Ticootje | woensdag 10 januari 2007 @ 13:44 |
Het leek mij dus wel een leuk om met meerdere mensen gedachten uit te wisselen over het heelal. Wat gaat er gebeuren met het heelal? Zal het over een paar miljard jaar weer inkrimpen, of zal het exploderen? Wanneer zal de zon uitgebrand zijn en wat gebeurd er dan? - Ik denk dat de zon gaat imploderen en dat alle planeten worden opgeslokt. Alleen de dwergplaneet pluto blijft over. Wat is het heelal nu eigenlijk. Is het nu wel of niet eindig? Het heelal groeit steeds maar verder uit, maar waarin groeit het dan? Is er nog meer leven op andere planeten. Ik wil graag wel eens wat theorieen van andere Fok!kers weten. ![]() | |
#ANONIEM | woensdag 10 januari 2007 @ 13:47 |
Geen centrale topics zonder overleg ![]() | |
Ticootje | woensdag 10 januari 2007 @ 14:07 |
Mijn excuus! | |
xprotagonistx | woensdag 10 januari 2007 @ 14:10 |
De kans op buitenaards leven is groot. Wat het heelal uitdijen / krimpen van het heelal betreft, de meeste mensen die vinden dat ze er wat over kunnen zeggen houden het er tegenwoordig op dat het heelal groeit, maar morgen zeggen ze weer wat anders. En dan trekken ze uiteraard van die gekunstelde truckjes zoals donkere materie uit de kast. | |
Daniel1976 | woensdag 10 januari 2007 @ 14:15 |
Zolang als we niet weten waar we vandaan komen, zullen we nooit weten waar we naar toe gaan. lees eens www.grenswetenschappen.nl ofzo | |
Integrity | woensdag 10 januari 2007 @ 14:48 |
quote:Het heelal zal uitdijen en niet inkrimpen. Doordat de snelheid toeneemt, wat bewezen is, gaan sterren steeds verder uit elkaar en zal de ruimte verbreden. | |
Ticootje | woensdag 10 januari 2007 @ 14:55 |
quote:Ja maar waarheen breidt het dan uit? Wat is jouw idee? | |
Alicey | woensdag 10 januari 2007 @ 14:57 |
quote:In het niets. ![]() ![]() | |
Ticootje | woensdag 10 januari 2007 @ 15:07 |
maar als het heelal uitbreidt, dan heeft het wel degelijk grenzen. Is het heelal een oneinige eindigheid? | |
Integrity | woensdag 10 januari 2007 @ 15:14 |
quote:Zo ver mogelijk uit elkaar. Ik geloof wel dat de ruimte op zichzelf ook een vacuum vormt. Een heelal binnen een atmosfeer. Zodra sterren verder uit elkaar gaan, is er ook meer ruimte tussen de sterren. Afstanden worden dus groter met een snelheid van 1.5 miljoen km per uur. On going. | |
#ANONIEM | woensdag 10 januari 2007 @ 15:43 |
quote:Misschien is er wel iets dat de heelal in stand houdt? En nee dan bedoel ik geen Goddelijke aanwezigheid ![]() | |
Alicey | woensdag 10 januari 2007 @ 15:44 |
quote:In dat geval zou dat iets ook onderdeel zijn van het heelal. ![]() | |
#ANONIEM | woensdag 10 januari 2007 @ 15:45 |
quote:Waarom, kan toch ook dat heelal onderdeel is van datgene? ![]() | |
Ticootje | woensdag 10 januari 2007 @ 15:47 |
Ja ik denk ook dat het heelal zich ergens in bevind. Misschien een andere dimensie ofzo.. | |
attix | woensdag 10 januari 2007 @ 16:19 |
quote:Jupz is inderdaad zo, ook omdat het steeds sneller gaat, gaan het heelal op deze manier aan zijn einde komen op het laatste begint alles te desintegreren tot er zelfs geen atomen meer overblijven. Doordat de snelheid van het uitdijende heelal zo enorm hoog is geworden. quote:Over 5 miljard jaar, deze zwelt op tot een rode reus en slokt de nabijgelegen planeten op, Mercurius, venus, aarde en misschien zelfs mars. Wat er eigenlijk gebeurd is dat de "brandstof" in de kern van de zon opgeraakt en deze zijn brandstof gaat zoeken in de meer buitenste lagen van de zon waardoor deze opzwelt. Ze zal niet exploderen omdat ze daarvoor te klein is, nadat ze de dichtstbijzijnde planeten heeft opgeslokt en de brandstof in de buitenste lagen op is zal ze haar buitenste lagen afstoten, terug krimpen en afkoelen. quote:Geen idee waarin het groeit, maar misschien zijn buiten ons heelal in de ruimte waarin het groeit meerdere heelallen (wtf is het meervoud voor heelal eigenlijk? ![]() ![]() [ Bericht 7% gewijzigd door attix op 10-01-2007 16:53:14 ] | |
Integrity | woensdag 10 januari 2007 @ 16:23 |
quote:Maar vergeet vooral het vacuüm niet, waar materie zich in bevindt. Wormgaten zijn een methode die door tijd en ruimte heen gaan. Ook is zwarte materie niet bewezen dat het zoveel zwaartekracht bevat, dat alles bij elkaar blijft hangen. | |
ExperimentalFrentalMental | donderdag 11 januari 2007 @ 08:11 |
quote:07-01-2007 Sterrenkundigen brengen donkere materie in kaart ![]() De donkere materie in kaart gebracht. Een internationaal team van sterrenkundigen heeft de verdeling van de donkere materie in (een stukje van) het heelal in kaart gebracht. Het betreft de tot nu toe grootste kaart in zijn soort. Ongeveer tachtig procent van de massa van het heelal bestaat uit donkere materie – materie die geen enkele vorm van elektromagnetische straling uitzendt, maar wel zwaartekracht uitoefent. Juist deze laatste eigenschap stelt onderzoekers in staat om deze materie op te sporen. Door met de Hubble-telescoop naar een klein stukje hemel te kijken, en op kleine afbuigingen van het licht van een half miljoen sterrenstelsels te letten (het zogeheten zwakke gravitatielenseffect), kon de verdeling van de donkere materie worden herleid. (allesoversterrenkunde) | |
ExperimentalFrentalMental | donderdag 11 januari 2007 @ 08:13 |
10-01-2007 Hemelse eigenaardigheden De jaarlijkse stroom van sterrennieuws De Amerikaanse astronomenvereniging houdt deze week in Seattle zijn jaarlijkse bijeenkomst, en dat levert een hele berg nieuws op. Over quasars en pulsars, supernova's en ministerrenstelsels bijvoorbeeld. Vandaag is de laatste dag van de jaarlijkse bijeenkomst die de Amercian Astronomical Society in Seattle houdt. Astronomen van over de hele wereld hebben zich er verzameld en vertellen hun vakgenoten wat er voor nieuws onder de zon is. De berichten komen soms van ver. Van 2,2 miljoen lichtjaar afstand kwam zondag het nieuws dat het Andromeda stelsel, het sterrenstelsel dat het dichtst bij het onze staat, vijf keer zo groot is als tot nu toe werd aangenomen. Om de zichtbare sterrenschijf heen liggen namelijk nog een heleboel sterren die eerder niet waren opgemerkt. Vele malen verder weg, op ruim tien miljard lichtjaar van ons vandaan, is het eerste trio van vlak bij elkaar staande quasars is ontdekt, hoorde de vergadering maandag. Quasars zijn superkrachtige bronnen van licht en radiogolven, die waarschijnlijk door zwarte gaten worden aangedreven. De vondst van het drietal geeft volgens ontdekker George Djorgovski (California Institute of Technology) aan dat quasars niet random over het heelal verdeeld zijn. Dezelfde dag werd een neutronenster gepresenteerd die niet de normale twee, maar vier magnetische polen lijkt te hebben. Deze zogenaamde pulsar staat in het midden van de Krabnevel, niet meer dan 6500 lichtjaar uit onze buurt. De pulsen van radiogolven die hij met grote regelmaat richting aarde stuurt, kunnen niet verklaard worden door een normaal gevormd magneetveld, stelde het team van Tim Hankins in New Mexico vast. Gisteren kwam het nieuws dat één van de iconen van de astronomie waarschijnlijk al een jaar of zesduizend niet meer bestaat. De beroemde 'Pillars of Creation' zijn grote wolken gas en stof die in 1995 door de Hubble ruimtetelescoop werden gefotografeerd. Ook zij liggen, pardon lagen, op een astronomische steenworp afstand, namelijk tegen de zevenduizend lichtjaar. Nicolas Flagey van het Institut d'Astrophysique Spatiale in het Franse Orsay ziet op beelden van de Spitzer ruimtetelescoop een supernova in de buurt van de pilaren. Die krachtige uitbarsting heeft ze al zesduizend jaar geleden vernietigd, meent Flagey, maar het zal nog duizend jaar duren voor we dat vanaf de aarde ook kunnen zien. Ook gisteren gepresenteerd: een achttal ministerrenstelsels, die hooguit een paar honderdduizend maal zoveel licht geven als onze zon. Ter vergelijking: onze Melkweg schijnt met de kracht van honderden miljarden zonnen. Stephen Reynolds en collega's van de North Carolina State University hebben naar eigen zeggen achterhaald wat het voor ster was die Johannes Kepler in het jaar 1604 zag ontploffen. Deze supernova moet van een speciaal type zijn geweest, meent Reynolds. Op basis van de hoeveelheden zuurstof en ijzer die het lichtspectrum van de overblijfselen verraadt, concludeert hij dat de ster vrij groot was en niet ouder dan honderd miljoen jaar is geworden, alvorens hij er met veel geweld een einde aan maakte. Sterren als de zon bewaren zulk vuurwerk voor rond hun tienmiljardste verjaardag. (Noorderlicht) | |
Integrity | donderdag 11 januari 2007 @ 11:00 |
quote:Ze hebben het bestaan van zwarte materie nog niet kunnen bewijzen, maar ze weten dat het aanwezig is. Jouw artikel is niet zoveel zeggend, omdat het speculatief is. Het enige onderzoek waar ik van op de hoogte ben, is het aantonen van zwarte materie in een diepe tunnel. Zwarte materie is namelijk alom aanwezig; in alle ruimte dus ook op Aarde. In een tunnel doet men onderzoek naar het effect van zwarte materie op licht. Ze hopen op die manier meer te weten te komen over zwarte materie. Door een Hubble telescoop heb je namelijk niets tastbaars. Overigens is jouw post ook helemaal geen reactie op de mijne, omdat mijn opmerking over zwarte materie is gerelateerd aan zwaartekracht. Ik heb het niet over zwarte gaten. | |
ExperimentalFrentalMental | donderdag 11 januari 2007 @ 12:19 |
Donkere materie eindelijk gedetecteerd? Jarenlange analyse van een experiment van CERN uit 1996 suggereert dat een spookachtig deeltje, dat mogelijk deel uitmaakt van de donkere materie, op de gevoelige plaat is vastgelegd. Het gaat om een deeltje dat al lang is voorspeld, maar door veel wetenschappers als bijzonder suggestief is aangeduid: het axion. ![]() Het hypothetische axion is al dertig jaar geleden voorspeld, maar tot nu toe is geen absoluut bewijs voor zijn bestaan gevonden. Eerder dit jaar zijn wel een aantal hints voor zijn bestaan aangetroffen, maar veel eigenschappen van het deeltje kwamen niet overeen met de verwachtingen. Nu beweren Piyare Jain en Gurmukh Singh dat ze absoluut bewijs voor het axion gevonden hebben. Hun bewijs is afkomstig uit een tien jaar oud experiment. De reden dat het zo lang heeft geduurd om de gegevens te analyseren is het feit dat beide natuurkundigen van de oude stapel zijn. In plaats van te vertrouwen op automatische deeltjesdetectors gebruiken zij namelijk ouderwetse fotografische platen, in combinatie met het menselijk oog, om de deeltjes op te sporen. Het voordeel van een dergelijke methode is dat je kortlevende deeltjes kunt aantreffen, die misschien door deeltjesdetectors gemist kunnen worden. Uiteraard heeft men niet de deeltjes zelf gefotografeerd, maar wel het spoor dat de deeltjes achter hebben gelaten in een speciale vloeistof. Een dergelijke constructie wordt een ‘bellenvat’ genoemd en ieder deeltje laat zijn unieke patroon van bellen achter. Met behulp van foto’s en krachtige microscopen kunnen deze sporen zichtbaar gemaakt worden, waaruit je de eigenschappen van het deeltje kunt afleiden. Gurmukh Singh stelt dat hij meer dan 350 sporen heeft aangetroffen, die afkomstig moeten zijn van een deeltje met dezelfde eigenschappen als het hypothetische axion. Helaas zijn de bewuste fotografische platen (nog) niet aan de media vrijgegeven, al zijn alle details van het onderzoek te lezen in de komende editie van het prestigieuze natuurkundige tijdschrift Journal of Nuclear and Particle Physics. Het is echter afwachten of overige natuurkundigen het wel met de bevindingen eens zijn. Tot die tijd is de ontekking van de axionen nog steeds suggestief. (Astrostart) | |
Flashwin | donderdag 11 januari 2007 @ 12:24 |
daar is een schitterend en zeer toegankelijk boek over gemaakt. Het heet Universe, the definitive visual guide Te vinden oa bij Amazon | |
ExperimentalFrentalMental | donderdag 11 januari 2007 @ 12:27 |
quote:Waar heb jij het over? Ik heb het ook niet over zwarte gaten Zwarte materie heeft overigens niets te maken met zwarte gaten, want die zijn in essentie wel atomair van structuur. Wetenschap fotografeert skelet van ons heelal Melkwegstelsels steunen op geraamte van onzichtbare zwarte materie nvt - Ons heelal van planeten, sterren en melkwegstelsels steunt op een staketsel van ,,donkere'', onzichtbare materie. Amerikaanse wetenschappers brachten een stukje van dat onzichtbare geraamte in kaart met behulp van de Hubble-ruimtetelescoop. De online-editie van het vakblad Nature brengt het bericht in primeur. Een team van zeventig onderzoekers onder leiding van Richard Massey van het technologie-instituut van Passadena (California) bestudeerde jarenlang beelden van de Hubble en voegde ze samen met beelden van twee grondtelescopen in Chili en Japan. Het eindresultaat is de meest gedetailleerde structuurkaart van een stukje hemel ter grootte van acht keer een volle maan. Het bestaan van ,,donkere'' of ,,zwarte'' materie wordt sinds ruim zestig jaar vermoed, zonder dat we er intussen in slaagden te bepalen wat die materie dan wel is. In 1933 kwam de Zwitserse astronoom Fritz Zwick tot de slotsom dat verafgelegen melkwegstelsels tien tot honderd keer sneller bewegen dan verklaarbaar vanuit de zwaartekracht die wordt opgewekt door hun geschatte zichtbare massa. Die snelheden vallen alleen te verklaren als er veel meer onzichtbare, dus donkere materie in die melkwegen aanwezig is. Sindsdien zijn veel meer onrechtstreekse bewijzen opgedoken voor het bestaan van die extra-materie. Waaruit die bestaat, is nog steeds een volstrekt raadsel. Het gaat alleszins niet om constructies opgebouwd uit atomen, want die maken de ons bekende materie net zichtbaar. Zwarte materie heeft overigens niets te maken met zwarte gaten, want die zijn in essentie wel atomair van structuur. Voorspeld door Einstein De ons bekende materie is onderhevig aan een resem krachten: de zwaartekracht bijvoorbeeld, of elektromagnetische krachten. Licht, radiogolven, gammastralen en alles wat straling is, zijn elektromagnetische fenomenen en die maken gewone materie voor ons zichtbaar. Kennelijk ontsnapt zwarte materie aan elektromagnetische krachten. Bijgevolg stuurt ze geen licht of andere straling uit, en weerspiegelt ze die evenmin. Bijgevolg is donkere materie opgebouwd uit (onbekende) subatomaire deeltjes. Toch kan zwarte materie onrechtstreeks wel in kaart worden gebracht, heeft het team van onderzoeker Massey nu aangetoond. De onderzoekers maakten daarvoor gebruik van een fenomeen dat indertijd werd voorspeld en beschreven door Albert Einstein in zijn algemene relativiteitstheorie: de zwaartekrachtlens. Net zoals licht wordt afgebogen door een lens, wordt het ook uit koers gebracht door (sterke) zwaartekracht. Het licht van een melkwegstelsel op 6,5 miljard lichtjaar van ons, wordt afgebogen in de gekromde ruimte rond elk zwaartekrachtveld, opgewekt door zowel zichtbare als zwarte materie. Door eindeloos te vergelijken, kunnen astronomen die afwijkingen berekenen. Op hun beurt vertellen die afwijkingen veel over de gravitatielenzen waardoor dit licht reist. Bron van leven De onderzoekers lieten Hubble drie dwarsdoorsneden van het onderzochte stukje hemel maken, waarin naar schatting een half miljard melkwegen zitten. Er werd teruggekeken tot 6,5 miljard lichtjaren ver, toen het heelal half zo oud was als nu. De twee andere doorsneden gingen 5 miljard en 3,5 miljard lichtjaren terug. Op die manier maakten de onderzoekers een driedimensioneel tijdsbeeld van de evolutie van zwarte materie. Geheel in overeenstemming met de Big Bang -theorie toont deze kaart aan dat de donkere materie onmiddellijk na de oerknal vrij eenvormig was verspreid. Pas later ging de materie onder invloed van de eigen zwaartekracht samenklonteren tot een breedmazig netwerk van zwaartekrachtvelden. De veel lichtere zichtbare materie werd gevangen in dit net en verdichtte tot gas dat terug onder de eigen zwaartekracht ging verdichten tot melkwegen en sterren. Eenmaal die stelsels voldoende zwaar waren, gingen ze ontbranden door kernfusie. Zodra de sterren gingen branden, konden er planeten ontstaan en daarop leven. Met andere woorden: zonder donkere materie was ook het leven onmogelijk. (nieuwsblad.be) | |
Haushofer | donderdag 11 januari 2007 @ 13:06 |
quote:Was dat voor onderzoek dan? Donkere materie is wel overal aanwezig, maar de dichtheid is zover ik weet ontzettend laag, dus ik zou niet weten hoe je zoiets op kleine schaal in tunnels kunt detecteren. De reden tot het bedenken van zoiets als donkere materie, is dat bijvoorbeeld zwaartekrachtscurves aantonen dat er veel meer zwaartekrachts is dan dat de zichtbare materie ons moet doen laten geloven. Het zal dus ook invloed hebben op licht, en dat lijkt mij een erg mooie manier om het fenomeen te onderzoeken. | |
Erick1985 | donderdag 11 januari 2007 @ 15:15 |
Het Heelal heb ik altijd al iets heel fascinerends gevonden. Ik heb ook die geweldige magazine/dvd-serie "Het Heelal" gevolgd, zéér informatief! | |
Integrity | donderdag 11 januari 2007 @ 15:49 |
quote:Je zegt het allemaal eigenlijk al. Ik heb dit op discovery science gezien. Documentaire over donkere materie. Wat doen ze nu eigenlijk? Het vindt plaats op een plek waar andere deeltjes niet zo gauw te vinden zijn. Er vanuit gaand dat donkere materie overal aanwezig is. Ze onderzoeken op molucair niveau met licht. Ze gaan er vanuit dat er 1 keer per dag een moleculaire botsing is tussen de materie en het licht. Dat gaan ze dus meten in de tunnel. 350 meter diep ofzo. | |
Integrity | donderdag 11 januari 2007 @ 15:51 |
quote:JIj hebt het over Hubble. Hubble onderzoekt alles van veraf. Zwarte materie is juist dichtbij. Dus als je aankomt met teksten over Hubble en zwarte materie, dan gaat het dus over zwarte gaten. Die kunnen ze overigens niet detecteren; het licht verschuift. De rest van je tekst heb ik niet doorgelezen, teveel tekst. Graag samenvatting of eigen visie. Conclusie is vanuit 1 theorie benaderd. Er zijn wetenschappers die zich er verder in verdiepen. | |
Haushofer | donderdag 11 januari 2007 @ 18:27 |
quote:Da's geen donkere materie, dat zijn neutrino's, en dat zijn gewoon leptonen. De invloed van donkere materie is alleen via zwaartekracht, en dat kun je dus alleen op grote schaal onderzoeken; op de schaal van sterrenstelsels en groter. De dichtheid van donkere materie is zo ontzettend laag, dat je dat met geen mogelijkheid op aardse schalen kunt onderzoeken, denk ik. Zou het een sterk staaltje van experimenteren vinden, iig. | |
Integrity | donderdag 11 januari 2007 @ 18:45 |
quote:Ze hadden het wel heel duidelijk over donkere materie dat botst met licht. | |
Haushofer | donderdag 11 januari 2007 @ 21:11 |
quote:Dan wordt ik heel erg benieuwd naar een serieuze bron, want dat lijkt me erg sterk ![]() | |
Integrity | donderdag 11 januari 2007 @ 23:17 |
quote:Ik heb het gehoord tijdens een documentaire op discovery science, wat ik al aangaf. De documentaire is diverse malen op tv geweest. | |
Haushofer | vrijdag 12 januari 2007 @ 01:15 |
quote:Ok, en ik denk dus dat je je vergist ![]() | |
Integrity | vrijdag 12 januari 2007 @ 15:11 |
quote:Ik zal nog eens goed opletten op wat er gezegd wordt, als de documentaire weer voorbij vliegt. | |
type_29 | vrijdag 12 januari 2007 @ 15:22 |
quote:Dat is gewoon zo, over 5 miljard is de brandstof van de zon op zal die enorm uitzetten zodat idd pluto overblijft. Daarna wordt het misshcien een pulsar. Wat ik denk is dat er meerdere universums zijn, elk met hun eigen natuurwetten. Wij hebben het geluk gehad dat in ons universum de natuurwetten zodanig zijn dat leven mogelijk is. | |
attix | vrijdag 12 januari 2007 @ 15:49 |
Maar hoe worden die natuurwetten dan bepaald? Hoe komt het dat ze die bepaalde eigenschap/waarde hebben? | |
Haushofer | vrijdag 12 januari 2007 @ 21:01 |
quote:Dat weten we niet ![]() De 2 fundamenten van de moderne fysica zijn het standaardmodel en de algemene relativiteitstheorie. Samen beschrijven ze alle 4 krachten in het universum. Je hebt echter een stuk of 20 parameters in de theorieen, en die moet je meten. Die kun je niet uitrekenen. Een voorbeeldje is de koppelingsconstante van de quantumelektrodynamica, die je vertelt hoe sterk elektromagnetische interacties zijn. Die constante is ongeveer 1/137, en als je zou kunnen uitrekenen in plaats van meten, dan zou je gegarandeerd een Nobelprijs winnen. Da's tot nu toe niemand gelukt. Andere voorbeelden zijn de massa's van de verschillende deeltjes, de elektrische ladingen, de lichtsnelheid etc. Je weet dus niet waarom de natuur is zoals ze is. Het enige wat je daarop kunt zeggen, is dat als de natuur anders was geweest, je waarschijnlijk die vraag niet had gesteld. | |
ouderejongere | zaterdag 13 januari 2007 @ 21:40 |
quote:Ik weet er niet genoeg van om het tot in detail uit te leggen, maar er zijn 6 elementaire deeltjes, quarks, in ons universum komen voornamelijk up- en down-quarks voor. Als die in een ander universum in andere verhoudingen voorkomen is de opbouw van materie compleet anders. | |
Integrity | zondag 14 januari 2007 @ 21:31 |
quote:Wat geinig. Ik heb net op E-tv een presentatie hierover gezien. Over Electron deeltjes en de up en down quarks, maar ook over de negatieve up en down quarks. De positrons. Die kerel legde het vrij eenvoudig uit, maar mijn vriendin was ook bij me en dan is het geen onderwerp om lang naar te kijken. E = MC2 kwam eruit. | |
HL_Dog43 | donderdag 18 januari 2007 @ 23:21 |
Wat gaat er gebeuren met het heelal? Zal het over een paar miljard jaar weer inkrimpen, of zal het exploderen? Ik denk dat er geen inkrimping plaats zal vinden.Maar juist uit elkaar zal rekken.Dat de afstand tussen de sterrenstelsels groter en groter zal worden. Wanneer zal de zon uitgebrand zijn en wat gebeurd er dan? "- Ik denk dat de zon gaat imploderen en dat alle planeten worden opgeslokt. Alleen de dwergplaneet pluto blijft over." Daar kan ik het enigsinds wel mee eens zijn.Alleen dat Dwergplaneten zoals een Pluto over zal blijven niet.Ik denk dat de Zon met zo'n enorme kracht zal exploderen dat er geen enkele planeet in de verre omtrek dit zal overleven.En wat er van de zon overblijft?Witte of zwarte dwergster.Of misschien een zwart gat.Wie weet.Ik heb in ieder geval geen flauw idee. Wat is het heelal nu eigenlijk. Is het nu wel of niet eindig? Het heelal groeit steeds maar verder uit, maar waarin groeit het dan? Ik denk dat het (zoals ik al eerder zei) groeit maar vanuit wat?En hoe groot is het?Ik weet het echt niet.Misschien oneindig.Maar dat er vooral veel leegte zal zijn als men voorbij de sterrenstelsels komt. Wellicht is ons sterrenstelsel blok waarin we nu leven.Wel 1 van de velen. Wellicht is het dus een stad in het heelal zoals zo velen.Wie weet. Is er nog meer leven op andere planeten?JA! Je gaat me niet vertellen dat van de honderduizende sterren waar wellicht honderden (duizenden) planeten zoals een aarde omdraaien.Dat daar geen leven is. Maar ook al is het niet zoals op de aarde.Dan nog kan het zijn dat er levens zijn die bijvoorbeeld Vloeibaar gas als water zien.En wellicht bomen van een ander buitenaards materiaal zijn. Het boeit mij zeker.En dat is een feit. | |
Integrity | donderdag 18 januari 2007 @ 23:59 |
Het is geen feit dat er leven is op een andere planeet. De kans is groot, zegt men. Het is allemaal speculatief. | |
KirmiziBeyaz | vrijdag 19 januari 2007 @ 06:56 |
Mateloos interessante materie, het heelal ![]() Deze vond ik wel leuk om alles in perspectief te zien: http://video.google.com/videoplay?docid=-3974466981713172831&hl=nl | |
Integrity | vrijdag 19 januari 2007 @ 11:03 |
Groot zeg, zo'n ster. Dan hebben we het nog eens over clustersterren. | |
The_stranger | vrijdag 19 januari 2007 @ 13:29 |
quote:Inderdaad leuk om weer even te zien... ![]() | |
HL_Dog43 | vrijdag 19 januari 2007 @ 16:57 |
quote:Zei ik ook niet.. quote:Daar had ik het over. ![]() | |
Haushofer | vrijdag 19 januari 2007 @ 17:11 |
quote:Ja, en nog wat leptonen erbij ![]() | |
Agno_Sticus | vrijdag 19 januari 2007 @ 17:29 |
quote:Haushofer, Ik heb het boek van Martin Rees "just six numbers" gelezen en volgens hem zijn er slecht 6 parameters die bepalen hoe het heelal er uit ziet zoals het eruit ziet. ![]() (...)At the start of the twenty-first century, we have identified six numbers that seem especially significant. Two of them relate to the basic forces; two fix the size and overall 'texture' of our Universe and determine whether it will continue for ever; and two more fix the properties of space itself. These six numbers constitute a 'recipe' for a universe. Moreover, the outcome is sensitive to their values: if any one of them were to be 'untuned', there would be no stars and no life.(...): ff zijn 6 getallen samengevat: omega ca. 1 The cosmic number omega measures the amount of material in our Universe - galaxies, diffuse gas, and 'dark matter'. Omega tells us the relative importance of gravity and expansion energy in the Universe. A universe within which omega was too high would have collapsed long ago; had omega been too low, no galaxies would have formed. The inflationary theory of the Big Bang says omega should be one; astronomers have yet to measure its exact value. epsilon = 0.007 Another number, epsilon, defines how firmly atomic nuclei bind together and how all the atoms on Earth were made. The value of epsilon controls the power from the Sun and, more sensitively, how stars transmute hydrogen into all the atoms of the periodic table. Carbon and oxygen are common, and gold and uranium are rare, because of what happens in the stars. If epsilon were 0.006 or 0.008, we could not exist. D = 3 The first crucial number is the number of spatial dimensions: we live in a three-dimensional Universe. Life couldn't exist if D were two or four. Time is a fourth dimension, but distinctively different from the others in that it has a built-in arrow: we 'move' only towards the future. N = 1,000,000,000,000,000,000,000,000,000,000,000,000 The cosmos is so vast because there is one crucially important huge number in nature. N measures the strength of the electrical forces that hold atoms together, divided by the force of gravity between them. If it had a few less zeros, only a short-lived and miniature universe could exist. No creatures would be larger than insects, and there would be no time for evolution to lead to intelligent life. Q = 1/100,000 The seeds for all cosmic structures - stars, galaxies and clusters of galaxies - were all imprinted in the Big Bang. The fabric - or texture - of our Universe depends on a number that represents the ratio of two fundamental energies. If Q were even smaller, the Universe would be inert and structureless; if Q were much larger, it would be a violent place, dominated by giant black holes. lambda = 0.7 Measuring the sixth number, lambda, was the biggest scientific news of 1998, though its precise value is still uncertain. An unsuspected new force - a cosmic 'antigravity' - controls the expansion of our Universe. Fortunately for us, lambda is very small. Otherwise its effect would have stopped galaxies and stars from forming, and cosmic evolution would have been stifled before it could even begin. Just 6... ![]() | |
Agno_Sticus | vrijdag 19 januari 2007 @ 17:34 |
P.S. Ik dacht dat de zwakke en sterk kernkrachten reeds geunificeerd waren? Enig idee waarom dit toch twee verschillende parameters oplevert (de N en de epsilon) ? ![]() | |
Haushofer | vrijdag 19 januari 2007 @ 17:44 |
quote:Je hebt inderdaad een unificatie van krachten, maar dan wel op hele hoge energieschalen. Het standaardmodel werkt met symmetrieen. Die zijn ontzettend belangrijk. Door bepaalde symmetrieen ( zogenaamde locale en globale symmetrieen ) worden de verschillende krachtvelden ingevoerd. Die krachtvelden zijn dus letterlijk het gevolg van je symmetrie ! Die symmetrieen worden gegenereerd door wat wiskundigen groepen noemen. Misschien heb je de termen SU(3), SU(2) en U(1) wel eens in deze context gezien. Dat zijn groepen met bepaalde eigenschappen, die dus de symmetrieen van een bepaalde kracht beschrijven ( een groep is overigens niks anders dan een setje elementen met bepaalde rekenregels ) . Voor de elektromagnetische kracht ( of beter: de quantumelectrodynamica ) is dat bv U(1), en voor de sterke kernkracht SU(3). Nou kun je stellen: misschien is voor hele hoge energieen er wel een geunificeerde kracht, en zijn die 3 krachten eigenlijk op hoge energieschaal hetzelfde. Die geunificeerde kracht moet dan natuurlijk ook weer dezelfde symmetrie-eigenschappen hebben. Wat dan het idee is, is dat die geunificieerde kracht werkt met 1 koppelingsconstante. Voor lage energieen echter wordt de symmetrie gebroken, en worden de 3 krachten verschillend, elk met hun eigen koppelingsconstante. Deze unificatie noemt men de GUT, de "grand unifying theory". Ietsje pretendeus voor een theorie die zwaartekracht niet beschrijft, maar ala. Ze hebben er een Nobelprijs mee gewonnen, geloof ik. | |
Haushofer | vrijdag 19 januari 2007 @ 17:45 |
quote:Dan ben ik heel erg benieuwd hoe die getallen bijvoorbeeld de massa's van de verschillende deeltjes genereren ![]() [ Bericht 2% gewijzigd door Haushofer op 19-01-2007 17:53:28 ] | |
Agno_Sticus | vrijdag 19 januari 2007 @ 17:55 |
quote:Opnieuw kraakhelder uitgelegd ![]() Zo snap ik het dus helemaal, zodra ik echter hetzelfde in een formule vertaald zie (en dan met name eentje met Griekse symbolen erin), dan blokkeert er iets in mijn hersenen. ![]() Waarom denkt men eigenlijk in symmetrieën (ik stel me daar een soort yin-yang afbeelding bij voor)? Heeft dat ook met ons gevoel voor "schoonheid" en "evenwicht" te maken of omdat we vermoeden dat de werkelijkheid die we bestuderen altijd in balans zal zijn? ![]() | |
Haushofer | vrijdag 19 januari 2007 @ 18:08 |
quote:Omdat symmetrieen ons een heleboel structuur laten zien ![]() Je hebt zoiet als QED ( quantum electrodynamica ). Die beschrijft het elektromagnetisme op atomaire schaal, met behulp van velden. Het is een zogenaamde quantumveldentheorie. Daarin zitten bepaalde symmetrieen. Het blijkt, dat als je aanneemt dat die symmetrieen gelden, dat je dan een bepaalde vectorfunctie nodig hebt in je vergelijkingen, en die blijkt die elektromagnetische velden te genereren ! Die krachtvelden zijn dus het gevolg van die symmetrieen. Ze zijn als het ware de "correcties" in je vergelijkingen om die symmetrie te laten gelden. Nou wil je met behulp van die quantumvelden ook die andere krachten beschrijven. Die symmetrieen van zonet, dat zijn hele algemene symmetrieen. Je kunt dus bekijken wat er gebeurt als je ze ook voor die andere krachten aanneemt. Met andere woorden: je stelt dat die symmetrieen van QED niet toevallig waren, maar een algemene structuur aanduiden. Na een heuleboel gereken blijk je ook weer van die termen te krijgen, en daarmee kun je ook weer heel mooi je krachten beschrijven ! Met die symmetrieen blijk je dus heel erg mooi je interacties in te kunnen voeren ![]() | |
Agno_Sticus | vrijdag 19 januari 2007 @ 18:22 |
quote:Machtig is dat. Moet je je voorstellen dat je de eerste bent die zoiets ontdekt (QED was Feynman geloof ik). De kracht van symmetrieën is dus dat symmetrieën een kracht kunnen beschijven... ![]() P.S. Wat is nou precies een IJKsymmetrie ? | |
Haushofer | vrijdag 19 januari 2007 @ 19:19 |
quote:Ja, da's wel een mooie ![]() ![]() quote:Haaa, ijksymmetrieen ![]() Dat begint bij Maxwell. De Maxwellvergelijkingen beschrijven het elektrische, en het magnetische veld. Nou blijkt met behulp van wat vectoranalyse, dat je een "fundamenteler" veld kunt opschrijven: de vectorpotentiaal. Het elektrische en magnetische veld kun je hierin uitdrukken. Eigenlijk is dit dus een soort unificatie van de elektrische en magnetische kracht. ![]() Die vectorpotentiaal is dus niet meetbaar, maar meer een handig wiskundig veld. Tenminste, in de klassieke fysica ( in de quantumfysica wordt het nog een stukje subtieler, maar dat even terzijde ). Maar wat blijkt? Je kunt in een fatsoenlijke quantumtheorie van het elektromagnetisme, zoals QED, niet om die vectorpotentiaal heen. Dat ding is dus kennelijk wel erg belangrijk ! In de 19e eeuw waren er genoeg fysici die die vectorpotentiaal flauwekul vonden, dat ding was immers niet meetbaar. Het elektromagnetische veld was volgens hen het enige relevante. Ze hadden es moeten weten... ![]() Zoals ik zei heeft die QED een bepaalde symmetrie. Dat is dus net die ijksymmetrie. Als ik de vectorpotentiaal verander, en het veld van het elektron ( of een ander deeltje wat je met QED kunt beschrijven ) ook op een bepaalde manier, dan verandert er niks aan de fysische situatie. Ik kan dat dus ook omdraaien: ik leg die symmetrie op als zijnde fundamenteel, en om die vergelijkingen goed te houden, heb ik een extra functie nodig. De vectorpotentiaal ![]() Dat kun je dus ook voor de andere 2 krachten doen; de zwakke kernkracht en de sterke kernkracht zijn ook "ijktheorieen". Alleen zijn die symmetrieen wat lastiger dan die van QED ( dat heeft met die eerder genoemde groepen te maken; in QED heb je te maken met zogenaamde Abelse groepen, en in de andere 2 gevallen met niet-Abelse groepen. Abelse groepen zijn qua structuur eenvoudiger ) Die Ijksymmetrieen zijn erg belangrijk ( ik stip het nog maar es aan ![]() | |
Haushofer | vrijdag 19 januari 2007 @ 19:30 |
Overigens, dit idee van symmetrieen gebruiken komt van Yang en Mills. Yang heeft er naar eigen zeggen al als student over nagedacht, en het kwam telkens maar weer terug. Op een gegeven moment heeft hij het uitgewerkt, en dat bleek dus erg succesvol te zijn ![]() Feynman heeft inderdaad ook erg veel aan QED meegewerkt. Hij heeft de zogenaamde Feynmandiagrammen uitgevonden. Dat zijn tekeningetjes die wiskundige termen van interacties voorstellen. Dat laat je veel makkelijker rekenen. Daarvoor waren er wel andere methodes, maar die waren erg complex. Hij heeft die interacties beschreven met zogenaamde padintegralen. Ik geloof dat zijn thesis een tijdje terug in boekvorm is uitgebracht ![]() | |
Agno_Sticus | vrijdag 19 januari 2007 @ 19:54 |
quote:Yang en Ying als gezamelijke uitvinders had ik eigenlijk nog symmetrischer gevonden ! ![]() Enfin, volgens mij heeft Feynman zelfs de Nobelprijs gewonnen voor zijn bijdragen aan QED. Dat van die ijktheorieën moet ik nog even rustig een paar keer overlezen. Het klinkt allemaal logisch maar ik wordt telkens toch weer op het verkeerde been gezet door de terminologie (in combinatie met mijn gebrekkige wiskundige kennis van Groepen en Vectoren ![]() quote:Waarom nou weer de afgeleide ergens bijtellen en niet gewoon een willekeurig functie? Ik bedoel of ik nou 2x of x2 of 1/3x3 neem, elke afgeleide kan ik terug integreren naar een hogere functie. Waarom niet gewoon de functie erbij optellen ? ![]() | |
Agno_Sticus | vrijdag 19 januari 2007 @ 20:16 |
Het klopt precies wat je vertelde over de vectorpotentiaal, Haushofer! Op Wiki vond ik het volgende: (...)Misschien lijkt het werken met potentialen slechts een handigheidje om berekeningen makkelijker te maken. Vooral door de ijkvrijheid en de soms negatieve waarde van de potentiaal lijkt dit aannemelijk. Daarom zou men kunnen denken dat de potentiaal niet echt fysieke 'realiteit' is, maar een soort wiskundige constructie — het veld of de kracht is het werkelijke verschijnsel. Dat is in de klassieke mechanica wel vol te houden, maar in de kwantummechanica komen verschijnselen voor die op het tegendeel duiden. Bij interferentie van licht dat door een dubbele spleet valt, ontstaat een patroon van strepen. Het neerzetten van een dunne buis waarin een magnetisch veld loopt, verandert dat patroon, zelfs als dat veld nergens door de lichtstralen heen loopt. Dit zogeheten Aharonov-Bohm-effect kan verklaard worden doordat de magnetische vectorpotentiaal wél door de baan van het licht heen loopt. Dat betekent dat de potentiaal wel degelijk een fysische realiteit heeft, misschien nog wel meer dan het magnetische veld.(...) Je kunt het inderdaad niet rechtstreeks meten, maar wel het bestaan van een vectorpotentiaal indirect aantonen. ![]() | |
Haushofer | vrijdag 19 januari 2007 @ 20:55 |
quote:Gemiste kans ![]() ![]() quote:Daarvoor moet je wat vectoranalyse kennen ![]() Die vectorpotentiaal kun je zien als een 4-dimensionale vector. De eerste component noemt men ook wel de scalarpotentiaal, en de andere 3 componenten noemt men dan ook wel weer es de vectorpotentiaal ( beetje verwarrend, maar in de klassieke fysica werk je met gewone 3 dimensionale vectoren, en in relativistische theorieen met 4-dimensionale vectoren) . Die 3-dimensionale vector-potentiaal noem ik ff A, die scalarpotentiaal noem ik A0, en de 4-dimensionale vectorpotentiaal noem ik Au. Alles wat dikgedrukt is, is dus een 3-dimensionale vector. Dus hebben we: Au={A0,A } , waarbij u=0,1,2 of 3. Nou is het elektrische veld E gedefinieerd als E = -grad(A0 ) - dA /dt Dat elektrische veld is dus 3-dimensionaal. Die grad staat hier voor de gradient {d/dx,d/dy,d/dz}. Het magnetische veld B is gedefinieerd als B = grad x A . Die x staat voor het standaard uitproduct tussen 2 vectoren. B is dus ook een 3-dimensionale vector. Dat je dit kunt opschrijven voor zo'n Au volgt dus rechtstreeks uit de Maxwellvergelijkingen. Als je nou de volgende transformatie doet: A --> A + grad (y) A0 --> A0-dy/dt, met y een scalaire functie van de plaats en de tijd ( dus y=y(t,x) ) dan blijven de velden hetzelfde. Dat komt omdat grad x grady = 0, en omdat de gradient van een tijdsafgeleide van een functie hetzelfde is als de tijdsafgeleide van de gradient van een functie ( de volgorde van differentieren maakt niks uit ! ). Ik weet niet hoe bekend je hiermee bent, maar je zou het es kunnen proberen om die getransformeerde velden in je E en B veld in te vullen. Je moet dan wel even weten wat een gradient en een uitproduct enzo is. Je zult zien dat de velden niet veranderen ![]() Wat dan de truuk is, is om die y(t,x) zo te kiezen dat je berekeningen zo makkelijk mogen worden. Dat noemen ze "Gauge-fixing". | |
Agno_Sticus | zaterdag 20 januari 2007 @ 00:50 |
quote:Geniaal. Dank voor je uitleg. Ik kan helaas maar bepaalde delen volgen, maar ik geloof dat ik begrijp waarom je een afgeleide functie erbij moet tellen. Even in lekentaal jouw eerste post recapitulerend: * EM-veld (A) -> bereken vectorpotentiaal (A) -> tel er iets bij - > bereken EM-veld -> hé, EM-veld(A) ! * dus: vectorpotentiaal(A) + willekeurige afgeleide functie = EM-veld(A) * dus: bij EM-veld(A) hoort een oneindig aantal vectorpotentialen (A + whatever) Mag je dan aannemen dat de oneindige verzameling vectorpotentialen die bij EM-veld A hoort, nooit overlapt met andere oneindige verzamelingen potentialen die bijvoorbeeld bij EM-velden B, C, D etc. horen? Maw. zijn deze verzamelingen "disjunct" ? Als dat zo is, hoe kunnen die verzamelingen dan oneindig zijn ? Ik kwam op Wiki onder "magnetic potential" het volgende tegen: "In special relativity, the magnetic potential joins with the electric potential into the electromagnetic potential. This may be done by joining a scalar electric potential with a vector magnetic potential or by joining a scalar magnetic potential with a vector electric potential. Either way, the final result must have 4 dimensions. The former method is more popular because the scalar electric potential is widely familiar as voltage and because "the concept of vector electric potential is just too weird to exist in the same universe as decent common-sense folks." Weet jij wat er met die laatste zin bedoeld wordt ? ![]() | |
Haushofer | zaterdag 20 januari 2007 @ 11:31 |
quote:Ja. Met afgeleide bedoel ik dan dus een gradient; als je die scalaire functie even f(t,x,y,z) noemt, dan is de gradient daarvan dus {df/fx,df/fy,df/dz} Ik zie dat die keuze voor y als scalaire functie wat onhandig gekozen is ![]() ![]() quote:Da's een erg goeie vraag. Maar alle vectorpotentialen die op een ijktransformatie gelijk zijn, geven hetzelfde elektromagnetische veld. Ze zijn in die zin dus equivalent. Je zult dus niet 1 vectorpotentiaal met een willekeurige ijk tegenkomen die 2 verschillende elektromagnetische velden genereert. Dat kan dan prima een oneindige verzameling opleveren. Het zal dan denk ik een overaftelbare verzameling opleveren; je hebt een continuum aan verschillende vectorpotentialen, en elke vectorpotentiaal heeft een continuum aan verschillende ijk-keuzes. quote:Voor statische velden is het elektrische veld de gradient van de scalaire potentiaal, en het magnetische veld nog steeds het uitproduct van de gradient met de 3-dimensionale vectorpotentiaal. Daarom associeren mensen de scalaire potentiaal vaak alleen met het elektrische veld ( en die scalaire potentiaal is dan het voltage ) , en de vectorpotentiaal vaak met het magnetische veld. Ik denk dat ze bedoelen dat je de bovengenoemde interpretatie niet kunt doorvoeren als je het elektrische veld met de 3 componente associeert van die 4-dimensionale vectorpotentiaal. Aangezien je in de speciale relativiteitstheorie met 4-vectoren werkt, stop je deze 4 componenten in 1 vector. Deze blijkt dan onder Lorentztransformaties te transformeren. Dat moet ook, want de Maxwellvergelijkingen houden rekening met de speciale relativiteitstheorie ( best bijzonder, want ze zijn in de 19e eeuw al opgesteld ! ) | |
Agno_Sticus | zaterdag 20 januari 2007 @ 20:02 |
Thanks Haushofer. Ik kan het volgen. ![]() ff iets anders, maar toch gerelateerd. Ik zie dat er boven you avatar staat "Faddeev-Popov gedetermineerd". Dat intrigeerde mij omdat ik die namen ook al eerder op het web tegenkwam. Gaat dit over de zgn Faddeev-Popov (anti)ghosts ? Deze "geesten" schijnen geïntroduceerd te zijn om bepaalde problemen in de reeds genoeme gauge theorieën te ondervangen. Bijvoorbeeld omdat de 't Hooft/Feynman gauge een quantumveld beschrijft met twee "polarisation states". De Faddeev-Popov ghost en anti-ghost elimineren deze "unphysical polarizations". Wat bedoel je dat ze gedetermineerd zijn? Puur wiskundig? Zijn ze gemeten? Ander bewijs? ![]() | |
Haushofer | zaterdag 20 januari 2007 @ 20:45 |
quote:Da's een erg slechte grap over de Faddeev Popov determinant ![]() ![]() ![]() |