quote:
De spanning tussen Pakistanen en zwarten liep in Birmingham afgelopen weekend zo hoog op, dat er bij rassenrellen ten minste één dode viel. „Zij behandelen ons als derderangs burgers", klaagt een zwarte voorman.
De aanleiding was een groepsverkrachting die mogelijk nooit heeft plaatsgevonden. Ruim een week geleden ontstonden er geruchten binnen de Afro-Caribische gemeenschap in Noord-Birmingham over een veertienjarig meisje dat zou zijn misbruikt door een grote groep Pakistanen. Alleen omdat zij had geprobeerd een pruik te stelen. Maar tot op heden heeft niemand aangifte gedaan. En een zoektocht door zowel politie als zwarte leiders leverde geen spatje bewijs op, laat staan de naam van het slachtoffer.
Desondanks kwamen er kleine demonstraties voor de winkel waar de verkrachting zou zijn begonnen. Een piratenstation bracht de beweringen alsof het feiten waren. De onderlinge spanningen liepen uiteindelijk zo hoog op, dat Aziatische en zwarte jongeren zaterdagavond frontaal botsten. Een 23-jarige zwarte jongen die net terugkwam van de bioscoop werd doodgestoken, 35 anderen raakten gewond. Gisternacht verloor ook nog een achttienjarige het leven, hoewel het nog niet duidelijk is of die schietpartij met de rellen verband houdt.
Centraal in het geweld stond de winkelstraat in de wijk Lozells, waar de afgelopen tientallen jaren vrijwel alle shops van zwarte in Pakistaanse of Bengalese handen zijn overgegaan. Verscheidene werden zaterdag geplunderd door zwarte jongeren, waarbij onder meer een kleine 300 euro zou zijn verdwenen die was ingezameld voor de slachtoffers van de aardbeving in Pakistan.
Ook het ’Aziatische helpcentrum’ in het nabijgelegen Handsworth zag zijn ruiten sneuvelen. Desondanks was coördinator Muhammed Idrish gisteren gewoon aan het werk. „Nee, ik voel mij niet geïntimideerd. Het ziet er hier erger uit dan het is met al dat glas.”
Dat neemt volgens Idrish niet weg dat er wel degelijk interculturele problemen zijn in dit arme gedeelte van de tweede stad van Groot-Brittannië. Problemen die veel meer mensen raken dan de honderd jonge relschoppers –veelal lid van bendes als de Muslim Birmingham Panthers (Aziatisch) en de Burger Bar Boys (zwart)– die de hoofdrol speelden in het geweld van het afgelopen weekeinde. Een belangrijk punt is dat de zwarte gemeenschap zich voelt weggedrukt door de collega- immigranten, die aan Lozells Road tegenwoordig zelfs de markt van Jamaicaanse etenswaren en haarproducten vrijwel geheel in handen hebben.
Die analyse wordt gedeeld door de zwarte voorman Derrick Campbell. Hij probeert naar eigen zeggen samen met anderen al een week om de gemoederen in Lozells te bedaren te brengen, maar tegelijk draait hij er niet om heen dat hij veel van de onvrede binnen zijn gemeenschap begrijpt. „De Aziaten hebben het er altijd over dat zij zich na de Tweede Wereldoorlog moesten losmaken van de Engelse kolonisator, maar hier zijn ze ons aan het koloniseren. Wij worden in hun winkels behandeld als derderangs burgers. En als wij zelf een shop met onze eigen producten willen beginnen, drukken zij ons met hun economische macht weg.”
Wat er in heilige boeken geschreven staat is niet belangrijk, aan de vruchten herkent men de boom.