dat was rond de 17e van mei tijdens de ontwapening van de aldaar strijdende soldaten (waaronder veel uit de Peel Raam Stelling afkomstige soldaten), want volgens de overlevering werden ze op het marktplein ontwapend toen het station nog stond te branden.
1940 15 mei capitulatie Nederlandse leger en demobilisatie Nederlandse leger door Duits leger.
1940 19 mei alle gevechten Zeeland gestaakt.
1940 Rond 19 mei werd mijn vader door Duitse troepen, met de trein vanuit Middelburg, overgebracht naar Roermond en daar werden de onderofficieren vrijgelaten en de officieren overgebracht naar Duitsland.
  Redactie Frontpage dinsdag 10 mei 2011 @ 20:13:24 #130
145738 superworm
is erbij
pi_96614050
Ik heb met mijn brakke iPhone enkele foto's gemaakt van foto's in het boek "Rotterdam 1940-1945", samenstelling Joop de Jong. Alle foto's van mei tot juli 1940, allemaal in Rotterdam. Bijschriften per foto eronder.


Een Duitse soldaat maakte vanaf het bezette Noordereiland deze opname van het brandende Plan C en de Oosterkade langs de noordelijke Maasoever, 14 mei 1940.


Op bevel van het Duitse leger ruimden werklozen met de hand het puin van de straten in het centrum. Korte Hoogstraat, 15-20 mei 1940.


Enkele zeldzame kleurenfoto's: Op een zonnige lentedag, deed de ijscoman in het centrum goede zaken bij puinruimers en dagjesmensen. Spinsteeg/hoek Korte Hoogstraat, 23 mei 1940.


Nieuwe Kerkstraat, 23 mei 1940.


Coolsingel, 23 mei 1940.



Onbekende straat, 23 mei 1940.


Tussen Oppert en Lange Torenstraat, 23 mei 1940.


Meent, 23 mei 1940.


Doorkijkje vanuit Plan C naar de Sint-Laurenskerk, 20 juli 1940.

---

Hieronder vier zelfzame opnamen van het Nederlandse leger na de capitulatie. De soldaten hebben wapens en helmen afgedaan en wachten gelaten de Duitse orders af. Heinekencomplex in Crooswijk langs de Boezemsingel, 14 of 15 mei 1940.




Steun Stichting Bijen Zonder Zorgen!
op FOK!
op Facebook
op de website
  Eindredactie Frontpage / Forummod dinsdag 10 mei 2011 @ 20:16:19 #131
168091 crew  Cobra4
mr. Dkut
pi_96614251
Dank superworm. ^O^
"Any officer who goes into action without his sword is improperly dressed." - "Mad Jack" Churchill DSO MC
  donderdag 12 mei 2011 @ 16:47:19 #132
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96703555
Uit het dagboek van Reserve-kapitein der Jagers J.J. van Heyst.

12 Mei. Zondag.
Ik word om 0 uur gewekt door den dienstplichtige Roos. Hij brengt over een order van den bataljonscommandant, dat de compagnie gewapend moet aantreden. Ik begeef me onmiddellijk naar den commandopost, houd rapport met luitenant Tendijck en de onderofficieren en wacht op nadere orders van den bataljonscommandant. Om 2 uur nog geen orders ontvangen. Ik ga naar Maurik. Het bataljon reeds vertrokken. Van den officier-toegevoegd, den luitenant Dellenbag, vernomen dat het bataljon naar Amerongen is afgemarcheerd.
Ik geef onmiddellijk bevel af te marcheeren naar Amerongen.
Om 4.30 uur passeer ik de pontonbrug te Eck en Wiel en vind bij Amerongen den luitenant-adjudant Lingen. Ik deel hem mede, dat ik onvoldoende orders van den bataljonscommandant heb ontvangen. Ik marcheer met de compagnie door Amerongen en vind op den weg naar Arnhem het bataljon. Ik meld mij onmiddellijk bij den bataljonscommandant. Het bataljon is reserve van het veldleger, ter beschikking van den commandant IIe legerkorps. Het bataljon blijft rusten in een bosch ten Noorden van den weg Amerongen - Elst en zet ter beveiliging eenige wachten uit. Nadat brood en koffie is uitgedeeld, word ik belast met de inkwartiering van het bataljon te Amerongen. Daartoe mij in verbinding gesteld met het gemeentebestuur. De voorbereiding der inkwartiering om 12 uur gereed. De troep is om 14 uur ingekwartierd.
Teleurstelling: De compagnie had verwacht in Amerongen te kunnen overnachten, maar wordt om 15.30 uur gealarmeerd. Het bataljon moet in opdracht van den commandant IVe Divisie een tegenstoot uitvoeren op den Grebbeberg. Snel wordt afgemarcheerd. Op uitdeelen van middageten kon niet worden gewacht.
Om 18 uur is het bataljon aan de Westzijde van Rhenen.
De bataljonscommandant geeft daar zijn orders voor den tegenstoot: Het bataljon gereedstellen in het boschperceel Noordelijk van den weg Rhenen - Arnhem.
Twee zware mitrailleurs bij elke compagnie in de voorsecties.
De gevechtstrein trekt aan; extra munitie wordt uitgedeeld.
De compagnie trekt door Rhenen in groepen achter elkaar.
Het is aan talrijke huizen te zien, dat Rhenen reeds is gebombardeerd.
Om plm. 19 uur wordt het viaduct over den spoorweg Rhenen - Amersfoort gepasseerd.
De gereedstelling ondervindt groote moeilijkheden in het boschperceel. Er blijken andere eigen troepen in het bosch te zijn, die voor vijanden worden aangezien. Eenige manschappen beginnen - zonder de bevelen van hun sectie-commandant af te wachten - te vuren. Na veel moeite wordt het vuren gestaakt. De compagnie gaat, opgelost in groepen, voorwaarts.
Met mijn commandogroep bezet ik, wanneer het schemerig is geworden, den ingang van Ouwehands Dierenpark.
Het verbandhouden met de secties is zeer moeilijk, tengevolge van de duisternis, het boschterrein en de versperringen.
Bij den ingang van Ouwehands Dierenpark tref ik den volgenden toestand aan: Luitenant Mr. S.J. van der Hoeven, die met een sectie zware mitrailleurs aan de compagnie was toegevoegd, bevindt zich met een zwaren mitrailleur ten Zuiden van den weg Rhenen - Arnhem.
Plotseling komen troepen terug stormen.
Het blijkt een compagnie zware mitrailleurs van 19 R.I. (moet zijn: 11 R.I.) te zijn. Het bataljon van deze compagnie mitrailleurs had eveneens een tegenstoot moeten uitvoeren, doch ondervond ernstigen tegenstand van oprukkende Duitsche stoottroepen. Deze stoottroepen schoten vanuit de boomen - volgens mededeeling van den commandant dier compagnie, den kapitein Steenbergen - de bedieningsmanschappen der mitrailleurs weg.
Ik bewoog den kapitein Steenbergen niet terug te gaan en in ieder geval een stuk op te stellen Noordelijk van den weg Rhenen - Wageningen.
Naderhand is de compagnie Steenbergen toch teruggetrokken en heeft daarbij medegesleept het escadron huzaren wielrijders onder ritmeester baron van Pallandt en deelen van I-24 R.I.
Door eigen troepen - vermoedelijk militaire politie - werd ten Westen van het viaduct over den spoorweg op de terugtrekkende troepen gevuurd.
Slechts een bescheiden deel van I-24 R.I. heeft in den nacht van 12 op 13 Mei 1940 de stellingen van 8 R.I. (stoplijn) kunnen bereiken en daar stand gehouden tot Dinsdagavond 14 Mei 1940.
Onder commando van den luitenant-kolonel Hennink, commandant van 8 R.I., is dat gedeelte toen naar een steenfabriek aan den Rijn teruggetrokken, daar gebleven tot Woensdagmiddag 15 Mei 1940, nadat een poging om den Rijn over te steken was mislukt en vervolgens door den commandant van 8 R.I. naar huis gezonden.
Een deel van de compagnie onder commando van den luitenant Hoogewerff is, na hardnekkigen strijd, en nadat genoemde luitenant en de sergeanten Rurup en Casteleijn waren gesneuveld, in de stellingen vóór de stoplijn gevangen genomen en afgevoerd naar Duitschland.
Gedurende de gevechten op den Grebbeberg heeft behoorlijk contact met den commandant der IVe divisie ontbroken. Na Zondag 12 Mei 1940 22 uur heeft de compagnie geen orders meer ontvangen.
Zooals hiervoren vermeld heeft een deel der compagnie onder commando van commandant 8 R.I. standgehouden in diens commandopost; een deel van de compagnie is met andere onderdeelen, onder commando van commandant 24 R.I., in den morgen van 13 Mei 1940 - bestookt door zwaar artillerievuur - wederom voorwaarts gegaan tot de stellingen ten Westen van de spoorlijn Rhenen - Amersfoort, terwijl een gehavend gedeelte zich in den middag van 13 Mei 1940 gemeld heeft bij de verzamelplaats van troepen van de IVe divisie ten Oosten van Elst en daar gedeeltelijk is voorzien van wapens en uitrustingsstukken.
In den morgen van 14 Mei 1940 - na den terugtocht tot Vreeswijk - bestond de compagnie uit ongeveer 60 man, onder commando van den kapitein Van Heyst. Van de officieren was nog aanwezig de luitenant Tendijck.
Oorzaken van den tegenslag van het Ie bataljon op den Grebbeberg waren: de duisternis, het dichte onbekende boschterrein, de prikkeldraadversperringen, de onbekendheid met de ligging der landmijnen, de vermoeidheid van den troep en de terugtocht der compagnie Steenbergen, die zich inmiddels ook had overgeplant op het escadron huzaren wielrijders, onder commando van den ritmeester Baron van Pallandt.
Uit ingekomen berichten is gebleken, dat de officieren van I-24 R.I., die krijgsgevangen zijn gemaakt, zijn afgevoerd naar een officieren-krijgsgevangenkamp in het Neckardal (Weinsberg), in de omgeving van Stuttgart, en de onderofficieren, korporaals en manschappen zijn afgevoerd naar het krijgsgevangenkamp "Alte Grabe", in de omgeving van Berlijn.
Zooals hiervoren is vermeld is de overste Dr. Mr. Smit met een door hem geformeerd bataljon in den morgen van 13 Mei 1940 voorwaarts gegaan tot de stellingen ten Westen van de spoorlijn Rhenen - Amersfoort.
Hierbij hebben zich o. a. onderscheiden de dienstplichtigen G. Slabbers en L. de Kok van 2-I-24 R.I.
Voor hun moedig gedrag zijn deze dienstplichtigen 14 Mei 1940 door den regimentscommandant bevorderd tot korporaal. Na de capitulatie is I-24 R.I. gereorganiseerd in een barakkenkamp aan den Groeneweg, in de omgeving van fort Honswijk en na die reorganisatie 25 Mei 1940 verhuisd naar Puiflijk.
Eerst is 50% met groot verlof gezonden en vervolgens alle dienstplichtigen, die konden aantoonen, dat zij in de burgermaatschappij werk hadden.
De compagnie is met de overige compagnieën van het bataljon vereenigd tot één compagnie, onder commando van den reserve-kapitein W.H. Bückert. Deze compagnie is thans gelegerd in het kerkdorp Druten en maakt als 1e compagnie deel uit van het Ie bataljon van het 58e regiment infanterie, onder commando van den kolonel J. van Voorthuysen.
Voor zoover bekend zijn de gesneuvelden der compagnie begraven in het algemeen krijgsmansgraf op den Grebbeberg aan den weg Rhenen - Wageningen, ongeveer 300 meter ten Oosten van den ingang van Ouwehands Dierenpark.

[ Bericht 96% gewijzigd door Nibb-it op 13-05-2011 16:27:06 ]
  vrijdag 13 mei 2011 @ 00:06:05 #133
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96733049
Ook op 12 mei: de (omstreden) executie van sergeant Christiaan Meijer. Zie hier, hier (tevens de bron van onderstaand stuk) en hier een uiterst uitgebreide analyse van het hele 'gebeuren'. Er bestaat een boek over dit onderwerp van F.J.A. Boer, maar deze heb ik niet in mijn bezit (het boek schijnt ook aardig tendentieus opgezet te zijn).

Op 11 mei, toen de voorpostenstrook door twee SS bataljons werd aangevallen, en de hoofdweerstand (sector van de frontlijn tot en met de stoplijn) onder storend artillerievuur lag, werd door de sergeant capitulant Meijer besloten terug te trekken. Naar verluid zou hij de directe omgeving van zijn positie hebben afgezocht naar een telefoonverbinding met C-II-8.RI (wiens CP ca. 150 m achter zijn positie lag) of een officier om zijn terugtochtwens mee te delen. Beide werden volgens de sergeant niet gevonden, hoewel op enkele tientallen meters een gehele sectie infanterie in stelling was en evenzo twee zware mitrailleurposities op enkele tientallen meters lagen. Toen het artillerievuur enige tijd geheel verstomde werd de PAG trekker gehaald, het stuk aangekoppeld, oostwaarts (richting frontlijn) gereden en vervolgens via de Cuneraweg noordwestwaarts, langs de stelling met het tweede stuk onder de sergeant zijn bevel, gereden. Zonder contact met zijn tweede stuksbemanning te zoeken of enig andere autoriteit onderweg aan te spreken, reed de sergeant - zelf op de motor - met zijn stuk en bemanning 40 km westwaarts, om tenslotte in Nieuwersluis in een café een kop koffie te nuttigen. Het gedrag van de groep viel een politieagent op, die de plaatselijke militaire autoriteiten waarschuwde. Daarop werd de hele groep gearresteerd en ter plaatse in bewaring genomen.

De commandant van het 2e Legerkorps, waaronder de 4e Divisie viel die de Grebbelinie bij de Grebbeberg en Achterberg verdedigde, was furieus geworden toen in de avond van 11 mei duidelijk werd dat de voorpostenstrook was gevallen en de oorzaak daarvan leek te liggen in lichtvaardige terugtrekking van grote verbanden verdedigers uit die voorpostensector. Daarop werd door de C-LK het initiatief genomen een krijgsraad te velde te benoemen die de 'ringleiders' van de vermoedde massadesertie zou moeten beoordelen. Er werd de staf verordonneerd om terzake belastende dossiers aan te dragen. De generaal Harberts was op zoek naar een voorbeeldstelling, om zijn troepen middels een dergelijke repressieve maatregel disciplinevast te krijgen. Twee prominente dossiers kwamen naar voren. Eén van de vaandrig Tack van MC-III-8.RI en het geval Meijer. Omdat het eerste dossier te zwak leek en het tweede geval juist overtuigend, werd van het dossier van sergeant Meijer een zaak gemaakt. De generaal was furieus te horen dat een sergeant-capitulant, een beroepsofficier voor bepaalde tijd dus, uit de stoplijn was teruggetrokken, en bovendien helemaal tot aan Nieuwersluis. Terugtrekken zonder bevel uit de stoplijn, die nota bene een nog ongeschonden frontlijn en tussenverdedigingslinie voor zich had, vond de generaal een knip en klare zaak van zuivere desertie. De net geinstalleerde krijgsraad kreeg bij overhandiging van het dossier te horen dat de doodstraf werd verwacht. Een voorbeeld diende te worden gesteld. Dat de heren de krijgsnoodzaak maar onder ogen wilden zien. De voorzitter van de krijgsraad reposteerde onmiddellijk dat de generaal buiten zijn gezag trad en dat de raad zijn instructie niet aanvaarden kon. Het zou de opmaat voor een schandaal worden dat vandaag de dag nog voor polemiek en - recent nog - Kamervragen zorgt. Toen de krijgsraad het dossier bestudeerde bleek echter wel hoe overtuigend het onderhavige geval kwalificeerde als desertie. Niet alleen had de sergeant zich aan ieder commando onttrokken zonder bevel en zonder enige dwingende aanleiding, hij had - en dat werd hem ernstig aangerekend - zijn tweede stuk volkomen oningelicht achtergelaten. Bovendien was hij onderweg op geen enkel moment tot bezinning gekomen en had zich niet, in de door hem doorkruiste sector achter de hoofdweerstand, die vol commandoposten van andere eenheden was, gemeld. Iedere post was eenvoudigweg gepaseerd. De krijgsraad kwam op 12 mei al snel tot het eenduidige vonnis dat van desertie in de hoogste gradatie sprake was en de doodstraf middels executie door een vuurpeloton de opgelegde straf zou worden. Bovendien, zo overwoog de generaal na ondertekening van het vonnis, diende het dezelfde dag te worden uitgevoerd, hoewel het militair strafrecht bepaalde dat 48 uur tussen vonnis en executie diende te zitten. De generaal overwoog dat de krijgsnoodzaak prevaleerde. Het front was gebaat bij een voorbeeldstelling. Sergeant Meijer diende dezelfde dag op de schietbaan te Doorn te worden geëxecuteerd. Zulks geschiedde. Hij mocht nog een brief aan zijn familie schrijven - waarin sgt Meijer aangaf zwaar gewond te zijn geraakt op de Grebbeberg en te zullen overlijden aan zijn verwondingen - en werd kort nadien overgebracht naar de schietbaan, waar het vonnis werd voltrokken.
quote:
1e Pinksterdag 1940
Lieve Ouders
Ik weet als dat mijn laatste
uur geslagen is en dat ik voor
goed van u beiden henen ga
Ik ben zwaar gewond, want
heb ruim 16 uur onder zware artillerie
beschieting gezeten
Vader en Moeder treur niet om mij, maar bid
dat God er voor mag zorgen als dat ons Vaderland
behouden mag blijven
Ouders doe de groeten van me aan al mijn
familie en aan Opoe Meijer en Opoe Pieper
De zwaarste strijd heb ik nu geleden ik zal
voor u allen bidden, doe dit ook voor mij
voor je zoon die zooveel van U beiden houdt
Doe ook de ouders van Tonny de groeten en aan
Tante Jo uit Doesburg
Dag ouders gegroet en een hand en Moeder
een stevige Zoen van haar zoon Chris

Dag Ouders tot in de hemel
Chris
Zijn lichaam werd direct gekist en op de ABP te Doorn ter aarde besteld. De bekendmaking van de executie wegens desertie werd ingehaald door de gebeurtenissen aan de Grebbelinie bij Rhenen. Toen sgt Meijer rond 1500 uur (12 mei) werd geëxecuteerd, was inmiddels nieuws op het hoofdkwartier van C-II.LK gearriveerd dat de frontlijn bij de Grebbeberg was doorbroken door de Duitsers. Het zette een keten aan gebeurtenissen in gang, waarbij de generaal Harberts allerlei zaken moest laten prevaleren, zodat van een bedoelde brede bekendmaking van de executie niets kwam. Een zaak die door criticasters van de affaire naoorlogs eenvoudig was te misbruiken om de nutteloosheid van de executie te onderstrepen.
De executie bleef lange tijd na de oorlog slechts bekend in zeer kleine kring. Het was de bekende televisieserie over de oorlog van Lou de Jong die in 1970 de zaak voor het eerst over het voetlicht bracht. Grote consternatie leverde het op, met naast Kamervragen, mede tot gevolg dat de inmiddels hoogbejaarde gepensioneerde generaal Harberts zodanig bedreigd werd door bepaalde activisten, dat hij op zijn oude dag het land ontvluchten moest en in Engeland zijn heil zocht. Vooral het feit dat de generaal bij een televisie interview volharde in zijn toentertijd genomen besluit, werd hem euvel geduid. Kort nadien zou de generaal overlijden, maar de affaire speelt tot op de dag van vandaag in bepaalde kringen nog steeds. Een recent juridisch proefschrift, dat de zaak nog eens op zijn militairjuridische merites beschouwde en met curieuze theses omkleedde, leidde nog in 2010 tot Kamervragen over de zaak Meijer door de Socialistische Partij. Er werd de Minister van Defensie verzocht om postuum ereherstel voor de sergeant Meijer, welk verzoek werd afgewezen.

[ Bericht 1% gewijzigd door Nibb-it op 13-05-2011 00:21:00 ]
  vrijdag 13 mei 2011 @ 00:53:16 #134
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96734861
Op de website van stichting de Greb staat een aardige analyse over dit hele 'gebeuren', zie hier. Quote van de laatste alinea:

Rehabilitatie van sergeant Meijer is - op het vlak van desertie - dan ook geen redelijke optie. Dat Meijer net als iedere andere Nederlandse soldaat mede slachtoffer was van een matig uitgerust en opgeleid leger en slachtoffer werd van een Duitse inval is natuurlijk een feit. Maar hij had 280,000 lotgenoten. Menselijk kan men meevoelen met de soldaat die in doodsangst de veiligheid zoekt. Militair gezien pleegde Meijer een doodzonde en werd daarvoor passend gestraft; gemeten aan de maatstaven die in die dagen golden. Uitlichting van de zaak Meijer in de jaren zeventig en later hebben geleid tot onwerkelijke beschouwingen van de zaak, waarbij de kwestie als het ware geadopteerd werd in onze tijd. Met de moraal van onze tijd bezien was het lot van Meijer wreed. Als men echter een zuivere militair-historische of militair-juridische beschouwing van de zaak wil maken dient men dat te doen in de geest en het licht van het moment zelve. Dat is waar criticasters onvoldoende toe in staat zijn gebleken, en zodoende is de zaak Meijer uitgegroeid tot een van de meest spraakmakende controversen van de Meioorlog van 1940.
  vrijdag 13 mei 2011 @ 18:39:10 #136
74865 Pumatje
Wij stelen die kazen!
pi_96760196
ben ik weer even.

ik las over de executie van Sgt. Meijer.. deze was imo totaal terecht. belachelijk wat deze ezel heeft gedaan.. een pag inclusief meerdere mitrallieursnesten op laten ruimen terwijl er niet eens vijandcontact was, en vervolgens uitschreeuwen dat de Grebbeberg al was gevallen, terwijl dit totaal niet aan de orde was.

intressant is het volgende..

Ik ben van mening dat als Gen. maj.. Reynders aan het hoofd was blijven staan, dat het heel anders had uit kunnen lopen. Hier zal niet iedereen het mee eens zijn, maar ik heb deze kwestie al veel langer onder de loep genomen. Winkelman was naar mijn inzien soft... Van Voorst tot Voorst was een Alerte knaap, Carstens en Harberts tesamen met Reynders waren echten vechtersbazen. Harberts heeft in de jaren een compleet ander gevoel bij mij ontwikkeld..waar ik in het begin tegen hem was gekant, maar meer ik las hoe meer ik hem begon te respecteren. Zijn woorden voor de comissie in 1948 zijn enorm ophelderend geweest...

Heb het idee dat de enige competente leidinggevenden in het veld in Nederland 1940 van het K.N.I.L waren..

Het is verder een werkelijke schande, wat de houding van onze Officieren destijds waren.. de poging om de Fallschirm's eruit te trappen en het lakse bij de Moerdijk bruggen, dat gaat echt nergens over.

Reynders wilde namelijk de Peel Raam instelling zoals hij had bedoeld sterk houden, omdat hij verwachtte dat de Hoofdstoot ook door zou komen, als dit ook was blijven bestaan had het 1e legerkorps kunnen dienen hierbij, om de parachutisten om te brengen, gezien het feit dat we al goed genoeg in staat waren om hun luchtbevoorrading en versterking te kunnen voorkomen, afbreken en stoppen spreekt al in het voordeel. Met een sterkere peel raam hadden we tijd kunnen kopen hiervoor, waarna het 1e legerkorps zich had kunnen vesten in Vesting Holland en de vervolgende eenheden zich daarbij hadden kunnen voegen.

Ik heb al eerder op Fok! een topic gestart over de paraatheid van 9 mei. Die was nu als volgt.. de troepen zaten lekker in hun barakken die bij de vijand waren bekend, de piloten wisten het te laat, en stonden niet startklaar in hun toestellen, bruggen waren niet voorzien van ontstekers ( wel van explosieven ) wegen waren niet onklaar gemaakt, inundaties kwamen te laat en er waren meerdere pantsertreinen in staat om simpelweg van Limburg naar Amsterdam te kunnen rijden als ze dat hadden gewild. Reynders belichtte dit expleciet omdat hij hiertegen fel gekant was, dit had ook te maken met zijn hele aftreden omdat hij dit niet al mocht doen in Oktober / November ( geen staat van oorlog'/beleg ) vele commandanten gaven verloven af, munitie was ingenomen in een razend tempo van eenheden van Vak Vesting holland zuid :') gezien die commandant niet op de hoogte was dat de Peel/raam stelling was verzwakt door afgenomen eenheden dus deze commandant waande zich pas in de 3e of 4e linie.. en het mooist van allemaal..

CDS Winkelman ging naar bed op 9 mei, nadat hij tegen van Voorst tot Voorst had gemeld dat alles wat ze konden doen was gedaan en het vrijwel niets meer zou uitmaken want meer konden ze niet doen... :D

In tegenstelling tot op November 1939 waar Nederland een inval verwachtte Reynders de hele nacht op zijn bureau bij zijn staf bleef totdat rapporten binnenkwamen dat er niets gebeuren ging, CDS Winkelman moest in de ochtend van 10 mei met luchtdreiging van zijn huis naar de staf worden gereden..

Maargoed, zoals we er al uit zijn gekomen, was vooral de communicatie het kritieke punt.. niet alleen de middelen maar ook de doelgerichtheid en snelheid..waar commandanten achter de feiten aan lopen, en het niet snel genoeg verloopt zonder alle betrokken eenheden te kunnen inlichten mag je niets van een tegenaanval verwachten, laat staan verdediging. Volgens mij is op de Grebbeberg 15% gestorven door eigen vuur.

Ook liep er door die communicatie of juist, afwezigheid daarvan veel verspild van gemiste kansen.
Toen Hoofdposten van Legercommandanten werden gevangengenomen, vroegen Duitse Officieren naar de staven van die betrokken Generaal/Kolonel. Ik geloof dat het Cartens was die toen zei, hoeveel denkt u dat dat er zijn dan? ... waarop de Duitse Officier antwoorded.. 70...72?
Carstens antwoordde met ..18.

Vooral de Commissie die is opgesteld na de oorlog m.b.t onderzoek waarom het Nederlandse leger zo snel verslagen is in de jaren 40 gaf hierop nogal intressante views.
[DEF] SC#8 Pumatje, niet geboren maar door de baas verstrekt
  vrijdag 13 mei 2011 @ 22:10:07 #137
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96771233
Winkelman was vooral een goed manager met een diplomatieke kwaliteit. Voor Winkelman zijn (vermeend) uitgesproken tactische en strategische inzichten is eigenlijk geen enkele aanwijzing te vinden. Winkelman krijgt vooral respect. Reynders daarentegen bleek de op en top militair, met een overduidelijk tactisch en strategisch talent en werd een om die reden gerespecteerd, maar vooral ook een door menigeen bewonderd bevelhebber binnen het krijgsbedrijf. Reynders laat zijn afkeuring van de naar zijn mening militaire achterlijkheid van de politiek blijken, daar waar Winkelman de bemiddelende weg kiest. Medewerkers van Reynders hebben daarom niet alleen respect maar ook ontzag voor hem.
Na het einde van de Tweede Wereldoorlog bleek het inzicht van Reynders op nagenoeg alle punten juist te zijn geweest. Zo juist, dat het voor sommigen leek alsof bij bijna profetische gaven had. Een duidelijk eerherstel volgde echter niet.
In feite is de opperbevelhebberwisseling van 1940 een keerpunt in de Nederlandse krijgshistorie geweest, omdat Winkelman in feite de pionier was die de trend introduceerde om vooral te kiezen voor politiekcorrecte (opper)bevelhebbers. Vanaf 1940 is de aanstelling van bevelhebbers van het Nederlandse leger niet ingegeven door primair de aanwezigheid van militaire kwaliteiten, maar vooral door kwaliteiten die liggen op het vlak van management en politieke correctheid.

Zijn verhoor is trouwens hier te lezen. Brongers heeft ook een mooie biografie over de beste man geschreven.

Heb je trouwens een linkje naar dat topic?

[ Bericht 1% gewijzigd door Nibb-it op 13-05-2011 23:26:17 ]
  vrijdag 13 mei 2011 @ 23:28:28 #138
74865 Pumatje
Wij stelen die kazen!
pi_96776099
Hmm, ik ben blij dat we wat dat betreft op dezelfde lijn zitten.
Athans zo lijkt het.

Probleem was dat ook Dijxhoorn niet goed overweg kon met Reynders.. maar dat conflict wordt me nooit duidelijk. Ook Reynders wilde de slag voeren op 1 plek.. Namelijk vesting holland... niet zoals Dijxhoorn aangaf op 2 plekken waar hij een conflict van maakte, waardoor hierna Winkelman werd gekozen en de verdediging op de Grebbeberg werd gevoerd.

Ik weet ook van de plannen die Reynders door wilde zetten.. als hij harder had gepushed was heel de Grebbeberg een Maginot in het klein geworden. Het betonplan zat goed in elkaar, dit heeft zich namelijk bewezen bij Kornwederzand, dat soort bunkers, daar zou de hele Grebbelinie mee vol komen te staan, tesamen met een versterkte Peel Raam stelling.

Als we niet zo veel moeite hadden gedaan voorposten terug te veroveren, en het Nederlandse volk niet zo zacht hadden opgevoed was het anders geweest. In vele gevallen ontbrak krijgersmentaliteit.. maargoed wat mocht je nou verwachten...

Zoals Harberts zei...

Wat de Duitsers voor elkaar hadden gekregen in 44/45 was indrukwekkend.. want die hadden net als wij ...geen artillerie, luchtmacht, initiatief of overwicht.

hetzelfde geld voor de Finnen in 39.. en 41. En die streden in de ernstige minderheid, en met verouderd materieel.
[DEF] SC#8 Pumatje, niet geboren maar door de baas verstrekt
  zaterdag 14 mei 2011 @ 01:29:04 #139
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96782336
Voor de verdediging van Nederland diende Reynders zijn plannen af te stemmen op het buitenlandse beleid van de regering. Dat wil zeggen dat de regering in algemene lijnen het doel aangaf, dat met de krijgsmacht moest worden nagestreefd en de middelen hiervoor beschikbaar stelde. Op welke wijze dat gebeurde was een zaak die de opperbevelhebber zelf bepaalde. Nederland had gekozen voor neutraliteit. Zijn eerste instructie luidde dan ook:
quote:
Zolang de oorlogstoestand voor Nederland niet feitelijk is ingetreden, treft hij met alle hem ter dienste staande middelen de vereiste maatregelen tot handhaving der neutraliteit.
Indien we onverhoopt toch zouden worden aangevallen moest hij bepalen hoe de verdediging zou worden gevoerd.
Voorts was vastgelegd dat de opperbevelhebber met betrekking tot de uitvoering van zijn taak aan de regering verantwoording schuldig was. Dat was voor de hand liggen, daar tijdens de Staat van Oorlog/Beleg het militaire gezag talrijke bevoegdheden bezit, die op niet-militaire, civiele zaken betrekking hebben. De generaal zou echter in hoofdzaak e maken krijgen met de minister van Defensie. Deze laatste was overigens van oordeel dat de opperbevelhebber alleen aan hem verantwoording behoorde af te leggen.

Nu was er nauwelijks twijfel dat het grootste gevaar van Duitse zijde kwam. Om te voorkomen dat men ons in Duitsland kon beschuldigen de neutraliteit niet serieus te nemen, dwong de instructie om ook aan onze kust en de zuidgrens enkele defensieve maatregelen te nemen.
In de voorafgaande jaren waren er door Reynders en zijn staf plannen gemaakt voorbereidingen te treffen en verkenningen uitgevoerd om met de beperkte middelen een zo goed mogelijke verdediging tot stand te kunnen brengen. Gehoopt werd dat wij het daarmee zo lang konden uithouden, tot buitenlandse hulp zou arriveren.

Zie deze post over de opbouw van ons leger, en deze over het materieel dat voorhanden was.
Het grootste deel van onze landstrijdkrachten behoorde tot het Veldleger. Dat bestond uit alle onderdelen die in de lijn Grebbelinie - Peel-Raamstelling lagen. Te weten (van noord naar zuid) het IVe en IIe Legerkorps, De Brigades A en B, het IIIe Legerkorps en de Peeldivisie. Bovendien de troepen die in, voor en bij de IJssel-Maaslinie lagen. De commandant van het Veldleger was Luitenant-generaal J.J.G. baron van Vorst tot Voorst.
Andere commandanten waren:
Luitenant-generaal J. van Andel, de Vesting Holland
Schuit-bij-nacht H. Jolles, Stelling Den Helder
Generaal-majoor J.T. Alting von Geusau, het Ie Legerkorps
Generaal-majoor G.W. Best, de luchtverdediging
Schuit-bij-nacht H.J. van der Stad, Kolonel J. Veenbaas en Luitenant-kolonel A. Govers, als territoriale bevelhebbers van Zeeland, de noordwestelijke provincies en Zuid-Limburg.

Het leger was beslist te zwak om ons gehele land te beschermen. Uiteindelijk dacht men slechts in staat te zijn de Vesting Holland langdurig te verdedigen. Rynders wilde zich echter niet vanaf het begin af aan beperken tot de verdediging van vesting Holland. Hij zag dit slechts als een laatste mogelijkheid. Tevoren wilde hij zo lang mogelijk stand houden op plaatsen waar dat mogelijk was. Maar hoe zag het plan er nu uit? In grote lijnen zag het er als volgt uit:
• een waarschuwend echelon aan de grens,
• een vertragend echelon op de 'as' IJssel-Maas-Julianakanaal,
• een eerste verdedigend echelon in de Grebbestelling en de Peel-Raamstelling,
• als laatste een hardnekkige verdediging van Vesting Holland (dit wil zeggen verdediging tot het uiterste).

Maar hoe moeten deze echelons voorgesteld worden?
Allereerst het waarschuwend echelon. Om bij een aanval tijdig te worden gealarmeerd werden aan de landsgrenzen grenswachtposten geplaatst, die meestal een infanteriegroep van elf man sterk werden. Ze waren voorzien van een M.20. Door gebrek aan troepen konden echter over het algemeen enkel de verharde (over de grens voerende) wegen worden bewaakt. Door rechtstreekse waarneming en het uitzenden van patrouilles konden ze de grens enigszins onder controle houden. Voor de neutraliteitshandhaving was dit voldoende; bij een vijandelijke aanval hadden ze nauwelijks tot geen gevechtswaarde. Het was dan ook niet de bedoeling dat zij zich tot de laatste man zouden verzetten, dat zou immers een zinloze opoffering van levens betekenen. De voornaamste taak die zij hadden was het alarmeren van achtergelegen troepen bij een vijandelijke grensoverschrijding. Om dat zelfs onder zeer moeilijke omstandigheden mogelijk te maken, lag er vóór elke wachtpost een wegversperring, die bij gevaar gesloten diende te worden. Met hun wapens en mitrailleur konden ze dan proberen de tegenstander even op te houden om zo de gelegenheid te krijgen de alarmering telefonisch, met een seinpistool of een alarmbel of -hoorn door te geven. Vervolgens konden de mannen proberen de eigen troepen te bereiken. Of ze deze kans zouden krijgen was twijfelachtig.

Dan het vertragend echelon. Deze liep langs de oevers van de Geldersche IJssel en verder via de Over Betuwe langs het Maas-Waalkanaal en de Maas in Limburg. De IJssel-Maaslinie, kort gezegd. De linie diende de vijand enige tijd te vertragen, om in de achtergelegen hoofdstellingen de voor het verkeer opengebleven wegen en spoorlijnen te versperren., de bevolking te evacueren, mijnenvelden scherp te stellen, enzovoorts. Al deze zaken werden grondig voorbereid, waardoor zij in zeer korte tijd uitgevoerd zouden moeten kunnen worden.
De linie zelf bestond voornamelijk uit een enkele rij kazematten voor drie of vier man, met grote tussenruimten. Op sommige stukken bedroeg de meer dan een kilometer. De bruggen zouden van vanzelfsprekend worden opgeblazen. Bij elke brug lagen verder twee grotere kazematten, bewapend met een licht stuk geschut van 5 cm en een zware mitrailleur. Omdat de taak slechts beperkt was en er een tekort aan manschappen was was de bezetting van de IJssel-Maaslinie vrij zwak te noemen. De infanteriebataljons waren soms over een lengte van vijftien kilometer verspreid. Als je weet dat voor een daadkrachtige verdediging de frontbreedte van een bataljon één kilometer bedroeg, kan je je voorstellen dat de IJssel-Maaslinie een uiterst zwakke barrière was, waar artillerie (vrijwel) geheel ontbrak. Het gebied ten oosten van de IJssel-Maaslinie kon door gebrek aan troepen, materieel en geld niet worden verdedigd. Wel waren daar wegversperringen en brugvernielingen voorbereid. Generaal Reynders schatte dat de weerstandsduur tegenover een overmachtige vijand op een halve á hele dag. Bij een doorbraak diende men waar mogelijk zo snel mogelijk terug te trekken op achterliggende linies.
In Groningen en Drenthe zou een tegenstander eveneens op een vertragingslijn stuiten, die echter nog aanzienlijk zwakker was als de IJssel-Maaslinie. Deze was zo zwak bezet dat er zelfs geen sprake was van een aaneengesloten vuurfront. Deze lijn liep vanaf de Dollard via kanalen en varten dicht achter de grens naar de Hoogeveensevaart om en dan langs het Meppelerdiep naar het IJsselmeer, waar hij eindigde. Hiervoor waren er zeven bataljons beschikbaar, waarvan er twee als reserve dienden om tegen vijandelijke doorbraakpunten te worden ingezet. De bataljons zouden bij overmacht terugtrekken over de Afsluitdijk. Om ze op te vangen en door te sturen lag er voor die dijk op de Friese kust een klein bruggenhoofd, de Wonsstelling.
Door de ligging en het tekort aan materieel kon ook in Zuid-Limburg slechts waarschuwend en vertragend worden opgetreden. De belangrijkste vertraging zou plaatsvinden langs het Julianakanaal en in Maastricht, waar alle bruggen van springladingen waren voorzien. Dit kon (zoals eerder genoemd) de Belgen ten goede komen.

Na het volbrengen van de waarschuwende en vertragende taken zou de eerste, krachtige weerstand worden geboden. In het noorden zou dat gebeuren bij de Afsluitdijk. Toen deze in 1933 gereed kwam, gaf dat voor onze defensie weer problemen omdat de dijk een nieuwe toegang tot Vesting Holland verschafte. Verhogingen van het budget maakte echter geen schijn van kans. Na veel geschipper werd het tenslotte mogelijk de benodigde verdedigingswerken uit de gelden van de Zuiderzeewerken te financieren. Zo kon het gebeuren dat op de Afsluitdijk twee stellingen verrezen die aan hoge eisen voldeden en de trots vormden van onze defensie. De zware betonkazematten bij de sluiscomplexen Kornwerderzand en Den Oever zijn daar tot op de dag van vandaag te zien. Het IJsselmeer werd overigens bewaakt door een flotilla lichte schepen van de Koninklijke Marine.
Zuidelijker wilde Reynders weerstand bieden in een aaneengesloten lijn van in de diepte gegroepeerde opstellingen. Het noordelijk deel van deze lijn bestond uit de Grebbelinie. Deze liep vanaf het IJsselmeer, via de oostrand van Amersfoort, langs Veenendaal en Scherpenzeel, naar de Grebbeberg bij Rhenen. Ze volgde dus ongeveer de grens van de provincie Utrecht. De linie werd tussen de Rijn en de Waal voortgezet in de Betuwestelling en tussen de Waal en de Maas in de Maas-Waalstelling. Daar sloot ze aan op de (op initiatief van Reynders ontworpen!) Peel-Raamstelling. Nagenoeg alle genoemde linies en stellingen bestonden in het begin van de mobilisatie niet of nauwelijks. Soldaten hebben de stellingen voor het grootste deel zelf moeten bouwen. Het voornaamste bezwaar tegen deze werkzaamheden was dat er weinig tijd overbleef om de (toch al geringe) geoefendheid te verhogen! Het waren de consequenties van de jarenlange verwaarlozing van onze defensie.
Over het algemeen werden de linies opgebouwd uit twee achter elkaar liggende verdedigingslijnen. De voorste noemt men de 'frontlijn', hier waren de meeste wapens opgesteld. Met het vuur van die wapens en met verder naar achteren opgestelde artilleriestukken moest de vijand tot staan worden gebracht. Mocht deze er toch doorheen komen, dan kwam de tweede lijn, de zogenaamde 'stoplijn' in actie. De stoplijn had een zwakkere bezetting, omdat men ervan uitging dat de door de frontlijn aangerichte verliezen de vijand minder stootkracht had. Bovendien konden uit de frontlijn teruggetrokken troepen de stelling versterken. Vervolgens was het de bedoeling om de voor de stoplijn tot stilstand gebrachte vijand door een tegenaanval met een in reserve gehouden onderdel weer over de frontlijn terug te dringen. De beide lijnen waren opgebouwd uit van hout en grond gemaakte stellingen, loopgraven en (gas)schuilplaatsen. Hoofdzakelijk in de frontlijn trof men ook betonnen en gietstalen kazematten aan, die als mitrailleurstelling dienst deden. Waar mogelijk kon het voorterrein van de Grebbelinie geïnundeerd worden. In het noordelijk deel was de inundatie vrij breed. Voor het overige waren ze niet aaneengesloten en ook lang niet zo uitgestrekt als voor de Waterlinie. Voor Amersfoort was de breedte gering en in de omgeving van Scherpenzeel en de Grebbeberg ontbraken de inundatiegebieden geheel. In de droog gebleven gebieden werden als regel voorposten geplaatst met een weerstandbiedende of waarschuwende taak. Voor de bezetting van de Grebbelinie werden het IIe en het IVe Legerkorps bestemd.
De Betuwe- en de Maas-Waalstelling werden verdedigd door respectievelijk Brigade A en Brigade B. Ook hier konden delen van het terrein worden geïnundeerd. In de hierboven beschreven verdedigingslinies zou zo lang mogelijk stand worden gehouden; verder macht de vijand niet komen.
Op sommige plaatsen van de Peel-Raamstelling was het terrein, met name door ontginningen, makkelijk te betreden. Het terrein was zelfs geschikt voor tanks te noemen. Reeds in 1937 was daarom overwogen een tankgracht aan te leggen. De defensiebegroting bood echter geen ruimte voor zo'n kostbare voorziening. Maar zo'n gracht bleek als afwateringskanaal ook nuttige diensten te kunnen vervullen. Dat opende voor Reynders de mogelijkheid het project in het kader van werkverschaffing te laten uitvoeren, voor puur militaire objecten mochten werklozen namelijk niet worden ingezet. Uiteindelijk werd in 1939 toestemming gegeven voor het graven van het zogenaamde Peelkanaal tussen Griendtsveen en de Raam ten noorden van Mill. De militaire functie was echter zo bekend dat men in de omgeving al snel over het 'Defensiekanaal' sprak. Op de westelijke oever waren kazematten gebouwd. Prikkeldraadversperringen, hier en daar aangevuld met mijnenvelden, versterken het afwerend vermogen. Men beschikte op de meeste plaatsen over prima, ruime schootsvelden. Deze stelling langs het kanaal vormde de voorposten voor de daar achter gelegen hoofdstelling.
Op vele militaire deskundigen uit de tijd heeft de Peel-Raamstelling grote indruk gemaakt. In sommige Duitse stukken wordt zelfs gesproken van de 'Nederlandse Maginotlinie'. Het was ook de bedoeling dat er voor onze oosterburen een afschrikwekkend effect van de linie uit zou gaan, daar is Reynders kennelijk in geslaagd! Toch was hij realistisch genoeg de Duitsers niet te onderschatten. Hij verwachtte slechts een vertragend effect van enige betekenis. Tenzij de Fransen tijdig te hulp zouden komen, waren geen troepen meer beschikbaar om de verdedigers van de stelling na verloop van tijd af te lossen.
Indien de Duitse overmacht tot de terugtocht zou dwingen, moest dit in de richting van Vesting Holland of Zeeland geschiedden. Generaal Reynders had overigens graag nog opnamestellingen ten westen van de stelling willen inrichten, maar hiervoor werd hem geen geld beschikbaar gesteld. In welke richting zou worden teruggetrokken, was van te voren niet te voorspellen. In alle gevallen lag het voor de hand dat dit in overleg of samenwerking met de in de provincie te verwachten Franse troepen moest gebeuren. Een teruggaan op de Vesting Holland zou geschieden via de bruggen bij Keizersveer en Moerdijk. Daarna kon het IIIe Legerkorps het zuidfront van de Vesting versterken.

Reynders verwachtte het zwaartepunt van de Duitse aanval in het zuiden van het land. Toen de stellingbouw al redelijk gevorderd was, zag hij de mogelijkheid bestond dat de Peel-Raamstelling zou kunnen vallen terwijl dit nog niet het geval was in de Grebbestelling. Daarom liet hij achter de Waal en de Linge een stelling bouwen, waarop de Peeltroepen eveneens terug zouden kunnen trekken. Deze Waal-Lingestelling zou dan de Grebbestelling den de Betuwestelling vanuit het zuiden beveiligen en sloot bij Gorinchem aan op Vesting Holland. Deze stelling kon dor uitgebreide inundaties worden beschermd.

In de Vesting Holland zou worden standgehouden. Het oostfront van de Vesting is ook wel bekend als de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Deze vormde een historische verdedigingslijn van ons land. Deze lijn liep vanaf IJsselmeer bij Muiden over de Loosdrechtse Plassen, volgde de oostrand van de stad Utrecht en ging verder langs Vreeswijk, Everdingen en Leerdam naar Gorinchem. Het voorterrein kon bijna overal over grote diepten onder water worden gezet. Dit mocht echter op last van de regering pas gebeuren als ons land werd aangevallen, schadevergoedingen aan boeren kostten immers geld!
Na het opwerpen van de inundaties had de linie een grote afweerkracht. Ze waren voor infanterie en normale voertuigen haast ondoorschrijdbaar, en bij de ongeveer een halve meter hoge waterstand vormden de onzichtbaar geworden sloten onoverkomelijke tankhindernissen. Amfibievoertuigen konden er niet drijven en zouden zich als gewone voertuigen gedragen. Een aanval was slechts mogelijk over enkele smalle, droog gebleven stukken bij de weinige hoger gelegen wegen welke makkelijk onder vuur te houden waren. De verdediging hier was echter zeer oud en bestond voor een groot deel uit forten uit de negentiende eeuw. Tot augustus 1939 was er bijna niets aan gedaan; daarna begon men na eindeloos lobbyen over de beschikbare gelden met het moderniseren van de linie. In tegenstelling tot wat men verwachtte, waren de oude forten op afstand nauwelijks zichtbaar, met behulp van de omgeving vormden zij ware meesterstukken van camouflage. Een ander groot voordeel van de uitgebreide inundaties was dat het voor tanks haast onmogelijk was op te trekken.
Er waren ook nadelen. Zo kon bijvoorbeeld een voor de linie liggende vijand Utrecht beschieten en met zware artillerie zou zelfs Amsterdam bestookt kunnen worden. Graafwerkzaamheden ten behoeve van de stellingbouw leverden door de hoge waterstand problemen op, ook was het lastig de artillerieposities te camoufleren.
Omdat de troepen in de Grebbelinie, Betuwestelling en Maas-Waalstelling hier uiteindelijk op zouden terugtrekken, had Reynders de Waterlinie van een vrij sterke bezetting voorzien. Deze bestond uit de Brigades C en D en een aantal afzonderlijke onderdelen. Er waren 192 (verouderde) vuurmonden beschikbaar. Ze dienden de terugtrekkende troepen op te vangen, zodat die onder hun dekking konden worden gereorganiseerd om daarna de verdediging over te nemen.

De Waterlinie ging bij Gorinchem over in het zogenaamde 'zuidfront' van de Vesting Holland. Dat liep langs de noordoevers van het Hollands Diep en het Haringvliet. Deze brede stromen maakten dit front van nature zeer sterk. De eerder geboude verdedigingswerken werden in 1939 weer in gebruik genomen. Op en bij de noordelijke dijken kwamen veldversterkingen met daarvoor een doorlopende prikkeldraadversperring. Verder lag er een lange reeks betonnen schuilplaatsen, waar beschutting kon worden gevonden tijdens beschietingen en luchtaanvallen.
De enige toegangsweg naar het Zuidfront vormden de Moerdijkbruggen. Die waren vooral belangrijk omdat eventuele Franse hulp via deze overgangen binnen de Vesting Holland kon komen. Er waren daarom extra voorzieningen getroffen; op de noordoever bevonden zich twee zware betonkazematten, bewapend met licht geschut en zware mitrailleurs. Ze konden zowel de verkeersbrug als de spoorbrug met vuur bestrijken. Verder kwamen er twee luchtdoelbatterijen en drie pelotons luchtdoelmitrailleurs.

Bronnen:
www.grebbeberg.nl
www.zuidfrontholland.nl
Generaal Reynders - een miskend bevelhebber, E.H. Brongers, 2007
Beknopt overzicht van de krijgsverrichtingen van de Koninklijke Landmacht, Sectie Krijgsgeschiedenis, 1947

[ Bericht 1% gewijzigd door Nibb-it op 27-09-2017 17:43:44 ]
  zaterdag 14 mei 2011 @ 12:12:23 #140
110057 AgLarrr
Merck toch hoe sterck!
pi_96788686
Ik heb inhoudelijks niets toe te voegen maar ik wil de posters gewoon even complimenteren (en aansporen door te gaan). Wat een kwalitatief hoogwaardig en ontzettend bazen topic is dit.
"Ill fares the land, to hastening ills a prey;
Where wealth accumulates, and men decay"

- Oliver Goldsmith, The Deserted Village
  zaterdag 14 mei 2011 @ 12:52:45 #141
74865 Pumatje
Wij stelen die kazen!
pi_96789778
Nibbit ik begrijp de plannen en opstellingen wel, eigelijk van beide CDS. Wat je hebt gekopieerd uit grebbeberg.nl is natuurlijk over het algemeen bekend. Lijkt me intressanter als we gaan discussieren wat er vooral verkeerd liep.

De fouten die zijn gemaakt, wie daar verantwoordelijk is geweest...
Reynders had natuurlijk na de oorlog een makkelijk praten.. hij is wat dat betreft niet echt in ere hersteld.

het lijkt me niet verkeerd uiteen te zetten wat welke cds nu precies wilde en hoe de houding van de Minister van Defensie precies was. dat leverd nieuwe invalshoeken op, en geef misschien een intressante kijk op de situatie in 49/40. Eerst even goed ontbijten :P
[DEF] SC#8 Pumatje, niet geboren maar door de baas verstrekt
  zaterdag 14 mei 2011 @ 14:20:06 #142
304398 leovanw
No Message No Mission
pi_96792735
Idd verdomd goede topicvulling. Steek je iets van op. Uiterst leerzaam, chapeau heren en continue please...
There is no 'I' in TEAM and life is way to short for only dreaming... So live it to the MAX! FOR THOSE WHO UNDERSTAND WHAT YOU DO, NO EXPLANATION IS NECESSARY. FOR THOSE WHO DON’T, NONE IS POSSIBLE.
http://www.dutchdefencepress.com
  zaterdag 14 mei 2011 @ 14:55:54 #143
253273 Im.Kant.
Heeft een kaasboer.
pi_96794146
Goed topic!

quote:
0s.gif Op zaterdag 14 mei 2011 12:52 schreef Pumatje het volgende:
Nibbit ik begrijp de plannen en opstellingen wel, eigelijk van beide CDS. Wat je hebt gekopieerd uit grebbeberg.nl is natuurlijk over het algemeen bekend. Lijkt me intressanter als we gaan discussieren wat er vooral verkeerd liep.
Ik geloof dat ie dit gewoon zelf geschreven heeft hoor, heb dat stuk in ieder geval nooit op grebbeberg.nl kunnen vinden.
"Dat je pretendeert een kaasboer te hebben wijst al op behoorlijke zelfoverschatting" - Wijnand_Bierenstein
  zaterdag 14 mei 2011 @ 15:38:14 #144
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96795558
quote:
0s.gif Op zaterdag 14 mei 2011 12:52 schreef Pumatje het volgende:

De fouten die zijn gemaakt, wie daar verantwoordelijk is geweest...
Reynders had natuurlijk na de oorlog een makkelijk praten.. hij is wat dat betreft niet echt in ere hersteld.

het lijkt me niet verkeerd uiteen te zetten wat welke cds nu precies wilde en hoe de houding van de Minister van Defensie precies was. dat leverd nieuwe invalshoeken op, en geef misschien een intressante kijk op de situatie in 49/40. Eerst even goed ontbijten :P
De beide Moerdijkbruggen werden van een springlading voorzien, om deze te kunnen ontsteken moesten nog slagsnoeren worden aangebracht. Reynders had op 19 januari 1940, dus nog voor zijn ontslag, opdracht gegeven om hier elektrische ontstekingsmiddelen aan te brengen. Daardoor zouden ze zonder verdere voorbereiding kunnen worden opgeblazen wanneer nodig. Helaas bleek dit in mei 1940 niet te zijn gebeurd. Wat een fout!

Begin september 1939 vond onder leiding van Koningin Wilhelmina een bespreking plaats tussen Reynders en de regering. Aanwezig waren premier De Geer, Minister van Defensie Dijxhoorn en de Minister BuZa Van Kleffens. Reynders heeft toen zijn verdedigingsplan toegelicht. Dijxhoorn hoorde het verhaal aan maar was het niet eens met de plannen. Hij was van mening dat de beide Legerkorpsen niet in de Grebbelinie, maar in het oostfront van Vesting Holland geplaatst moesten worden. In de Grebbelinie zou met zwakke, vertragende troepen volstaan kunnen worden. Ook de Peel-Raamstelling achtte hij van weinig belang! Hij vond dat in Noord-Brabant enkel een vertragend gevecht op en langs de wegen zou moeten worden gevoerd. De Geer sprak zelfs over een 'symbolische verdediging', dus in feite het prijsgeven van de gehele provincie. Na de oorlog zei hij het niet zo bedoeld te hebben; zijn uitspraak zou op onbekendheid met militaire begrippen hebben berust. Dijxhoorn bemoeide zich hier trouwens voor het eerst met het krijgsbeleid, dat niet hij maar de Opperbevelhebber Reynders diende te bepalen. Dijxhoorn liep Reynders steeds meer 'voor de voeten', als het ware. De oplopende spanningen tussen de twee hebben dan ook geleid tot het ontslag van Reynders. (dit stond net in mijn vorige post, maar hier past het beter :P)
  zaterdag 14 mei 2011 @ 18:18:30 #145
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96801100
Nederlandse oorlogsslachtoffers.
Aan Nederlandse zijde verloren 2.341 militairen (landmacht, luchtmacht en marine) hun leven naar aanleiding van de gevechten in de periode 10-18 mei 1940. Hierbij zijn meegerekend de militairen die als gevolg van opgelopen verwondingen in de meidagen later alsnog hieraan overleden, zij die zelfmoord pleegden ten gevolge van de gebeurtenissen, zij die werden gedood of geëxecuteerd als gevolg van (al dan niet vermeend) verraad en zij die kwamen te overlijden als gevolg van krijgshandelingen in België, Frankrijk en op de Noordzee als direct gevolg van hun Nederlandse militaire status tijdens de meidagen.

Onder de burgers van Nederland vielen naar schatting 2.200 doden als direct gevolg van de oorlogshandelingen, waarbij inbegrepen de doden die vielen als gevolg van het bombardement op Rotterdam.

Bron: www.grebbeberg.nl

[ Bericht 14% gewijzigd door Nibb-it op 14-05-2011 20:11:33 ]
  maandag 16 mei 2011 @ 22:38:41 #146
74865 Pumatje
Wij stelen die kazen!
pi_96915399
heb nog een NL helm, patronen tas, Knil officiers sabel, fallschirm jager tas en ga zo maar door liggen.. waar haal je al die originele spullen nibbit?
[DEF] SC#8 Pumatje, niet geboren maar door de baas verstrekt
  maandag 16 mei 2011 @ 22:44:41 #147
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96915848
Beurzen, Marktplaats, viavia... Soms vind je nog eens wat op een rommelmarkt. Zou je wat plaatjes willen maken van je spulletjes, ben wel benieuwd. :)
  maandag 16 mei 2011 @ 23:10:58 #148
74865 Pumatje
Wij stelen die kazen!
pi_96917945
pfrt, staan er ook al genoeg van op Fok! ;) Zal eens kijken of ik het topic terugvinden kan.

heb ook een mooi exemplaar helm van Wehrmacht.. uit '41.
[DEF] SC#8 Pumatje, niet geboren maar door de baas verstrekt
  maandag 16 mei 2011 @ 23:19:32 #149
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_96918563
Ik ben benieuwd. :P http://kopen.marktplaats.nl/verzamelen/militaria/c920.html hier komt geregeld wel iets voorbij.
pi_96976515
Geweldig topic!
Op vrijdag 12 augustus 2005 01:46 schreef ElisaB het volgende:
Wat is SHERMAN leuk he Bloes O+
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')