Om spoilers te kunnen lezen moet je zijn
ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis
Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.Houten vissershutjes op palen, als je het heel simpel wil houden.
![15205644852_c1f6b9c9b1_b.jpg]()
quote:
The fishing technique, quite efficacious, is "on sight". It consists of intercepting, with wide nets, the flows of fish moving along the ravines of the coast. Trabucchi are located where the sea is deep enough (at least 6 meters), and are built on rocky peaks generally oriented southeast or north in order to exploit the favorable marine current.
The net is lowered into the water through a complex system of winches and, likewise, promptly pulled up to retrieve its catch. At least two men are entrusted with the tough task of operating the winches that maneuver the giant net. Small trabucchi of Abruzzo and Molise Coast are often electrically powered.
The trabucco is managed at least by four fishermen called trabuccolanti who share the duties of watching the fish and maneuvering.
Ingenieus, u leest het al. Door de Feniciërs naar Italië gebracht, zegt men. Deze platformen kom je langs de gehele Costa dei Trabocchi tegen, men vond deze bouwwerken zo opvallend dat men de hele kust naar die dingen heeft genoemd. Startplaats Fossacesia en finishplaats Ortona liggen allebei aan de Costa dei Trabocchi, een kuststreek die nog wel wat verder doorloopt. Al die vissershutjes doen niet allemaal meer dienst als vissershutje, een flink aantal zijn verbouwd en doen nu dienst als restaurant. Als je even snel op de kaart kijkt zie je bij zo'n beetje iedere trabocco een icoontje met mes en vork verschijnen, ondanks dat ingenieuze systeem bleek het vissen uiteindelijk toch niet rendabel genoeg blijkbaar. Maar goed, ze worden in ieder geval niet gesloopt en krijgen een nieuwe functie, vooruit. Toeristische trekpleister, dusdanig aantrekkelijk dat de Giro er zomaar van start gaat. Niet voor het eerst dat de Giro hier is, zoals gezegd reden we in 2019 en 2021 al door de startplaats heen. In de Giro van 2001 ging er hier zelfs een rit van start, die zou eindigen in Lucera waar Danilo 'Aderlass' Hondo won. In de Tirreno-Adriatico van 1991 kwam er zelfs een etappe aan in Fossacesia, gewonnen door Dmitri Konychev. Zijn zoon Alexander staat nu aan het vertrek in Fossacesia Marina en zo is de cirkel op een bepaalde manier rond. Op de trabocco na kunnen we verder weinig vertellen over dit badplaatsje, net boven Fossacesia Marina ligt dan wel weer Abbazia di San Giovanni in Venere, een kicken benedictijner abdij gebouwd op de plaats waar de Romeinen ooit Venus hebben vereerd. Vandaar Venere. Een van de grootste en meest grandioze abdijen van de Abruzzen, lees je dan. Ze hebben tevens sowieso iets met Venus hier, want de kuststreek wordt naar Costa dei Trabocchi blijkbaar ook wel eens de Golf van Venus genoemd. Heel sick. Alle andere highlights van het roadbook gaan vooral over het hoger gelegen Fossacesia zelf, waar ze prat gaan op een paar paleizen, kerken en een fontein. Plus het feit dat er hier ook wijn wordt geproduceerd, vallend onder de Montepulciano d’Abruzzo DOC.
![20200614141850Monastero%20San%20Giovanni%20in%20Venere.jpg]()
Mocht je ooit in een trabocco belanden dan kun je rekenen op vis die verdronken wordt in een lading olijfolie. Met dat laatste feitje in de broekzak gestoken is de tijd gekomen om het parcours van de tijdrit even te bestuderen. Hoewel er eigenlijk heel weinig te bestuderen valt. De renners gaan van start op de Via Lungomare, aan het strand. Na een paar meter rechtdoor te zijn gereden slaan de renners linksaf en bijna meteen daarna slaan ze rechtsaf. Na die bocht naar rechts bereiken ze een, holy shit, fietspad. Een fietspad, in een ander land dan Nederland? Ja, het bestaat. Ze hebben hier langs de hele Costa dei Trabocchi een fietspad aan laten leggen. Op viaverdedeitrabocchi.info lezen we - middels een brakke vertaling - het volgende: "De Via Verde, het fietspad langs een van de meest tot de verbeelding sprekende delen van de Adriatische kust, nadert zijn voltooiing, een paar meter van de zee, ondergedompeld in de natuur van de Costa dei Trabocchi. Een infrastructuur gewijd aan duurzame mobiliteit, aan fietsers en wandelaars die hen in zijn ongeveer 42 kilometer historische getuigenissen en natuurreservaten biedt, maar ook de accommodatie van hotels, campings, bed & breakfasts en charmante restaurants aan de trabocchi." De tekst dateert van dit jaar, zo vers is dit fietspad dus.
Hier vinden we een heel boekwerk over het fietspad. Dat loopt deels over een oude spoorlijn, nog niet alles is klaar maar ze hebben er toch maar voor gezorgd dat het gedeelte dat we tijdens de Giro gaan afwerken wel is voltooid. "Het is een onmisbaar project om de economie en het toerisme van de betrokken plaatsen nieuw leven in te blazen, maar ook een initiatief dat ertoe zal leiden dat het historisch-naturalistische erfgoed van de Trabocchi eindelijk wordt teruggegeven aan de gemeenschap." Daarom komt de Giro dus op bezoek, dit project moet in het zonnetje worden gezet. Jammer dat de schrijvers van slowridecicloturismo.it in tegengestelde richting zijn gefietst, maar ik ga alsnog hun teksten keihard jatten. Gewoon, dan heb je een beeld.
quote:
Vanaf San Vito begint een zeer fascinerend stuk. Na het oude station van San Vito en het Rocco Mancini-strand met de prachtige Trabocco Punta Fornace te zijn overgestoken, valt de imposante figuur van de Trabocco Turchino op , de "antediluviaanse amfibie", ook beschreven door Gabriele D'Annunzio in zijn literaire werken. De Trabocco is niet direct vanaf de kust te bereiken, maar het is noodzakelijk om te voet over de overhangende heuvel te klimmen via het gemarkeerde pad. Precies ter hoogte van de Turchino volgen 3 kleine tunnels elkaar op die het grillige Dannunziaanse voorgebergte doorsnijdenSan Vito verbinden met de kleine haven van Vallevò. Dit deel van de Via Verde is misschien wel het meest tot de verbeelding sprekende van allemaal. Vanaf de zomer van 2021 zijn de drie korte tunnels van San Vito open, verlicht en verhard.
Voor degenen die willen, is het nog steeds mogelijk om ongeveer 3 km uit te wijken naar de rijksweg erboven dankzij een kleine geplaveide helling direct naast de eerste tunnel. De 3 km rijksweg is niet allemaal om weg te gooien en stelt ons in staat om een omweg te maken boven het voorgebergte van Dannunziano , dezelfde die te bewonderen is vanaf de onderkant van de Via Verde wanneer de tunnels open zijn. Het uitzicht op de kaap herinnert ons aan de schoonheid van deze kust die zich onderscheidt van de "stollings-Aziatische stad" Ortona al Vastese. Het herinnert ons ook, of suggereert op zijn minst, de sensaties die de Abruzzo-dichter D'Annunzio inspireerden tijdens zijn frequente verblijven in dit gebied. Bij de SS16 is het huis van de Vate nog zichtbaar.
Na het stuk provinciale weg en het bezoek aan de hermitage van Dannunziano, kunt u het Trabocchi-fietspad bij Vallevò en zijn kleine haven hervatten . De entree is duidelijk zichtbaar vanaf de weg. Er wacht ons een zeer toegankelijk stuk, bijna volledig verhard, en zeker van landschappelijke waarde. De Trabocchi Punta Tufano , Sasso della Cajana , Punta Torre (die meer dan één foto verdient) en Punta Cavalluccio , evenals de Spiaggetta La Foce , worden in volgorde gekruist . Allemaal op het grondgebied van Rocca San Giovanni . Ga zonder al te veel problemen verder richting de kust van Fossacesia, in al zijn pracht "geïntroduceerd" door het strand van Fuggitellaen de Trabocco Punta Rocciosa .
In principe loopt de weg vooral rechtdoor en is het tijdens de eerste 14 kilometer van de tijdrit zo goed als vlak. Af en toe komen we wel wat bochten tegen, soms een bruggetje, maar het gaat vooral rechtdoor. Met af en toe een tocht door een tunnel, we komen er liefst zes tegen onderweg. Valt in vergelijking met het aantal trabocchi nog mee, daarvan komen we er een stuk of 600 tegen. En de
pista ciclabile ligt dusdanig dicht langs de kust dat we zo'n trabocco bijna kunnen aanraken. Veel toeristischer gaat een route niet snel worden. Om het geheel af te maken hebben de locals de muurtjes langs de kant van de weg ook nog eens opgefleurd met wat graffiti, een van de trabocchi werd voor de gelegenheid ook roze gemaakt.
![costa-trabocchi-rosa-partenza-giro-fossaccesia.jpg]()
![Hzer9hn.png]()
Het is een mooie, toeristische route. Een route zonder veel obstakels verder. Af en toe fietsen we door een plaatsje, maar we kunnen eigenlijk steeds behoorlijk steady op dat fietspad blijven fietsen. Dat ding wordt eigenlijk niet onderbroken, ideaal geregeld. Na een kleine tien kilometer rijden we langs Marina di San Vito af, hier volgt de eerste tussentijd van de dag. Halverwege weten we wie zich niet heeft laten afleiden door de lokale pracht en praal en wie het snelst over het vlakke en behoorlijk groene fietspad aan het knallen is. Voorbij het tussenpunt komen we nog een paar tunnels tegen, eentje is wat langer maar die andere twee tunnels zijn ze heel snel weer uit. Na de laatste tunnel van de dag komen ze de versierde muren tegen. Dat noem ik domweg graffiti, maar het blijken
murales te zijn met een heel idee erachter. Ik heb m'n huiswerk weer eens slecht gedaan. Blijkt er verdorie gewoon een wielrenner uit startplaats Fossacesia afkomstig te zijn. Eentje met een tragisch verhaal, het zal ook weer eens niet. Een van de muurschilderingen is opgedragen aan Alessandro Fantini, een renner die in de jaren '50 furore maakte. Hij won zeven etappes in de Giro en werd in 1956 ook nog eens zesde in het eindklassement. In de Tour won hij twee ritten. In 1961 reed hij de Ronde van Duitsland, wat zijn laatste ronde zou worden. Hij won een etappe tijdens deze ronde, maar een paar dagen later kwam hij in de straten van Trier tijdens een massasprint ten val en die val was dusdanig zwaar dat hij kwam te overlijden. Zijn bijnaam was blijkbaar Il tamburino di Fossacesia, hoewel hij ook liefkozend Nonno werd genoemd. Hij eindigde als tweede, een kleine acht minuten na Charly Gaul, in de beroemde Monte Bondone-etappe van de Giro d'Italia van 1956, dat vindt de Italiaanse Wikipedia belangrijk om te vermelden. En dit, natuurlijk: Op 12 september 2021 werd de as van Alessandro Fantini teruggebracht naar zijn geboorteplaats en voor de gelegenheid werd bij de ingang van de Fossacesia Cemetery (CH) een monument geplaatst ter nagedachtenis aan de atleet en aan alle tragisch overleden sporters. Staat dan weer niet in het roadbook, ik voel me bekocht. Hieronder zien we de muurschildering ter ere van hem. En nog een ander muurschilderingetje, plus tunneltje. Dan hebben jullie ondertussen wel een beeld van de eerste grofweg 15 kilometer van deze tijdrit dat compleet genoeg is.
![WhatsApp-Image-2023-04-26-at-10.50.52.jpeg]()
![Dalle-radici-al-fiore_MILLO_2022_Via-Verde-della-Costa-dei-Trabocchi_Insieme_jpg.jpg]()
Niet voorbij de muurschilderingen houdt het fietspad op. De lange tocht quasi rechtdoor over de groene weg is heel plotseling voorbij. We bereiken de buitenrand van Ortona en in deze plaats gaan we over 'normale' wegen de rest van de tijdrit afwerken. Terwijl we over het fietspad rijden zien we in de verte al de haven van Ortona liggen, zodra er wat meer bebouwing om ons heen is houdt het fietspad op en komen we na een kort bochtje naar rechts ineens op een parkeerplaats uit. Die parkeerplaats verlaten we via een bocht schuin naar links en dan rijden we over weg die ontzettend breed is, dat zal vooral zo voelen na al die kilometers over het fietspad. We rijden rechtdoor langs de haven en hier zal na 16,8 kilometer het tweede tussenpunt van de tijdrit volgen. Best veel tussenpunten voor zo'n korte tijdrit, eigenlijk. De locatie van dit tussenpunt is wel interessant, want een paar meter na dit tussenpunt volgt er een flink terugdraaiende bocht naar links, waarna de renners gaan beginnen aan een klim. Het is nog een kleine drie kilometer fietsen tot de finish en in die drie kilometer moet er nog serieus geklommen worden. Direct na de bocht naar links gaat het een kilometer omhoog aan 5,4%, met een strookje tot 8%. De weg is nog breed terwijl we naar het hoger gelegen deel van Ortona fietsen. Een rotonde, een paar drempels en warempel een paar haarspeldbochten in dit stuk, waarna we op minder dan twee kilometer van het eind rechtsaf slaan. De renners duiken een smal straatje in, hier wordt de tijdrit voor het eerst vrij technisch. De smalle straat loopt namelijk wat naar beneden, terwijl de straat een aantal flauwe bochtjes kent. Richting de laatste kilometer komen we na een paar van die flauwere bochten een scherpere naar links tegen. Bij het uitkomen van die bocht zien we het lokale kasteel liggen, hier kunnen we niet lang van genieten want we slaan bijna direct daarna nog een keer linksaf. We rijden terug het centrum in en dit doen we over een weg die is voorzien van typisch Italiaans plaveisel. De weg loopt eerst wat omhoog, maar het gaat ook nog even kort omlaag. De weg is tijdens dat stukje in dalende lijn wel van asfalt voorzien. Een paar meter later volgt er een schuine bocht naar rechts en dan rijden de renners weer verder over de plaveien vals plat omhoog richting de aankomst. De Italianen hebben zich weer uitgeleefd.
![OURsiGeYyfOsFW2a2jLd_160423-094544.jpg?v=20230416114544]()
![jTJO72K5OtrvAIEICifm_160423-094405.jpg?v=20230416114405]()
De tijdrit eindigt op een plein in het centrum van Ortona, een stad met 22.500 inwoners die uiteraard ook in de Abruzzen en de provincie Chieti ligt. Wiki heeft ditmaal een heerlijke samenvatting: De stad is gelegen aan de Adriatische Zee. Vanuit de haven vertrekken schepen naar onder andere de nabijgelegen Tremitische Eilanden. Ten zuiden van de stad ligt de Costa dei Trabocchi, vernoemd naar de karakteristieke houten visinstallaties. De stad is waarschijnlijk gesticht door het Italische volk de Frentani. In de Romeinse tijd groeide ze uit tot een belangrijke stad. Van de val van het Romeinse Rijk werd Ortona achtereenvolgens bestuurd door de Longobarden, Franken en Noormannen. In 1075 werd het uiteindelijk geannexeerd door het Koninkrijk Sicilië. In 1582 kocht Margaretha van Parma, de rustende landvoogd der Nederlanden, hier landerijen en bouwde er een kasteel met wijngaarden. De wijn hiervan kreeg de naam "Farnese" en wordt nog altijd gebotteld. De Italiaanse koninklijke familie vluchtte in september 1943, gedurende de Tweede Wereldoorlog via de haven van Ortona naar het zuidelijkere, al bevrijde Brindisi. Twee maanden later, in december 1943, was Ortona het toneel van zware gevechten tussen de Duitse en Canadese troepen. Hierbij raakte de stad zwaar beschadigd. Daarna noemt Wiki de volgende bezienswaardigheden: Sint-Thomaskathedraal (met het veronderstelde reliekschrijn van de apostel Thomas), Castello Aragonese, Palazzo Farnese, gebouwd door Giacomo Della Porta in opdracht van Margaretha van Parma en thans in gebruik als museum. Teatro Vittoria en de kust (Costa dei Trabocchi). Dat van die kust wisten we nog niet, natuurlijk. De kathedraal en het kasteel worden ook genoemd door het roadbook. Het kasteel, een Aragonees exemplaar, wordt zelfs majestueus genoemd. Gebouwd rond 1452, gesloopt tijdens de Tweede Wereldoorlog en heropend voor het publiek in 2009. Typisch Italiaans, die hadden dus doodleuk 70 jaar nodig om de boel opnieuw op te bouwen. In dit oude vissersdorpje is de Giro de afgelopen jaren met enige regelmaat gepasseerd. De kust van de trabocchi passeert de laatste jaren regelmatig de revue. In 2021 nog, in 2020, in 2019, in 2017, ga zo maar door. We fietsen telkenmale door Fossacesia en Ortona, maar de plaatsen zijn eigenlijk nog nooit veel verder gekomen dan een tussensprint. De Giro d'Abruzzo kwam hier dan wel weer ooit aan, Ivan Fanelli won in 2007 een rit in Ortona, dat kunnen we in onze zak steken. Een ritje in de Tirreno ging hier ook nog eens van start en Lorenzo Di Camillo van de continentale Roemeense ploeg Sofer Savini Due OMZ is hier geboren, wielergeschiedenis genoeg. Toen we in de Giro van 2021 van Notaresco naar Termoli fietsten, waar uiteindelijk helaas Ewan zou winnen, reden we dus ook door Ortona en Fossacesia Marina, in dat laatste dorpje volgde toen een tussensprint. Het jaar ervoor reden we ook hier langs de kust, en het jaar daarvoor, en pfoe, eigenlijk kunnen we het wel dromen dus. Ik zie in het archief dat ik ook al eens heb gedeeld dat Ortona een bijzonder smaakvolle bekende zoon heeft. Dan heb ik het niet over Francesco Paolo Tosti, componist, pianist, zanger en muziekpedagoog. Nee, dan heb ik het over Rocco Siffredi. Een pornoacteur, jawel! Tot het jaar 2005 speelde hij in meer dan 1300 pornografische films, koekoek. Ortona dus, bijzonder.
![Torri-e-mura-del-Castello-Aragonese-di-Ortona.jpg]()
Om 13:50 zal niemand minder dan Laurens Huys als eerste van start gaan. De Giro laten beginnen met Laurens Huys, jemig. Laurens krijgt te maken met een beetje wind uit zee, de wind zal gedeeltelijk schuin in de rug staan. Meer wind mee dan tegen, dus deze snelle tijdrit wordt nog een stuk sneller. Aangename temperaturen, een graadje of 22 rond Ortona. Een bijzonder minimale kans op regen, dusdanig minimaal dat we er rustig vanuit kunnen gaan dat het droog blijft. Zoals de vaste volger weet is de Giro sedert enkele jaren alleen nog maar te volgen bij Eurosport. Om 13:50 gaat de HOME OF CYCLING meteen live, het gouden duo Jeroen en Karsten zal ons de komende drie weken gaan begeleiden. Al stuurt Karsten af en toe zijn kat als de ritten te lang en te saai zijn. Enkele ritten schijnen ook bij VTM te volgen zijn, maar daar zit niemand op te wachten en we dringen er ook niet op aan. Enfin, een tijdrit heeft natuurlijk een startvolgorde en die is hier te vinden:
https://mcusercontent.com(...)_Ordine_Partenza.pdfOm 16:45 gaat Stefano Oldani als laatste van start, ook wel opmerkelijk. Kijktechnisch is het vrij irritant dat Evenepoel, Roglic, Küng en Ganna steeds een minuut na elkaar starten, welke idioot heeft dat verzonnen? Maar goed, hoe dan ook, als we de organisatie een beetje serieus moeten nemen weten we 21 minuten nadat ze vertrokken zijn wie er aan het langste eind trekt. Spannend.
![c1be8149714ebb2632bcbe85cbe189668fce3e2186591030bad62d856c5bee76.jpg]()