quote:Roni Calderon
Gewone stervelingen krijgen hem niet te zien. Hij hangt in een zwaar bewaakte ruimte van het stadion, waar alleen spelers toegang hebben. Daar, in een lange gang die naar de kleedkamers leidt, zijn de muren behangen met foto's. Een eeuw Ajax-heroïek, ingelijst in veertig portretten. Honderd jaar weemoed. Het zijn vooral actiefoto's. Deze is dat niet.
Het portret is in zwart-wit, en laat zeventien Ajacieden zien in een pose die al honderd jaar op alle voetbalteamfoto's dezelfde is; een voorste rij spelers gehurkt of zittend, de rij daarachter staand. Bijna alle mannen met de armen over elkaar voor de borst. De lichaamstaal moet zeggen: wie doet ons wat?
Nee, déze spelers doet niemand wat. Want dit is Het Ajax waarover taxichauffeurs in Blackpool en Genua nu, dertig jaar later, nóg met bewondering spreken. Ajax, oh yes, Ajax, en in één adem volgen de namen van zeker vier spelers uit die ploeg - Cruijff, Keizer, Neeskens en Krol scoren hoog.
Op de foto is het de zomer van 1970. Geen van de gefotografeerden (op Cruijff na uiteraard) kan voorzien welke onvoorstelbare zegereeks het team wacht. Dit Ajax gaat vanaf nu, de komende drie seizoenen, alles maar dan ook alles winnen. De harten van liefhebbers in heel Europa veroveren. Heerlijk voetbal spelen. Geschiedenis schrijven. Een nog aanstormend, maar binnenkort onvergetelijk Ajax. Nu barsten de mannen van eerzucht, over tien maanden zijn ze allemaal op Wembley om Ajax' eerste Europa Cup te winnen.
Bijna allemaal.
Op de foto staat, naast Johan Cruijff en Wim Suurbier, een kleine speler met lang ravenzwart haar. Hij is de grootste belofte van de club, maar Wembley zal hij niet halen. Dit keer niet, nooit. Hij is vereeuwigd als speler van het meest succesvolle Ajax uit de geschiedenis. Hij staat naast de beste speler aller tijden. En ook zijn teamgenoten zijn helden-voor-altijd. Hun naam duikt steeds weer op in documentaires, in terugblikken en encyclopedieën.
Maar zijn naam wordt nooit meer genoemd.
Op 5 februari 1952 wordt in Shabazi, een groezeli ge buitenwijk van Tel Aviv, een Jemenitisch jonge tje geboren. Zijn ouders geven hem de naam Aharon. Zestien jaar later zal heel Israël hem kennen als Roni.
Vader en moeder van Aharon Kalderon werken allebei op de markt van Shabazi. De zorg voor Roni is voor het grootste deel in handen van zijn grootmoeder. Maar Roni leeft, vanaf zijn derde jaar, vooral op straat. Daar leert hij voetballen. Hij is een pluisgewicht dat snel zal uitblinken. Vooral zijn techniek is spectaculair. De bal doet alles wat hij wil.
Iedereen voetbalt in Shabazi, iedereen kan wel iets met een bal, maar dit jongetje is werkelijk bijzonder. Als hij tien jaar is, kent iedereen in de wijk hem. Roni is de lokale vedette, van wie dan al vast staat dat hij ooit zal gaan spelen voor één van de twee grote clubs van Tel Aviv, voor Maccabi of Hapoel.
Vader Kalderon, die een goed lopende kippenkraam heeft op de markt, wil dat zijn zoon een degelijke opleiding krijgt, buiten Shabazi. Er is geld om Roni naar een Franse school in het noorden van Tel Aviv te sturen. Roni zelf vindt het niks, hij wil naar een gewone school in de buurt die hij kent, of nog liever: helemaal niet naar school, alleen maar lekker voetballen met zijn vriendjes in Shabazi. Maar hij moet, dus hij gaat.
Op de Franse school is Roni's roem als wondervoetballer hem vooruitgesneld. Hij blijkt een matige leerling, maar een uitgenasjt ventje. Het gedweep met zijn voetbaltalent buit hij uit. Roni wordt een leider op het schoolplein. Hij houdt er drie slaven op na: Guidon, Chaim en Pinto. Zijn huiswerk laat Roni maken door Guidon, een lichamelijk zwakke bolleboos.
Chaim, twee koppen groter dan hijzelf, oliedom en bereid om iedereen op commando een pak slaag te geven, is een bodyguard die ook zijn schooltas moet dragen. En Pinto, de zoon van een juwelier, zorgt voor geld door af en toe iets uit de zaak van zijn vader te verduisteren. In ruil voor dat alles mogen de drie zich 'vriend van Roni' noemen. Kalderon wordt een ster. De glans die op je afstraalt als je zijn vriend mag zijn moet kennelijk niet worden onderschat.
Roni is eerder gevreesd dan populair op school, en voor de leraren is hij een kwelling. Hij wil niets, en er is niets dat hem lijkt te interesseren. De leraar Engels, Sfaradi, stuurt hem altijd voor het begin van de les naar buiten: 'Dit wordt toch niks, ga jij maar voetballen. Zorg dat je daarin nóg beter wordt. Dat je de beste speler wordt van Tel Aviv, van heel Israël.'
De school kan Roni gestolen worden, helemaal vanaf het moment dat hij - twaalf jaar oud - lid wordt van Hapoel Tel Aviv. Hij debuteert nog voor zijn zestiende verjaardag in het eerste elftal. Het kleine mannetje laat zich zien als een aanvallende middenvelder, en scoort in zijn eerste wedstrijd met de grote mannen twee keer.
De ster van Roni rijst snel. Eén seizoen later draagt hij het shirt van het nationale elftal, als jongste international ooit. Roni Kalderon is een sensatie. Een ongehoord goede voetballer die, zo schrijft het dagblad Mariv, 'in Europa een fortuin zou kunnen gaan verdienen'. Dat artikel zal de aanzet vormen voor een nog belangrijker gebeurtenis in het leven van het grote talent.
Op de dag
Op de dag na zijn eerste interland komt Roni in de kleedkamer van zijn club Hapoel. Daar leest de trainer het verslag uit Mariv hardop voor. Alle spelers feliciteren hun jonge collega.
''Maar,'' zegt de trainer, ''denk niet dat je er nu al bent. Je zult nog zwaar op de proef worden gesteld. Je hebt nog veel te leren. En je moet harder worden voor jezelf. Een goede techniek alleen is niet genoeg, Roni. Je moet goed eten, sterker worden.''
Eén van de spelers van Hapoel is Nouriel Nourielli, een verdediger wiens carrière bijna ten einde is. Ook hij heeft geluisterd naar de trainer die het artikel over Kalderon voorlas. De passage over het in Europa te verdienen fortuin blijft bij hem hangen. Hij neemt Roni apart.
''Luister naar mij. Jij bent goed, beter dan wie ook hier. Natuurlijk kun jij naar een topclub in Europa. Alleen, ze zullen daar wel moeten weten dat je bestaat, ze moeten je daar eerst zien spelen.''
Nourielli zal in de dagen daarna als een vaderlijke figuur op Kalderon inpraten, hem ongevraagd adviseren, hem ervan overtuigen dat hij goed naar hem moet luisteren. Dan komt alles in orde, en zal hij gaan schitteren in grote stadions met groene velden. Het grote geld is dan slechts een kwestie van tijd.
Twee weken na zijn interlanddebuut staat Roni op de stoep bij de bondscoach, Edmond Shmilovich. Hij komt met een verrassend verzoek: hij wil ook graag voor het jeugdelftal van Israël spelen.
''Waarom, Roni? Je bent al goed genoeg voor het seniorenteam.'' ''Ja, maar ik wil in beide teams uitkomen. Zoveel mogelijk ervaring opdoen in internationale wedstrijden. Dat is toch goed voor mijn ontwikkeling?''
De bondscoach is verheugd over zoveel gedrevenheid, en geeft de opdracht om Kalderon ook voor het jeugdelftal te selecteren. Het jeugdelftal, dat - maar dat wisten Nourielli en Kalderon al - twee maanden later een wedstrijd in Europa zal spelen.
Zo zit Roni in augustus 1968 in een vliegtuig van Tel Aviv naar Amsterdam. In Nederland, op het Zuiderpark in Den Haag, volgt een duel met Jong Oranje. Kalderon is van kwikzilver en maakt indruk met een schot van dertig meter afstand. De bal verdwijnt - met een bizarre curve maar toch snoeihard - in het Nederlandse doel. Een treffer die een vol stadion tot extase zou brengen; in deze ambiance is het niet meer dan een mooie goal in een wedstrijd van junior-voetballers op een doordeweekse middag, ergens in Den Haag.
Slechts een handjevol liefhebbers ziet het duel. Een paar officials, de terreinknecht van het Zuiderpark, de twintig oude mannen die, met de fiets in de hand, op andere dagen de trainingen van Ado ongevraagd van spijkerhard commentaar voorzien, precies twee verslaggevers en één sfinx, aan wie de verpletterende techniek van de jonge Israëli niet ongemerkt voorbijgaat.
Het leven hangt inderdaad van duizend toevalligheden aan elkaar. Stel: Ajax-trainer Rinus Michels is die bewuste regenachtige middag níet op het Zuiderpark, dan poseert de jongen uit Shabazi nooit voor de elftalfoto van het Grote Ajax. Michels, die nog smeedt aan zijn wonderploeg, is er wél. Hij ziet veel in dat donkere ventje. Sterker, hij moet hem erbij hebben.
Roni, teleurgesteld door de geringe belangstelling voor het duel, hoopt op een wonder. Maar in de uren na afloop van het duel is er niemand die hem iets vraagt, niemand die hem benadert. De ploeg keert terug naar Israël en Roni is de trip snel vergeten.
Dan, in oktober, verschijnt bij de training van Hapoel een KLM-employé die op de luchthaven van Tel Aviv werkt. Hij is gekomen op verzoek van Ajax, de club van Cruijff, Keizer en Krol. Er is een brief voor Roni Kalderon.
Met trillende vingers scheurt Kalderon de envelop open. Hij is in het Engels geschreven. Roni spreekt alleen Ivriet. Niemand van de spelers spreekt Engels. Behalve Nourielli.
Ajax doet Kalderon een voorstel. Hij kan voor twee seizoenen naar Amsterdam komen. Er ligt een contract voor hem klaar, en 40.000 Nederlandse guldens als tekengeld.
Nourielli zegt: ''Jongen, bij Ajax ligt je toekomst. Wat een kans. Maar ik vraag me af: hoe ga jij je daar in je eentje redden? Je kent er niemand, je spreekt geen woord Engels. Weet je wat? Ik zal je vergezellen en beschermen. Ik zal je manager zijn.''
In de zomer van 1969 arriveert Roni Kalderon in Amsterdam, samen met Nourielli, voor wie hij ook een vliegticket heeft gevraagd (in een brief die door Nourielli is geschreven, waarin Nourielli als Kalderons manager wordt voorgesteld, en die door Roni alleen maar ondertekend hoefde te worden). De carrière van de jonge Israëli kan nu een geweldige vlucht nemen. Kalderon wordt in Amsterdam gepresenteerd als Groot Talent. 'De Cruijff van het Midden-Oosten,' schrijft Het Vrije Volk.
De overeenkomst voor twee jaar is gesloten en getekend. En dan - de inkt van de handtekeningen onder het contract is nog nat - blijkt er een adder onder het gras. De Israëlische voetbalbond geeft de speler van Hapoel niet vrij om voor Ajax uit te komen. Voetballers uit Israël mogen gedurende het eerste jaar na hun emigratie niet voor een andere club uitkomen. Kalderon en Ajax zullen een heel jaar moeten wachten.
''Maar meneer Nourielli, waarom heeft u ons dit niet vooraf gezegd? Was u daar dan niet van op de hoogte?''
Besloten wordt dat Kalderon, een groot talent immers, in Amsterdam kan blijven. In het eerste jaar kan hij acclimatiseren, met het eerste elftal trainen en in onofficiële oefenwedstrijden toch worden opgesteld. Een jaar de tijd om te rijpen voor Ajax 1.
Ook Nourielli blijft (tot ongenoegen van Ajax) in Amsterdam. Hij zal samen met Roni een flat betrekken in de gloednieuwe Bijlmermeer, in Grunder 206.
Kalderon blijkt tijdens de eindeloze trainingen aan de Middenweg inderdaad over een fabelachtige techniek te beschikken. Maar hij is klein, wordt voortdurend omver gelopen en bijt niet van zich af. Hij acclimatiseert niet, leert geen Nederlands. Ook in het Engels kan hij zich niet uiten, en direct na iedere training vertrekt hij spoorslags naar zijn flat in de Bijlmer. Daar wacht Nourielli, en nog een stel onduidelijke vrienden van Nourielli uit Israël dat ineens op de stoep staat. Ze doen zaken met Nourielli, in iets wat voor Roni ook al vaag blijft. Hij moet zich maar volledig op voetbal concentreren, zegt Nourielli.
De woning van Kalderon
De woning van Kalderon is kaal opgeleverd. Er moeten meubels komen. Roni trekt, op aandringen van Nourielli, zelf aan de bel bij het Ajaxbestuur. Voorzitter Jaap van Praag adviseert hem naar een zaak in de Utrechtsestraat te gaan omdat spelers van Ajax daar - zoals hij Roni met handen en voeten probeert te verduidelijken - een aanzienlijke korting krijgen. Van Praag schrijft het adres van de zaak op een papiertje.
Roni gaat, samen met Nourielli, naar de meubelzaak. Er wordt een aantal zaken aangeschaft. Nota-nummer 19553 van de firma in kwestie vermeldt:
Woonkamer, belegd met Desso 650 tapijt.
Hal en Gang, belegd met Desso Meraklon.
Slaapkamer Voor en Achter, belegd met Cosy Brio.
Tapijt, pasgemaakt en gekit fl 1787
Eetkamertafel fl 95
4 eetkamer stoelen à fl 63, fl 252
Auping bed 130 x 190 cm fl 145
Matrasdek fl 18,50
Polyether matras fl 180
4 veren kussens à fl 10,75 fl 43
2 Polyether matrassen 80 cm
à fl 115 fl 230
2 Zaalberg dekens à fl 110 fl 220
2 molton dekens à fl 14 fl 28
Totaal bedrag fl 2993,50
''Stuurt u de rekening maar naar Ajax,'' zegt Nourielli tegen de verkoper. Die gaat akkoord. Kalderon is immers het grote talent van Ajax, dus dat zal wel goed zijn.
Dat is het dus niet. Ajax is niet van plan te betalen. Roni ontvangt immers een salaris en heeft bovendien een aanzienlijk bedrag aan tekengeld ontvangen. Deze kosten zijn voor eigen rekening van Kalderon. De firma stuurt de nota nu naar het adres van de speler. Die zegt het geld niet meteen te kunnen betalen, maar wel vóór mei van het volgend jaar te voldoen. De firma zal het geld nimmer ontvangen.
Iedere dag van de Bijlmermeer naar de Middenweg om te trainen. Kalderon fietst niet. Hij rijdt geen auto, want een rijbewijs heeft hij niet. Nourielli adviseert zijn pupil om bij Ajax een voorschot op zijn salaris te vragen voor de aanschaf van een auto. Dan zou hij Kalderon dagelijks naar de Middenweg kunnen rijden.
Ajax geeft geld voor een auto
Het wordt een groene Ford Capri, die behalve aan de Middenweg vooral in het centrum van de stad wordt gesignaleerd. Nooit zit Kalderon zelf achter het stuur.
Weken, maanden, een heel jaar zonder een echte wedstrijd. In een koud land waar een onverstaanbare taal wordt gesproken. Geen perspectief, en Grunder 206 kijkt uit op een ander flatgebouw waarin meer dan honderd mensen moeten wonen die hij nooit ziet. Grunder 206. Shabazi is ver weg.
Als het seizoen voorbij is, vliegt Roni Kalderon direct naar Israël. In eigen land is hij nog steeds vedette. Verslaggevers willen weten hoe het is in Europa, wanneer zijn ster ook daar gaat schitteren, hoe het met hem gaat.
''Ja, prima. Het was een moeilijk jaar natuurlijk, zonder één echte wedstrijd te spelen. Maar ik kom eraan. Ajax gaat nog veel plezier aan mij beleven. In augustus kan ik eindelijk worden opgesteld.'' Niemand twijfelt aan zijn woorden. Behalve misschien een ambtenaar van het ministerie van Oorlog.
In juli meldt Kalderon zich weer, met Nourielli in zijn kielzog, in Amsterdam. Maar in de voorbereiding op het nieuwe seizoen wordt de positie van Roni Kalderon snel duidelijk. Hij heeft zelfs geen plaats op de reservebank. Wat moet hij hier nog? Ajax wint alles, en hij speelt niet.
In oktober gebeurt het. Ajax krijgt een brief van de Israëlische ambassade: ''Onze landgenoot Aharon Kalderon wordt gesommeerd om zich binnen 48 uur in Israël te melden voor het vervullen van zijn dienstplicht.''
Het Ajax-bestuur reageert woedend. Dit is een serieuze overnachting in Hotel De Aap. Het eerste jaar van zijn contract is hij niet speelgerechtigd, het volgende moet hij in dienst. Ajax voelt zich belazerd. Kalderon wordt om opheldering gevraagd. Hij verschijnt, met Nourielli, in de bestuurskamer.
''Dit moet op een misverstand berusten,'' zegt Nourielli. ''Roni heeft drie broers die allemaal al in dienst zijn geweest, daarom is hij vrijgesteld van dienstplicht. Het is vast een vergissing.''
Voorzitter Jaap van Praag, die niet weet dat Roni slechts één broer heeft - die drie jaar jonger is - belt de ambassade. Zijn verweer helpt niet. Kalderon wordt binnen de gestelde termijn van twee dagen op het vliegveld van Tel Aviv verwacht.
''Nee, het is echt een vergissing. Laat Roni en mij naar Israël reizen, daar zullen we het regelen en dan is hij binnen twee weken terug,'' bezweert Nourielli.
Maar de Ajax-bestuurders geloven daar niets van. Kalderon heeft een contract getekend voor een periode waarvan hij wist dat hij daarin voor het leger zou worden opgeroepen.
Kalderon wordt gedwongen een schuldbekentenis te tekenen, onder meer voor het salaris dat hij heeft opgestreken in dit tweede seizoen. Een seizoen waarvoor hij geen contract had mogen afsluiten. Roni staat nu voor ruim twaalfduizend gulden bij Ajax in het krijt. De schuldbekentenis vervalt als hij snel terugkeert naar Nederland om aan zijn contractuele verplichtingen te voldoen. Maar daar gaat niemand in het bestuur van uit. En terecht, zo blijkt.
Drie dagen later is Kalderon zijn lange haardos kwijt en draagt hij een groen uniform.
Hij wordt gelegerd vlakbij Haïfa.
22 maanden later
Na 22 maanden is Kalderon vrij om te gaan waar hij wil. Dat wil zeggen, hij is militair-af. Tijdens de dienstplicht heeft hij toestemming gekregen om te spelen voor Hapoel Tel Aviv. En in deze periode voetbalt hij ook weer voor het nationale elftal. In vrijwel alle wedstrijden speelt hij een beslissende rol.
Tijdens zijn dienstplicht leert Roni een vrouw kennen, Yael Kopelovich. Zij willen trouwen, maar Roni gaat, zodra hij zijn uniform heeft ingeleverd, eerst terug naar Nederland om zich bij Ajax te melden. Yael kan hem (en Nourielli uiteraard) achterna reizen naar Amsterdam, zodra hij van de club duidelijkheid heeft.
Ajax heeft ondertussen twee keer de Europa Cup gewonnen, heeft het beste elftal van de wereld, en dan, op donderdag 24 augustus staat Roni Kalderon weer bij de ingang van het Ajax-stadion aan de Middenweg.
De club heeft geen enkele belangstelling meer. Ja, alleen in de twaalfduizend gulden die men nog van hem tegoed heeft. Roni heeft niets, wordt weggestuurd, voelt zich vernederd en zint op wraak. Die wraak zoekt hij in een stad die, als het om wraak op Ajax te doen is, voor de hand ligt: Nourielli reist met hem mee naar Rotterdam.
Citaat uit het dagboek van een Feyenoordbestuurslid:
''26 augustus 1972. Vandaag kreeg ik op bezoek de Israëlische speler Roni Kalderon, geboren 5-2-52, international Israël en speler van Tel Aviv. Had destijds contacten met Ajax en ontving f 12,000 van Ajax. Ajax heeft momenteel (...) geen belangstelling voor hem. Bij overgang moet Ajax wel het geld terug hebben.
Hij verklaarde voorts vrij te zijn van Tel Aviv en van de FIFA bericht te hebben ontvangen, dat hij tot 1 juli 1973 niet naar een andere club kan overgaan en spelen.
Wilde geen tegemoetkoming reiskosten. Was met vriend, die voortreffelijk Engels sprak (...). Kalderon zelf een heel klein beetje.
Afspraak gemaakt: komt dinsdag 29 aug. 10.00 uur trainen en speelt eventueel 's avonds de wedstrijd tegen Zwart-Wit mee.''
En inderdaad. Kalderon speelt in Feyenoord-shirt de oefenwedstrijd tegen de amateurs van Zwart-Wit. Hij imponeert. In het jaarboek van Feyenoord (72/73) is te lezen:
''Als grote verrassing bij Feyenoord was daar een zekere Ron Kalderon. Hoewel hij een voetbalstilstand van acht maanden achter de rug had, speelde hij als rechtsbuiten zeer verdienstelijk. Hij viel op door zijn technische handelingen en had stellig een doelpunt gescoord wanneer zijn hard en zuiver schot niet op de doelpaal was beland. Hij is nog een jaar aan zijn oude club Hapoel Tel Aviv verbonden, maar dat hij pas in 1973 zou kunnen spelen achtte men bij Feyenoord geen bezwaar en dus is de mogelijkheid niet uitgesloten dat deze 20-jarige jongeling straks in de rijen van de rood-witte Stadionploeg gaat opereren.''
Feyenoord is zeer gecharmeerd van Kalderon. De club huurt voor hem een kamer in Hotel Astoria waar hij in afwachting van een definitief besluit kan gaan wonen. Een tweepersoonskamer, want Nourielli is er nog steeds.
Op 5 september 1973
Op 5 september speelt Feyenoord een oefenduel met Hamburger SV. Ook daarin speelt Kalderon. Feyenoord wint met 5-2, Roni maakt het vierde Rotterdamse doelpunt, op een wijze die volgens het Feyenoord-jaarboek met een staande ovatie van de toeschouwers wordt beloond.
Op advies van trainer Ernst Happel krijgt Roni Kalderon een contract van de club. Hij ontvangt 50.000 gulden voor de ondertekening ervan. Per jaar gaat hij ongeveer 40.000 gulden verdienen, exclusief de premies die hij voor overwinningen en gelijke spelen krijgt.
Het contract gaat in per 1 juli 1973, de dag waarop hij speelgerechtigd is voor Feyenoord. Kalderon zal dus opnieuw bijna een jaar moeten wachten, voor hij weer in een officiële wedstrijd mag spelen. De club betaalt hem, totdat zijn contractperiode ingaat, een maandelijkse toelage van 1750 gulden. Manager Brox regelt definitieve woonruimte voor Kalderon.
Zijn nieuwe adres wordt Maasplein 76 in Zwijndrecht. Een flat pal onder die van een andere Feyenoord-speler, de Hongaar Atilla Ladinsky. Een leuke flat, maar: kaal opgeleverd. Dus daar moet de club even bijspringen met de volgende zaken:
lampen (bollen) van de firma Hendriksen fl 35,32
pannen en strijkijzer van de firma Buysen fl 243,61
gordijnen en lampen van de firma Van der Werff fl 2314,47
slaapkamer 252.595 mm van de firma Ridderborg fl 2463,69
bankstel van de firma Varenhorst fl 2993,-
vloerbedekking van de firma Varenhorst fl 3014,20
Totaal bedrag fl 11.067,29
Het kost een paar centen, maar Feyenoord gaat dan ook veel plezier beleven aan deze prachtspeler uit Israël. Rotterdam is trots op zijn nieuwste aanwinst. Kalderon trekt de aandacht, ook als hij niet speelt, van de pers.
Het Nieuw Israelietisch Weekblad publiceert op 10 november 1972/4 kislew 5733 een verhaal over de speler. Daarin komt trainer Ernst Happel aan het woord:
''Hij kent het zware werk nog niet goed. Maar we kunnen hem geruime tijd ongedwongen observeren. Van hem hebben we zeker grote verwachtingen. Een prachtvoetballer. Erg laconiek in zijn spel.''
De speler zelf wordt ook geïnterviewd. Nadat hij vertelt over zijn aanstaande huwelijk met Yael Kopelovich die ook in Zwijndrecht gaat wonen is Ajax aan de beurt:
''Ik wipte weer bij Ajax aan om te informeren naar mijn contract. Door insinuaties van voorzitter Van Praag wist ik ineens (...) waar ik aan toe was.
Een vriend van me wierp een balletje op bij de concurrentie, Feyenoord. Nou, daar ben ik werkelijk met open armen ontvangen. En wat die meneer Brox allemaal voor me doet is gewoonweg fantastisch. Een groot verschil met Van Praag, hem vond ik een verschrikkelijk autoritair persoon.''
Leuke dingen voor de lezers van het NIW, waarvan een niet te onderschatten aantal in Amsterdam woont. Het artikel mist zijn effect niet.
Feyenoord - Ajax
Eerst krijgt Feyenoord een brief van Ajax, waarin Ajax melding maakt van de 12.000 gulden schuld die Kalderon nog bij die club heeft. Feyenoord betaalt het geld zonder slag of stoot.
Dan komen er andere schuldeisers uit Amsterdam, uiteindelijk met dwangbevelen. Alles komt terecht op het bureau van Kalderons werkgever, de heer Brox van Feyenoord. De Rotterdammers zijn aan hun nieuwe speler een klein vermogen kwijt voordat hij officieel in dienst gaat treden. En wie zegt dat er niet nog meer mensen een rekening willen vereffenen? Meer ellende wordt gevreesd. Er is maar één oplossing: deze speler dient zo snel mogelijk te worden doorverkocht, nog voordat het tweejarige contract in werking treedt.
Kalderon zelf heeft dan al begrepen dat zijn toekomst ook niet in Rotterdam-Zuid ligt. Hij treedt, via een fantast annex spelersmakelaar uit Brussel, de Hongaar Pinter (die ook de transfer van zijn bovenbuurman Ladinsky naar Feyenoord heeft geregeld) in contact met Standard Luik. Die club heeft interesse, maar Feyenoord zelf heeft ook iemand ingeschakeld voor de verkoop van de voormalige belofte: een directeur van een Rotterdamse oliemaatschappij in Rotterdam, die goede contacten heeft in Frankrijk. Het wonder geschiedt, Kalderon wordt zodanig aangeprezen bij Paris Football Club, dat deze club hem begin juli contracteert.
Feyenoord bedingt een transfersom van 90.000 gulden. Hiermee gaan de Parijzenaars akkoord, zij het dat het bedrag in twee termijnen zal worden voldaan. De helft per direct, het resterende bedrag binnen vier maanden.
Feyenoord prijst zich rijk, en blijkt vooral opgelucht over het vertrek van Kalderon. De dankbaarheid jegens de oliemaatschappijman is groot: op 11 augustus 1973 ontvangt hij een brief van Feyenoord:
''Hierbij gelieve U aan te treffen een doorlopende invitatie Vak A, welke geldig is voor alle wedstrijden van ons eerste elftal, waarmede wij onze dankbaarheid tot uitdrukking willen brengen.
In de hoop dat wij U vele malen bij de wedstrijden mogen begroeten, verblijven wij...'' Een seizoenkaart voor het leven, als dank voor het lozen van Roni Kalderon.
Het eerste termijnbedrag voor de transfer is bin nen drie dagen op de rekening van Feyenoord bij geschreven. Maar als de rest uitblijft en Feyenoord daar een herinnering voor stuurt, komt er een brief uit Parijs, van Paris Football Club:
''Kalderon is voor ons een diepe teleurstelling geworden en wel op elk gebied. Op het sportieve vlak heeft hij nooit zijn plaats gehad in het eerste elftal en zeer zelden in de 3e Divisie. Zijn geestesgesteldheid was rampzalig. Wij hebben snel tussenbeide moeten komen, want het klimaat dat hij schiep in het eerste elftal was zeer noodlottig. Wij hebben de ergste moeilijkheden met hem gehad en nog heden ten dage worden wij achtervolgd door leveranciers met rekeningen die hij nog moet betalen. Volledigheidshalve zullen wij U zeggen, dat hij zijn appartement in een jammerlijke staat heeft achtergelaten en dat wij zeer belangrijke en kostbare herstelwerkzaamheden moeten ondernemen. Dat was dan de komst van Kalderon naar Parijs! Zoals U weet hebben wij U in alle vertrouwen ons akkoord gegeven. Dat vertrouwen was zo, dat wij niet eens de moeite hebben genomen hem ten minste één keer te zien spelen, wij dachten heus dat U ons een goede speler aanbood. Ik geloof zeer oprecht dat U de zaak als beëindigd zult willen beschouwen en de overmaking van het resterende bedrag van 45.000 gulden niet zult eisen.
Hoogachtend, G. Pironnet
voorzitter Paris Football Club.''
Feyenoord zal het resterende bedrag uit Frankrijk inderdaad nimmer ontvangen.
Maar wat is er gebeurd in Parijs? Is Kalderon meegezogen in een dubieus avontuur van zijn pseudomanager? Heeft hij al zijn geld verspeeld in een gokhuis aan de Boulevard Montparnasse? Hoe heeft hij, zoals de voorzitter van Paris FC schrijft, 'een noodlottig klimaat' kunnen scheppen in het eerste elftal? En waarom? Niemand van de betrokkenen zegt het antwoord te weten.
Zoveel is zeker: de vriendschap met Nourielli is geëindigd in Parijs. Hij zal nooit meer in het gezelschap van Roni worden gezien. De Europese carrière van Roni is ook voorbij. Hij keert, met zijn echtgenote, terug naar Israël.
De volgende club
Zijn volgende club is Ramat Gan, een grote ploeg in de nationale competitie. En ook hier gaat het mis. Kalderon heeft nieuwe verkeerde vrienden. Het grote geld in Europa is definitief aan hem voorbijgegaan, en zijn status als stervoetballer is ook in eigen land beschadigd. Zijn vrienden kunnen wel zorgen voor een andere, zeer forse bron van inkomsten. En zo raakt Roni betrokken bij een drugsbende. Vanaf dat moment gaat het hard.
Hij wordt gearresteerd. De straf voor drugsdelicten in Israël is zeer zwaar, maar Kalderon komt er - men zegt door zijn positie als ex-wonderkind en held - genadig af. Hij krijgt tien jaar cel. Zijn echtgenote verlaat hem.
Na twee jaar weet hij, met hulp van een omgekochte bewaker, te ontsnappen. Hij reist via Amsterdam naar New York, waar familie van hem woont. Jaren later wordt hij opnieuw opgepakt, nu in Brazilië. Weer wegens drugssmokkel. Hij belandt in de gevangenis van Sao Paolo.
In 1991 wordt hij daar opgezocht door Rafi Resjev, sterverslaggever van de Israëlische televisie. Resjev zegt: ''Hij ontkent alles waarvoor hij is veroordeeld. Hij zegt volkomen onschuldig te zijn. Het leven in de gevangenis is kennelijk hard, want hij heeft geen tanden meer in zijn mond. Toch geniet hij er bepaalde privileges, want hij is de ster van het voetbalteam in de gevangenis. Hij mag langer op de binnenplaats blijven, hij staat op goede voet met het personeel in de gevangenis.''
Op zeer goede voet, blijkbaar: Kalderon ontsnapt opnieuw. Resjev is de laatste journalist die hem ooit spreekt. Ieder spoor van Kalderon ontbreekt sindsdien. Dat wil zeggen, met zekerheid weet niemand iets.
Men zegt dat hij dood is. Geëxecuteerd door kartelColombianen in New York, en in de Hudson-baai gedumpt.
Men zegt dat hij leeft, en zich schuilhoudt in een orthodoxe gemeenschap in Jeruzalem.
Men zegt dat hij is teruggekeerd naar Shabazi, berooid. Er zijn er die zeggen hem daar te hebben gezien. Een bedelaar vroeg een rijke man om tien shekel. De man trok zijn portemonnee, wilde de munt geven en zag het door een hoofddoek half bedekte gezicht van de bedelaar. ''Maar jij, jij bent toch... Roni Kalderon?'' De bedelaar stoof weg in een zijstraat.
Nee, hij zit gewoon in een gevangenis bij Haïfa.
Nee, hij is zeker dood, want anders was hij wel bij de begrafenis van zijn grootmoeder geweest.
De Israëlische politie gaat ervan uit dat Aharon Kalderon nog leeft onder een andere naam, in New York. Hij zou één van de vier eigenaren zijn van een cocaïnelaboratorium, ergens in Zuid-Amerika.
Met één van de vier, een zekere Menasjev, heeft Kalderon een cel gedeeld in de gevangenis van Sao Paolo. Menasjev zat daar, in tegenstelling tot Kalderon, wel zijn straf uit. Vorig jaar is hij doodgeschoten in Amsterdam. Een afrekening.
Duizenden verhalen
Niemand in Israël wil dat Kalderon op dezelfde manier aan zijn einde is gekomen, hoewel daarvoor wordt gevreesd. Duizenden verhalen zijn er over hem. Het ex-wonderkind is nu mythe. De jongen uit Shabazi, in de nesten geraakt door zich te laten exploiteren door gewetenloze parasieten, mag geen roemloze dood zijn gestorven.
De vertellers willen dat hij er nog is, in Lima of Brooklyn, waar dan ook. Maar de beste voetballer uit de geschiedenis van Israël, de man die naast Johan Cruijff en Wim Suurbier staat op de foto van het Grote Ajax uit de jaren zeventig, díe Roni Kalderon bestaat allang niet meer.
Rinus Michels herinnert zich die Roni nog wel.
''Een heel aardige voetballer, ja. Maar de weg was te lang.''
Tom Egbers, 1-3-2000