Algemene bevoegdheid ter handhaving openbare ordeArtikel 172 Gemeentewet belast de burgemeester met de handhaving van de openbare orde. Ook de gemeenteraad heeft taken op openbare-orde- en veiligheidsterrein.
Zo kan de gemeenteraad in verordeningen regels stellen die zien op de openbare orde en veiligheid en kan de raad algemene regels formuleren voor de uitoefening van de bevoegdheden van de burgemeester. Het is echter niet wenselijk dat de raad daarmee de mogelijkheden voor de burgemeester om op te treden beperkt. Ten aanzien van bevoegdheden die in de wet rechtstreeks aan de burgemeester zijn toebedeeld, is dat overigens niet mogelijk.
In alle gevallen geldt dat de burgemeester zelf moet kunnen beslissen als de situatie om snel handelen vraagt. Vervolgens is de burgemeester verantwoording verschuldigd aan de raad over het door hem gevoerde (openbare-orde- en veiligheids)beleid op grond van artikel 177 Gemeentewet. Verder speelt ook het college van burgemeester en wethouders een rol op dit terrein: het kan bijvoorbeeld vuurwerkvrije zones aanwijzen. De vraag is dan wat het exclusieve domein van de burgemeester is. Dat is de handhaving van de openbare orde die onmiddellijk van aard is. Het betreft het optreden waarin het noodzakelijk is dat een eenhoofdig bestuursorgaan daadkrachtig beslissingen kan nemen. Het is het optreden dat nauw verband houdt met zijn eenhoofdige gezag over de politie in situaties die om acuut optreden vragen.
Lid 2 van artikel 172 Gemeentewet bepaalt dat de burgemeester overtredingen van wettelijke voorschriften die betrekking hebben op de openbare orde, kan beletten en beëindigen. Het gaat om de naleving van bestaande wettelijke voorschriften waarbij de niet-naleving ervan leidt tot openbare-ordeverstoring. Daartoe kan hij bevelen geven. In de praktijk worden ordebevelen van de burgemeester echter vrijwel altijd op lid 3 van dit artikel gebaseerd, ook indien geschreven normen niet ontbreken.
Het derde lid van artikel 172 Gemeentewet verschaft de burgemeester de zogenoemde ‘lichte bevelsbevoegdheid’. De burgemeester is bevoegd bij (dreigende) verstoring van de openbare orde alle bevelen te geven die hij noodzakelijk acht voor de handhaving van de openbare orde. In tegenstelling tot het noodbevel of de noodverordening (artikel 175 en 176 Gemeentewet) mag de burgemeester met deze lichte bevelen niet afwijken van overige wetgeving, laat staan grondrechten beperken. Er moet steeds sprake zijn van een plotseling, opkomend of zich concreet voordoend gevaar voor de openbare orde dan wel van een situatie dat er van een concrete en actuele dreiging sprake is.
De burgemeester kan op grond van artikel 172 lid 3 Gemeentewet in een bevel zelf een voorschrift opstellen gericht tot één of meer personen die de openbare orde (dreigen te) verstoren. Het niet opvolgen van dat bevel is strafbaar, op grond van artikel 184 Wetboek van Strafrecht. Deze bevoegdheid wordt bijvoorbeeld gebruikt voor het opleggen van kortdurende gebiedsverboden in onvoorziene gevallen. Als de APV hiervoor een regeling bevat, dan zal de burgemeester daarvan moeten gebruikmaken en is toepassing van de lichte bevelsbevoegdheid niet mogelijk (subsidiariteitsbeginsel). De toepassingsmogelijkheden zijn echter ruimer dan gebiedsverboden, zo zijn op deze basis bijvoorbeeld ook bijtende honden in beslag genomen.
Lid 4 van artikel 172 Gemeentewet bepaalt dat wanneer er sprake is van een ordeverstoring van meer dan plaatselijke betekenis (of daarvoor ernstige vrees bestaat), de commissaris van de Koning aan de betrokken burgemeesters beleidsaanwijzingen kan geven ter handhaving van de openbare orde. Een openbare-ordeverstoring is niet alleen van meer dan plaatselijke betekenis als zij de gemeentegrenzen overschrijdt; dit kan reeds het geval zijn als er uitstralende effecten naar andere gemeenten zijn of er feitelijke betrokkenheid is vanuit andere gemeenten. Het geven van een beleidsaanwijzing gebeurt zoveel mogelijk na overleg met de betrokken burgemeester(s). Het gezag gaat in dergelijke situaties niet over naar de commissaris, maar deze kan de burgemeester(s) wel een bestuurlijke richting meegeven, prioriteiten stellen en doelstellingen aangeven die hij in zijn gezagsuitoefening moet meenemen.
https://www.burgemeesters(...)aving-openbare-orde/quote:
Femke Halsema, burgemeester
Burgemeester Halsema ziet dat niet zitten. "Daarvoor moet er wat mij betreft wel een duidelijk verzoek liggen van de UvA. Lijkt mij verstandig om het uitgangspunt te blijven hanteren dat [UvA] eerst zelf verantwoordelijk is."
Gelukkig legt ze de verantwoording bij de Uva
En is de politie het zat als de deur er wordt uitgetrapt
Maar Halsema is verantwoordelijk en wil niets doen
Erger kan niet