Van de eerste keer dat ik haar zag kan ik me weinig herinneren. Want ja, ziet men met het hoofd in wolken immers niet veel anders dan mist? Het was in ieder geval begin 2005 en dát wat ik nog weet, weet ik goed. Die glimlach met schitterende pretoogjes –vooral als ze net het huis heeft schoongeveegd –, haar pasgeverfde rode lokken en wonderschone snuitje. Hadden onze paden zich 3000 jaar eerder gekruist, had ik gezworen dat de term engel voor haar bedacht zou zijn.
Maar spoedig volgde de lente en zelfs de zomer. Eurosport haalde de fietsen weer van stal en de stenen konden weer in het vet. Maar zij, nee haar kon ik niet wegstoppen. Het hele jaar was m’n hart de marionet van een paar screenshots van onschatbare waarde.
Eind november was het ondertussen -de heimelijke liefde was nog niet bekoeld, maar ik had ondertussen het lef gekregen andere vrouwen aan te spreken in de disco-, toen mij het bericht bereikte dat de EK Curling er aan zaten te komen. Een snelle blik in de bosatlas leerde me dat Noorwegen in Europa ligt, wat me subiet hartklopping opleverde. Op dit forum werden meteen met Rubbereend de herinneringen aan een toernooi opgehaald, wat zich die dag ervoor leek te hebben plaatsgevonden. Onderwijl zat Remzz al weer klaar met z’n door God gezegende Print Screen knop.
De eerste dagen werden door Eurosport vergeten en elke wedstrijd moest derhalve per on-line scorebord gevolgd worden. De spanning was er zeker niet minder om, en ieder punt van het Noorse team werd gevierd op een manier die enkel te vergelijken valt met een hossende, oranje mensenmassa na de WK winst deze zomer.
Dinsdags, of was het woensdag, was het dan eindelijk zo ver. Rubber-werk, Remzz- en pfaf-school moesten er aan geloven, want onze engel mocht een sonate opvoeren die ons weer maanden verder zou doen leven. Gelukkig leven. Echter -de eerdere toon verraadde wellicht al een minder happy end- de blijdschap, vreugde en het geluk van het opkomen van onze onbereikbare liefde bleef uit. Ze was er niet! Hoe was dit nu mogelijk? Vertwijfeld en gedesillusioneerd zakte ik ineen op de bank, hoe, wat en waarom? Misschien had een door de duivel gezonden griepvirus haar overmant en zou ze later nog op het strijdtoneel verschijnen, beet ik mezelf toe.
Een spoedcursus Noors en navraag – “Waarom Linn niet zijn?” In plat Noors op lugubere curlingsites – leverde een nors: “Linn doet niet mee” als antwoord. Verder weigerde iedere curlingliefhebber ons een geruststellend antwoord te geven. De wanhoop die me de dag daarvoor al de eetlust gekost had, sloeg door tot een desperate woede. Was onze Linn, met een hart zo puur als de zuiverste waterbron, toch niet zo hemels en vol oneindige liefde en compassie, wat wij haar toedichtten? Was de Anna Kournikova van de curling – hoe zij door onwetende plebs vol spot en minachting genoemd werd – geraakt door de ziekte genaamd arrogantie? Eiste zij in haar poging tot werelddominantie misschien de teflon schoenen die de Amerikanen zoveel geluk had gebracht? Of was het toch…? Of? Het bleef maar malen en het leven draaide me voor de ogen weg. O, wat een nut had het allemaal nog, nu zij mij niet door deze gure wintermaanden kon slepen!
Maar alsof de duivel er mee speelde, kwam daar het verlossende woord. Eurosport commentator en Nederlandse curling goeroe Wim Neeleman had – wellicht getipt door Peter van Hal – zich geregistreerd op het forum en deelde ons mede dat Ole Ingvaldsen, het monster, Linn niet geselecteerd had. Onbegrijpelijk, volgens vele kenners, was Linn immers niet de speelster die het Noorse juniorenteam als skip naar de wereldtitel had geschoven? Nee, niemand kon en kan erbij, wat een hersenspinsels moet deze man in zich hebben gehad, toen hij het lef had haar thuis te laten. De gedachte alleen al, dat zij thuis moet aanzien hoe de Noren van het Zweedse all-star team verliezen. Dat zij thuis de Olympische Spelen moet aanschouwen, of erger met haar vriend onder een deken voor de haard! Waarom, o Ole, waarom?! Dit avontuur wat als een sprookje begon, is een dwaas sprookje gebleken, waar het happy end aan het begin zit en de draak, de heks en het monster aan het eind zegevieren.
Slechts een wonder kan mij –ons- nu nog redden. Een blessure, een ziekte, of een door God, Allah, Zeus, of wie in hemelsnaam ook, ingegeven visioen dat de –ongetwijfeld beste- man fout zit, waanbeelden heeft en geen verstand van curling heeft.
Bid samen met mij mee, voor een terugkeer van de vrouw die curling tot een sport heeft gemaakt en mijn leven zonder het zelf te weten vervuld heeft van een ongekende passie en gedrevenheid. Die mij het vuur heeft gegeven en m’n hart tot speelbal van haar kuren heeft gemaakt. En misschien dat dan tijdens de 3e week van februari, de stralende glimlach, aanstekelijke vreugd’ en hemelse aura van mijn Linn te aanschouwen zal zijn.