Eerste WereldoorlogHet gebied dat het huidige Israël en de Palestijnse gebieden vormt, wordt eeuwenlang bewoond en bezet door diverse volken en geloofsgemeenschappen: joden, christenen, moslims, Arabieren, Turken en Engelsen.
Aan het begin van de twintigste eeuw maakt Palestina deel uit van het Ottomaanse Rijk. Maar de val van het Turkse sultanaat aan het einde van de Eerste Wereldoorlog verandert de kaart van het Midden-Oosten drastisch. De wortels voor het huidige conflict tussen Israël en de Palestijnen zijn gelegd.
Onder invloed van het Europese nationalisme delen vooral de Britten en de Fransen het hele gebied tussen Turkije en de Arabische Zee en tussen de Middellandse Zee en Iran op. Nieuwe landen als Syrië, Saudi-Arabië, Irak en Libanon worden geboren. Voor de bevolking in het gebied is dit een geheel nieuw fenomeen. Men moet zich plotseling Syriër, Irakees of Libanees gaan noemen, terwijl men zich vroeger vooral moslim, christen of Arabier voelde.
Balfour-declaratieIn 1917 belooft de Britse minister van Buitenlandse Zaken Lord Balfour, aan Lord Rothschild, de leider van de zionisten in Engeland, dat de Britse regering welwillend staat tegenover de vestiging van een "Joods nationaal tehuis" in Palestina dat tegelijkertijd niet de rechten mocht schenden van de niet-joodse bevolking van het gebied.
De Balfour-declaratie staat op gespannen voet met de belofte die tijdens de oorlog is gedaan aan de Arabieren. In ruil voor een opstand tegen de Turken zouden de Arabieren een koninkrijk mogen vormen in alle gebieden in het Midden-Oosten waar Arabieren wonen.
Grote vraag is wat er precies met een joods nationaal tehuis wordt bedoeld: een zelfstandige staat of een autonome provincie in het Arabische koninkrijk? Niemand die het weet. De zionisten zien er in elk geval een internationale erkenning in van hun streven naar een eigen joodse staat in Palestina.
Bron :
NosTweede WereldoorlogVreemd genoeg is de Tweede Wereldoorlog voor het Midden-Oosten veel minder ingrijpend geweest dan de eerste. Zag de kaart van de regio er na de Eerste Wereldoorlog heel anders uit, de tweede liet die kaart nagenoeg ongewijzigd. Het huidige Palestina was nog steeds Brits mandaatgebied. Dit was het in 1922 geworden.
Wel komt er na de Tweede Wereldoorlog een nieuwe immigratiestroom richting Palestina op gang van grote aantallen joden die in Europa de holocaust hebben overleefd. Zij voegen zich bij de duizenden joden die zich sinds het begin van de twintigste eeuw in het Beloofde Land hadden gevestigd.
Deze pioniers zijn gevlucht voor het Europese anti-semitisme en proberen het zionistische ideaal, dat in 1896 door de Weense journalist Theodor Herzl was geformuleerd, te realiseren door in kleine op socialistische leest geschoeide gemeenschappen, kibboetsen, het land te bebouwen.
Bron :
NosOprichting van de staat IsraëlOmdat in 1948 het Britse mandaat over Palestina afloopt, roepen de pas opgerichte Verenigde Naties een speciale commissie in het leven die zich moet buigen over de toekomst van het gebied. De United Nations Special Commission on Palestine (UNSCOP) komt met een verdelingsplan met een joodse en een Arabische staat.
De verdeling van het land is in overeenstemming met de verdeling van de bevolkingsgroepen. De voor zowel joden als moslims heilige stad Jeruzalem komt volgens het plan onder internationaal toezicht. De VN neemt het voorstel over als resolutie 181.
De Arabieren weigeren het plan echter te accepteren. Zij stellen dat hun aanspraken op heel Palestina onaantastbaar zijn en dat genoegdoening voor het leed dat de joden was aangedaan in de oorlog maar in Europa moet worden gegeven.
Op 14 mei 1948, een dag voordat het Britse mandaat over Palestina afloopt, roept David Ben Gurion de staat Israël uit in het gebied dat door de VN aan de joden is toebedacht. De VS en de Sovjet-Unie erkennen Israël onmiddellijk. De Arabieren juist niet. Ze vallen direct aan. Aan de oorlog die erop volgt, houdt Israël veel meer land over dan volgens het VN-plan de bedoeling is.
Door de gewelddadigheden komt er een grote stroom van 750.000 tot 800.000 Palestijnse vluchtelingen op gang. Zij vestigen zich in vluchtelingenkampen in de Gazastrook, op de Westelijke Jordaanoever, en in Jordanië, Libanon en Syrië. Nog tijdens de oorlog neemt de VN resolutie 194 aan die het recht van deze vluchtelingen op terugkeer naar hun huizen erkent.
De Israëlische onafhankelijkheidsoorlog brengt tevens een vluchtelingenstroom van 865.000 joden uit de Arabische wereld op gang. Zij vestigen zich in Israël. Een jaar later komt het door bemiddeling van de VN tot een wapenstilstand, al erkennen de Arabische staten Israël geenszins. De bestandslijnen vormen de grens van de nieuwe staat Israël.
Suez-crisisDe Egyptische president Nasser lijft in 1956 het Brits-Franse Suez-kanaal in, dat een belangrijk knooppunt is voor de internationale scheepvaart. Groot-Brittannië en Frankrijk beloven troepen in te zetten op voorwaarde dat Israël de Egyptenaren terugdringt tot achter het kanaal.
Het komt tot een aanval, maar onder druk van de Amerikanen wordt al snel een staakt-het-vuren in acht genomen. Het Israëlische leger heeft dan al de Sinaï-woestijn veroverd. De strijdkrachten trekken zich weer terug op voorwaarde dat Egypte niet aanvalt en dat de Verenigde Naties het gebied bewaken.
Bron :
NosZesdaagse OorlogIn opdracht van de Egyptische president Nasser vertrekken de VN-troepen in 1967. In de jaren daarvoor slaat Nasser agressieve, Arabisch-nationalistische taal uit. Met Syrië en Jordanië smeedt hij opnieuw plannen om de staat Israël te vernietigen.
Door het vertrek van de VN uit de Sinaï en door de troepensamentrekkingen langs de grenzen met Syrië, Jordanië en Libanon voelt Israël zich zeer bedreigd. Daarom besluit het in de vroege ochtend van 5 juni 1967 de aanval te openen op zijn buurlanden.
De oorlog wordt een doorslaand succes. In enkele dagen worden de legers van Egypte, Syrië en Jordanië verpletterend verslagen. Op Egypte verovert het Israëlische leger de Sinaï-woestijn, op Syrië de Golan-hoogte. Na hevige gevechten wordt op 7 juni de oude stad van Jeruzalem veroverd op Jordanië.
Voor de joden is dat een emotioneel en religieus moment. In de oude stad liggen de resten van de door de Romeinen vernietigde Tweede Tempel met als onderdeel daarvan de Klaagmuur, het belangrijkste heiligdom van de joden.
Al snel laat de Israëlische regering weten Jeruzalem als eeuwige en ondeelbare hoofdstad te beschouwen. Op Jordanië wordt ook de Westelijke Jordaanoever veroverd. In rechtse, nationalistische en religieuze kringen in de Israëlische politiek vat de mening post ook dit gebied nooit meer prijs te geven. Tot de Westelijke Jordaanoever behoren immers Judea en Samaria, die onderdelen zijn van het bijbelse Eretz Israel, het door God aan de joden Beloofde Land.
Na de oorlog begint Israël in de bezette gebieden in de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever met de aanleg van nederzettingen. De Verenigde Naties nemen de omstreden resolutie 242 aan, waarin Israël wordt opgeroepen de bezette gebieden op te geven en waarin het principe 'land voor vrede' wordt vastgelegd.
De gevolgen van de Zesdaagse Oorlog zijn ingrijpend voor de Arabische wereld. Van de Arabische eenheid waar Nasser naar streefde, blijft weinig over, zeker na de dood van de Egyptische president een jaar later. De Palestijnen stellen vast dat ze voorlopig weinig van de Arabische broeders hoeven te verwachten. Ze nemen in de jaren die volgen het heft steeds meer zelf in handen.
Bron :
NosJom KippoeroorlogNa de Zesdaagse Oorlog groeit in Israël het zelfvertrouwen en het gevoel onoverwinnelijk te zijn. Hierdoor is de schok enorm als Egypte, onder leiding van de nieuwe president Sadat, en Syrië in 1973 op Jom Kippoer, de belangrijkste joodse feestdag, een verrassingsaanval uitvoeren.
Even staat het voortbestaan van Israël op het spel, maar door een spectaculaire landing van generaal Ariel Sharon in de Sinaï-woestijn achter de Egyptische troepen keren de kansen. De Syriërs worden teruggedreven op de Golan-hoogte.
Onder druk van de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten komt het tot een staakt-het-vuren. Tijdens de oorlog zetten de Arabische staten voor het eerst met succes het oliewapen in. Er worden embargo's afgekondigd tegen landen, waaronder de VS en Nederland, die Israël in de ogen van de Arabieren te veel steunen.
Camp David-akkoordenOp 19 november 1977 spreekt de Egyptische president Saddat tijdens een historisch bezoek de Knesset toe, het Israëlische parlement. Het is de opmaat voor de Camp David-akkoorden van een jaar later, die de vrede tussen Israël en Egypte bezegelen.
Sadat en de Israëlische premier Begin ontvangen er de Nobelprijs voor de Vrede voor. De meeste Arabische landen reageren echter woedend op het akkoord en verbreken alle contacten met Egypte.
Sadat zelf moet de akkoorden twee jaar later met zijn leven bekopen. Hij wordt vermoord door radicale moslims die niets willen weten van vrede met de joden. De akkoorden voorzien aanvankelijk ook in autonomie voor de Palestijnen, maar die willen niet mee doen aan de onderhandelingen.
Israëlische inval in LibanonIn 1982 valt het Israëlische leger onder leiding van minister Sharon van Defensie het door burgeroorlog geteisterde Libanon binnen. Doel is onder meer het uitschakelen van Yasser Arafat en zijn PLO. Die voert in de jaren zeventig voortdurend aanslagen uit op Noord-Israël en dreigt in Libanon een staat binnen een staat te worden.
Bij een zoektocht naar wapens in de Palestijnse vluchtelingenkampen Sabra en Shatila doodt een aan Israël gelieerde christelijke militie bijna achthonderd mensen. De Palestijnen verwijten Sharon achter de slachting te zitten. Uiteindelijk stelt een Israëlische regeringscommissie vast dat Sharon en dwingt hem tot terugtreden. Maar Sharons missie is geslaagd. Arafat en zijn PLO zijn verdwenen uit Libanon. Ze nemen de wijk naar Tunis.
Bron :
NosOslo-akkoordenGeheime ontmoetingen na de Golfoorlog tussen Israëliërs en de Palestijnen in de Noorse hoofdstad Oslo leiden uiteindelijk tot een historisch vredesakkoord in 1993. In de tuin van het Witte Huis schudden de Israëlische premier Rabin en de Palestijnse leider Arafat elkaar de hand.
Israël erkent de PLO als enige en legitieme vertegenwoordiger van het Palestijnse volk. De PLO op zijn beurt erkent de staat Israël. Over de uitvoering van de akkoorden en de oplossing van een aantal netelige kwesties, zoals de status van Jeruzalem en de Palestijnse vluchtelingen, zal in een later stadium nog worden gesproken.
Maar de gesprekken vlotten niet. Tegenstanders van beide zijde hollen het vredesproces uit met gewelddadige aanslagen. Op 4 november 1995 wordt premier Rabin vermoord door de joodse extremist Yigal Amir. Shimon Peres, die Rabin opvolgt, staakt de besprekingen nadat vele Israëlische burgers in het voorjaar van 1996 zijn omgekomen bij aanslagen.
In hetzelfde jaar wordt Yasser Arafat gekozen als eerste Palestijnse president. Nadat Benjamin Netanyahu in Israël in hetzelfde jaar aan de macht komt, vallen de vredesbesprekingen stil, mede omdat de Palestijnen voortdurend aanslagen uitvoeren op Israël.
Wye-akkoordPremier Netanyahu en president Arafat sluiten in 1998 in het Amerikaanse Wye een nieuwe overeenkomst over de uitvoering van de Oslo-akkoorden. Het akkoord moet de terugtrekking van Israël uit de Westelijke Jordaanoever regelen.
Verder moet er in september 2000 een definitief regeling op tafel liggen de uitvoering van de Oslo-akkoorden. Een jaar later valt de regering-Netanyahu echter over de manier waarop het Wye-akkoord moet worden uitgevoerd. Ehud Barak volgt Netanyahu op.
Besprekingen in Camp DavidIn de eerste helft van 2000 vinden er onder leiding van de Amerikaanse president Clinton vele gesprekken plaats tussen Barak en Arafat in Camp David over de laatste fase van de Oslo-akkoorden. Een volgens waarnemers historisch akkoord is in de maak.
Naar eigen zeggen biedt premier Barak de Palestijnse leider ongekende concessies: astrononische sommen geld als de Palestijnse vluchtelingen afzien van hun recht op terugkeer en een gedeelde verantwoordelijkheid over Jeruzalem.
Maar Arafat vindt de voorstellen niet ver genoeg gaan. Hij houdt vast aan zijn eis dat alle Palestijnen die tijdens diverse oorlogen in het Midden-Oosten zijn gevlucht, recht hebben op terugkeer naar hun huizen. Ook de gedeelde soevereiniteit over 'zijn' toekomstige hoofdstad Jeruzalem is onbespreekbaar. Bovendien maakt de landkaart die Israël voor ogen heeft voor het toekomstige Palestina volgens hem de vorming van een levensvatbare staat zo goed als onmogelijk.
De mislukking van de Camp David-besprekingen vormen de opmaat voor de tweede Intifadah, die een veel bloediger verloop zal kennen dan de eerste
Bron :
NosTweede intifadahDe tweede intifadah lijkt begin 2005 even uitgewoed. Sinds september 2000 zijn duizenden mensen omgekomen bij Palestijnse zelfmoordaanslagen en Israëlische vergeldingsacties.
Aanleiding voor de tweede volksopstand in de Palestijnse gebieden was de mislukking van het vredesoverleg tussen de toenmalige Israëlische premier Barak en Yasser Arafat. De beide leiders stevenden in Camp David op een historisch akkoord af, maar konden het over details niet eens worden.
Intussen hadden de Palestijnen in de bezette gebieden al aangekondigd dat er een opstand zou komen als er geen akkoord zou komen. Van Israëlische zijde was er de angst dat Barak delen van de hoofdstad Jeruzalem zou opgeven in ruil voor vrede.
TempelbergDat zou vooral de rechtse Israëliërs in het verkeerde keelgat schieten. Om de Israëlische bevolking te waarschuwen bezoekt Ariel Sharon de Tempelberg om te verklaren dat Jeruzalem de eeuwige en ondeelbare hoofdstad van Israël moet blijven.
Hoewel Sharon zegt met een "boodschap van vrede" te komen beschouwen de Palestijnen het bezoek aan de Tempelberg, waar de islamitische heiligdommen de Rotskoepel en de al-Aqsamoskee staan, als een provocatie. Ze beginnen met stenen te gooien: de tweede intifadah is een feit.
Die verloopt veel bloediger dan de eerste. Gebruikten de Palestijnen tijdens de eerste intifadag nog vooral stenen, nu binden jonge Palestijnen riemen om met bommen eraan die ze laten afgaan in overvolle bussen.
Schokkende beeldenDe zelfmoordacties leveren schokkende beelden op: zwartgeblakerde bussen met uiteengereten lichamen er omheen. De Israëlische vergeldingsacties liegen er ook niet om. Voor het eerst zet Israël F-16's in die welbewust raketten afvuren op woonwijken waar zich mogelijk radicale Palestijnen schuilhouden.
De wereld kijkt toe, met afschuw en machteloos. Een dialoog tussen de beide partijen, die elkaar bijna letterlijk oog om oog, tand om tand te lijf gaan, is uitgesloten. Het moet allemaal maar overwaaien, het vuur moet maar uitdoven, zo lijkt de gedachte van de internationale gemeenschap.
Uiteindelijk neemt het geweld, ogenschijnlijk, als vanzelf af. Maar niet voordat Israël enkele belangrijke kopstukken van de radicale Hamas-beweging heeft gedood, zoals Hamas-oprichter sjeik Yassin en de invloedrijke topfiguur al-Rantissi.
VernederdVooralsnog heeft Hamas niet gereageerd op de dood van de kopstukken. Waarnemers menen dat de islamitische organisatie daartoe niet meer in staat is. Of dat werkelijk zo is, blijft de vraag. Zo lang de Palestijnen naar hun eigen gevoel onderdrukt en vernederd blijven, zal er altijd wel een voedingsbodem voor radicalisme en extremisme blijven.
Bron :
NOS