Batterij- en accuweetjesWe zijn in de loop van de tijd steeds afhankelijker geworden van batterijen en accu's. Kon je veertig jaar geleden nog gewoon zonder batterijen fotograferen(een seleniummeter haalt zijn energie uit het licht dat je ermee meet, en een sluiter was in die dagen nog helemaal mechanisch). Gaandeweg is de hele fotografie geëlectrificeerd.
Dat begon in de early sixties met de CdS-lichtmeters die een spanningsbron moeten hebben, daar kwam later(vanaf 1968) de sluiter bij die elektrisch en later elektronisch getimed werd. Vervolgens werden filmtransport en scherpstelling door electriek geregeld en ondertussen werden er ook nog eens flitsers en displays in camera's ingebouwd. Een digitale camera zonder stroom is vooralsnog ondenkbaar
je merkt, ik sluit niets uitBasisbegrippenIn batterijenland is een geheel eigen taal van kracht met terminologie die soms zinvol is en soms alleen folderpraat. Ik som even een paar zinvolle begrippen op:
SpanningVan elke batterij wordt een spanning opgegeven. Soms kunnen verschillende types weliswaar dezelfde afmetingen hebben maar een iets andere spanning. Belangrijk is die spanning wanneer je dingen als LED- of LCD-displays moet voeden, die zijn een bepaald minimum nodig
vandaar dat die goedkope gehoorapparaatbatterijtjes het zo beroerd in een camera met LED's doenDe spanning blijft niet over de hele levenscyclus van de batterij gelijk, maar loopt langzaam terug. Met een simpele universeelmeter kun je dat spanningsverloop inzichtelijk maken
VermogenHet vermogen bepaalt hoeveel energie er in je batterij/accu zit opgeslagen. Bij accu's wordt het vermogen weergegeven in mAh. Bij batterijen moet je er maar een slag naar slaan. Het vermogen van een accu is niet zonder meer te meten. Om te meten of een batterij/accu nog vermogen heeft moet hem namelijk met de universeelmeter in de amperestand kortsluiten.
dat kan bij sommige batterijen en accu's redelijk catastrofale gevolgen hebben, en dat mot je dus niet doen![]()
Als je het spanningsverloop van een batterij/accu kent kun je aan de hand van het afgegeven voltage(dat je wel veilig kunt meten) zien of ie op zijn end is of nog energie in huis moet hebben.
en dat is dan alleen nog noodzakelijk wanneer de batterijcontrole van je camera het laat afwetenInwendige weerstandHoewel ie niet in de folder staat is de inwendige weerstand het belangrijkste gegeven van een batterij of accu.
Eh...sok, wat moet ik me bij inwendige weerstand voorstellen ![]()
Stel je voor, je neemt een fles van een liter en een emmertje van een liter en doet ze allebei vol met water. Je zet ze tegelijk op de kop en kijkt welke het eerst leeg is. Dat wint de emmer omdat de uitstroomopening het grootst is.
Iets dergelijks is bij batterijen ook aan de hand en dat bepaalt of de batterij/accu snel heel veel vermogen kan leveren of dat het vermogen er heel geleidelijk aan onttrokken kan worden. Een lage inwendige weerstand maakt een spanningsbron geschikt voor bijvoorbeeld een flitser, een hoge weerstand is meer iets voor de batterij van een lichtmeter die lange tijd kleine beetjes energie gebruikt. De inwendige weerstand bepaalt dus het toepassingsgebied van een gegeven batterij
![]()
.
ZelfontladingGekoppeld aan de inwendige weerstand is de zelfontlading, ofwel de ontlading die plaatsvind ook al wordt de spanningsbron niet gebruikt. Een lage inwendige weerstand betekent in de meeste gevallen een hoge zelfontlading, hoewel er hele gelukkige uitzonderingen zijn.
Zelfontlading is temperatuurafhankelijk. Bewaar dus nieuwe batterijen gekoeld tot je ze daadwerkelijk inzet.
Types batterijenIn het batterijenrek vind je van elk formaat batterij meerdere types. Bovendien kennen we voor fotografie nog een aantal speciale batterijen voor speciale toepassingen. Afgezien van de afmetingen kennen de verschillende types nog een aantal eigenschappen die het gebruiksgebied bepalen. We lopen de basistypes even door
waarbij ik niet inga op hoe ze werken, maar meer wat je er in fotografisch opzicht mee kuntDe traditionele Zink-kool-batterijMeestal de goedkoopste van het rekje. Kent een vrij hoge inwendige weerstand die hem ongeschikt maakt voor toepassingen als flitsers, digicams en zo. Voor lichtmeters is ie op grond van zijn zelfontlading niet geschikt. In een zaklantaarn of radio komt ie het beste tot zijn recht. Snel vergeten dus
Alkali-Mangaan, AlkalineVeel lagere inwendige weerstand waardoor een flitser er heel aardig op vooruit komt. Het vermogen is veel hoger dan van de traditionele batterij, en de zelfontlading is vrij gering waardoor je hem als noodstroom mee kunt nemen wanneer bijvoorbeeld de AA-accu's van je digicam of flitser het vaantje strijken.
Zink-luchtIs een type knoopcel dat vooral in gehoorapparaten wordt gebruikt. Vanwege een net iets te lage spanning (1.35V) meestal ongeschilkt voor camera's die voor hun LED's of LCD's een brugspanning van minstens 1.5V moeten hebben.
Bovendien is de zinklucht niet geschikt voor intermitterend gebruik (aan en uitzetten van een lichtmeter of de korte energiebehoefte van een electronische sluiter).
Voor fotografie vergeten dus
Zilveroxide, kwikDeze types vind je meestal als knoopcel, of als cluster van knoopcellen (bijvoorbeeld de PX28/4SR44 die uit vier SR44's bestaat). Hele lage zelfontlading waardoor enorm geschikt voor lichtmeters en (bij die clusters) electronische sluiters. Gekoeld blijven ze jarenlang bruikbaar.
Vanwege milieutoestanden is dit soort batterijen overigens terrein aan het verliezen, vooral kwikbatterijen zijn in een flink aantal landen niet meer te verkrijgen.
Daarnaast speelt nog het enorme aantal verschillende typen knoopcellen een rol, voor veel fabrikanten is het niet meer interessant om exoten in produktie te houden waardoor ook die van de markt verdwijnen. Vaak is er echter wel een bruikbaar alternatief voorhanden.
LithiumLithiumbatterijen hebben een unieke combinatie van eigenschappen. Ze kennen vrijwel geen inwendige weerstand, maar kennen ook nauwelijks zelfontlading. Vooral door die eerste eigenschap duurde het lang voor de lithiumcel zijn intrede maakte in fotografie, de eerste types konden bij kortsluiting vrij zware explosies veroorzaken. De huidige types zijn daartegen helemaal beveiligd, en daarom zijn al sinds 15 jaar veelvuldig toegepast vooral in SLR's waarin alles electrisch wordt afgehandeld. Een SLR loopt een eeuwigheid op een 2CR5-blok.
Omdat ze nogal gecompliceerd in elkaar zitten zijn de lithiumblokken echter nogal aan de prijs en dat maakt ze minder geschikt voor digitale fotografie.
Lithiumknopen zijn er ook. Die gaan zo lang mee dat je simpelweg vergeet dat er eentje onder in je camera zit. Verder zie je deze knoopcellen vaak als bufferbatterij in videocamera's (CR2025).
en dan nu de accu'sOok binnen de accuwereld zijn er verschillende types met verschillende toepassingen. Naast het vermogen en ontlaadkarakteristiek is bij een accu ook het laadkarakteristiek bepalend voor je keuze. We lopen de vier types even door:
De loodaccuNaast auto's en motorfietsen is de loodaccu ook binnen fotografie toegepast. In grotere reportageflitsers komen ze tot hun recht omdat ze een enorm piekvermogen aankunnen en zich daarna ook snel kunnen herstellen. Vermogen ligt rond de 4Ah. Een loodaccu kun je gewoon bijladen of met een druppellading op gebruiksspanning houden.
Voor fotografie wordt overigens de echte natte loodaccu niet meer toegepast. De enige loodaccu die we momenteel nog kennen(van de Metz60) is een zgn dryfit, waarin de vloeistof is vervangen door een gel, en waardoor de accu niet meer zo angstvallig rechtop hoeft worden gehouden.
NikkelcadmiumIn de jaren 70 kwam de NiCd-accu op en werd voor fotografen interessant omdat de flitsers weliswaar steeds sterker werden maar meestal een legendarische batterijconsumptie kenden. Daarnaast heeft de NiCd voor een flitser het voordeel dat ie vrijwel geen inwendige weerstand kent en dus het tempo van de flitser aanzienlijk omhooggaat.
Nadelen had de NiCd ook. Door die lage inwendige weerstand zag je niet aankomen dat het eind eraan zat te komen en stond je ineens met een totaal lege accu, terwijl je bij de vorige flits nog gewoon een hele korte laadtijd had.
Nog een nadeel van de NiCd: het geheugeneffect. Als je een deels gebruikte NiCd bijlaadt ontstaat binnen de accu een soort evenwicht dat bepaalt dat de accu zich al bij halve capaciteit 'leeg' meldt. Je moet een NiCd-accu daarom totaal ontladen voor je hem weer oplaadt.
Momenteel zijn ze eigenlijk alleen nog interessant voor gebruik in electronenflitsers. Vermogen: 500mAh, daarom ongeschikt voor digitale camera's. Mijn S1 lust op een dagje fotograferen drie setjes NiCd's
ja, ik heb het geprobeerdNikkelmetaalhydrideDoorontwikkeling van de NiCd. De NiMH rekent af met een aantal eigenschappen van de NiCd. Het geheugeneffect is bijvoorbeeld een stuk minder, zoniet helemaal weg. bovendien kun je de NiMH druppelladen.
waarschuwinkje: stop nooit een NiCd in een NiMh lader, dat gaat afgrijselijk verkeerdGrootste winst voor digitale fotografie is echter dat een NiMH een veel groter vermogen heeft dan een NiCd. Een NiMH heeft echter net als zijn voorganger de hebbelijkheid om vrij plotseling leeg te raken.
Als laatste plus geldt de mogelijkheid tot snelladen. Een traditionele NiCd hangt zo'n 16 uur aan de lader voor 500mAh. Een NiMH is in een uur te laden tot minstens het viervoudige
![]()
.
Als voordeel van zowel de NiCd als NiMH mag verder gelden dat ie in alles past waar ook AA-batterijen in passen, voor fotografen betekent dat motordrives, flitsers en camera's met één type accu
Lithium-IonAfkomstig uit de videocamcorder en laptop heeft de Li-Ion zijn plek in fotoland veroverd. Qua capaciteit en vermogen doet ie denken aan een loodaccu, alleen is ie veel compacter en lichter. Qua laden is het de meest vriendelijke accu die er is, je kunt hem zowel snel als druppelladen, stukladen zoals bij een loodaccu mogelijk is is er bij de Li-Ion niet bij.
Nadeeltjes zijn
de 'eigen' types (ten opzichte van de universele NiMH's).
Prijzig
De levensduur
[ Bericht 0% gewijzigd door Rewimo op 09-11-2004 08:54:54 (cursief even gefatsoeneerd) ]