* Small was oorspronkelijk een klein boeredorpje dat al eeuwen geleden op het eiland was gesticht. Het was nooit uitgegroeid tot een grote stad of nederzetting, toch werden er muren en torens gebouwd ter verdediging. De inwoners waren daar zelf zeer blij mee. Want het dorp droeg een groot geheim met zich mee. Het dorp telde verschillende bijzondere bewoners en geheimzinnige plekken die het liever niet wilde hebben. Mede vanwege dit geheim, trok het dorp altijd avonturiers en helden die hun heil en avontuur hier zochten. In de loop der tijd veranderde het dorp toch in een kleine stad en werd de naam al gauw veranderd in Smalltown.
* Beleef hier je avonturen, en ontdek de geheimen die Smalltown zo bijzonder maken.
Beste man, kunt U mij de weg wijzen naar Molgar the Mighty?
* Tegelijkertijd legde hij een koningsmunt in de beker van de arme sloeber. Deze wuifde met zijn ene hand richting links.
Dank U.
* Bar_the_Grey vervolgde zijn weg en zag het uithangbord hangen boven een klein huisje. Molgar the Mighty, Sage and Sorcerer. Geen twijfel meer mogelijk dit was de bestemming van zijn reis. Vreemd genoeg stond de deur open. Voorzichtig opende hij de deur. Binnen was het een enorme bende, de grond lag bezaaid met perkamenten en glas van gebroken potjes en kruiken. Op dat moment klonk er gestommel van boven, gevolgd door het breken van een ruit.
* Bar_the_Grey keek achterom en van het dak kwam een gedaante in het zwart gerold die wegvluchtte door de donkere steegjes. Van boven kwam nu een oude man aangesneld heftig vloekend en nog gekleed in zijn nachtjapon. Beneden aangekomen ontdekte hij pas dat er iemand in de troep van zijn winkel stond.
Bar? Bar the Grey? Ben jij het werkelijk?
Molgar, trouwe vriend hoe is het met jou?
* Beide mannen schudden ferm de hand en sloegen elkaar op de schouders.
Zo te zien probeerde er iemand bij je in te breken?
Ja, dat dievegespuis probeert het altijd weer, het is een soort ontgroening voor nieuwe leden, ze weten dat ik magische voorwerpen in huis heb, maar ook dat het de bescherming geniet van de beschermvrouwe. Nou ja dat en mijn magische beveiligingsspreuken. Maar vertel wat brengt jou hier, of nee laat me raden, je hebt de invloed van het kwaad in de stad ook gevoeld?
Ja mijn beste, er is iets wat op springen staan. Je mag van geluk spreken dat Smalltown genoeg helden trekt, want ik denk dat er iets staat te gebeuren, met het verslaan van het het leger van de Naamloze zijn ook zijn Liches en andere machtige wezens over het eiland gaan zwerven. Ik denk dat ze hier ook zitten. We moeten een groepje helden zien te vinden die de stad uitkamt, te beginnen in de riolen.
Een grote beloning trekt voldoende aandacht? Dat weet je toch?
Zullen we maar beginnen met op diverse punten aanplakbiljetten te hangen dan.
Nee, ik weet iets beters kom mee. Ow wacht even de boel hier opruimen
* Molgar prevelde een bezwering en zijn winkeltje zag er weer volledig onaangeroerd en intact uit. Hij strekte zijn hand uit en van de kapstok kwam zijn mantel en hoed aangevlogen. Bar the Grey volgde zijn oude vriend en gezamelijk kwamen ze bij een volgeladen herberg aan met het bord:The Dancing Mermaid. Molgar opende de deur en binnen was het een drukte van jewelste. Beide keken de herberg rond, er zaten genoeg helden en avonturiers die ze zouden kunnen vragen voor hulp in ruil voor een goede buidel goud en roem.
* Terwijl Bar en Molgar in de herberg bezig waren voltrokken zich nog andere gebeurtenissen in Smalltown. Want ondertussen......
[Dit bericht is gewijzigd door Bar_the_Grey op 06-05-2003 12:59]
Ik zou even voorstellen wie deze man is en wat hij hier komt doen
Zoals jullie misschien al begrepen is deze man nieuw is de stad
Het is een geheimzinnige reiziger de al veel dingen heeft gezien en meegemaakt waaronder een paar bloedige gevechten en daardoor is zijn gezicht ook doorkruist met grote littekens.
Zijn echte naam doet er niet toe, en er zijn ook weinig mensen die zijn echte naam weten en waar hij vandaan komt.
voor het gemak noemen we hem mendur, maar dat is maar 1 van de zovele namen die hij heeft gekregen in de loop van de tijd.
Hij is hier toevallig in de stad terecht gekomen en op zoek naar avontuur.
Ik hoop dat ik zo genoeg over deze persoon vertelt heb, wat hij zou beleven dat lezen jullie de volgende weken wel vanzelf.
Waar de discussie overgaat geen idee maar ze hebben er allebei plezier
in en het gesprek eindigt met de vraag van het kleine mannetje.
Sinaasappeltje ?
* Waarna de winkelier in lachen uitbarst en roept.
Magie bestond toch niet...
* De twee nemen afscheidt vanelkaar en het kleine mannetje gaat op
zoek naar de herberg voor een pull bier en een maaltijd.
De dansende zeemeermin
Hmm leuke naam voor een herberg, blijkbaar heeft
de gene die de naam heeft verzonnen in de haven gewerkt of heeft er een kroeg gehad.
* denkt het kleine mannetje alvorens hij naar binnen stapt.
* de herberg is rokerig, druk , maar gezellig en diverse soorten
mensen zijn er aan wezig. Het mannetje (Nakur is zijn naam) loopt naar een tafeltje
waar drie mensen aanzitten en op het moment dat hij er is staan de mensen op en
kan hij de tafel in beslag nemen. Al snel komt er een bediende en Nakur bestelt
een pull bier en een bord ribs met brood. Daarna pakt hij z'n lange pijp, een
geschenk van een dwerg en paft er lustig op los.
* Hij ziet hoe verschillende soorten mensen komen en gaan, hoe een vechtpartijtje Nakur geniet van z'n bier, z'n eten en de pull bier en overdenkt rustig z'n belevenissen
snel uiteen wordt geslagen door de herbergier die de twee vechtenden met een
tafelpoot bewerkt en ze daarna de deur uit gooit.
in de rust aan z'n tafel in de hoek.
Ik tap een biertje van het vat en neem een slok. Ook de waard mag genieten van zijn bier, wat ik nota bene zelf brouw. Het is een mooi vol biertje, een beetje donker, maar erg geprezen in de wijde omtrek.
Het personeel loopt bedrijvig door rond om bestellingen op te nemen of neer te zetten. De kassa rinkelt bijna onophoudelijk en ik mag weer tevreden zijn. Ik ben blij dat ik mijn avontuurlijke leventje op heb kunnen zeggen voor dit heerlijke baantje.
Ik loop een beetje door de herberg heen om te kijken of ik ergens een helpende hand kan bieden. De ene tafel is gevuld met dwergen, aan een andere zitten twee mannen in mantels zacht te fluisteren. Twee tafels verder zitten twee elven rustig van hun eten te genieten. Ook de andere tafels zijn bezet, met volk uit heinde en verre, maar ook de stamgasten die hier vaak komen zie ik terug. In deze kleine stad ken ik veel mensen. Ik kijk verrast als ik Molgar binnen zie stappen. Zijn luide basstem schalt mij te gemoet als ik hem begroet. Ik wenk een bediende die snel terug komt met twee pullen gevuld met bier.
Van het huis Molgar, één voor jou, en één voor je vriend. Bent u al lang in Smalltown heer? Ik heb u nog niet eerder gezien.
- "Ik ben vandaag aangekomen beste waard."
Mocht u op zoek zijn naar een kamer, ik kan de beste kamers van Smalltown voor u klaar laten maken.
- "Ik red me wel, dank u vriendelijk."
Geen probleem. Nog een fijne avond heren, ik moet verder. Het is weer enorm gezellig, maar wel druk.
* Na een korte groet van de twee loop ik verder de herberg door. Het is over gemoedelijk en rustig, maar overal gonst het van gezelligheid. Tevreden ga ik op een krukje achter de bar zitten en vul ik mijn pijpje met wat pijptabak.
Op weg naar de herberg, The dancing mermaid, wordt sylph gepasseerd door twee mannen. Een van hen herkend zij als de machtige magier Molgar. Hij had haar speciale gaves als eerste ontdekt en haar ouders geadviseerd om haar naar de tempel van Yu Huang Shang Ti in het verre oosten te sturen om de juiste training te krijgen. Ze geeft de mannen wat voorsprong om niet opgemerkt te worden en treed na enige tijd de herberg binnen.
De herberg is druk en sylph neemt haar omgeving goed in zich op, iedere gast bekijkend, beoordelend. Ze ziet een vrij plekje in een raamkozijn en besluit om daar plaats te nemen. Ze bestelt wat eten en een pul bier bij een van de bediendes en opnieuw bekijkt ze tersluiks haar omgeving, iedereen taxeerend op hun kracht, waakzaamheid, zwakheden en nog meer kenmerken die haar zijn bijgebracht door het Gilde. Het is een tweede natuur voor haar geworden.
Zo brengt sylph de tijd door terwijl ze wacht in het raamkozijn, wachtend op een teken...
Als hij bezig is met smeden zijn er altijd kinderen die aandachtig naar het vuur en de vonken kijken en dan stopt Isgranur met smeden en gaat op een boomstronk zitten om de kinderen weer één van z'n legendes te vertellen.
De moeders van de kinderen laten hem rustig vertellen want z'n geschiedenis is bekend bij de bewoners van Smalltown. Isgranur was een smids in een dorpje in de noordelijke gebieden. toen hij op een dag terug kwam van z'n reis naar de dwergenmijnen om de kunst van het smeden beter onder de knie te krijgen vond hij z'n dorpje in as en z'n vrouw en kinderen samen met de rest van de dorpsbewoners afgeslacht terug. Enkele mannen die het dorp hebben geprobeerd te verdedigen hingen gevild aan de dwarsbalken van de oude kerk.
Hij weet niet wie er verantwoordelijk is geweest voor de slachtpartij en na een speurtocht van vele maanden is hij niets wijzer geworden en toen weggegaan uit het noorden en in smalltown terecht gekomen. Daar hij de smidse vergenomen van een oude smid die hem de fijne kneepjes van het gewone smeden en het smeden van wapentuig nog beter heeft bijgebracht.
Nu is Isgranur een gewaardeerd ambachtsman en gelieft bij de kinderen. Aan hertrouwen heeft hij wel eens gedacht maar nog niet de ware vrouw gevonden. Na het vertellen van het verhaal stuiven de kinderen de smederij uit en Isgranur stookt het vuur weer op en gaat verder met het smeden. In de smederij hangen wat voorbeelden van z'n ambacht, waaronder wat hoefijzers, een zeis, een paar zwaarden, een hellebaard en ook sieranden, kunstig gesmeede armbanden en kettingen, zelfs een medaillon met een edelsteentje er in van goud.
Isgranur hoopt dat er meer mensen wat komen bestellen bij hem. Stilzitten hoeft hij niet maar hij houdt van uitdagingen in de smeedkunst.
Hey, vervloekte Akeï. Wakker worden!
* De bewaker liet in tegenstelling tot bij andere gevangenen ditmaal een schop achterwege. Deze gevangene was namelijk een rasechte barbaar. een Akeï nog wel. Hij had van de stadswacht het verschrikelijke verhaal uit eerste hand gehoord. De Barbaar stond verdwaasd op en keek versuft de bewaker aan. Nog geketend kwam de Barbaar bij het wachthuis. Daar werden zijn boeien afgedaan en werden zijn spullen hem teruggegeven. De poort van de gevangenis ging open en hij stond weer sneller dan verwacht buiten.
aah, dank Kronos weer buiten. Op naar een goede kroeg
* Terwijl de barbaar in het donker verdween, gooide de bewaker nog eens zijn buidel met goud op. Merkwaardig dat er iemand voor de vrijlating van de barbaar wenstte te betalen. Snel hief hij zijn schouders op en dacht aan de vele nachten die hij bij de gezelschapsdames kon doorbrengen dankzij de gouden dukaten. In het donker stond een figuur in een zwarte mantel die de vrijlating van de barbaar gade sloeg. zachtjes mompelde de figuur in zichzelf:
Dit is de laatste keer dat ik je help, Zarr. Ik heb inmiddels ruimschoots mijn schuld bij je ingelost.
* In de verte was een eenzame stem te horen, die een bekend drinklied uit volle borst zong. Langzaam werd het zachter naarmatte de afstand groter werd. Uiteindelijk stapte de mysterieuze figuur uit de schaduwen tevoorschijn en liep weg naar zijn volgende bestemming.
De draak die verder geen kwaad in de zin heeft, wordt in dit stadje aangetrokken door de verzameling van machtige tovenaars en tovenaressen. Een zo grote energetische lading op 1 plek kan nooit lang onopgemerkt blijven.
De draak gaat tot schrik van de bewoners steeds lager vliegen. Ze ziet er prachtig uit in het maanlicht. Haar schubben lijken de ene keer goudkleurig, dan weer zilverkleurig en vervolgens stralen ze alle kleuren van de regenboog uit.
Verbouwereerd door de schoonheid die de draak ten grond legt, reageert de toegestroomde menigte niet als de draak midden op het marktplein soepeltjes land. De draak brult een keer en wordt daarna in een fel wit licht gehuld.
Als de menigte weer een beetje is bijgekomen van de eerste schrik en hun ogen weer aan het licht gewend zijn, zien ze tot hun verbazing een beeldschone vrouw staan. Ze lijkt omhuld door een gouden gloed in de donkere nacht. Zachtjes stelt de vrouw een vraag.
* Mijn naam is Ashlynn, waar kan ik de herberg de Dancing Mermaid vinden?
Als antwoord op de vraag van de beeldschone Ashlynn, wijst iedereen die toe is komen stromen naar dit spektakel dezelfde kant op. De richting van de Dancing Mermaid.
Tevreden in zichzelf lachend begint Ashlynn in de richting van de herberg te lopen....
Onderweg poogt een zakkenroller zijn beurs te stelen maar met een welgemikt tik met de staf op z'n vingers kiest de zakenroller het hazenpad en kan Puc ongestoord verder lopen.
Hij is van mening dat magie niet als showobject moet dienen, maar als middel dat het liefst zo min mogenlijk gebruikt moet worden. Hij denkt even aan de Nymph die hij gered heeft en aan de tovenaar die het vast niet leuk vond dat z'n bezwering zo bruut werd beeindigd.
Inmiddels is hij aangekomen bij de herberg en hij bekijkt het uithangbord, hmm een meermin. Hij stapt naar binnen en kan nog net een dronkaard ontwijken die naar buiten strompeld. Dan kijkt hij rustig rond op zoek naar een zitplaats. de tafels zijn vol dus hij besluit maar aan de bar wat te drinken. In z'n lange zwarte mantel ziet hij er meer uit als een priester van een hoge orde dan als een magiër.
Puc praat wat met z'n medebargenoten en met de mensen achter de bar. Hij krijgt te horen dat hij het beste bij de smid hiernaast kan gaan kijken voor een nieuwe onderstoot plaat voor z'n staf en ook het bewerken van de staf doet de smid graag. Voor de rest zijn het de normale praatjes en natuurlijk de verandering van de draak in een mooie vrouw is een hoogtepunt van het geprek.
Het eerste wat ze hoort zijn de gesprekken van de bewonders over een draak die in een betoverende vrouw is verandert.
* Jammer dat ik niet iets eerder ben gearriveerd, dat had ik graag willen zien.
Ik had gedacht dat deze bewoners, alles wel hadden gezien, blijkbaar was dat een aparte verschijning.
Ik hoop dat ik voor ik vertrek, deze verandering mag aanschouwen, lijkt me erg interresant, dat zie je namelijk niet elke dag.
Door de straten van Smaltown lopend verbaasd Chovexani zich erover wat een verscheidenheid aan figuren hier rondlopen, zelfs op al haar reizen heeft Chovexani nooit zo veel verschillende figuren bijelkaar gezien.
Ze ziet dat ze in gedachten bij de magische winkel is aangekomen en stapt naar binnen op zoek naar spullen voor haar winkel.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 09-05-2003 13:52]
Chaos Wizards zijn niet de meest geliefde magiërs.
* Bij een groot zwart gebouw gekomen gaat de man een deur door en wordt opgeslokt door de duisternis binnen in het gebouw. De mensen die hem daar naar binnen zagen gaan huiveren eventjes bij de gedachte wat daar binnen huist. Op de voorkant van het gebouw is een soort symbool getekent
[Dit bericht is gewijzigd door Loth op 09-05-2003 13:16]
Hij veegt een lok van zijn lange zwarte haar uit zijn gezicht en heel even glijdt zijn duim over het lange litteken op zijn rechterwang, voordat hij zijn weg door de stadspoorten hervat. Mensen wijken terug voor zijn grimmige gestalte en een pad opent zich. Snel loopt Cormac de stad in, geen ruimte meer voor twijfels. Even rusten zijn handen op de twee korte zwaarden, die aan zijn zijde hangen alsof ze deel van hem uitmaken, en snel loopt hij een straat in. Hij weet hier de weg, en voor nu leidt die weg hem naar een herberg; The Dancing Mermaid...
* sylph doet haar kap naar beneden en haar zwartblauwe haar valt los over schouders. Ze doet haar mantel af en legt deze naast haar neer. Haar angst dat ze herkend zou worden was irrationeel, er waren al twintig lentes gepasseerd sinds zij hier laatst was. Wat meer op haar gemak en gerustgesteld kijkt ze nogmaals de herberg rond. Langzaam begint ze zich af te vragen of de opdrachtgever wel bij zinnen was. Legendes en verhalen over helden en heldinnen, machtige krijgers en sluwe magiërs spoken door haar gedachtes. Volgens haar opdrachtgever, een ziener, zouden de snaren van het noodlot wederom Smalltown in zijn greep houden.
Met een moedeloze blik kijkt de huurlinge naar buiten, zich afvragend of ze het teken wel zal herkennen. Want wie weet hoe men een held of heldin herkend....
BIER!
* De luide stem van de barbaar trok onmiddelijk de aandacht van de herbergier die eerst een hoge stem wilde opzetten, maar daar wijselijk vanaf zag.
Vooraf betalen en je houdt je hier rustig, Ik wil geen gedonder. Er doen zich verhalen over jou de ronde in de stad.
Whah! Jij niet bang hoeven zijn bierschenker, Zarr braaf, heus waar is.
Dat is je maar geraden zie je die twee pottige kerels bij de deur? Dat zijn Awe en Gurkh. Die houden hier de orde dus je bent gewaarschuwd.
Owh, dat veranderd de zaken....
* Maar nog voordat Zarr een stap wil zetten, verschuift zijn aandacht naar een donkere hoek waar een groepje personen luidruchtig aan het genieten is om een armworstelwedstrijd. Met de mok bier in zijn hand duwt hij onzachtzinnig iedereen weg die hem voor de voeten lopen. Een oudere man in wit gewaad kan nog net zijn evenwicht bewaren dankzij zijn wandelstaf. Hoofdschudend kijkt hij de barbaar na. Maar die slaat geen acht op hem. Zarr praat in zichzelf gefixeerd op de gaande armworstelwedstrijd.
Zarr, meedoen. Zarr goed in armworstel.
* Al snel is Zarr opgenomen in het groepje personen en neemt hij zelfverzekerd de plaats in van de verliezer. In een zucht wint Zarr zijn eerste partij en gejuich klinkt door de gelagkamer.
Bij KRONOS!
* De Herbergier, is onder de indruk van de kracht die de barbaar ten toon spreid. Misschien is dit wel zijn kampioen voor het komende festival. Zijn herberg heeft tenslotte nog geen kampioen.
* Maar daar waar de Herbergier vrolijk wordt, bij de gedachte dat zijn Herberg de kampioen van dit jaar zal leveren, zijn andere figuren minder blij met de komst van de Akeï Warrior.
Terwijl hij een weerbarstige lok haar uit zijn gezicht veegt bestelt hij een glas wijn bij de waard en keert hij zich richting het schouwspel verderop, waar de barbaar inmiddels aan een partijtje armworstelen begonnen is...
Langzaam laat hij zijn ogen over de aanwezigen gaan, en tot zijn verbazing herkent hij tussen de gasten een bekend gezicht....
* Zo mijn verdediging is opgezet. In deze vorm ben ik kwetsbaarder dan in mijn drakenvorm, dus een beetje extra bescherming is nooit weg. Laten we nu maar eens kijken wat er binnen te beleven valt.
Op het moment dat Ashlynn de deur open doet, komt er inene een hoop geschreeuw uit de hoek waar een aantal mensen armpje zitten te drukken. Een grote barbaar staat met een woeste bliktegenover iemand die blijkbaar iets verkeerds heeft gezegd. Even kijkt Ashlynn de barbaar aan.
De barbaar die nog nooit zo een mooie dame heeft gezien, probeert snel de andere kant op te kijken. Maar te laat, gevangen door de ogen van Ashlynn moet hij haar wel aan blijven kijken. Des te langer hij naar Ashlynn kijkt, des te kalmer wordt zijn gemoed. Dan hoort hij de zachte stem van Ashlynn
* Beste barbaar, hoewel ik makkelijk achter je naam kan komen. Doe ik dit niet. Ik weet wat voor hekel je aan magie hebt. Maar ik zou je willen verzoeken om deze herberg in ieder geval nog een tijdje enigszins met rust te laten. Er staan belangrijke dingen te gebeuren en daarbij kunnen we niet gerbuiken dat er tegen jou gevochten dient te worden omdat je in een rage gaat.
Even kijkt de barbaar Ashlynn aan en gaat dan weer op zijn plek zitten. Snel is hij alweer overgegaan op de orde van de dag. Het armpje drukken. Tevreden kijkt Ashlynn de gelagkamer rond, onderwijl naar iedereen kleine magiestootjes verzendend. Deze manier van magiegerbuik door Ashlynn zegt veel over de mensen die zich in de gelagkamer bevinden. De mensen die totaal geen magie bezitten worden er zo snel tussen uitgehaald.
Dan blijft Ashlynn haar blik rusten op een man in een effen wit gewaad en zijn schijnbare partner. Snel laat ze haar blik verdergaan.
* Who, wat een macht gaat er van die twee uit zeg. Zullen dit de personen zijn die ik zoek. Waarom ik naar dit gehucht ben gekomen. De verzamelde magie van die twee is enorm.
Dan kijkt ze naar de Bar. Ze krijgt een verbaasde uitdrukking op haar gezicht als ze Puc de zwarte herkent. Zij en Puc hebben al een lange geschiedenis achter de rug. Ooit was hij haar leermeester. Maar die tijd is al een aantal decennia voorbij. Decennia ja, je zou het verder niet zeggen, maar Ashlynn is al bijna 150 jaar oud. En eigenlijk pas net volwassen naar de maatstaven van haar ras. Even blijft ze besluiteloos staan. dan kijkt ze even in het rond en gaat aan een lege tafel zitten.
Een van de bedienden komt aangelopen en vraagt wat ze wil drinken. Water is het antwoord, want Ashlynn guwelt van de Alcoholische dranken van de mensen. Op het moment dat de bediende wegloopt hoort hij achter zich nog net dat Ashlynn iets tegen zichzelf mompelt.
* Ik weet niet wat Puc hier doet. Misschien weet hij waarom al deze machtige personen hier aanwezig zijn. We zullen eerst maar eens afwachten of hij incognito wil blijven of dat wij samen onze verdere weg uitstippelen. *zucht* Geduld is een schone zaak. Ik zal het wel zien. *zucht*
Uit haar lange kledij haalt ze een groot stuk papier te voorschijn, op het papier lijken allemaal vreemde tekens te staan, voor mensen die de godentaal niet beheersen, maar de man naast haar doet dat wel en zo leest hij de woorden die er staan.
Tja hier zal moeilijk aan te komen zijn en het zal erg gevaarlijk worden, maar ik denk dat zij je wel kan helpen, waarschijnlijk weet ze er al vanaf, zulk nieuws blijft niet lang geheim.
* Hij wijst met zijn vinger naar een gestalte ergens in de herberg, die haar hoofd op dat moment naar hun toedraait en Atalanta recht aankijkt en ziet hoe de man naast haar naar haar wijst.
Ik wens je veel sterkte met deze opdracht, ik hoop dat het je lukt, het word een gevaarlijke onderneming, mocht je mijn hulp nodig hebben, dan weet je me te bereiken.
* En met deze woorden in haar hoofd gaat Atalanta op weg naar de aangewezen persoon om haar te helpen, ze hoopt alleen met heel haar hart, dat die persoon haar dan wel wil en kan helpen
Met deze gedachte loopt Chovexani weer door Smalltown en komt langs de herberg.
* Hier is het erg druk, dan zal het drinken en eten hier wel goed zijn, ik heb eigenlijk wel honger, dus kan ik net zo goed hier even wat eten
En zo loopt Chovexani de herberg in en kijkt eerst even om haar heen naar alle verschillende rassen die hier vertegenwoordigd lijken te zijn.
Ze ziet net twee mensen bij de bar vandaan lopen en stapt op de overgebleven lege plaats af.
Bij de herbergier besteld ze wat te eten en drinken en rust even lekker uit van de lange reis die ze gemaakt heeft om in dit stadje te komen.
Met plezier kijkt ze daarna om haar heen, ze vind het altijd leuk om naar zoveel verschillende rassen te kijken en dan te zien hoe goed het vaak met elkaar omgaat.
Dan ziet hij een mooie vrouw binnen komen, Hij voelt de streling van haar aftastende magie en het schokje als ze hem herkent. Hij merkt hoe ze de barbaar tot rust brengt en hoe ze de twee andere magiers op een afstand gade slaat. Twee magiers van een hoge orde zijn het. Puc weet ook niet precies wat hij er mee aan moet, hij weet ook niet wat Ashlynn hier doet, en waarom ze zo opzichtig is aankomen waaien. Hij kijkt naar haar en ziet haar zoals ze vroeger was. Hij droomt even weg.. Wat gaat 150 jaar toch snel en wat is ze nog steeds mooi' denkt hij.
Hij knikt even bijna onmerkbaar naar haar als een blijk van herkenning. Hij wil nog niet aanwezig zijn maar geeft wel op die manier dat hij open staat voor een praatje. Ondertussen houdt hij de omgeving scherp in de gaten en let hij vooral op mensen die zich op de achtergrond houden. Toch wordt z'n aandacht af en toe afgeleid door Ashlynn en vooral haar manier van aankomst. Een draak.. hij krijgt een traan in z'n oog en veegt die snel weg met de punt van z'n mantel. De laatste grote draak die hij zag was een Orakeldraak. dat was vroeger in een heel ander leven lijkt het wel.
Puc wacht geduldig en drinkt nog een glaasje wijn. Hij ziet een bediende lopen en geeft die een dubbel koperstuk en vraagt of hij naar de smid wil gaan om een nieuwe stoot plaat voor z'n staf de maken. Hij geeft een papiertjke mee met het ontwerp. De bediende kijkt naar een barman die knikt en vervolgens gaat de bediende naar de smid. Een barman vertelt Puc dat hij een vermoeden heeft dat alle verzamelden hier zijn voor een legende of een geheime uitdaging of zo. Althans zo lijkt het.
Het stadje heeft al vaker een aantrekkings kracht gehad op vreemde lui, maar nog niet eerder is er zoveel aan macht vertegenwoordigd. Puc vraagt hem hoe hij het weet. en De barman haalt daarop een amulet tevoorschijnt dat zacht groen licht afgeeft, hij vertelt erbij dat een oud vrouwtje hem deze amulet gaf als wijze van betaling en dat als er magie gebruikt wordt de amulet gloeit. De barman vertelt verder dat het amulet erg handig is om oplichters die magie gebruiken te scheiden van de normale gasten.
Ondertussen stropmpelt een grote man pijnlijk naar z'n arm kijkend naar buiten waar hij een keer vloekt op de barbaar die zo gemakkelijk van hem won. Hij kan later aan z'n kleinkinderen vertellen dat hij nog een armworsteling heeft gehad met een van de grote gevaarlijke barbaren uit de onherbergzame noorderlijke gebieden.
Meester smid, Ik heb een opdracht voor u van Heer Puc.
* Isgranur geeft de jongen en koperstuk en bekijkt de opdracht. Een stootplaat voor een staf met ingewikelde runen en sierlijke krullen er op gemaakt van goud en zilver. In z'n hoofd begint zich een beeld te vormen van hoe het ontwerp gaat worden. Maar eerst maakt hij z'n huidige opdracht af, een set hoefijzers met spikes voor een paard dat over de ijsvlakten moete kunnen lopen. Het is een opdracht van een pelsjager die in de noordelijke gebieden jaagt. Na dat hij klaar is en de pelsjager de hoefijzers heeft opgehaald en betaald gaat Isgranur de materialen voor de stootplaat bij elkaar zoeken. uit een afgesloten bescgen kist haalt hij een rolletje goud en een rolletje zilver draad. Hij stookt het vuur hoog op en begint met het maken van de basis van de stootplaat van gelaagd staal. al vouwend en hammerend smeed hij het staal tot een hoogwaardig product dat vele schedels zal kunnen breken. Isgranur maakt het basis ontwerp verder en door het proces van koelen en verhitten wordt het metaal sterk. dan monteerd hij het basis onwerp op het einde van een voorbeeldstaf en bewerkt het ontwerp zo dat het straks op de staf van Puc gaat passen. Na het grove smeedwerk Isgranur voelt de magie van de runen in het smeedwerk en een zacht blauw licht van de runen geeft aan dat ze goed zijn aangebracht. Isgranur is door z'n training een van de besten in z'n vak en aangezien het hem plezier doet om te smeden verveelt het vak hem niet en heeft elk stuk wat Isgranur gaat dan verder met z'n hobby, het maken van een dwergenstrijdhamer. Het smeedwerk is hij nog niet aan begonnen maar wel met het houtsnijden van de steel , houtsnedes van runes sierlijke krullen en oude dwergen taal maakt hij in het hout. Hij is daar rustig mee bezig terwijl de wereld rustig verder draait.
gaat hij aan het fijne werk beginnen, het raster van de krullen en runes op het metaal. ongestoord werkt hij door aan de stotplaat. onder z'n handen ontstaat een waar kunstwerk. De magie van z'n ambacht laat z'n kunsten zien. Als of het echte magie is beginnen de aangebrachte runen te stralen als er steeds een rune aan toe wordt gevoegt. OOk de krullen schitteren in het licht van de toortsen en het smeedvuur.
hij smeed z'n volle aandacht. Als hij klaar is houdt hij de stootplaat tegen het licht en geniet van de straling en kracht die er vanaf komt. Het werk is klaar Nu rustig wachten tot Puc het komt halen.
* sylph laat haar blik glijden over de nieuwkomers en dan rust haar blik op hem. De man kijkt haar grimmig aan en geluidloos vormen haar lippen een woord, Cormac.... Ze schudt haar hoofd en bant de herinneringen uit haar geheugen. Dat was toen, de tijden zijn veranderd. sylph kijkt nog tersluiks naar Cormac en verstijfd als ze hem voor zich ziet staan.
Vlug wendt zij haar blik af en veinst interesse in de menigte, maar herinneringen dansen voor haar ogen.
"Van alle plaatsen op de wereld waar hij zijn bescherming kan verkopen komt hij uitgerekend hier!" Ze zucht diep en denkt terug aan haar listen en haar bedrog. Haar gedachten dwalen af naar enkele jaren geleden, toen zij net nieuw was in Het Gilde en zich voordeed als jonkvrouw. Toen zij Cormac ontmoette....
"Cormac, dat is lang geleden...."
Jij Zarr bestelen? Jij dood willen?
* De man stond duizend doodsangsten uit en hij bevochtigde zichzelf, het druppelde langs zijn broekspijp naar beneden. De overige personen waren inmiddels gestopt met lachen en juichen en keken verbaasd naar de Barbaar die de man nog steeds in de lucht hield. In zijn hand hield de man de buidel van de Barbaar en onder aan de buidel rinkelde een paar belletjes. Zarr had de buidel met het alarmtruukje ooit van een handig iemand gekregen, als dank omdat Hij hem had helpen ontsnappen uit een slavenkamp. Dat Zarr daar zelf tegen zijn zin in verzeild was geraakt en eruit wilde, maakte hen toendertijd vrienden. Zarr schudde de man hard op en neer.
Spreek, wat wilde jij doen? Stelen?
* Toen viel er een tand op tafel. Een blauwgeverfde tand. Verschrikt liet Zarr de man los en deze viel hard op de grond en maakte dat hij wegkwam om recht in de handen van Awh en Gurk te lopen. Die wisten wel raad met de dief en hielpen hem niet geheel zachtzinnig naar buiten. Zarr had geen oog meer voor de dief en gadegeslagen door de personen om hem heen pakte hij de blauwe tand op. De doodse stilte vanuit de hoek waar net nog gejuich en kabaal klonk, viel ook de rest van de gelagkamer op.
W...Wie? Wie gooide de blauwe tand? Wie?
* Zarr keek om zich heen, hopende dat iemand zich bekend zou maken. Zou zeggen dat hij of zij het was die dat had gedaan. Dit was niet zomaar iets, een blauwe tand had een diepe betekenis voor een Akeï Warrior. En degene die deze tand had geworpen wist dat ook. Zarr moest deze persoon vinden, bij de wil van Kronos.
|
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |