abonnement Unibet Coolblue
  Moderator donderdag 25 augustus 2022 @ 04:16:24 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_205738391
Etapa 6: Bilbao - Ascensión al Pico Jano. San Miguel de Aguayo, 181,2 km

Wat duurde het gisteren ontzettend lang voor de vlucht van de dag vertrok. Meer dan een uur waren ze er mee bezig, anderhalf uur zelfs. Dik 70 kilometer hadden ze er voor nodig en net voor de uitzending begon waren ze vertrokken. Zul je altijd zien, eikels. Waardeloos dat deze rit niet helemaal werd uitgezonden, we zijn bestolen. Hoewel het beslissende moment wel de uitzending haalde. Zo'n beetje het eerste beeld was dat van Marc Soler, die in z'n eentje was vertrokken uit het peloton en twee minuten achter de kopgroep reed. Haha Marco, domme lul, in de chasse patate, minkukel. Bleek mee te vallen, in een mum van tijd reed hij het gat dicht. En toen bleek de theorie van Karsten Kroon warempel een keer te kloppen. Degene die als laatste aansluit in de kopgroep wint de rit. Meestal is dat niet zo, als je een gat van twee minuten moet dichtrijden verspil je veel energie en ben je gezien in de finale, maar gisteren kwam het gewoon uit. Het zal aan de parcourskennis van Matxin hebben gelegen, die reed door zijn achtertuin en kon Marco van allerlei tips voorzien. Het was ook zijn idee om pas zo laat in de achtervolging te gaan, op een klimmetje. Meestertacticus, die Matxin. De kopgroep was uiteindelijk behoorlijk groot, ze kregen ook al snel de zegen van het peloton. Het zou een rit voor de vluchters worden, zoals verwacht. Onderweg zagen we een Monegask punten scoren voor de bergtrui, Victor Langellotti ging met een boel punten aan de haal. Langellotti was altijd een figuur dat nooit serieus werd genomen, en waarvan ook altijd werd gefluisterd dat zijn vader zijn plekje bij Burgos betaalde. Nou, dat blijkt dus helemaal niet zo te zijn! Nee, Langellotti is bij Burgos terechtgekomen na een tip van Matxin, naar het schijnt. Joxean heeft overal een vinger in de pap, blijkt maar weer. Ik geloof het niet helemaal, eigenlijk. Wat ik eigenlijk ook niet geloof maar wel wil geloven: Langellotti heeft de afgelopen jaren gekampt met een gameverslaving. Hij speelde de hele dag FIFA, letterlijk de hele dag. In die periode kwam hij ook 15 kilo aan en daarom noteerde hij de zeldzame keren dat hij zijn huis verliet dan ook steevast overal een DNF. Ondanks deze verslaving kreeg hij ieder jaar toch maar weer een nieuw contract, wat mij nog steeds het vermoeden geeft dat er voor dat plekje is betaald. Ook omdat Burgos meer van dit soort renners heeft of heeft gehad, zoals James Mitri en Gabriel Muller. Burgos is best een beetje stout. Enfin, blijkbaar is Langellotti ondertussen niet meer gameverslaafd, is hij 15 kilo lichter en noteert hij voor het eerst goede uitslagen. Een rit gewonnen in de Volta a Portugal en nu raapt hij alle bergpuntjes op in de Vuelta. Het kan verkeren. En dat terwijl hij eigenlijk helemaal de Vuelta niet zou rijden, er mag een bloemetje gestuurd worden naar huize Madrazo.

Dit allemaal terzijde. Een Monegask, eigenlijk helemaal niet leuk. De rit was verder ook niet bijzonder leuk, al vond ik het wel fantastisch om Igor Anton weer eens in beeld te zien. Hij stond op de Vivero, samen met een aantal leden van de lokale fietsschool. Igor probeert tegenwoordig nieuwe Igors op te leiden, sympathieke jongen. De eerste passage op de Vivero zou niet zo spannend zijn, maar tijdens de tweede passage zou er een hoop volk staan. En in Bilbao zou het ook druk worden. Dat klopte allemaal wel. In aanloop naar de tweede Vivero ging Jake Stewart vanuit de kopgroep in de aanval en hij reed een mooie voorsprong bij elkaar. Eenmaal op die Vivero leek Marc Soler te lossen, wij weer lachen, maar hij sloot even later weer aan en ging daarna zelfs in de aanval. Hij reed naar Stewart toe en liet de bevlekte Brit snel achter. Zijn voorsprong op de achtervolgers was nooit groot, steeds zo rond de 10 seconden. Twee groepjes zaten achter hem, die uiteindelijk in de afdaling richting Bilbao weer bij elkaar kwamen. De voorsprong van Soler werd daarna kleiner, op een gegeven moment had hij nog maar vijf seconden over. Maarja, je moet tot op het wiel. En dat gebeurde niet. Zo'n achtervolgende groep is altijd voer voor psychologen. Je zat sowieso met de koers binnen de koers, de koude oorlog tussen Rudy Molard en Fredje Wright. Een van de twee ging de rode trui overnemen. Waarschijnlijk Molard, tenzij Wright de rit won. Dus wilde Molard vooral niet Soler bijhalen, terwijl Wright ook weer niet al het werk wilde doen omdat hij daarna ook nog moest sprinten. Kortom, Soler bleef net uit de greep van het peloton. Je had tien keer het idee dat ze het laatste gat nu dan echt gingen dichten, maar dat gebeurde steeds net niet. En dus won ie, onze Marco. Ik heb hem onderweg tien keer afgeschreven, zoals je hem eigenlijk altijd afschrijft, schlemiel dat het is. Nouja, af en toe ben je zelf de schlemiel. De eerste Spaanse ritzege in een grote ronde sinds de Vuelta van 2020, jeetje. De tweede ritzege voor Soler in een grote ronde. In 2020 won hij in Lekunberri, in Navarra, en dus in het Baskenland. Zijn tweede ritzege in de Vuelta, twee keer in het Baskenland. En dat voor een Catalaan. Vier tellen later werd Impey tweede, hadden we toch bijna een Afrikaanse ritzege gehad. Wright werd derde en staat nu tweede in het algemeen klassement, twee tellen achter Grappenmaker Molard. In het peloton gebeurde niets, die kwamen vijf minuten later binnen. Jumbo slaagde daardoor wel in de opzet, het rood zijn ze voorlopig kwijt. Redelijk leuke ontknoping vooraan, maar het blijft toch ook vooral verbazingwekkend hoe weinig samenwerking er vaak is in zo'n achtervolgende groep. Buiten dat wel genoten van de Basken, die weer op de afspraak waren. Het was gezellig druk op de Vivero en ook in Bilbao zelf. Ik hoop dat iedereen van het publiek heeft genoten, want het gaat hierna weer wat rustiger worden. We gaan vandaag het Baskenland verlaten en trekken naar Cantabrië, waar de eerste aankomst bergop op het programma staat.




Een dag na de aankomst in Bilbao bevinden we ons nog steeds in deze fantastische stad. De renners verzamelen zich op de parkeerplaats voor San Mamés, het stadion van Athletic Club de Bilbao. Dit is het nieuwe San Mamés, dat in 2013 geopend werd. Bij de openening van het stadion ontbrak er nog een tribune, omdat het nieuwe stadion voor een deel is gebouwd op dezelfde plek als het oude stadion. Pas na de sloop van het oude San Mamés, de magische kathedraal, kon het stadion afgemaakt worden. Het is een bijzonder stadion geworden, zowel aan de binnenkant als aan de buitenkant. Er is plaats voor 53.332 mensen in deze nieuwe kathedraal, waar de Baskische fans kunnen genieten van spelers als Iñaki Williams, Iker Muniain en de altijd sympathieke Raul Garcia. Moderne stadions zijn over het algemeen spuuglelijk, maar San Mamés is een uitzondering. Van binnen ziet het er perfect uit, maar de Baskische ontwerpers hebben vooral van de buitenkant iets bijzonders weten te maken. Een opvallende constructie, die vooral 's nachts een blikvanger is. De buitenkant kan namelijk van kleur veranderen, iets wat het geval is als Athletic 's avonds moet spelen. Het nieuwe stadion heeft net niet de intensiteit van het oude San Mamés, maar men is behoorlijk dicht in de buurt gekomen. Athletic Club is, voor de mensen die onder een steen leven, een bijzondere club. Buiten het feit dat de club nog nooit is gedegradeerd uit de Primera Division valt Athletic vooral op vanwege het gevoerde beleid. Alleen Basken of spelers opgeleid of opgegroeid in het Baskenland zijn welkom. Dat men ondanks deze zelf opgelegde beperking nog nooit is gedegradeerd zegt veel over de club, met een eigen identiteit en een goede jeugdopleiding kom je een eind. In 2019 was de Vuelta voor het laatst in Bilbao en toen kwam men op het onzalige idee om een rondje te rijden over het heilige gras van San Mamés. Beelden leverde dat op, joh. Igor Antón werd hier ooit nog geëerd nadat hij aankondigde te stoppen met fietsen. Hij is ook nog eens een groot fan van Athletic, dus dat is wel een jongensdroom die uitkomt. Als wielrenner gehuldigd worden in een voetbalstadion, dat overkomt normaal alleen de jongens van W52-FC Porto. RIP aan de nabestaanden. Goed, we zijn de laatste jaren dus weer behoorlijk vaak in Bilbao geweest. In 2011 keerden we na een afwezigheid van 33 jaar terug met die historische en legendarische zege van Igor Anton, sindsdien kwamen we hier in 2016 en 2019 ook nog eens langs, en nu dus weer. In totaal is de Vuelta al een keer of 74 in Bilbao geweest, vooral in een ver verleden. Vroeger passeerde de Vuelta ieder jaar in het Baskenland, vooral omdat de koers in die tijd werd georganiseerd door een Baskische krant. In de vroegste geschiedenis van de Vuelta blijkt Athletic Club ook een eigen wielerploeg te hebben gehad, dat wist ik dan weer niet. Bovendien blijkt de voetbalclub een van de drijvende krachten te zijn geweest achter het ontstaan van de Itzulia. Staat op de officiële site van de Vuelta, dus dan zal het wel zo zijn. In het verleden is er twee keer een rit aangekomen bij het oude San Mamés. In 1960 wist Frans de Mulder te winnen in de buurt van het stadion, twee jaar later deed Rudi Altig dat dunnetjes over. Gerben Karstens won hier ook ooit, die verstopte zich daarna waarschijnlijk in het stadion. Wat valt er verder nog te vertellen over Bilbao? Nouja, je zou kunnen vertellen dat het ooit een stinkende industriestad was, in die tijd was de rivier de Nervion een open riool. De bergen in de omgeving werden leeggeroofd, alle ijzererts werd in hoogovens omgesmolten en het afval werd in het water gedumpt. In Bilbao wilde je niet zijn, totdat men op het idee kwam het Guggenheim binnen te halen. Die organisatie was op zoek naar een locatie voor een nieuw museum en in Bilbao trokken ze de stoute schoenen aan. Geldverspilling, vond men, maar uiteindelijk heeft het de stad op de kaart gezet. Pleur één interessant gebouw neer in je stad en je komt al een heel eind. Al zijn er natuurlijk veel meer interessante gebouwen te zien. Een brug ontworpen door Calatrava, om maar wat te noemen. De boel schoonmaken helpt ook, tegenwoordig is de Nervion geen open riool meer. Enkele oude elementen behouden, doet het ook goed. Een oude kraan uit de haven staat nog in de stad, naast de brug waar we gisteren twee keer overheen zijn gereden. Het is ineens aangenaam toeven geworden in Bilbao. Ook hier duizend pintxosbarretjes, en een hoop bezienswaardigheden. Een rondje lopen door de Casco Viejo is nooit een slecht idee, maar ook buiten het historische centrum is eigenlijk alles wel mooi. Al moet je wel een beetje houden van het rauwe en ruwe, voor het gepolijste gedoe moet je eerder in Donostia zijn. Tussen alle stadsvernieuwing door is het industriële karakter zeker nog aanwezig. Volgend jaar gaat de Tour de France hier van start. Het Grand Départ, in het fantastische Bilbo. Een droom die uitkomt. Tegen die tijd gaan we Bilbao nóg wat meer in het zonnetje zeggen, en hopelijk ben ik dan van de partij. Hopelijk is iedereen dan van de partij, want zeg nou zelf, wie wil er nu eigenlijk niet naar Bilbao?



De rit begint bij het stadion van Athletic Club, San Mamés. God verhoede dat ze weer een rondje door het stadion gaan fietsen. Even afstappen en dan een denkbeeldige bal in de goal schieten, hi ha ho. Dat was een leuke gimmick, voor één keer. Met de passage in de kerk van Breda hebben we deze Vuelta onze gimmicktax al bereikt, meer is niet nodig. Tijdens de neutralisatie verlaten we Bilbao, buiten de rit en boven de stad gaan we pas echt beginnen. Tegen de tijd dat we beginnen bevinden we ons in Barakaldo, de stad waar onder meer Isidro Nozal, de gebroeders Otxoa en David Lopez Garcia werden geboren. Nozal groeide op in Cantabrië, waar we vandaag naartoe gaan fietsen, terwijl de onfortuinlijke tweeling even verderop in een ander dorp opgroeide en ook veel tijd doorbracht in Andalusië. Op papier veel bekende wielrenners in Barakaldo dus, in de praktijk valt dat nog wel mee. Ze proberen ook Omar Fraile aan deze stad toe te schrijven, maar die komt uit Santurtzi, net een stukje verderop in de haven van Bilbao. Op het industrieterrein van Barakaldo gaat de rit officieel van start, in de eerste paar kilometer van deze rit loopt de weg een beetje vals plat omhoog richting Trapagaran, een dorpje waar we in de Vuelta van 2018 al eens doorheen mochten fietsen. Toen reden we van het fraaie Getxo naar Monte Oiz, met tussendoor dus een passage in Trapagaran. Als je in het centrum van dit dorpje linksaf slaat kun je beginnen aan een klim, wat we toen deden, maar dat doen we nu niet. We rijden dwars door Trapagaran, waar wel wat rotondes liggen en fietsen vervolgens ode brede weg verder naar Abanto Zierbena. De weg blijft vals plat omhoog lopen, maar een echte klim is het niet. Na zeven kilometer koers komen we uit in Abanto Zierbena, het hogergelegen deel van Zierbena. Beneden, in het estuarium van Bilbao, ligt Zierbena, de stad van de meest sympathieke wielrenner van het peloton, Iñigo Elosegui. Bezig aan zijn derde jaar bij Movistar, qua prestaties heb je nog niet veel van hem gehoord. Vooral vorig jaar was hij continu ziek of geblesseerd, dat schoot niet op. Ook dit jaar gaat het nog niet van harte, maar gelukkig blijft het wel een vriendelijke jongen op twitter. Een Japanfapper. Woon je verdorie in het Baskenland, ben je helemaal weg van Japan. Maar goed, het is wel aandoenlijk om hem te volgen. Iñigo is de kleinzoon van José Antonio Momeñe, eveneens afkomstig uit Zierbena. Dat was in de jaren '60 een bijzonder sterke renner, zo werd hij in 1966 vierde in de Tour. Hij won ook ritten in alle grote rondes, dat doet Iñigo hem voorlopig helaas nog niet na. Uit Abanto Zierbena, boven in de bergen, is Luis Pedro Santamarina afkomstig, evneens een voormalig coureur. Won ooit de Ronde van het Baskenland en won ook ritten in Giro en Vuelta. Leeft net als Momeñe niet meer, RIP aan de nabestaanden. Daarnaast zijn ze in Abanto Zierbena bijzonder trots op Dolores Ibarruri Gomez, bijgenaamd La Pasionaria. Al kwam ze volgens andere bronnen uit Gallarta, maar dat is letterlijk 10 meter verderop. La Pasionaria hield een beroemde speech tijdens de slag om Madrid in 1936. ¡No pasarán! Ze komen er niet langs! Helaas kwam Franco er natuurlijk wel langs, maar we hebben in ieder geval de speech nog. Later zou Dolores nog voorzitter worden van de communistische partij van Spanje, lekker hoor. Strijden voor vrouwenrechten deed ze er ook nog bij, heel goed. In het Baskisch wordt No pasarán trouwens Ez dira pasako, en dat is dan ook weer de titel van een goed nummer van de Baskische band Brigada Loco. We blijven antifascistisch.



Beetje atypische dorpjes hier in de bergen, ze hebben hier de boel vooral volgebouwd omdat we ons in een mijnregio bevinden. Een aantal van die fraaie Baskische heuvels zijn flink afgegraven. Dat heeft voor een hoop economische voorspoed gezorgd, en voor een hoop vervuiling. Als je wat wil leren over de geschiedenis van de mijnbouw in deze regio moet je je melden bij het Euskal Herriko Meatzaritzaren Museoa, of het Museo de la Minería del Pais Vasco. Te vinden op het grondgebied van de gemeente Abanto Zierbena, blijkbaar alleen op dinsdag geopend. Dat is onhandig, maar het resultaat van al die afgravingen is in ieder geval wel dagelijks te zien. Enfin, we fietsen dwars door Abanto Zierbena en zetten koers richting Muskiz, over een brede weg die wel wat rotondes kent. Verder loopt het inmiddels wat naar beneden, haast onmerkbaar. Eenmaal in Muskiz slaan de renners linksaf, hierna trekken ze definitief het binnenland in. In Muskiz, waar een kasteeltje staat, en de olieraffinaderij van Petronor, klein minpuntje, bereiken we het voorlopig laagste punt. Hierna gaat de weg negen kilometer vals plat omhoog lopen richting Mercadillo, de renners fietsen continu over een brede weg door een groene omgeving. Veel maken ze hier niet mee, ze hebben hooguit last van wat verkeersobstakels. Wat paaltjes onderweg en een rotonde in Mercadillo, dat is het zo'n beetje. Mercadillo is overigens rommelmarkt in het Spaans, wat een merkwaardige naam joh. Bij de rotonde op de rommelmarkt slaan we rechtsaf, daarna fietsen we zeven kilometer verder over de volgende weg, tot we uitkomen in Traslaviña. Dit is een plaatsje waar we een aantal jaar geleden ook al zijn geweest. De laatste keer dat er een rit eindigde in Bilbao ging men de volgende dag ook al van start in de stad, dat was toen men besloot door het stadion van Athletic te fietsen. Die rit zou eveneens eindigen in Cantabrië, maar dan op Los Machucos. Een deel van de rit van toen komt nu terug. In die zeven kilometer naar Traslaviña loopt de brede weg overigens steeds een beetje omhoog, we komen ongeveer 100 meter hoger uit in dit stuk. Paar bochten erbij, en weer een hoop mooie natuur. En een beetje mijnbouw, dat dan ook wel weer. Enfin, eenmaal in Traslaviña slaat men rechtsaf en dan loopt de weg nog drie kilometer verder omhoog. Kilometertje aan 3% erbij, dat is de zwaarste uitdaging tot nu toe. Hierna gaat het drie kilometer voorzichtig naar beneden over een brede doch bochtige weg en dan rijden we vervolgens een Cantabrische enclave in het Baskenland binnen. We hebben deze Vuelta al gekeken naar Baarle-Nassau en Baarle-Hertog, tijdens deze rit kijken we naar Valle de Villaverde. Een miniem stukje land waar ook maar 300 mensen wonen. Een stukje Cantabrië, omgeven door het Baskenland. Een gebied waar in het verleden nogal wat om te doen was, de Baskische nationalisten wilden dit stukje Cantabrië graag inlijven bij het Baskenland. Cantabrië is nooit op die eisen ingegaan, wat ertoe heeft geleid dat de zaak zelfs naar de rechter is gegaan. Die vond dat dit stukje historisch gezien bij Cantabrië hoorde en dus bestaat de Cantabrische enclave nog altijd. De laatste jaren zijn de spanningen wat gaan liggen, maar het blijft een vreemde situatie. De inwoners van Valle de Villaverde lopen tegen allerlei praktische problemen aan, het schijnt bijvoorbeeld vrij ingewikkeld te zijn om in een andere autonome regio naar school te gaan of in een andere regio gezondheidszorg te ontvangen. Die spanningen zijn naar het schijnt wel gaan liggen en men probeert elkaar tegenwoordig te helpen, dus is dat tegenwoordig niet echt een probleem meer. Hoewel, ik kom een vrij recent artikel uit juli van dit jaar tegen waarin staat dat men nu pas een gezondheidsovereenkomst heeft getekend. Sinds een maand kunnen mensen uit Valle de Villaverde terecht in Zalla en Balmaseda als ze zorg nodig hebben. Kon daarvoor dus blijkbaar niet. Handig, zo'n enclave. Moet je helemaal een teringeind naar Cantabrië rijden terwijl de Baskische zorg om de hoek zit. Zal ook lachen zijn geweest tijdens corona, haha. In een ander artikel lees ik dat er geen corona was in Valle de Villaverde, simpelweg omdat er geen dokter was die dat vast had kunnen stellen en reizen konden ze toen ook niet. Geniaal allemaal weer. Tijd om de enclave op te heffen en toe te voegen aan het Baskenland, me dunkt. Een of andere lul kocht dit stukje grond in de 15e eeuw en sloot zich daarna aan bij Cantabrië en niet bij het Baskenland en dat speelt dan zoveel jaar later nog steeds. Blijft toch ook merkwaardig allemaal. Enfin, in de Cantabrische enclave komen we een klim tegen, eentje die we nog zouden kunnen kennen van 2019. Toen was het een klim van de derde categorie, nu is ie ongecategoriseerd. De Alto de la Escrita is desondanks nog steeds zes kilometer lang, gemiddeld gaat het aan 4% omhoog.




De klim beschikt over een mooie en brede weg, dwars door een bos. We passeren ook het dorpje Villanueva, en het dorpje Laiseka. Blijken de voorouders van Roberto gewoon uit een Cantabrische enclave te komen, bizar. Er is ook een fronton in Valle de Villaverde, de plek waar je pelota kunt spelen. Meer bewijs hebben we niet nodig dat het hier gewoon Basken zijn. Enfin, de klim is dus verder niet heel speciaal, het gaat steeds aan net iets meer dan 4% omhoog en dan zwakt het richting de top af. Op de top van deze Alto de la Escrita verlaten we de Cantabrische enclave en mogen we nog een aantal laatste kilometers in de provincie Bizkaia afwerken. De afdaling van La Escrita is 6,5 kilometer lang. Van de andere kant is het een vrij vergelijkbare klim, het zal dus niet heel steil naar beneden gaan. Wel een behoorlijk bochtige afdaling, een paar van die bochten zijn nog vrij scherp ook. Desondanks zou dit een makkelijke afdaling moeten zijn, iedereen kan een paar kilometer later veilig El Callejo bereiken. Hier wordt het vlak, dat zal de komende twee kilometer zo blijven. Van El Callejo rijden de renners rechtdoor naar Karrantza, waar we de route van 2019 achter ons laten. Toen sloegen we daar linksaf op weg naar een ander klimmetje, nu gaan we lang door de vallei rijden. In Karrantza hebben we bijna 45 kilometer gereden. Voorbij Karrantza is het een kleine vijf kilometer fietsen tot de definitieve grens tussen Baskenland en Cantabrië. Na ongeveer 50 kilometer koers verlaten we het Baskenland, snif. Hopelijk keert de Vuelta snel terug, maar dan met betere ritten. In Cantabrië rijden we eerst vijf kilometer rechtdoor over een zo goed als vlakke weg, daarna volgt er een bocht naar links en dan komen we een paar kilometer later uit in Ramales de la Victoria. De wegen blijven breed en goed, terwijl de omgeving nog steeds bijzonder groen is. Eenmaal in Ramales de la Victoria zetten we koers richting Arredondo, de komende 12 kilometer fietsen we over wat meer glooiend terrein. We komen een meter of 100 hoger uit, maar het gaat hier wat op en af. Een brede en goede weg zonder gigantisch veel bochten in een groene omgeving waar verder weinig te beleven valt, dan ben je er al bijna. Onderweg een keer een passage in een dorpje zoals Valle en Riva, verder volgen we braaf de loop van de Asón. Na 69 kilometer bereiken we Arredondo, groetjes aan Julian. Hier ligt de voet van een behoorlijk bekende klim, eentje die bijna jaarlijks onderdeel uitmaakt van het Vueltaparcours. We gaan maar weer eens beginnen aan de Puerto de Alisas.




In de straten van Arredondo loopt het licht omhoog, een paar bochten later vlakt het weer af en dan rijden we langs een opvallende kerk. Buiten Arredondo beginnen we aan de Puerto de Alisas, de klim die in 2019 voor het laatst voorkwam in de Vuelta. Oh, dan valt dat jaarlijkse nog wel mee. Alhoewel, 2011, 2016, 2017, 2019 en nu 2022, het is ook weer niet helemaal niets. In 2019 reden we zelfs twee keer over de Alisas, al sloegen we bij de tweede beklimming halverwege linksaf richting de slotklim, Los Machucos. Die mokersteile klim met geribbeld beton negeren we ditmaal, we volgen nu de normale weg naar de top van de Alisas. In 2011 beklommen we de Alisas van de andere kant, net als in 2016. Toen maakte ie onderdeel uit van de rit die zou eindigen in Bilbao, met in die rit ook de Escrita van de andere kant en tweemaal de Vivero. In 2017 eindigden we voor het eerst op Los Machucos, wederom beklommen we de Alisas van de andere kant en sloegen we toen in de afdaling een geitenpad in. In 2019 beklommen we de Alisas van dezelfde kant als nu, reden we een rondje en toen we voor de tweede keer aan de klim begonnen sloegen we dus na een tijd linksaf, opnieuw naar Los Machucos. De Puerto de Alisas is vanuit Arredondo negen kilometer lang, gemiddeld gaat het aan 6% omhoog. De beklimming van de tweede categorie kent een brede weg en begint aan 4% omhoog te lopen, waarna er een kilometer volgt aan 7%. Na een kilometer aan 6% en eentje aan 6,5% gaat het nog eens aan 7% omhoog, we hebben dan alweer de helft van de klim gehad. De Puerto de Alisas is nooit heel beslissend geweest, het is daar simpelweg niet lastig genoeg voor. En de plaatsing in deze rit zal er ook voor zorgen dat hier weinig gaat gebeuren. Na twee kilometer aan 6% gaat het richting de top nog maar aan 4% omhoog, we zullen nog even moeten wachten op meer spanning en sensatie. Na precies 77,7 kilometer koers komen de renners boven op deze klim, die ondertussen bij het moderne interieur van de Vuelta hoort. Qua omgeving is het verder wel een mooie klim, een bochtige ook. Dat zullen de renners vooral gaan merken als het naar beneden gaat, wat nu meteen gaat gebeuren. We gaan tien kilometer afdalen richting La Cavada. De afdaling van de Puerto de Alisas is dus bochtig, vooral in het begin. We komen gelijk een stuk of vijf haarspeldbochten tegen, aangevuld met een aantal kortere bochten. Als we een paar bochten hebben gehad fietsen we langs een monumentje, een kunstwerk met drie fietsertjes. Een hommage aan het fietsen, al wordt het kunstwerk vooral beklad door de lokale hangjeugd. Terwijl de vergezichten werkelijk schitterend zijn gaat het een kilometer of zeven tussen de zes à zeven procent naar beneden, desondanks zou ik toch niet willen spreken van een ontzettend ingewikkelde afdaling. De weg is breed, het asfalt is behoorlijk goed en heel wat renners zullen vanwege het verleden parcourskennis hebben. Na de zeven serieuze kilometers in dalende lijn gaat het nog drie kilometer op een subtielere wijze verder naar beneden, waarna we zowaar een keer een vlakke kilometer tegenkomen. We hebben de bochten inmiddels achter ons gelaten en rijden over een brede en rechte weg dwars door de vallei naar La Cavada. Twee kilometer gaat het vals plat naar beneden, maar dit mag geen naam hebben. Na de Alisas bevinden we ons in een tussenfase, het gaat nog wel even duren voor de volgende klim begint. De renners hebben 90 kilometer afgewerkt als ze La Cavada betreden, een dorpje met een oude poort en een kanon. Vroeger werden hier wapens gemaakt, ook niet geheel ongebruikelijk in deze regio. Je moet toch wat doen met al dat spul dat hier uit de grond is gehaald door al die mijnwerkers. In La Cavada volgde er in 2019 een scherpe bocht naar rechts, nu volgt er juist een bocht naar links. We laten het parcours van die rit achter ons en zoeken nieuwe wegen op.



Van La Cavada rijden we een aantal kiloemter over een brede weg naar Liérganes, we volgen de loop van de Miera en dat zorgt ervoor dat we over een licht bochtige doch zo goed als vlakke weg mogen fietsen. In Liérganes komen we een paar rotondes tegen, en een kort knikje omhoog, maar de komende 20 kilometer zit er niet veel meer spanning in dan dat. Af en toe wat minimaal hoogteverschil, af en toe een rotonde, af en toe een passage in een dorpje, maar het is vooral recht, breed en vlak in het ontzettend groene Cantabrië. Een tijdje fietst men langs een fietspad, daar schrik ik toch altijd van in Spanje. Het kan wel, blijkbaar. Zo nu en dan zie je zelfs wat mooie huizen in beeld verschijnen, maar dit is toch echt een deel van de rit waar je niet lang bij stil hoeft te staan. Die Puerto de Alisas heeft verder ook weinig nut als je daarna voor zoveel vlakke meters kiest. In het buurt van het dorpje Sarón komen de renners weer een rotonde tegen, terwijl we ook best wel lang langs de snelweg fietsen. Daar rijden we soms onderdoor, of overheen. Paar bochten erbij, zodat we niet in slaap vallen. Voorbij La Penilla en La Cueva komen we in Pomaluengo zelfs twee rotondes en een paar bochten tegen, spanning en sensatie. We rijden daarna verder door de groene vallei langs de snelweg tot in Vargas, waar we in het centrum een bocht van 180 graden maken. Na deze bocht rijden we naar Puente Viesgo, een kilometer of drie zo goed als rechtdoor over een brede weg die warempel een tijd omhoog lijkt te lopen. Puente Viesgo is een dorp aan de voet van de Monte Castillo. Hier bevinden zich verschillende grotten met prehistorische tekeningen. In de grot van El Castillo kan de bezoeker de originele afbeeldingen bekijken. Aanradertje als je ooit om wat voor reden dan ook Cantabrië bezoekt. Buiten het dorp slaan de renners bij een rotonde rechtsaf en daarna moet er pas echt geklommen worden, de ongecategoriseerde Alto de Hijas gaat beginnen. Godbetert vorig jaar bedwongen we deze Alto de Hijas ook al vanuit Puente Viesgo en toen was het een beklimming van de derde categorie, leg maar uit. Onderweg naar Santa Cruz de Bezana was het de enige gecategoriseerde klim in een rit die uiteindelijk gewonnen werd door Fabio Jakobsen in de sprint. Maar goed, de Alto de Hijas dus, de klim van de dochters, ofzo. Het gaat iets meer dan vier kilometer aan 6,5% omhoog, of iets minder dan vier kilometer aan 7%, ligt er allemaal maar net aan hoe je het bekijkt. Dat het raar is dat men hier geen bergpunten uitdeelt blijkt wel uit het feit dat er een tijd tegen 10% geklommen moet worden. Fraaie omgeving, nog best een lastige klim. Tussendoor ook wat vlakkere stukjes uiteraard, anders kom je niet aan dat gemiddelde.




Na de Alto de Hijas gaan we drie kilometer afdalen, op een vrij steile manier ook nog eens. Op een bord langs de kant van de weg staat 9%, dan weet je het wel. Op het profiel van de organisatie lijkt het alsof het aan 100% naar beneden gaat, maar dat is ook weer niet helemaal het geval. Linksom of rechtsom hoeven we hier weinig problemen te verwachten, de weg is breed en het asfalt goed. Paar bochten onderweg, maar met zo'n wegdek mag dat weinig problemen opleveren. Aan het eind van deze afdaling slaan we linksaf een andere weg in, waarna we via Mata naar Los Corrales de Buelna fietsen. Het wordt behoorlijk recht en al vrij snel ook behoorlijk vlak, na de korte afdaling krijgen we vijf kilometer lang met vlak terrein te maken. Het was even recht, maar als we Los Corrales de Buelna echt bereiken wordt het toch wat bochtiger. Vorig jaar sloegen we in dit dorp rechtsaf, nu slaan we hier na 130 kilometer koers linksaf. En dan een paar meter later bij een rotonde nog eens linksaf. Buiten Los Corrales de Buelna fietsen we een aantal kilometer langs de Besaya over terrein dat iets meer glooiing kent. Richting de volgende officiële klim van de dag komen we vijf glooiende kilometers tegen, waarin het merkbaar op en af gaat. Wel weer een brede weg, dwars door de vallei die de Besaya hier heeft gecreëerd. In de buurt van Villayuso de Cieza slaan we rechtsaf, daarna rijden we een tijd verder langs een andere rivier, de Cieza. Deze weg is dan weer een kilometer of vijf zo goed als vlak, terwijl het een stuk smaller is geworden. De omgeving blijft hetzelfde, mooi. Bomen genoeg hier, als ze in de tussentijd nog niet zijn afgefikt. De smalle weg brengt de renners naar Villasuso de Cieza, leuk. Eerst Villayuso, dan Villasuso. Na een smalle doortocht met wat bochten in deze kleine gemeenschap begint buiten het dorp de volgende klim, de voorlaatste van de dag. De Collada de Brenes staat op het programma, een klim die bij mijn weten nieuw is in de Vuelta. Niet nieuw in de koers, we reden net al even langs de rivier de Besaya en een van de belangrijkste juniorenkoersen van het jaar in Spanje is de Vuelta al Besaya. In deze koers rijden de junioren altijd over deze klim, dit jaar ontbond het nieuwe Portugese fenomeen Antonio Morgado er nog zijn duivels. Ook de al eerder genoemde bijzonder sympathieke Iñigo Elosegui wist hier ooit te winnen in de Vuelta al Besaya. Hij ziet vandaag een groot deel van zijn trainingswegen en de plek waar hij ooit als junior won, met recht een speciale dag. Enfin, de klim zelf, dat is er eentje van de eerste categorie, de eerste van deze Vuelta die z'n eigen altijd mislukkende Vueltaprofiel krijgt. Kun je nooit iets mee, ter lering en vermaak deel ik ze wel altijd. Het gaat 6,8 kilometer omhoog aan 8,2%, de altimetriasgoden schrapen een paar meter weg en komen op 6,2 kilometer aan 8,8%. Hoe dan ook, meer dan de moeite waard. De smalle weg, tot voor kort nog voorzien van slecht asfalt (maar dat kan ondertussen anders zijn), begint in het bos. Hier gaat het meteen aan 9% omhoog, en daarna volgt er zelfs een kilometer aan meer dan 10%. Stroken tot 13%, genieten. In het begin loopt de smalle weg vooral rechtdoor, maar na een tijd komen we in de zone van de haarspeldbochten terecht. Het terrein wordt hier wat meer open en dus heeft de zon hier vrij spel, hoewel het er eerder op lijkt dat we te maken gaan krijgen met een frisse, regenachtige dag. De derde kilometer van de klim is wat makkelijker, het gaat aan 7% omhoog, maar daarna gaat het opnieuw aan 10,5% omhoog. Zelfs een strook tot 14%, dit is de Vuelta. In de laatste 2,5 kilometer van de klim wordt het allemaal nóg onregelmatiger. De steile stroken blijven aanwezig, maar door wat meer vlakker werk tussendoor zakt het gemiddelde van 8,6% naar 7%.





twitter


De top van de Collada de Brenes bereiken de renners na 146 kilometer. Op de top van deze ontzettend steile klim van eerste categorie ligt ook nog een bonussprint, dat wordt weer spannend jongens. Het uitzicht richting de top is schitterend, als het weer het toelaat kun je hier heel ver weg kijken, als je je verrekijker meeneemt kun je zelfs de finishberg al zien liggen. Bij goed weer fiets je hier boven de wolken, nu gaan we waarschijnlijk tussen de regenbuien fietsen. Dat is niet onbelangrijk, want de weg is smal en de staat van het asfalt is matig, als ze geen nieuwe laag hier hebben neergelegd. Dat heeft gevolgen voor de afdaling, want het gaat acht kilometer behoorlijk serieus naar beneden. De andere kant van de klim is beduidend minder steil, maar het gaat na een recht en makkelijk begin - met een werkelijk adembenemend mooi uitzicht - toch een kilometer of vijf aan 7% naar beneden, en dan nog wat werk aan 5%. Met daar dan ook nog eens het nodige bochtenwerk bij, voor de leuk. In het begin kijken we recht de vallei in, al gaan de regenbuien dat vast verpesten. Na een tijd komen we in de bochtenrijke zone terecht, paar haarspeldbochten, hoop snelle bochten, je weet hoe het gaat. Als het nat wordt is dit een lastige afdaling, droog is ie ook nog steeds de moeite waard. Niet de breedste weg en een hoop bochten, dan weet je dat er hier iets kan gebeuren, vooral ook omdat het asfalt hier niet al te best is. Of was, ik hoop echt op een nieuw laagje. Paar blinde bochten, wat chicanewerk, een verkenning kan hier geen kwaad. Na acht kilometer op een vrij technische manier dalen komen we uit in het dorpje Los Llares, in dit dorpje ligt het ergste daalwerk achter de rug. We dalen hierna nog wel vijf kilometer verder, maar dan op een veel eenvoudigere manier. De weg is spontaan twee keer zo breed geworden en het gaat vooral rechtdoor, eitje. Na 149 kilometer komen we beneden uit in Las Fraguas, waar de afdaling voorbij is. Hier slaan we in het centrumpje rechtsaf en dan gaan we op weg naar de tussensprint. In de vier kilometer tot aan de tussensprint loopt de weg steeds een beetje vals plat omhoog, maar dat is niet het grootste probleem. Het probleem is vooral dat we een stuk of drie rotondes tegenkomen, met steeds het nodige bochtenwerk erbij. Gewoon rechtdoor fietsen zit er niet in, het is draaien en keren. Een keer een lekkere bocht erbij van 180 graden met daarna meteen een rotonde, lekker man. Bij die rotonde slaan we linksaf en dan rijden we Santa Cruz de Iguña binnen, waar een paar bochten later na 162 kilometer de tussensprint van de dag volgt, op slechts 20 kilometer van het eind. Een klein dorpje van amper 188 zielen, maar ze hadden ooit wel een bekende inwoner. De ingenieur en wiskundige Leonardo Torres Quevedo werd hier geboren, hij bedacht blijkbaar onder meer de rekenmachine. Ook bedacht hij een schaakmachine, en ontwierp hij luchtschepen. Bezig baasje, als je al zijn uitvindingen wil zien moet je zeker het lokale museum bezoeken in het dorp. Voorbij de tussensprint fietsen de renners naar het dorpje Molledo, in de twee kilometer tot aan dit dorp gaat het aan 3% omhoog. De slotklim komt er bijna aan, maar voor de klim begint krijgen we nog met wat meer ongecategoriseerd klimwerk te maken. In Molledo is het dan weer even een halve kilometer vlak, waarna er vervolgens drie kilometer aan 3,3% geklommen moet worden. Niet buitengewoon lastig, maar het is zeker niet vlak in de Valle de Iguña, een vallei die ook wel eens Valle de los Inventos wordt genoemd als ode aan Leonardo Torres Quevedo. Na een tijd rijden de renners door een tunneltje, terwijl we ook weer langs de Besaya fietsen. Even later slaan we linksaf en rijden we over de rivier heen, waarna we via een paar haarspeldbochten richting Casares fietsen.





Het gaat dus drie kilometer omhoog aan 3,3%, maar in deze fase met een paar haarspeldbochten gaat het even wat steiler omhoog. Kilometer aan 6% zelfs, als we bepaalde bronnen mogen geloven. We fietsen ook nog even door een dorpje waar het wat smaller wordt, koddig weggetje. Daarna vlakt het steeds meer af tot in Casares, waarna we via het gehucht Quevedo kort gaan afdalen richting Barcena de Pie de Concha, het gaat een kleine kilometer naar beneden. Een afdalinkje door open terrein zonder lastige bochten, dus kunnen we vlak voor we Barcena de Pie de Concha bereiken veilig twee keer kort achter elkaar linksaf slaan. Na de tweede bocht naar links begint de slotklim, voor het eerst in de geschiedenis van de Vuelta gaat er geklommen worden naar Pico Jano. De slotklim is er eentje van de eerste categorie, het gaat in de laatste 12,6 kilometer van de etappe aan 6,55% omhoog. Dat is wel heel specifiek zeg, jeetje. Enfin, de klim begint met een makkelijke kilometer, in het begin gaat het maar aan 5% omhoog. In de vier kilometer daarna wordt het leuk, het gaat eigenlijk continu zo rond de 9% omhoog, met heel wat stroken boven de 10%. De weg omhoog is redelijk breed en voorzien van redelijk goed asfalt, het is alleen even opletten voor het veerooster. De klim voert door een behoorlijk open gebied, waar de wind z'n ding kan doen. Na het bijzonder lastige stuk van vier kilometer aan 9% volgt een kilometer aan ongeveer 7%, waarna het in de volgende kilometer aan 6% omhoog zal gaan. Na zeven kilometer klimmen bereiken we dan het eind van het eerste deel van de klim, want de Pico Jano is een klim in twee schuifjes. Of in twee stuwmeren, zo kun je het ook noemen. De groene berg, die een mooi uitzicht biedt op de omgeving, brengt de renners in eerste instantie naar het Embalse de Alsa, het stuwmeer van Alsa. Langs dit stuwmeer is het een kilometer zo goed als vlak, het gaat aan amper 1% omhoog. De renners rijden over de stuwdam, dat levert altijd kicken beelden op, en beginnen daarna aan het tweede deel van de slotklim. Er moet nog vijf kilometer geklommen worden tot aan de finish en dat doen we over een haarspeldbochtrijke weg in een schitterende omgeving die recent is geasfalteerd. Eerst lag er tijdens het laatste deel van deze klim alleen maar gravel, maar om de Vuelta hier te kunnen laten finishen moest er asfalt worden neergelegd. Dat is gebeurd, dus gaan we vijf kilometer klimmen over een nieuwe weg. In het begin valt het mee, we beginnen met een kilometer aan 3,6%. Daarna gaat het wel drie kilometer pittig omhoog, maar niet zo pittig als in het eerste deel. Een kilometer aan 7%, daarna eentje aan 7,5% en dan weer eentje aan 7%, met wel zo nu en dan een piek tot 10%. In de slotkilometer zwakt de klim richting het Embalse del Mediajo af naar 6%. Een klim die tot de verbeelding zal spreken, vooral vanwege de beelden. Als het niet regent, tenminste. Een formidabele omgeving. De klim zelf is ook formidabel, in het eerste deel. Richting de finish loopt het wat weg, maar alsnog is het een prima eerste aankomst bergop. Een leuke ontdekking weer van de organisatie. Paar bochten nog in die laatste kilometer, maar ach, zal vast geen sprint worden, toch?





Een aankomst bergop in de Vuelta is natuurlijk nooit compleet zonder een video van Pedro Delgado. Ook dit jaar is Perico weer op pad geweest om alles mooi in beeld te brengen. De eerste PericoPuerto van 2022 is uit en we krijgen zodoende alvast een eerste indicatie van de laatste twee beklimmingen van deze rit. Op de Collada de Brenes zit Perico vast achter een hoop koeien, terwijl hij in de afdaling dankzij het slechte wegdek voor zijn leven vreest. Op de Pico Jano valt hem op dat het richting de top behoorlijk open is en dat de wind een rol kan spelen. Mij valt op hoe mooi het daar is, niet te doen. Pedro gaat wel altijd een paar maanden op voorhand op bezoek, dus ligt er nog gravel aan het eind van de Pico Jano. Inmiddels ligt er asfalt. Verder valt er eigenlijk niet zo gek veel te vertellen over onze aankomstplaats van vandaag. Het is verdomd mooi. Van stuwmeer naar stuwmeer, met tussendoor een hoop schitterende natuur. De laatste paar kilometer met die kronkelende weg omhoog, dat is gewoon goed. Overal vergezichten, als het goed weer is. Om toch nog iets te kunnen vertellen over deze plek heeft de organisatie besloten dat de klim naar Pico Jano bij San Miguel de Aguayo, een dorpje iets verderop. Al kwamen ze vrij snel tot de conclusie dat er ook over dat dorpje niet veel te vertellen valt. Er staat een middeleeuwse toren, en dan heb je het wel gehad. Buiten het feit dat het blijkbaar de economische motor van de regio is, al heeft dat ook veel te maken met het stuwmeer van Alsa. Het stuwmeer is een economische motor omdat ze hier energie opwekken, het is een toeristische motor omdat je op en rond het meer aan alle sporten kunt doen die 'dicht bij de natuur staan', al dus het roadbook. Wandelen in de bergen bijvoorbeeld, of fietsen naar het andere stuwmeer, dat van Mediajo. Daar is helemaal geen informatie over te vinden. Al is het eerlijk gezegd ook niet veel meer dan een uit de kluiten gewassen zwembad. Helemaal op de top van de berg, boven dat zwembad, vinden we een hoop rotsen, een zendmast, een kruis en een punto geodesico. Een triangulatiepunt, dat was ooit rullevant voor de landmeetkunde ofzo. Nu staat er gewoon een lelijke paal boven op je berg, ben je mooi klaar mee. Tot zover Pico Jano. Supermooi, geen boeiend verhaal over te vertellen. Alhoewel, blijkbaar is er toch ooit een wielerkoers aangekomen op deze berg. In de Vuelta a Cantabria kwam men in de jaren '80 bijna jaarlijks aan op Pico Jano. Was toen een profkoers, zoals je in die jaren überhaupt een stuk meer Spaanse profkoersen had. Ook de Vuelta al Besaya reed al eens deze berg op, een paar jaar geleden nog. De finish lag toen wel bij het stuwmeer van Alsa, waar de Cantabriër Ivan Cobo de rit won. Het stuwmeer van Alsa bestaat overigens al meer dan 100 jaar en schijnt nogal belangrijk te zijn. De pompinstallatie hier is flexibel en kent een grote capaciteit en is altijd beschikbaar, wat blijkbaar opvallend is. Er zijn tevens plannen voor een nieuwe centrale in de buurt van de finish, het wordt zelfs het vlaggenschipproject van Repsols strategie voor hernieuwbare energiebronnen en koolstofarme opwekking genoemd, poe. Een van de meest relevante projecten met het oog op het opwekken van hernieuwbare energie in Spanje, en dat allemaal op onze finishberg. Toch nog relevanter dan gedacht.



Het gaat een totaal andere dag worden. In Bilbao wordt het overdag slechts 24 graden terwijl er gedurende de dag 70% kans op regen is en zelfs kans op onweer. De wind blaast vanuit het noorden maar is niet ontzettend aanwezig. Kans op regen gedurende de hele dag, dat kan wel eens interessant gaan worden. In Barcena de Pie de Concha, aan de voet van de slotklim, ongeveer hetzelfde verhaal. Slechts 22 graden daar, met zelfs 80% kans op regen, de hele middag lang. Het lijkt me eigenlijk een zekerheid dat het gaat regenen en dat gaat zorgen voor enkele gevaarlijke afdalingen. Vooral die van de Collada de Brenes wordt daardoor erg onaangenaam, maar überhaupt wordt het de hele dag opletten daardoor. Na bijna 40 graden een dag eerder zal het hoe dan ook een aanslag worden op het lichaam. Klein beetje wind uit het noorden op de slotklim, dus vooral rugwind, vooral het eerste deel van de klim. Op de top zal het nog een paar graden frisser zijn, de omslag is heel bijzonder. Van start gaat deze rit om 12:20, waarna er nog een neutralisatie van 17 minuten volgt in en rond Bilbao. Tegen de tijd dat de uitzending van Eurosport begint hebben we het Baskenland al verlaten en hangt mijn vlag halfstok. Met wat mazzel pakken we nog net de Puerto de Alisas mee, maar waarschijnlijk niet. Zoals we gewend zijn begint Eurosport om 14:30 aan de uitzending en sluit Sporza om 15:50 aan. De aankomst boven op Pico Jano verwachten we tussen 17:15 en 17:47.




De eerste echte aankomst bergop, dus ook de eerste echte test voor de klassementsrenners. Wel een beetje de vraag of ze voor de ritzege gaan strijden, ik denk eigenlijk niet dat dit direct het geval gaat zijn. Welke ploeg wil rijden? Nou, misschien wel FDJ, want Rudy Molard heeft het rood. Bahrein staat daar heel kort achter, maar ik weet niet of zij de hele ploeg op kop gaan zetten om Fredje Wright een dag in het rood te krijgen. FDJ zal dat misschien wel aandurven, gokkend op het feit dat Molard normaal gesproken beter klimt dan Wright. De voorsprong op alle andere renners is vrij groot, Roglic staat bijvoorbeeld vier minuten achter hem. Zou moeten lukken, normaliter. Of FDJ gaat rijden hangt dan vooral af van de samenstelling van de kopgroep, maar in principe staat heel veel volk al op meer dan vijf minuten dus dat hoeft niet direct een probleem te zijn. Door de voorspelde regen kan het wel een nerveuze dag worden in het peloton waardoor het tempo automatisch hoger komt te liggen, eigenlijk het enige argument dat ik kan verzinnen voor een strijd tussen de klassementsrenners. Nee, die gaan een achterhoedegevecht uitvechten, achter een uitgebreide kopgroep. De klim is ook weer niet dusdanig lastig dat je hier meteen met minuten kunt smijten. Een leuk begin, maar richting de top valt het eigenlijk wel mee. Denk dat er weer wat kruit droog gehouden gaat worden, wat niet gek is als het regent.
1. Vine. Het fenomeen Jay Vine gaat het dan eindelijk doen. Hij kan eigenlijk helemaal niets, behalve klimmen. Nou, vandaag gaan we klimmen, dat komt goed uit. Heeft her en der al een hoop tijd verloren, omdat in zo'n peloton rijden helemaal niet zijn ding is. Vanuit de kopgroep zou hij beter tot z'n recht moeten komen, als hij tenminste niet tegen een auto besluit te fietsen.
2. Pinot. Als het dan toch de hele dag gaat regenen kan Thibaut wel eens boven komen drijven. Tenzij hij bij Molard moet blijven, maar ik weet niet of ze bij Groupama-FDJ zo gek zijn omdat rode truitje van Grappenmaker Molard echt serieus te nemen. Zoek het maar uit, Rudy. Geen idee trouwens of Pinot überhaupt een beetje benen heeft, zijn huidige positie in het klassement laat het lijken alsof dat niet zo is.
3. Lutsenko. Die heeft volgens mij ook helemaal geen benen, maar ach, je moet toch vijf namen noemen die uiteindelijk helemaal niet de kopgroep halen. Vooral een renner van Astana noemen, dan weet je dit jaar zeker dat er niets van terecht gaat komen.
4. Bakelants. Die ging gisteren aan het eind van de rit ineens heel nutteloos aanvallen. Pakte bijna een minuut op het peloton, zo! Misschien kan hij vandaag proberen vanuit het vertrek aan te vallen, dat lijkt me efficiënter.
5. Parra. Af en toe moet je een obscure Spanjaard noemen van een van de Spaanse ProTeams. Ditmaal is het José Felix Parra geworden, een goede klimmer. Kan verder ook echt helemaal niks, alleen klimmen. Maarja, meer hoef je vandaag ook niet echt te kunnen dus dat scheelt. Hup Kern Pharma.



[ Bericht 0% gewijzigd door Rellende_Rotscholier op 25-08-2022 11:52:00 ]
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Eindredactie Sport / Forummod donderdag 25 augustus 2022 @ 07:53:59 #2
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_205738649
Laten ze dat stuk van 20+ procent in de slotklim nou liggen of wat mis ik? :@

Edit: zo te zien ligt de finish net een stukje voor dat mokersteile stuk? -O-
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
pi_205739618
WE WANT MORE WE WANT MORE WE WANT MORE WE WANT MORE

Matige slotklim. Voor de vluchters.
pi_205739738
Prima dat ze dat laatste stuk laten liggen. Anders krijg je mogelijk een Plance de belles filles-effect. Nu ligt het zwaartepunt in de eerste 5 kilometer. Laat ze er daar maar aan beginnen.
pi_205739788
quote:
0s.gif Op donderdag 25 augustus 2022 10:34 schreef Dale__Cooper het volgende:
Prima dat ze dat laatste stuk laten liggen. Anders krijg je mogelijk een Plance de belles filles-effect. Nu ligt het zwaartepunt in de eerste 5 kilometer. Laat ze er daar maar aan beginnen.
Zou wel lachen zijn als enkele ploegen dat laatste stuk wel verwachten _O-
pi_205739793
quote:
0s.gif Op donderdag 25 augustus 2022 10:34 schreef Dale__Cooper het volgende:
Prima dat ze dat laatste stuk laten liggen. Anders krijg je mogelijk een Plance de belles filles-effect. Nu ligt het zwaartepunt in de eerste 5 kilometer. Laat ze er daar maar aan beginnen.
Nu gaat er gewoon niks gebeuren denk ik
[i]Put me on a pedestal and I'll only disappoint you
Tell me I'm exceptional and I promise to exploit you
Give me all your money and I'll make some origami honey
I think you're a joke but I don't find you very funny[/i]
  donderdag 25 augustus 2022 @ 10:48:26 #7
62913 Blik
The one and Only!
pi_205739845
quote:
0s.gif Op donderdag 25 augustus 2022 10:41 schreef Bugno3 het volgende:

[..]
Zou wel lachen zijn als enkele ploegen dat laatste stuk wel verwachten _O-
Lijkt me niet, dit profiel staat gewoon in het routeboek

pi_205739847
Wielerflits gaat voor een klassementsrit
pi_205740057
Einde tijdperk R.EV met regen in de afdalingen
Jack does it in real time...
  Moderator donderdag 25 augustus 2022 @ 11:10:43 #10
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_205740058
quote:
0s.gif Op donderdag 25 augustus 2022 07:53 schreef heywoodu het volgende:
Laten ze dat stuk van 20+ procent in de slotklim nou liggen of wat mis ik? :@

Edit: zo te zien ligt de finish net een stukje voor dat mokersteile stuk? -O-
Oh ik dacht dat dat wel duidelijk was. _O-

Ze rijden inderdaad niet helemaal naar het hoogste punt toe, daar zou ook geen plek zijn om te finishen.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Moderator donderdag 25 augustus 2022 @ 11:11:53 #11
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_205740080
twitter


Steef is op de Collada de Brenes en daar is het publiek al op de afspraak.

Verder is het asfalt daar nog steeds ruk, zo te zien.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Eindredactie Sport / Forummod donderdag 25 augustus 2022 @ 11:17:28 #12
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_205740146
quote:
0s.gif Op donderdag 25 augustus 2022 11:10 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:

[..]
Oh ik dacht dat dat wel duidelijk was. _O-

Ze rijden inderdaad niet helemaal naar het hoogste punt toe, daar zou ook geen plek zijn om te finishen.
Jammer, maar goed, als er geen plek is houdt het rap op ja :+
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
pi_205740525
twitter
  donderdag 25 augustus 2022 @ 12:00:42 #14
311468 Van_Poppel
Voormalig kopman van Gertje
pi_205740639
quote:
Dat wordt dus een EWP-tje
  Moderator donderdag 25 augustus 2022 @ 12:04:58 #15
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_205740697
twitter


Ah, vandaar.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  donderdag 25 augustus 2022 @ 12:55:23 #16
262211 hhh38
Duistere driften en afgoderij
pi_205741242
Er is al een groepje van 10 weg
pi_205741368
Achtervolgt er iemand? Of alleen controle FDJ?
[i]Put me on a pedestal and I'll only disappoint you
Tell me I'm exceptional and I promise to exploit you
Give me all your money and I'll make some origami honey
I think you're a joke but I don't find you very funny[/i]
  Redactie Sport donderdag 25 augustus 2022 @ 13:06:17 #18
451829 crew  H.Vviv
pi_205741378
Voorlopig alleen controle FDJ.
pi_205741401
Verschil al over 2 minuten
  Moderator donderdag 25 augustus 2022 @ 13:10:51 #20
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_205741421
Bakelmans!

@showtimer
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_205741443
Benieuwd of Mark Padun bepaalde potjes weer heeft geopend.
pi_205741548
4 minuten en oplopend. Kan me goed voorstellen dat FDJ hier wel tevreden mee is. Bakelmans op 5 minuten en Padun op 6 minuten.
pi_205741550
quote:
0s.gif Op donderdag 25 augustus 2022 13:05 schreef Mexicanobakker het volgende:
Achtervolgt er iemand? Of alleen controle FDJ?
Controle FDJ voorlopig. En denk ook niet dat een ploeg hier achteraan gaat rijden. Had Movistar en BEX nog wel als optie gezien met Mas en Yates, maar die hebben iemand mee in de kopgroep, terwijl Jumbo al aangaf het vooral rustig aan te willen doen in week 1.

Dus het wordt vast voor de vlucht vandaag. Al kan FDJ Jantje B ook weer geen 8 minuten voorsprong geven.
  Redactie Sport donderdag 25 augustus 2022 @ 13:28:34 #24
451829 crew  H.Vviv
pi_205741620
FDJ houdt nu de voorsprong rond de vier minuten en dat zal het tot aan de voorlaatste klim wel blijven. Voor de klassementsrenners ook geen klim waar je veel tijd gaat pakken op je concurrenten, dus die zullen het ook wel goed vinden.
pi_205742203
6 minuten al.
[i]Put me on a pedestal and I'll only disappoint you
Tell me I'm exceptional and I promise to exploit you
Give me all your money and I'll make some origami honey
I think you're a joke but I don't find you very funny[/i]
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')