abonnement Unibet Coolblue
  Moderator vrijdag 19 mei 2023 @ 02:36:23 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_209203497
Tappa 13: Borgofranco d'Ivrea - Crans Montana (Zwi), 199 km

Een ideale rit voor de vluchters, werd vooraf gezegd. Bleek te kloppen, zo gaat het soms ook. Na amper een paar kilometer koers reed er al een omvangrijke groep weg en nadat enkele renners even later nog de oversteek wisten te maken reden we verder met een kopgroep van 30 man. Het peloton, onder aanvoering van Ineos, liet de voorsprong eerst niet al te snel oplopen, maar na verloop van tijd ging het naar de acht minuten toe en toen wisten we al helemaal hoe laat het was. Een kopgroep van 30 is altijd een lastig verhaal, dat zorgt meestal voor een bijzondere matige samenwerking. Bleek ook nu weer het geval te zijn, al op een kilometer of 100 van het eind boterde het totaal niet meer. Enkele kilometers later reed er min of meer per ongeluk een groepje van vijf weg. De fuga de la fuga, alleen dan ogenschijnlijk onbewust. Nico Denz trok naar eigen zeggen wel even door omdat de matige samenwerking hem irriteerde. Hij kreeg Toms Skujins, Seb Berwich, Alessandro Tonelli en Samuele Battistella met zich mee. Die laatste had geen goede benen, toen bleek dat de vijf een gaatje hadden ging het tempo de hoogte in en Battistella wapperde daarna vrolijk terug naar de achtervolgende groep, even later helemaal terug naar het peloton en ook daar kon hij uiteindelijk niet volgen. Blijft een gekke sport, uiteraard. De voorsprong van de vier overgebleven koplopers liep snel op naar een minuut, twee minuten, drie minuten. Het boterde daarachter totaal niet. Enkele ploegen waren wel tevreden, Trek had bijvoorbeeld een mannetje vooraan en dus konden de overgebleven drie renners in de achtervolgende groep alle aanvallen counteren en de boel verstoren. Al was dat niet eens echt nodig, de samenwerking was hoe dan ook volledig afwezig. Sommige renners wilden nog wel de oversteek proberen te wagen, maar dat ging allemaal niet door. Allemaal een complot om Ilan Van Wilder van de zege te houden, aldus Ilan Van Wilder. Later wisten er nog wel een paar renners weg te rijden uit de achtervolgende groep, maar dat had voor het verdere verloop van de rit geen enkele belang. De vier vooraan zouden om de zege gaan strijden. Op de Colle Braida werd Tonelli gelost en dus gingen we met drie verder. Nico Denz hing de hele tijd tussen zijn kader, al dan niet geacteerd, maar kwam toch met de andere twee boven. In de finale probeerde hij op een lullig stukje vals plat nog weg te rijden, totaal onnodig, want in de sprint was hij veruit de snelste. Een zege voor Nico Denz, de Duitser van Bora-Hansgrohe. Matige etappe, met een beetje een gek verloop, matige winnaar. Maarja, anders hadden we Skujins of Berwick gehad en daar waren we ook niet beter van geworden. Op nog een paar abandons door ziekte en een valpartij van Jack Haig na gebeurde er in het peloton verder ook helemaal niets. Een dag om eigenlijk nog korter bij stil te staan dan ik nu heb gedaan, sorry. Tijd om snel verder te gaan met de eerste echte bergrit van deze Giro. Al 12 ritten gehad, maar nu volgt pas de eerste serieuze afspraak bergop tussen de klassementsrenners. Werd onderhand wel tijd, ja.




Een paar kilometer ten noorden van Ivrea gaat de eerste echte bergrit van deze Giro van start in Borgofranco d'Ivrea. Dit is een klein dorpje met nog niet eens 4000 inwoners in de regio Piëmont, provincie Turijn. De Giro was hier uiteraard nog niet eerder, zoals niemand hier ooit eerder lijkt te zijn geweest. Zelfs de Italiaanse versie van Wikipedia komt maar tot een paar zinnen, al zitten daar dan wel meteen zulke hoogtepunten tussen: In de Romeinse tijd liep de Via delle Gallie door Borgofranco d'Ivrea , een Romeinse consulaire weg die door Augustus was aangelegd om de Povlakte met Gallië te verbinden. Het roadbook rept over een middeleeuwse toren in het centrum, die tegenwoordig dienst zou doen als klokkentoren. Er is een barokke kerk, er is nog een andere kerk en er is een derde kerk. Dan heb je nog de Palazzo Marini uit de 16e eeuw, in feite geen heel bijzonder gebouw maar op de foto's valt te zien dat deze plek tegenwoordig is opgevrolijkt met roze ballonnen en fietsen, dus daar zullen ze de vermelding aan te danken hebben. In Borgofranco d'Ivrea kom je verder de iconische 'balmetti' tegen, die zijn kenmerkend voor dit gebied. Het zijn natuurlijke holtes in de bergen, waar de lokale bewoners kelders van hebben gemaakt, bijvoorbeeld om de lokale wijn op te slaan. De temperatuur in de balmetti is constant dankzij de luchtcirculatie veroorzaakt door complexe natuurlijke geothermische fenomenen, lees ik. De term balmetti is afgeleid van balma , d.w.z. beschutting onder rots, grot. Iets in die geest. Maarja, dat is dus het lokale hoogtepunt. Een kelder. Aan de voorkant van die grotten hebben de mensen nog wat huisjes gebouwd, maar die zijn inmiddels best vervallen. Als we nou in Ivrea waren gestart had ik nog wel wat dingen kunnen vertellen, bijvoorbeeld dat Beñat Intxausti daar een rit won in de Giro van 2013, maar we gaan van start in Borgofranco d'Ivrea en dat dorp mag het met deze karige omschrijving doen.



De route die we in het begin van de rit volgen is best bekend. Na een paar kilometer komen we op de weg terecht waar we vorig jaar ook al overheen mochten fietsen. Vorig jaar stond er een rit in de Aostavallei op het programma, met een flopaankomst bergop bij Cogne. Tijdens die etappe reden we van buiten de Aostavallei naar die vallei toe, deels over dezelfde route. Het is een begin van de etappe dat eigenlijk zeer jammer is, want in die Aostavallei liggen overal geweldige beklimmingen, die slaan we alleen volledig over. We volgen de hoofdweg door de vallei en die is zo goed als vlak. Bijzonder jammer. In de eerste vijf kilometer van de etappe rijden de renners over brede, vlakke en vrij rechte wegen langs de Dora Baltea, af en toe een dorpje passerend. Na vijf kilometer zien ze aan de overkant Quincinetto liggen, vorig jaar kwamen ze vanuit dat dorp, staken ze de rivier over en vervolgens reden we op dezelfde manier de schitterende Aostavallei binnen. We komen een rotonde tegen, maar verder gaat het rechtdoor verder naar het noorden, terwijl we de loop van de Dora Baltea blijven volgen. De weg loopt steeds een beetje vals plat omhoog, maarja, dat gaan de renners niet direct merken. Het kronkelt af en toe behoorlijk, want we volgen nu eenmaal een rivier. Verder kunnen we er weinig over zeggen, na 10 kilometer betreden we de Aostavallei en dan komen we in Pont-Saint-Martin een rotonde tegen, meer dan dat is het toch niet echt. Het blijft vrij vlak en vrij simpel tot we na 30 kilometer in de buurt van het dorpje Saint-Vincent uitkomen, richting dit dorp gaat het vijf kilometer aan 4% omhoog. Zo'n hupje voor de vorm is leuk, maar het blijft een gemiste kans dat de organisatie ons niet trakteert op een van de vele zware beklimmingen alhier. De klim naar Tze Core bijvoorbeeld, of die van Saint Pantaleon, zomaar een paar opties. Dat had deze rit wel kunnen gebruiken, zeker nu we niet eens naar de top van de Grand Saint-Bernard gaan. Maar goed, zoiets schreef ik vorig jaar al en nu dus weer, de organisatie luistert duidelijk niet naar mij.



Zonder een extra klim is deze rit alsnog lastig genoeg, al wordt het wel steeds makkelijker. Niet het bovenste deel van de Grand Saint-Bernard en op het moment van schrijven zijn ze naar verluidt nog steeds de laatste gaten in het wegdek van de Croix de Coeur aan het dichten, want die weg heeft de winter ook al niet helemaal goed doorstaan. Maar afijn, we rijden dus omhoog naar Saint-Vincent, maar niet nog verder omhoog. We blijven in de vallei, tot in de hoofdstad. Een kilometer of 30 over brede, goeddeels rechte en vlakke wegen, onderweg naar Aosta. Voor we Aosta bereiken komen we wel nog na 49 kilometer de eerste tussensprint van de dag tegen in Nus. De renners rijden door een schitterende omgeving, het is misschien wel de mooiste vallei van Italië, maar koerstechnisch gezien kopen we er weinig voor. De weg loopt zo nu en dan wat vals plat omhoog, maar het zal vlak aanvoelen. We blijven de Dora Baltea volgen en de brede weg loopt eigenlijk nog best wel mooi rechtdoor. Af en toe een rotonde, maar eigenlijk kun je hier met je handen van het stuur, twee vingers in de neus en je ogen dicht rondtoeren. Terwijl er hier dus allemaal mooie klimmen liggen, ik kan het niet laten om dat nog eens te vermelden. Voorbij de tussensprint in Nus fietsen we met uitzondering van enkele rotondes doodleuk rechtdoor verder richting Aosta, de hoofdstad van de autonome regio Aostavallei, waar gedeeltelijk Arpitaans gesproken wordt. En Frans, viespeuken. Het is een oude Romeinse stad met restanten van een forum, een amfitheater en stadsmuren met poorten. Geografisch bevindt Aosta zich aan de Italiaanse kant van de Mont Blanctunnel, midden tussen de hoogste bergen van Westelijk Europa, zoals de Mont Blanc, de Matterhorn, de Monte Rosa en de Gran Paradiso. Dwars door het dal stroomt de Dora Baltea ((fr) Doire Baltée) die wordt gevoed door de enorme gletsjers van de Mont Blanc en de Gran Paradiso. Noemen ze twee keer de Mont Blanc en benoemen ze de tunnel richting Frankrijk, maar zien ze zomaar de tunnel richting Zwitserland over het hoofd. In Aosta, waar in de persoon van Calvin Bassey merkwaardig genoeg een van de grootste miskopen ooit van Ajax werd geboren, kun je aan duizend beklimmingen beginnen. Meestal klimmetjes in de Aostavallei zelf, maar je kunt ook de landsgrenzen opzoeken. Dat doen we nu, we gaan Zwitserland vereren met een bezoekje. Een kutidee, maarja.



Na 62 behoorlijk vlakke kilometers rijden we door Aosta, we slaan hier bij een rotonde rechtsaf en dan beginnen we aan de eerste van drie zware beklimmingen die deze rit kent. De eerste van de drie had nog een stuk zwaarder moeten zijn. Ik had jullie moeten vertellen dat het de komende 34 kilometer aan 5,5% gemiddeld omhoog zou gaan naar de top van de Grote Sint-Bernhardpas. Met een hoogte van 2469 had hier op de top de Cima Coppi moeten liggen. De hoogste top van de ronde, een hoop bergpunten en een mooie geldpremie. In plaats daarvan gaan we nu door de Grote Sint-Bernhardtunnel, op ongeveer 1900 meter hoogte. Boven op de Grote Sint-Bernhard lag een meter of acht aan sneeuw, het lukte allemaal net niet helemaal om de boel sneeuwvrij te krijgen voor de koers. Een meter of 500 lager ligt er klaarblijkelijk minder sneeuw en dus kunnen we wel door de tunnel. Het zwaarste deel van de klim, een stuk van bijna 10 kilometer aan 7,5%, slaan we door het slechte weer over. Altijd een risico om in mei over de grote bergpassen te trekken, blijkt opnieuw. Zo'n klim klinkt leuk, maar zelfs terwijl alle gletsjers aan het smelten zijn kunnen we nog steeds op stevige sneeuwmuren botsen. Enfin, we houden een klim van 25,7 kilometer over, aan 5% gemiddeld. In de Giri van 2006 en 1963 reden we blijkbaar al eens over deze klim, net als in de Tour van 2009. In een rit met start in het Zwitserse Martigny en finish in het Franse Bourg-Saint-Maurice reden we zowel over de Grote Sint-Bernhard als de Kleine Sint-Bernhard, dat is wel heel erg gaaf natuurlijk. De rit werd gewonnen door Mikel Astarloza, al raakte hij deze zege dankzij een positieve test weer kwijt, maar in onze harten blijft hij natuurlijk de winnaar. Enfin, de weg omhoog is alsnog lang. Bijna 26 kilometer rijden de renners omhoog over een brede weg. Die weg moet ook wel breed zijn, want de pas speelt een belangrijke rol in het verkeer door de Alpen. Zoveel passen zijn er niet, dus moeten de paar passen die er zijn goed begaanbaar zijn. De pas schijnt overigens normaal pas te openen in juni, de organisatie van de Giro speelt dus een beetje vals en krijgt zo mooi het deksel op de heus. Hoe dan ook, de weg omhoog is breed, de omgeving mooi, de percentages weinig boeiend. De eerste 12 kilometer gaat het vrij stabiel omhoog aan 5%, waarna we een aantal vlakkere kilometers tegenkomen in de buurt van Etroubles. De brede weg wordt vervolgens wat bochtiger, een paar haarspeldbochten dienen zich aan. Dit is het begin van het interessante deel van de klim, dat voortijdig wordt afgekapt. Tot aan de top gaat het gemiddeld aan 6% omhoog, met af en toe een stukje aan 7% tussendoor. Het is vooral een ontzettend lange klim, niet direct een interessante. Het interessante deel zou helemaal boven komen, als we op grote hoogte met hogere percentages te maken kregen. Daar had je de boel alvast voorzichtig uit elkaar kunnen rijden, nu we beneden de 2000 meter stoppen en niet de allerhoogste percentages tegenkomen zal deze klim vooral dienen als opwarmer. Terwijl het niet heel warm zal zijn. In de laatste anderhalve kilometer van de ingekorte klim gaat het aan 7,5% omhoog, toch nog even een lastig stukje. Met zelfs een strook tot 10% geeft de Grote Sint-Bernhard toch nog een beetje van z'n geheimen prijs.




Na 87,5 kilometer bereiken we de top van de Salita del Gran San Bernardo, zoals de Italianen de klim nu hebben genoemd. Een klim van eerste categorie, niet meer de Cima Coppi. Een paar meter na de top gaan we een bijzondere manoeuvre maken. We fietsen onder de weg door die naar de tunnel leidt en even later rijden we naast die weg. De weg de tunnel in is nu al overdekt en dus kunnen we eigenlijk niet veranderen van weg, maar op een bepaald moment is er dan toch een poort die omhoog kan. De poort zal omhoog gaan en dan moeten de renners even een gekke bocht naar rechts maken, om vervolgens linksaf het begin van de tunnel tegemoet te treden. Voor de sprinters is het goed nieuws, het maakt de rit een stuk makkelijker, voor ons als kijker is het slecht nieuws. We rijden een tunnel in en dus zal er naar goed Italiaans gebruik voorlopig geen enkele renner in beeld komen. De helikopter mag mooie shots van de omgeving gaan maken, de komende zes kilometer gaan we namelijk niets van de koers kunnen zien. We kunnen ook een verhaal gaan lezen over de sint-bernardshonden. De pas is genoemd naar Bernhard van Menton, die hier in de 11e eeuw een klooster heeft gesticht. De monniken hielpen in moeilijkheden geraakte reizigers die in de bergen de weg kwijt waren geraakt. Om die op te sporen gebruikten ze de sint-bernardshonden. Die honden lopen hier nog steeds rond en op de top die we nu niet kunnen bezoeken vinden we ook nog de Hospice du Grand-Saint-Bernard. Als dit verhaal inmiddels is besproken en de renners nog steeds in de tunnel bivakkeren kunnen we het ook nog hebben over Karel de Grote en Napoleon die ooit over deze pas trokken. Ooit verlaten we de tunnel en dan rijden we verder omlaag over de normale weg. Het zou kunnen dat we na de relatief vlakke kilometers in de tunnel de renners alsnog een tijdje gaan missen als de afdaling begint, want de eerste paar kilometer van de afdaling is de weg nog steeds overdekt. Geen tunnel meer, eerder een galerij. Hoewel de RAI niet meer verantwoordelijk schijnt te zijn voor de beelden en er dus lichte hoop is op technische vooruitgang neem ik aan dat we hier de renners nog steeds niet gaan zien. Na een kilometer of zes in dalende lijn komen de renners uit in Bourg-Saint-Pierre en hier gaan we ze voor het eerst weer zien. De overdekking is weg, de renners begeven zich nu weer helemaal in de frisse buitenlucht. In de buitenlucht dalen we nog een kilometer of 18 verder richting Sembrancher. Als de klim lang is wil de afdaling dat ook nog wel eens zijn, in totaal gaat het bijna 25 kilometer omlaag. De weg omlaag is ontzettend breed, behoorlijk recht en ook behoorlijk Zwitsers. Want dat zou ik bijna vergeten, maar tijdens het rijden door de tunnel verlieten we Italië en betraden we Zwitserland. De afdaling, die is niet normaal simpel. Zoals gezegd is dit een belangrijke pas, dus is de weg breed en gelijkmatig aangelegd. Het duurt een kilometer of 15 voor we in de omgeving van het dorpje Liddes een paar haarspeldbochten tegenkomen, maar die zijn zo breed dat zelfs een vrachtwagen soepel naar beneden kan. Even verderop volgen er een paar scherpere bochtjes, maar nee, dit is een van de meest vriendelijke afdalingen ooit. Het lastigste deel had gevolgd na de oorspronkelijk beoogde top, maarja, ze pakken ons ook alles af hè. Vlak voor we het dorpje Orsières bereiken komen we midden in een brede haarspeldbocht een vluchtheuvel tegen, zo'n beetje het enige spannende moment van de afdaling. Het is bijna absurd hoe breed en simpel de weg omlaag de Grand Saint-Bernard is. Voorbij Orsières gaat het rechtdoor vals plat omlaag verder richting Sembrancher, hier zijn we na 119 kilometer klaar met dalen.



In Sembrancher slaan we rechtsaf, na deze bocht zal de weg drie kilometer omhoog gaan lopen aan ongeveer 3%. Na zo'n lange klim meteen weer een klimmetje, hartstikke leuk. We volgen een brede en behoorlijk rechte weg door Val de Bagnes op weg naar Le Châble. Na de drie kilometer in subtiel stijgende lijn gaat het een paar meter omlaag, waarna we in Le Châble bij een rotonde linksaf slaan. Voorbij die rotonde beginnen we mogelijk aan de volgende klim. Ik zeg mogelijk, want het is nog steeds niet zeker of de volgende klim daadwerkelijk deel gaat uitmaken van het parcours. Het schijnt in deze regio momenteel snertweer te zijn en het is de afgelopen tijd ook behoorlijk slecht geweest. Het wegdek zou daardoor behoorlijk zijn beschadigd. Dat probeert men te herstellen, maar als het momenteel ook slecht weer is schiet dat allemaal niet echt op. Onder voorbehoud dus. Met wat mazzel beginnen we nu aan mogelijk de zwaarste klim van de hele Giro. Voor het eerst in welke koers dan ook gaat er geklommen worden naar de top van Croix de Coeur. Iets met een kruis en een hart. Het eerste deel van deze klim is bijzonder bekend, in eerste instantie gaat het namelijk 8,5 kilometer omhoog richting Verbier. Hier zal na 133,3 kilometer de bonussprint van de dag volgen, op een iconische locatie. Verbier is onlosmakelijk verbonden met de Tour de France van 2009. Toen kwam er hier een rit aan, die werd gewonnen door Alberto Contador. Het was de Tour van de terugkeer van Lance Armstrong. Armstrong zou voor het eerst sinds 2005 weer de Tour rijden en hij en Bruyneel hadden bedacht dat hij de kopman zou zijn. Ze zaten alleen met de factor Contador, net als Armstrong reed hij ook voor Astana. De winnaar van de Tour van 2007 had geen zin om tweede viool te spelen achter Armstrong, dus trok hij tot grote onvrede van Bruyneel tijdens de rit naar Verbier ten strijde. Hij ging in de aanval, niemand kon volgen. Armstrong moest blijven zitten, ook de familie Schleck kon niet mee. Het werd een glansrijke zege voor Contador, hij pakte een grote voorsprong op de rest en dus zou hij de enige resterende kopman zijn. Hij won uiteindelijk ook de Tour. Er zijn beelden van een ziedende Bruyneel in de auto, dat blijft toch echt genieten. Alle rampspoed kwam het walgelijke duo Bruyneel-Armstrong van harte toe. Op de machtsontplooiing van Contador in de Tour na hebben we deze klim ook regelmatig zien passeren in de Ronde van Zwitserland. Esteban Chaves is voorlopig de laatste winnaar in het skiresort Verbier, hij won hier in 2014. Nu gaan we voor het eerst in heel wat jaren weer omhoog naar Verbier, ditmaal in de Giro. En ditmaal gaan we ook voorbij Verbier, een primeur.




De klim naar Croix de Coeur is in totaal 15,4 kilometer lang, gemiddeld gaat het aan 8,8% omhoog. We beginnen met een klim van 8,5 kilometer richting de bonussprint in Verbier, in dit deel van de klim gaat het gemiddeld aan 8% omhoog. Verbier is een skiresort, dus is de weg omhoog breed. We komen de nodige haarspeldbochten tegen, terwijl het zo nu en dan alvast een tijd aan 9% omhoog zal gaan. Voorlopig is het bekend terrein, een brede weg die redelijk gelijkmatig omhoog loopt richting een vakantieoord, voorbij dat vakantieoord wordt de klim pas echt interessant. Buiten Verbier moet er nog een kleine zeven kilometer geklommen worden, de lastigste kilometers van de klim. Ongeziene kilometers, nieuwe toevoegingen aan de wielerwereld waarderen we altijd. De weg wordt buiten Verbier meteen een stuk smaller, de percentages een stuk hoger. Na drie kilometer aan 9%, met stroken aan 10%, wordt het in de laatste vier kilometer pas echt fantastisch. De bochtige weg voert in eerste instantie door een bos, waar het een halve kilometer aan 12% omhoog zal gaan. Na een dikke kilometer aan 10% komen we in meer open gebied terecht, waar de wind eventueel ook nog een rol kan spelen. We komen daarna een kilometer aan 9,5% tegen, waarna het na een halve kilometer aan 10% richting de top nog een volle kilometer aan 11% omhoog zal gaan. De zwaarste klim tot nu toe, zonder meer. Eigenlijk mogen we wel gewoon verwachten dat de klassementsrenners elkaar hier gaan bestoken, veel betere gelegenheden zullen zich niet snel aandienen. In de buurt van het lokale altiport, ASO zou hier de finish leggen, bereiken we de top van de klim. Uiteraard staat er op de top een kruis, anders zou de naam nergens op gebaseerd zijn. We hebben 140 kilometer afgewerkt op de top en daarna beginnen we aan een heftige afdaling. De klim van eerste categorie was al heftig, maar het heftigste deel moet misschien nog wel volgen.






De klim kende een paar haarspeldbochten, de afdaling kent er heel wat meer. We gaan afdalen over een smalle weg richting La Tzoumaz, het skiresort aan de andere kant van de berg. Richting La Tzoumaz gaat het 8,5 kilometer omlaag en dat worden ontzettend vervelende kilometers. Als deze doortocht tenminste überhaupt doorgang vindt, lol. Google beschikt niet over veel beelden, maar de paar beelden die er wel zijn tonen dat de weg in ieder geval in 2013 nog niet geasfalteerd was. Dat verklaart ook meteen waarom er nog nooit een koers over Croix de Coeur is gereden, de renners over een gravelweg laten afdalen is wellicht wat veel gevraagd. Gravel ligt er nu niet meer, de Zwitsers hebben er asfalt neer laten leggen. Dat hebben ze alleen wel door een beunhaas laten doen, want het asfalt lijkt helemaal nergens op. De klim is dusdanig lastig dat je hier als klassementrenner al prima een bommetje kunt gooien, maar je kunt je bommetjes ook bewaren voor de afdaling. Een smalle weg vol haarspeldbochten en andere bochten, met ook nog eens slecht asfalt. Er is ook nog eens kans op wat nattigheid, om het moeilijke nog wat ingewikkelder te maken. Ik heb berichten gelezen dat de weg vol gaten zit en dat ze dat nu nog proberen te repareren. We zitten hier alsnog best hoog, boven de 2000 meter, en dus is de sneeuw blijkbaar een van de boosdoeners. Hoe dan ook, de klim en vooral de afdaling zal nog aan een laatste keuring onderworpen worden en de kans bestaat dat ik dit voor de kat z'n kut heb lopen te vertellen. Maar goed, als we daadwerkelijk gaan afdalen zullen vooral de eerste 8,5 kilometer van de afdaling de moeite waard zijn. Of levensgevaarlijk, verzin maar een term. Nadien rijden we door La Tzoumaz en hierna komen we in het restant van de afdaling nog minstens 12 haarspeldbochten tegen. Het zal tot beneden technisch blijven, het voordeel is dat de weg in La Tzoumaz een stuk breder is geworden. Een al dan niet leuk feitje is dat Croix de Coeur de favoriete klim is van olympisch kampioene Anna Kiesenhofer. Je weet wel, die ene vrouw waar nooit iemand van had gehoord als Loes Gunnewijk enigszins capabel was geweest. Goed, in totaal gaat het meer dan 20 kilometer omlaag richting Riddes, maar het is vooral het eerste deel tot aan La Tzoumaz dat heel heftig is. Daarna blijft de afdaling zeer steil, maar door die brede weg wordt het gewoon een veel aangenamer verhaal. Met al die bochten en de hoge percentages mag ik het officieel niet makkelijk noemen, maar officieus wel. Aan het eind van de afdaling komen we nog een paar behoorlijk donkere tunneltjes tegen, maar daar zullen de renners inmiddels wel aan gewend zijn. Na nog een paar laatste haarspeldbochten, die dankzij de brede weg oprecht makkelijk zouden moeten zijn, komen we na 162 kilometer uit in Riddes.




Als er niet spontaan op het laatste moment dingen geschrapt gaan worden dan gaan we wat beloven op Croix de Coeur. Zowel omhoog als omlaag kan het een veelbelovend debuut worden. Het is lastig genoeg voor de klassementsrenners om alvast aan de boom te schudden, er is alleen wel één nadeel. Beneden in Riddes slaan we rechtsaf en na een licht bochtige tocht door het centrum komen we buiten het dorp langs de Rhône te fietsen. De komende 22 kilometer volgen we de rivier, we gaan vooral rechtdoor over een brede en vlakke weg door de vallei fietsen. Dat is een best lang stuk om te overbruggen als je alleen bent of met een klein groepje. De aanvalslust van de renners zou daardoor helaas getemperd kunnen worden. De weg naar de slotklim is nog lang, spijtig genoeg. In die 22 kilometer in de vallei komen we uiteraard heel weinig tegen. Het is echt bijna volledig vlak, terwijl we letterlijk een paar meter naast de Rhône fietsen. De rivier komt af en toe in beeld, maar we fietsen toch vooral tussen de bomen door. Na 176 kilometer fietsen de renners langs Sion af, een stad die we vooral kennen dankzij de Ronde van Romandië. In 2018 werd Jakob Fuglsang voorlopig de laatste winnaar in Sion, onder meer Thibaut Pinot, Luis Leon Sanchez en Alejandro Valverde gingen hem voor. De Giro kwam ook ooit aan in Sion, in het jaar 1957 om precies te zijn. De renners gingen toen van start vanuit de Aostavallei en Louison Bobet wat uiteindelijk degene die in Zwitserland als eerste zijn handjes in de lucht mocht steken. In de omgeving van Sion komen we een boel rotondes tegen, maar het blijft een ontzettend eenvoudige tocht. Lange, rechte wegen over het algemeen. De eventuele vluchters blijven lang in het zicht. Aan de andere kant kun je hier natuurlijk ook weer een coup plegen als je wat ploeggenoten in de kopgroep hebt zitten die zich hier dan weer laten terugzakken en op kop gaan rijden. We zullen maar zeggen dat het tactisch gezien een interessante fase is. De fase eindigt in Granges, na 185 kilometer koers. Op 14 kilometer van de finish slaan de renners bij een rotonde linksaf, rijden ze even later rechtdoor over de Rhône, slaan ze nog eens rechtsaf en daarna meteen linksaf, waarna op 13 kilometer van het eind de slotklim begint. Leuk feitje over Granges: Granges is vooral bekend omdat zich daar het grootste attractiepark van Zwitserland bevindt, Happyland.



In de resterende 13 kilometer van deze rit gaat er geklommen worden naar Crans-Montana, een bekende naam in het wielercircuit. De klim begint meteen met een fase vol haarspeldbochten, tussen de wijnranken door. Na een halve kilometer aan 5,5% gaat het vervolgens een kilometer aan meer dan 9% omhoog, met meteen de steilste strook van de klim, eentje aan 13%. Gemiddeld klimmen we in de laatste 13 kilometer aan 7,2%, de bochtige beginfase krikt het gemiddeld wat op. Het zal weer een lastige overgang worden, na afdaling van 20 kilometer en een stuk in de vallei van 20 kilometer meteen aan 9% klimmen. Gaandeweg wordt de klim iets makkelijker, na een halve kilometer aan 8% gaat het twee kilometer aan 7% omhoog. We fietsen door een aantal dorpjes, de Zwitsers hebben de hele bergflank volgebouwd met wijnranken danwel huizen. Het levert wel wat idyllische beelden op, vooral als we wat hoger komen en over de vallei kunnen uitkijken. Na vier kilometer klimmen gaat het weer een kilometer aan 9% omhoog, de slotklim is zeker niet eenvoudig. Als je de klim naast Croix de Coeur legt valt het mee, vergelijk je het met Campo Imperatore dan ben je ineens dik tevreden. Tijdens de steilere kilometer aan 9% fietsen we een tijdje door het bos, het is in die zin wel een afwisselende klim. In de kilometers erna wordt het iets makkelijker, maar met 2,5 kilometer aan 8% is het allesbehalve vlak. Met zo'n beetje zes kilometer te gaan komen de coureurs uit in het dorpje Lens, hier volgt de tot nu toe makkelijkste kilometer van de klim. Tijdelijk gaat het aan slechts 6% omhoog, minder straffe kost. Buiten Lens wordt het weer iets leuker, het gaat anderhalve kilometer aan 8% omhoog. We duiken een donker bos in en daar blijven we tot op drie kilometer van de finish. De wegen zijn overigens continu behoorlijk goed en behoorlijk breed. Niet zo'n snelweg als eerder op de dag, maar wel gewoon breed. Op drie kilometer van de finish komen we weer in bewoond gebied uit, het gaat een halve kilometer aan 6,5% omhoog en daarna volgt er toch nog een halve kilometer aan 8%. Richting de slotkilometer gaat het aan 7% omhoog. De slotkilometer wordt nog wel spannend, we werken deze laatste kilometer namelijk deels in dalende lijn af. De weg is recht, maar in het midden van de weg zit wel een gootje met steentjes. Even goed aan de linkerkant of aan de rechterkant van de weg blijven fietsen, derhalve. Op 500 meter van de finish volgt er een listige bocht naar links, daarna gaat het na een flauwe bocht naar links rechtdoor verder richting de finish. In stijgende lijn, we komen nog een strook aan 8% tegen. De laatste halve kilometer komt gemiddeld neer op 5,6%, want na de steilere strook vlakt het in de laatste 150 meter weer af. En dan finishen we in Crans-Montana, de eerste (hopelijk) fatsoenlijke bergrit is gedaan.





De klim van eerste categorie eindigt in Crans-Montana, een Zwitserse plaats in het kanton Wallis. Het ligt op een hoogte van 1500 meter op het grondgebied van zes gemeenten, omdat iedere gemeente recht had op een strip land dat vanaf het dal toegang tot de alpenweiden gaf. Van links naar rechts zijn dat: Icogne, Lens, Chermignon, Montana, Randogne, Mollens. Door bijna al die plaatsjes rijden we heen, heel ludiek. Crans-sur-Sierre en Montana zijn in 1960 samengegaan als Crans-Montana. Het gebied heeft twee toeristenseizoenen, in de winter is er een zonnig skigebied, in de zomer staan er diverse golf- en tennisbanen ter beschikking, wordt er paard gereden, gewandeld, gezwommen en gezeild op het meer van Moubra. De plaats is bekend geworden door de talrijke alpine evenementen. Zo werden in 1987 de wereldkampioenschappen alpineskiën hier georganiseerd en in 1992 en 1998 de World Alpine Ski Cup Finale. En dan nog meer evenementen, blijkbaar. Er gaan ook skiliften naar boven, maar een van de skiliften is afgekeurd door de brandweer en afgebroken, kunnen de Italianen nog wat van leren. Volgens Wikipedia is Crans-Montana met een inhaalslag bezig om de plaats weer aantrekkelijker te maken voor toeristen. Er worden tal van opties genoemd om dat te doen, maar het binnenhalen van de Giro lijkt me toch de beste optie. In totaal zijn er 160 km aan pistes met 27 liften in het gebied. In de zomer kan worden geskied op de zuidrand van de 3000 meter hoge hoogvlakte van de gletsjer, de Glacier de la Plaine Morte, waar in de zomer twee skiliften beschikbaar zijn. Bijzonder interessante materie wel, maar er is nog veel meer: Ieder jaar vindt in Crans begin september de European Masters plaats als onderdeel van de Europese Tour. Deze wordt gespeeld op de bekendste golfbaan, die door Severiano Ballesteros is gerenoveerd en sindsdien naar hem vernoemd is. De andere golfbaan, die tussen Crans en Montana ligt, is door Jack Nicklaus ontworpen. Crans-Montana is een golfgebied, er zijn hier meerdere golfbanen en er wonen ook meerdere bekende golfers in deze omgeving. Geen sport, overigens. De Omega European Masters, Streetview laat zien dat er in de slotkilometer een al dan niet tijdelijke boog te vinden is die ons wijst op dit formidabele evenement. Balletje meppen met een moordwapen nemen wij niet serieus. Sophia Loren en Roger Moore woonden ooit in Crans-Montana, de plaats die wij uiteindelijk toch vooral kennen dankzij het wielrennen. In de Ronde van Zwitserland kwam hier menig rit aan, al reden we dan meestal op een andere manier omhoog. Vaak vanuit Sierre, een net iets makkelijkere kant van de klim. Voor het laatst waren we hier 10 jaar geleden, toen ging niemand minder dan ONZE Bauke Mollema met de zege aan de haal. In die jaren viel Bauke nooit aan, maar als hij wel een keer aanviel won hij meteen. De tweede etappe van de Ronde van Zwitserland van 2013 werd zodoende een prooi voor hem, de rest had het nakijken. In de Ronde van Romandië van 2012 won Bradley Wiggins dan weer een tijdrit op dit grondgebied, terwijl Mauricio Soler hier in de Ronde van Zwitserland van 2011 won. Een paar dagen later ging hij gruwelijk hard op z'n kokosnoot en was zijn carrière voorbij, het kan verkeren. Tony Martin en Thomas Dekker wonnen ook ooit in Crans-Montana, terwijl een andere grote ronde hier ook al eens is geweest. In 1984 kwam de Tour de France hier op bezoek en Laurent Fignon ging toen met de zege lopen. Maar goed, wij denken natuurlijk vooral aan de zege van Bauke. Blanco!



In startplaats Borgofranco d'Ivrea is er de hele dag kans op regen. Die kans gaat richting de 100%, we gaan dus weer een nat pak halen. Er staat een klein beetje wind uit het noorden, vooral tegenwind dus in het begin. Een graadje of 14, dat is niet heel lekker. De wind draait in de Aostavallei, waar wel nog steeds veel kans op regen is. Maar in ieder geval wat meer de wind in de rug als we gaan klimmen. Des te hoger we komen, des te groter de kans wordt dat de regendruppels gaan veranderen in sneeuwvlokken. Dit kan wel weer een etappe worden, ik heb nu al medelijden met de renners. Het is maar goed dat we niet helemaal naar 2500 meter hoogte hoeven, op 1900 meter zal het al niet heel warm meer zijn. In Zwitserland blijft het weer slecht, er is ook aan de andere kant van de Grote Sint-Bernhard veel kans op regen. Wel voornamelijk de wind in de rug, dat scheelt dan misschien nog. Iets warmer wel in Zwitserland, een graadje of 20 in Sion, maar in Verbier is het dan weer slechts 12 graden. En we moeten nog hoger dan Verbier, ga maar na. In Crans-Montana rekent men op 14 graden, net wat minder kans op regen en bijna geen wind. Maar al met al kan het zomaar weer heel nat gaan worden, daardoor heel koud en dus nog net wat lastiger dan het in droge omstandigheden al zou zijn. Hopelijk zorgt die regen en zelfs eventuele sneeuw er niet voor dat de Croix de Coeur geschrapt of geneutraliseerd gaat worden. Als dat wel zo is mogen we vanaf 11:00 met dingen gaan gooien, want dan begint de rit al. Na een bijzonder korte neutralisatie van slechts vijf minuten gaan we snel beginnen aan de strook van 60 kilometer dwars door de vallei. Eurosport is er uiteraard weer live bij, met uitzondering van de nodige reclameblokken. De finish van deze rit, die hopelijk niet nog verder wordt aangepast, volgt tussen 16:34 en 17:22, lekker ruim.



Dit is een bijzonder lastige rit, als ie blijft zoals ie nu is. Het had nog lastiger kunnen zijn, maarja. Alsnog is deze lange bergrit de eerste fatsoenlijke test voor de klassementsrenners en ik neem niet met minder genoegen dan een gevecht tussen die klassementsrenners. Of nouja, de paar klassementsrenners die inmiddels nog over zijn. De vluchters hebben genoeg kansen gehad, het is tijd voor een showdown tussen de overgebleven grote mannen. Ik eis dat we gewoon over de Croix de Coeur gaan en ik eis een gevecht tussen Roglic, Thomas en de rest. Zo simpel is het. Geen voorspelling, een wens. Al zou het natuurlijk wel logisch zijn om dit gevecht daadwerkelijk te zien, als je op dit terrein niets onderneemt, wanneer dan wel? Vooral de Croix de Coeur is een goede plek om aan te vallen, al moet je dan nog wel de vallei zien te overbruggen. En je moet de afdaling overleven, misschien zien we juist in die afdaling nog wel het meeste verschil ontstaan. De slotklim heeft vervolgens enkele steile stroken, waar je ook gewoon prima een aanval kunt plaatsen. Geen gezeik, knallen met die handel. In de praktijk zou dit kunnen tegenvallen, maar dat accepteer ik niet.
1. Thomas. Ik zou het echt lachwekkend vinden als Thomas nu ineens een rit wint, maar daardoor is de kans juist groot dat hij dat toch gaat doen. Het jaar soepeltjes begonnen met een 88e plaats Down Under, schitterend 45e in Catalonië, 15e in de Ronde van de Alpen en nu 1e? Je zou het een lineaire progressie kunnen noemen, maar ik kies dan toch liever voor de term lachwekkend.
2. Roglic. De tweede dag na een valpartij is de lastigste dag, dus gaat hij toch wel wat hinder ondervinden tijdens deze etappe. Waardoor hij net niet wint.
3. Caruso. Hilarisch hoe goed hij nu ineens weer is. Eventjes rustig de kat uit de boom gekeken na alle invallen bij zijn ploeg, maar nu de storm weer is gaan liggen gaat hij verder waar hij gebleven was, met schroeien op gevorderde leeftijd dus. Dat tweede podium in de Giro komt eraan, al ligt dat ook wel een beetje aan het feit dat heel veel concurrentie inmiddels is verdwenen.
4. Almeida. Het enige voordeel van het feit dat we nog niet zoveel bergritten hebben gehad is dat we Almeida nog niet hebben zien koersen als Almeida. Iedere bergrit met hem is een kwelling. Almeida lost. Oh, nee, hij komt weer terug. Nee, nu lost hij echt. Toch niet. Oe, hij laat tien meter. Hij zit nog steeds op tien meter. Hij zit een uur later nog steeds op tien meter. Hij sluit toch weer aan. Los nou gewoon eens, lul.
5. Carthy. Bij gebrek aan beter. Serieus, wie moet je anders noemen? Eddie Dunbar? Nee, bedankt.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_209203958
Benieuwd of de klassements mensen er zin in hebben...
[b] Op zondag 14 november 2010 18:11 schreef liesje1979 het volgende:[/b]
Zo is daar Godshand, met zijn sarcastische toon,
Die regelmatig een topic voorziet van spot en hoon.
pi_209203971
Tvp
  FOK!fotograaf vrijdag 19 mei 2023 @ 08:11:15 #4
842 Zorro
Z
pi_209204083
quote:
0s.gif Op vrijdag 19 mei 2023 02:36 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
Als er niet spontaan op het laatste moment dingen geschrapt gaan worden dan gaan we wat beloven op Croix de Coeur.
Ik zit nu al helemaal te trillen van de spanning om wat er dan beloofd gaat worden *O*
Un dann rettet kein Kavallerie,
keine Zorro kümmert sich dodrömm.
Dä piss höchstens e " Zet " en der Schnie
pi_209204090
quote:
6s.gif Op vrijdag 19 mei 2023 08:11 schreef Zorro het volgende:

[..]
Ik zit nu al helemaal te trillen van de spanning om wat er dan beloofd gaat worden *O*
De geboorte van een muis -O- . Nee, hopelijk niet en gewoon man tegen man
  vrijdag 19 mei 2023 @ 09:29:02 #6
454292 Koffieplanter
Violence. Speed. Momentum.
pi_209204594
twitter


Wielrennen heeft een groot probleem.
Put these foolish ambitions to rest.
  vrijdag 19 mei 2023 @ 09:40:25 #7
328924 Frozen-assassin
STAY STRONG APPIE
pi_209204692
De immer werkweigerende renners :r
pi_209204711
Moeten we de Giro en Vuelta weertechnisch niet gewoon gaan omdraaien?
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
  vrijdag 19 mei 2023 @ 09:47:44 #9
311468 Van_Poppel
Voormalig kopman van Gertje
pi_209204767
Als je niet tegen wat regen kan, dan had je maar moeten gaan dammen.
  vrijdag 19 mei 2023 @ 09:50:11 #10
194695 franklop
Fran knock
pi_209204787
Moeten ze niet sowieso een berg over om in Zwitserland te komen?
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
  vrijdag 19 mei 2023 @ 09:59:00 #11
194695 franklop
Fran knock
pi_209204882
Pedersen

Ziek.

twitter
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
  Eindredactie Sport / Forummod vrijdag 19 mei 2023 @ 10:00:01 #12
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_209204887
quote:
0s.gif Op vrijdag 19 mei 2023 09:29 schreef Koffieplanter het volgende:
[ twitter ]

Wielrennen heeft een groot probleem.
Wat wordt hier gemeld?
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
pi_209204891
quote:
0s.gif Op vrijdag 19 mei 2023 09:47 schreef Van_Poppel het volgende:
Als je niet tegen wat regen kan, dan had je maar moeten gaan dammen.
Dit heeft niks met de regen te maken toch? Vooral de staat van het wegdek in de afdaling
  vrijdag 19 mei 2023 @ 10:01:04 #14
311468 Van_Poppel
Voormalig kopman van Gertje
pi_209204894
quote:
0s.gif Op vrijdag 19 mei 2023 10:00 schreef heywoodu het volgende:

[..]
Wat wordt hier gemeld?
Renners willen dat de Croix de Coeur geschrapt wordt.
  vrijdag 19 mei 2023 @ 10:01:51 #15
311468 Van_Poppel
Voormalig kopman van Gertje
pi_209204901
quote:
0s.gif Op vrijdag 19 mei 2023 10:00 schreef Marcoss het volgende:

[..]
Dit heeft niks met de regen te maken toch? Vooral de staat van het wegdek in de afdaling
Dat is toch al maanden bekend. Waarom een dag van te voren hierover klagen?
  Eindredactie Sport / Forummod vrijdag 19 mei 2023 @ 10:09:04 #16
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_209204965
quote:
0s.gif Op vrijdag 19 mei 2023 10:01 schreef Van_Poppel het volgende:

[..]
Renners willen dat de Croix de Coeur geschrapt wordt.
Lekker voorbereid door die renners.
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
pi_209204966
Arensman gaat vandaag het roze pakken.
Het leven is geen krentenbol...
Volg de pijlen.
I am the Lizard King. I can do anything.
  Eindredactie Sport / Forummod vrijdag 19 mei 2023 @ 10:09:39 #18
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_209204970
Overigens zijn er nog 135 renners over, als ik niks heb gemist was Vuelta 2005 de laatste met minder dan 130 finishers, dus dat moeten we wel kunnen redden!
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
  vrijdag 19 mei 2023 @ 10:09:46 #19
260796 DecoAoreste
aka Aleimon Thimble
pi_209204971
Ik dacht, misschien toch maar weer eens kijken vandaag, bergritten kunnen leuk zijn zelfs als de koers onthoofd is. Maar als de halve rit geschrapt gaat worden, laat dan maar weer zitten.
  vrijdag 19 mei 2023 @ 10:12:42 #20
311468 Van_Poppel
Voormalig kopman van Gertje
pi_209204987
twitter
  vrijdag 19 mei 2023 @ 10:13:59 #21
194695 franklop
Fran knock
pi_209204998
Ja verdomme.

Doe dan gewoon een unipuerto op zijn minst
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
  vrijdag 19 mei 2023 @ 10:15:23 #22
194695 franklop
Fran knock
pi_209205010
twitter


Dit noemen we hier gewoon motregen
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
pi_209205014
Koersen voor je geld, lafbekken
  vrijdag 19 mei 2023 @ 10:16:41 #24
62913 Blik
The one and Only!
pi_209205022
Haha, wat is dit dan, ze willen niet fietsen…
  vrijdag 19 mei 2023 @ 10:18:45 #25
454292 Koffieplanter
Violence. Speed. Momentum.
pi_209205040
quote:
0s.gif Op vrijdag 19 mei 2023 10:12 schreef Van_Poppel het volgende:
[ twitter ]
Ik hoop dat dit waar is.
Put these foolish ambitions to rest.
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')