FOK!forum / School, Studie en Onderwijs / 25% van de jongeren dreigt laaggeletterd te raken en daardoor kansarm
Jippiewoensdag 3 augustus 2022 @ 11:46
Uit de Groene Amsterdammer.

Bevlogen leerkrachten en hoopgevende initiatieven ten spijt dreigt 25 procent van de Nederlandse jongeren laaggeletterd te raken, en daardoor kansarm. Hoe komt dat, en ook: waarom accepteren we dat?

Post van de school. Geen papieren briefje van de juf, maar een bijlage van een e-mail: ‘Lees elke dag 10 tot 20 minuten met uw kind in groep 3, en maak daarbij vooral gebruik van de app Puddingboomplein en de website “Thuis oefenen”.’

De welwillende schooldirecteur die deze nieuwsbrieven verstuurt, denkt bij te dragen aan de geletterdheid van de leerlingen. Maar ze staat er niet bij stil dat het leeshuiswerk tegelijkertijd een kloof kan slaan: want wie leest deze e-mails, en wie leest met zijn kind? De hoogopgeleide ouder die rondkomt met vier dagen werken, hulp in de huishouding heeft en dus tijd en rust vindt om zich dagelijks na het eten te zetten aan het downloaden van apps en het begeleiden van het kind bij het technisch lezen. Niet de overbelaste thuiszorgmedewerker die na het huishouden en de mantelzorg voor haar schoonmoeder nog een dienst draait tot tien uur ’s avonds.

Het is maar een van de talloze manieren van hoe de thuissituatie leerlingen in het Nederlandse onderwijs bevoordeelt of benadeelt. Of je goed leert lezen is volgens het Expertisecentrum Nederlands en de Onderwijsinspectie in steeds hogere mate afhankelijk van de ouders en niet van het onderwijs. Kinderen van laagopgeleide ouders of ouders met een migratieachtergrond lezen significant slechter dan kinderen van hoog- en middelbaar opgeleide witte ouders. Ze lopen ook een groter risico laaggeletterd te worden. En dat verschil begint al heel jong. Een taalachterstand in groep 1 haal je zelden meer in, aldus het Centraal Planbureau in het rapport Ongelijkheid van het jonge kind (2020).

Bovendien groeit de kloof. Het verschil in leesvaardigheid tussen kinderen van laag- en hoogopgeleide ouders is in vijftien jaar met ruim tachtig procent toegenomen, blijkt uit het Pisa-onderzoek. Dat heeft niet alleen een negatief effect op schoolsucces in alle andere vakken. Het is ook een belangrijke voorspeller van gezondheid en welvaart in de rest van je leven. De school blijkt steeds minder een ‘gelijkmaker’ te zijn. Hoe komt dat en wat zijn de gevolgen daarvan voor leerlingen?

SPOILER: verhaal Sara MBO studente 19 jaar
De Amsterdamse mbo-studente Sara (19) heeft Algerijns-Marokkaanse ouders die lezen belangrijk vonden en met haar naar de bibliotheek gingen. ‘In groep 7 las ik heel veel kinderboeken’, zegt ze. Toch moet ze nu een krantenartikel drie keer lezen om het te begrijpen. Hoe wordt iemand in de loop van een schoolcarrière lager geletterd?

Sara viel uit op het vmbo vanwege gewelddadig pestgedrag op haar school en zat een jaar thuis voordat ze een mbo-studie op niveau 1 ging volgen. ‘Ik wilde niet achterblijven. Anders dan de meeste mensen die ik ken hier in West, die zitten gewoon thuis.’ Na een onverschillige school waar ze zich net zo eenzaam voelde als alleen op haar kamer, rondt ze nu mbo 2 af bij een regionaal opleidingscentrum (roc) waar ze zich wel veilig voelt. ‘Toen ik weer begon sprak ik niet eens meer – ik was het verleerd om gesprekken te voeren en om dingen te begrijpen.’

Haar ambitie nu is een goede baan waarmee ze geld kan verdienen, en dus om een opleiding op mbo 4-niveau te voltooien die toegang biedt tot het hbo. Maar een boek leest ze nooit meer: ‘Ik ben er gewoon niet nieuwsgierig naar.’ Als het zou moeten voor haar diploma zou ze het wel doen, denkt Sara, maar niemand vraagt haar ooit om een boek te lezen: ‘Leraren zouden wat strenger moeten zijn. Er wordt met lezen te weinig van me verwacht. Je Nederlands wordt gewoon goed verbeterd als je leest.’

Ook uit een recent onderzoek onder mbo-studenten van docent Nederlands Sunanda van Dam voor Hogeschool Windesheim blijkt dat zij zouden willen dat hun opleiding meer van hen verwacht. Als lezen verplicht is doen ze het wel en kiezen ze zelfs steeds moeilijker boeken. ‘Studenten op het mbo mogen niet worden onderschat ten aanzien van leesniveau en de motivatie om te leren’, aldus Van Dam.

Sara heeft het idee dat ze vroeger, toen ze nog wel veel las, helderder kon denken. En dat klopt, onderzoek wijst uit dat lezen helpt bij het leren om op een gestructureerde, gedisciplineerde manier te denken. Sara’s zorgvuldig gestylede uiterlijk getuigt van wat ze wel doet in haar vrije tijd: make-up-tutorials kijken, Instagram ‘en heel veel TikTok-filmpjes: je blijft scrollen’. Zelf wijt ze haar verminderde geletterdheid aan die telefoonverslaving waar ze in vluchtte door de onveilige situatie van de scholen waar ze op zat.

Wat haar situatie illustreert, is hoe het Nederlandse onderwijssysteem het meest oneerlijk is voor (kinderen van) migranten, ook wanneer die thuis goed Nederlands spreken, zoals Sara’s ouders. Nederland behoort tot de landen waar het verschil in lees- en overige onderwijsprestaties tussen leerlingen met en zonder migratieachtergrond het grootst is, ook wanneer het gezin welvarend is. ‘Vijftienjarige leerlingen met een migratieachtergrond uit rijkere gezinnen scoren lager op leesvaardigheid en rekenen dan kinderen zonder migratieachtergrond uit armere gezinnen’, blijkt uit een analyse van onderwijssocioloog Orhan Agirdag van de Universiteit van Amsterdam. Een op de drie vijftienjarigen met een migratieachtergrond presteert op het laagste niveau voor leesvaardigheid. Ook rekenen doen ze slechter dan kinderen met ouders die uit Nederland komen. Dit geldt volgens onderzoek van Agirdag en diversiteitsdeskundige Burcu Korkmazer ook voor leerlingen met een migratieachtergrond die sterke cognitieve vaardigheden hebben en thuis Nederlands spreken of meertalig opgroeien.

Sara’s verhaal illustreert ook de funeste invloed van de smartphone op kinderen die slecht lezen. Zij begon pas weer iets te leren toen ze in een fysieke schoolomgeving kwam waarin ze (weer) leerde om met andere mensen om te gaan en over haar situatie te praten: ‘Hier is altijd iemand die naar me luistert en advies geeft.’ Recent onderzoek in opdracht van het ministerie van Onderwijs wijst dan ook uit dat mbo’ers zeggen behoefte te hebben aan honderd procent fysiek onderwijs.
Méér schermtijd in plaats van minder is echter waar de vaak kwetsbare studenten op het mbo, met vijfhonderdduizend studenten de grootste vervolgonderwijssector van Nederland, op afstevenen. Ondertussen bereidt minister Robbert Dijkgraaf van Onderwijs namelijk een wetswijziging voor die het de mbo-besturen makkelijker maakt om minder contacturen op school en meer online onderwijs en online begeleiding te bieden. Daarmee zitten deze leerlingen dus straks meer thuis, en meer op hun telefoon, in plaats van minder.

De vaste urennorm is er tien jaar geleden juist gekomen omdat sommige roc’s onzorgvuldig omgingen met onderwijstijd en de roosters van studenten vulden met uren op leerpleinen met zelfstandig werken. In haar boek Wanneer krijgen we weer les? schetst voormalig mbo-docent Paula van Manen hoe zulke vernieuwingen tot uitholling van de onderwijskwaliteit kunnen leiden. De niet zo lees- en spreekvaardige studenten zullen het meest lijden onder de ‘kennisclips’ en online coaches die Dijkgraaf het mbo wil toestaan. Daarmee dreigt wat collega-minister Dennis Wiersma aan de ene kant in de leerlingen stopt – miljarden euro’s voor de basisvaardigheden – er aan het eind van hun schoolloopbaan weer uit te verdwijnen.

Er is nog geen enkel onderzoek dat aantoont dat digitaal onderwijs een positieve invloed heeft op het lezen. Er is wel een correlatie tussen een verstoorde groei in begrijpend lezen door overmatige blootstelling aan digitale media. De overheid schiet tekort in haar taak scholen te informeren over het gebrek aan bewijs voor leerwinst door digitale methoden. Ondertussen wordt vanuit de overheid digitalisering eerder aangemoedigd dan ontmoedigd. Het Nationaal Groeifonds, in de volksmond ook wel het ‘Wopke-Wiebesfonds’ genoemd, stelt ruim een miljard euro ter beschikking voor digitale innovaties in het onderwijs.

Maar digitaal onderwijs is maar een van de bedreigingen voor geletterdheid. Sara’s verhaal illustreert hoe complex het probleem is. Zelden is er één enkele oorzaak aan te wijzen voor de groeiende leeskloof. Of je nu spreekt met een schooldirecteur, een docent of een student, binnen twee zinnen blijkt dat er een web van factoren bestaat: geen geletterde thuissituatie, geen Nederlands als thuistaal, een zwakke basisschool waar technisch lezen niet op orde is, het lerarentekort, geen wijkbibliotheek maar wel een smartphone en opgroeien in een onveilig gezin of in een slechte buurt waar de criminaliteit lonkt. In hun boek Gelijke kansen in de stad (2019) noemen hoogleraar sociologie Herman van de Werfhorst en Erna van Hest, directeur van de Universitaire Pabo van Amsterdam, deze stapeling van ingrediënten die leidt tot kansenongelijkheid ‘accumulatie van achterstand’.
SPOILER: verhaal directeur basisschool Elke Melody
Niet alleen het gezin waarin je geboren wordt, maar ook de school waar je naartoe gaat is een kwestie van geluk hebben. Directeur Elke Melody van basisschool Ichthus in Apeldoorn heeft het gevoel ‘alsof er een muur om de school staat’ waar ze de witte buurtgenoten langs ziet fietsen om hun kinderen in andere wijken naar school te brengen. Ichthus, een ‘oab-school’ die valt onder het zogeheten ‘onderwijsachterstandenbeleid’, zit in een ouderwets schoolgebouw ‘waar de sneeuw ’s winters binnen op de vensterbanken ligt’.

‘In onze kinderen zit heel veel’, zegt Melody vol vuur, ‘maar de school is nodig om het eruit te halen.’ Om hun achterstand in te halen zijn kleine klassen effectief. Scholen in achterstandswijken krijgen dan ook meer formatie voor kinderen via de zogenaamde ‘gewichtenregeling’, een subsidie voor het basisonderwijs die scholen meer geld geeft voor leerlingen van laagopgeleide ouders en ouders die geen Nederlands spreken. Toch helpt deze regeling niet voldoende, is te zien aan het voorbeeld van de Ichthus-school. De school is omgeven door flats uit de jaren zeventig, waarin veel alleenstaande moeders wonen die echter geen officieel geregistreerde schulden hebben en dus geen indicatie hebben voor de ‘weging’ waardoor de klassen kleiner zouden zijn. Door lage lonen en officieuze schulden zijn ze wel arm en te overbelast om ’s avonds een boekje voor te lezen.

Melody heeft noodgedwongen een combinatiegroep 6/7 moeten samenstellen met dertig kinderen, van wel tien verschillende niveaus. Dat betekent dat niet iedereen die vwo aankan daar ook belandt. ‘Sommige kinderen scoren op de capaciteitentest Adit rond de 120/130 op rekenen, maar voor het taalkundige deel zitten ze op 80. We hebben gewoon te weinig tijd om die taalvaardigheid op te krikken. Dan moet je met je hoge IQ dus toch naar het vmbo.’

Minister Wiersma wil middels een ‘masterplan basisvaardigheden’ het peil van het taal- en leesonderwijs omhoog brengen, waarbij niet alleen de scholen verantwoordelijk zijn, maar ook ouders, bibliotheken en andere culturele organisaties. Maar: de problemen van Ichthus illustreren al dat juist de achterstandsscholen dat netwerk niet hebben. Bovendien is het moeilijk te verwachten dat alle ouders elke dag vijftien tot twintig minuten oefenen met lezen thuis.

Melody’s verontwaardigde woordenstroom is niet te stuiten waar het gaat over ‘haar’ leerlingen. Hoewel de goede leraar het verschil kan maken, is het juist voor een achterstandsschool als de hare vrijwel onmogelijk om zo’n leraar aan te trekken. ‘Voor de witte school in de wijk hiernaast komen veertig brieven op een vacature, op onze vacature slechts drie, meestal vrijwel onbruikbare. Gelukkig heb ik nu een heel bevlogen team, maar als daar iemand van wegvalt…’

In een middelgrote provinciestad spelen er net als in de Randstad veel problemen, legt Melody uit, maar zijn de gemeenten er minder op ingespeeld. ‘Het sluiten van bijvoorbeeld de wijkbibliotheek is een regelrechte ramp gebleken voor de kwetsbare buurt waar mijn school staat.’ Met hulp van ouders en het Jeugdeducatiefonds heeft Ichthus nu een schoolbibliotheek. ‘Door die mooie collectie boeken die ze ook mee naar huis mogen nemen zijn onze kinderen meer gaan lezen.’

Het gaat haar er vooral om dat ze lezen, wat ze lezen blijkt minder relevant. Het mogen op Ichthus ook tijdschriften zijn, of stripachtige boeken. ‘Series als De waanzinnige boomhut en Hannes Hunebed zijn waanzinnig populair, die kopen we dubbel.’ De bibliotheek wordt gerund door een hulpouder. ‘In Nederland moet je het dus inmiddels van liefdadigheid hebben om goed onderwijs te kunnen geven.’ Met haar leenbibliotheek heeft Melody stilzwijgend de gemeentelijke taak van leesbevordering overgenomen. En zo zijn er meer extra taken die op haar bord terechtkomen. Bijvoorbeeld omdat ouders brieven ontvangen van de gemeente over voorschoolse educatie of schoolplaatsing die ze niet kunnen lezen of die ze weggooien, omdat ze geleerd hebben post van instanties te vrezen: ‘We zijn meer buurtwerker en loket maatschappelijk werk dan onderwijsinstelling’, concludeert Melody.
Een deel van de Nederlandse leerlingen komt de school als vierjarige al binnen met een reeks problemen op het gebied van lichamelijke en geestelijke gezondheid en gedrag. Ze hebben een beperkte woordenschat van duizend Nederlandse woorden, in vergelijking met het gemiddelde van vierduizend. Deze kleuters zijn niet naar de cruciale voorschoolse educatie gegaan, omdat voor hun ouders de verplichte eigen bijdrage te hoog was of omdat ze de post daarover niet konden lezen. De leerlingen hebben vaak last van slaaptekort, overgewicht, honger of adhd. Hun schermtijd wordt thuis niet begrensd, zodat hun hersenen niet gewend raken aan de concentratie die nodig is om te lezen, te luisteren naar instructies en kennis op te nemen.

Het slechte nieuws is dat er nauwelijks goed nieuws is. Hoewel er hard wordt gewerkt door bevlogen leerkrachten en er hoopgevende en succesvolle initiatieven zijn, is er geen enkele reden om aan te nemen dat de Nederlandse daling in leesvaardigheid tot een halt gekomen is. En de verschillen worden groter, zoals de Onderwijsinspectie jaar na jaar vaststelt. Tussen scholen onderling – hoe kansarmer de populatie, hoe uiteenlopender de prestaties van de school – en ook tussen de leerlingen. Sommige onderzoekers wijzen daarbij op de ‘vroege’ selectie van kinderen die al op hun twaalfde op niveau worden ingedeeld. De vraag is of dat iets te maken heeft met de groeiende kloof: de vroege selectie was er immers al lang voordat de verschillen groter begonnen te worden.

Het advies van de Onderwijsraad om de selectie pas na drie jaar op de middelbare school te laten plaatsvinden lijkt dan wel inclusief (er is minder segregatie als leerlingen tot hun vijftiende in een klas bij elkaar zitten), en is handig voor politici die een quick fix zoeken, maar stuit op veel weerstand. Het plan om later te selecteren is niet gebaseerd op een degelijke analyse van het Nederlandse probleem, meent het RED-Team Onderwijs. Zij wijzen erop dat een soepele doorstroom naar een hoger niveau een snellere manier is om ongelijkheid te bestrijden.

Van het vmbo naar de havo doorstromen wordt nu juist steeds moeilijker en er worden steeds hogere toegangseisen gesteld. Ook veel leraren pleiten daarom voor het weer versoepelen van die weg, in plaats van het later selecteren. Het Centraal Planbureau onderzocht dit jaar de doorstroom vmbo-havo. Ook hier heersen ongelijkheid en willekeur: de ene school is veel strenger in het toelaten van leerlingen met een vmbo tl-diploma tot de havo dan de andere.

Een tweede bezwaar is dat latere selectie het streven om taalniveau 1F te halen in het primair onderwijs zou kunnen fnuiken, omdat er dan geen eindtoets meer is in groep 8.

Ten slotte is een driejarige brugperiode een enorme ommezwaai voor scholen die al lijden onder tekorten aan docenten, middelen en huisvesting. Het vraagt te veel van de overbelaste docent. Nu zijn er vmbo-bb, vmbo-kb, vmbo-tl, havo, atheneum en gymnasium. Hoe doe je als onderbouwleraar (die zelf meestal geen vwo heeft gedaan) recht aan al deze zes niveaus in één klas? Met zes bijbehorende methoden? En welke invloed heeft deze verandering op de betere lezer? Nederland kent bijzonder weinig excellente lezers op de basisschool (8 procent, ter vergelijking: in Rusland is 26 procent van de tienjarigen een toplezer) en in het voortgezet onderwijs (1 procent). Het risico bestaat dat hun niveau nog verder daalt als docenten een klas met grote niveauverschillen moeten bedienen.

De oplossing zal dan al snel zijn: gepersonaliseerde programma’s op de computer. Dat is ook waar de machtige VO-raad naartoe wil. Net als de MBO Raad geloven de bestuurders van scholen voor voortgezet onderwijs in gepersonaliseerd en dus digitaal leren met maatwerk en persoonlijke leerdoelen voor iedere leerling. Dan werkt ieder kind voor zich en is de leraar een coach. Maar zo’n leraar op afstand zal de leerlingen aan de onderkant het hardst raken, omdat hun digitale geletterdheid het laagst is en omdat ze geen geletterde thuisomgeving hebben om het verlies van een docent te compenseren. En zo zijn we dus weer bij Sara.

Job Tichelman werkt op een Amsterdams mbo in Nieuw-West, hij geeft Nederlands op de eerste twee niveaus. ‘Jullie willen iets weten over lezen, maar het gaat hier altijd over veel meer’, zegt hij. Laaggeletterdheid is op het mbo geen geïsoleerd probleem. Tichelman schetst een brede waaier aan problemen: concentratie- tot gedragsproblemen. Lastige thuissituaties en seksueel misbruik. Leerlingen die binnenkomen op mbo niveau 1 hebben bovendien vaak een taalontwikkelingsstoornis, of er zijn andere redenen waarom ze niet twee minuten achtereen een tekst kunnen lezen.

Wat de achtergrond van Tichelmans leerlingen ook is, ze hebben gemeen dat er in hun gezinnen vaak geen talige cultuur is: ‘Ze nemen vaak niet bij het eten even de dag met elkaar door.’ Hij wijst erop dat ook het mediagebruik in migrantengezinnen de taalontwikkelingen van kinderen belemmert. Dat geldt voor nieuwkomers maar ook voor gezinnen die hier langer zijn. ‘Vroeger werd daar nog televisie gekeken, het jeugdjournaal kwam langs, nu kijken kinderen Amerikaanse series op Netflix op hun eigen kamers en de ouders Turkse of Arabische soaps.’

‘Smartphones belemmeren de integratie’, stelt Tichelman vast. Ze belemmeren ook duidelijk de concentratie. ‘Ik kan me niet omdraaien om iets op het bord te schrijven, als ik me dan weer omkeer, heeft iedereen een telefoon in de hand.’ Het is niet eenvoudig om telefoons te verbieden als niet alle scholen dat doen. ‘Het is tijd om ze als een verslavend middel te behandelen in de wet’, meent hij. Onderzoek geeft hem gelijk: daaruit blijkt dat de leerprestaties toenemen als telefoons op school verboden zijn.

‘De telefoon is voor onze leerlingen desastreus’, zegt Tichelman. Naar zijn idee zou de smartphone op alle scholen verboden moeten worden, zoals in Frankrijk al het geval is. Zijn leerlingen krijgen zelfs criminele opdrachten binnen via hun telefoon. De oplossing die de leraar Nederlands probeert, is werken met ultrakorte opdrachten. Maar er zijn ook lessen ‘waarin je niets bereikt’. Dan kiest Tichelman maar voor de twee of drie leerlingen die wel iets willen en laat hij de rest op hun telefoon zitten.

Acht à negen uur per dag zitten de vijftien- tot twintigjarige leerlingen uit hun klassen op hun telefoon, schatten Tichelman en zijn collega’s, die inmiddels ook bij het gesprek in de lerarenkamer zijn aangeschoven. Waar er altijd al een klassenverschil was tussen leerlingen, is dat nu gecombineerd met een verschil in geletterdheid.

Waarom is lezen eigenlijk zo belangrijk? Zoals het geval van Sara aantoont, belemmert een laag taalniveau jongeren in hun sociale leven en in het bereiken van hun doelen. Taal- en leesonderwijs speelt een cruciale rol in het later verwerven van een betere baan, woning en gezondheid. Het kost laaggeletterden jaarlijks 572 miljoen euro aan gemiste inkomsten en hogere zorgkosten. De maatschappelijke kosten van laaggeletterdheid bedragen elk jaar ruim 1,1 miljard euro.

Jongeren die huisschilder willen worden of een ander praktisch beroep ambiëren, kunnen volstaan met mbo 2, waarvoor ze kunnen slagen met een onvoldoende voor Nederlands. Maar de huisschilder wil op den duur misschien wel een eigen bedrijf beginnen, waarvoor goed kunnen lezen en schrijven onontbeerlijk is.

Hoewel de arbeidsmarkt zit te springen om jonge mensen die de ambachten beheersen, stuwen met name autochtone ouders hun kinderen graag voort naar de hogere niveaus van het mbo. En ook niet alle jongeren zelf vinden het een aantrekkelijk idee om met hun handen te werken. ‘Sommigen hebben geen reëel perspectief op hun eigen mogelijkheden’, vertelt Tichelman. ‘Ze willen arts of advocaat worden, en doen wel eens neerbuigend naar de schoonmakers hier, of de conciërge, zonder te beseffen dat dat weleens hun eigen baan zou kunnen worden.’

Job Tichelman spreekt met veel warmte over zijn leerlingen, die weliswaar vaak een ‘bozige grondhouding’ hebben, ‘alsof de hele wereld tegen hen is’, maar die ook heel leuk zijn, en buitengewoon openhartig. Ze zijn allemaal kwetsbaar op hun eigen manier. Ze hebben bijvoorbeeld last van autisme of zijn vatbaar voor beïnvloeding door criminele bendes in de buurt die jongeren vaak al op hun twaalfde benaderen. Veel leerlingen in Tichelmans klassen hebben weleens een pistool gezien.

Het mbo volgt op het vmbo en is opgedeeld in vier niveaus. Van het einde van het vmbo tot aan het examen van mbo 3 is voor taal het zogenoemde ‘referentieniveau 2F’ de eis. Maar pas aan het einde, op mbo 3, hoeven leerlingen daadwerkelijk een vijf te halen voor die toets. Voor de buitenstaander is dat moeilijk te begrijpen, omdat er dus nauwelijks groei wordt verondersteld in die drie jaar mbo. ‘Ze komen hier binnen onder 1F, het niveau van groep 8’, zegt Tichelman, ‘dan hebben ze dus noch op de basisschool, noch in vier jaar vmbo goed Nederlands geleerd.’ Onderzoek wijst uit dat voor sommige leerlingen de scores uit groep 8 zelfs dalen in de vier jaar die ze op het vmbo doorbrengen. ‘Feitelijk erkent de overheid dus dat de meeste mbo’ers na het vmbo, en zelfs de jaren daarna, nog geen 2F-niveau beheersen’, stelt hij.

Vooral spreken en luisteren wordt in mbo 3 een struikelblok voor leerlingen die de opleiding pedagogisch werk volgen: zij moeten daarin vanaf volgend jaar niveau 3F halen. Dat zal voor veel van hen het einde van hun toekomstdroom betekenen. Driekwart van de studenten 3F zakt, voorspelt Tichelman. ‘Meisjes die veel talent hebben en ambitie om voor kinderen te zorgen, maar die caissière zullen blijven omdat hun taal niet op niveau is. Doodzonde.’

Daarmee wordt duidelijk hoe ingewikkeld de problematiek is. De 3F-eis is heel verdedigbaar, want bedoeld om professionaliteit en rijke taal in de kinderopvang te stimuleren zodat een nieuwe generatie een kansrijkere start maakt in het onderwijs, maar blokkeert de gang naar de overspannen arbeidsmarkt, die staat te springen om personeel voor de kinderopvang. Het is dus ook een voorbeeld van wat beleidsadviseur en ervaringsdeskundige uit het precariaat Tim ’S Jongers in zijn columns ‘wie-verzint-dat-nou?’-beleid noemt. Goedbedoeld, maar bedacht door mensen die zelf de gevolgen ervan niet zullen dragen. De vraag is immers of het fair is om de eis aan de uitgang te verhogen voordat je het onderwijs aan de start van hun schoolcarrière hebt verbeterd voor alle leerlingen.

SPOILER: verhaal Chenaya s droom om tandarts te worden
Neem iemand als Chenaya, die desgevraagd een stukje schreef over haar toekomstdroom: ‘Ik ben chenaya ik ben 16 jaar. Ik wil later tandarts worden. dat is mijn beroep sinds groep 6. ik ben heel erg trots daar op. Ik wil tandarts worden omdat het me heel leuk lijkt om dat te worden. hoe wil ik dat aanpakken ik wil het heel simpel aanpakken ik denk dat ik ervoor tot niveau 4 voor moet leren maar als je het wilt bereiken dan ga je wel tot zo veer moeten leren ik heb dit sinds klein tegen me ouders gezegd en op mijn middelbare school zei ik het ook altijd bij rapport gesprekken en als ik het wil halen om tandarts te worden dan moet ik vanaf nu naar school komen en blijven gaan tot dat ik mijn niveau 4 heb gehaald. dat was mijn droom’

Chenaya is een van de meisjes wier ambities waarschijnlijk zullen stranden op het niveau van haar taal. Die frustratie van dromen laat zich niet vangen in de rapporten en statistieken, evenmin als de andere moeilijk waar te nemen maatschappelijke gevolgen van laaggeletterdheid: sociale en culturele uitsluiting, toenemende vatbaarheid voor nepnieuws, oplichting en uitbuiting, en ook bijvoorbeeld dure fouten die worden gemaakt in de bouw of in de zorg. Laaggeletterdheid is een maatschappelijk probleem dat we collectief zullen moeten oplossen.
Ongelijkheid is in de eerste plaats een kwestie van ongelijke welvaart en geletterdheid van de ouders. Maar waarom wordt de leeskloof in Nederland daarna nog steeds groter? Waarom lukt het niet om verschillen aan de start te compenseren in de vijftien tot zestien jaar die kinderen in Nederland op school doorbrengen? Doordat slecht leesonderwijs onmiddellijk effect heeft op de kwaliteit van het onderwijs zelf, is het niet eenvoudig om oorzaak en gevolg uit elkaar te halen.

Het lijkt erop dat het begint met een combinatie van te lage eisen, volle klassen, te weinig tijd voor leren lezen, geen effectieve leesdidactiek, te veel zwak en digitaal lesmateriaal. Tel daarbij op: oneerlijke verdeling van middelen over scholen, sommige bestuurders die kiezen voor de makkelijke (digitale) weg, verwaarloosde leerkrachten met te veel zorgtaken en slecht centraal beleid, zoals bijvoorbeeld het uitblijven van een nationale discussie over telefoons op school.

Dat heeft geleid tot een situatie waarin 25 procent van de Nederlandse jongeren laaggeletterd dreigt te raken en daardoor kansarm. De vraag is misschien niet in de eerste plaats hoe het komt dat we er niet in slagen om alle kinderen op een goed leesniveau te krijgen, maar waarom we het accepteren.

[ Bericht 0% gewijzigd door Jippie op 03-08-2022 12:21:28 ]
#ANONIEMwoensdag 3 augustus 2022 @ 11:47
jesus wat een hoeveelheid tekst, daar kom ik niet doorheen, OP niet gelezen
Jippiewoensdag 3 augustus 2022 @ 11:56
quote:
0s.gif Op woensdag 3 augustus 2022 11:47 schreef Dries4Ever het volgende:
jesus wat een hoeveelheid tekst, daar kom ik niet doorheen, OP niet gelezen
Sorry :@ zal ik het inkorten en de rest onder een spoiler plaatsen?
qltelwoensdag 3 augustus 2022 @ 11:57
quote:
2s.gif Op woensdag 3 augustus 2022 11:56 schreef Jippie het volgende:

[..]
Sorry :@ zal ik het inkorten en de rest onder een spoiler plaatsen?
Voldoet toch mooi aan "Lees elke dag 10 tot 20 minuten" :P
Pileswoensdag 3 augustus 2022 @ 13:27
Zo'n beetje elk topic op FOK! ontaardt tegenwoordig in een allochtonen-bash-topic, wat soms er irritant is, maar als dit de voorbeelden zijn...:
quote:
De hoogopgeleide ouder die rondkomt met vier dagen werken, hulp in de huishouding heeft en dus tijd en rust vindt om zich dagelijks na het eten te zetten aan het downloaden van apps en het begeleiden van het kind bij het technisch lezen. Niet de overbelaste thuiszorgmedewerker die na het huishouden en de mantelzorg voor haar schoonmoeder nog een dienst draait tot tien uur ’s avonds.
Of komt de brief bij de ouder met een migratieachtergrond die überhaupt geen Nederlands spreekt? En wordt er thuis Nederlands gesproken en tv gekeken?

• De Amsterdamse mbo-studente Sara (19) heeft Algerijns-Marokkaanse ouders die lezen belangrijk vonden en met haar naar de bibliotheek gingen.

• Job Tichelman werkt op een Amsterdams mbo in Nieuw-West,

• Niet alleen het gezin waarin je geboren wordt, maar ook de school waar je naartoe gaat is een kwestie van geluk hebben. Directeur Elke Melody van basisschool Ichthus in Apeldoorn heeft het gevoel ‘alsof er een muur om de school staat’ waar ze de witte buurtgenoten langs ziet fietsen om hun kinderen in andere wijken naar school te brengen.

quote:
Het lijkt erop dat het begint met een combinatie van te lage eisen, volle klassen, te weinig tijd voor leren lezen, geen effectieve leesdidactiek, te veel zwak en digitaal lesmateriaal. Tel daarbij op: oneerlijke verdeling van middelen over scholen, sommige bestuurders die kiezen voor de makkelijke (digitale) weg, verwaarloosde leerkrachten met te veel zorgtaken en slecht centraal beleid, zoals bijvoorbeeld het uitblijven van een nationale discussie over telefoons op school.
Ja, het ligt ALLEMAAL weer aan de school en materiaal/techniek. Ik lees niks over de verantwoordelijkheid van de ouders, behalve indirect 'leerkrachten met te veel zorgtaken'.
aloawoensdag 3 augustus 2022 @ 13:47
Het is niet eerlijk verdeeld in de wereld, dat is een feit.
valentijn101woensdag 3 augustus 2022 @ 13:50
quote:
want wie leest deze e-mails, en wie leest met zijn kind? De hoogopgeleide ouder die rondkomt met vier dagen werken, hulp in de huishouding heeft en dus tijd en rust vindt om zich dagelijks na het eten te zetten aan het downloaden van apps en het begeleiden van het kind bij het technisch lezen. Niet de overbelaste thuiszorgmedewerker die na het huishouden en de mantelzorg voor haar schoonmoeder nog een dienst draait tot tien uur ’s avonds.
Ligt het nou aan mij maar de laatste tijd wordt er steeds naar de hoogopgeleide ouder gewezen met een air van:”Wat zijn dat toch voor vreselijke mensen” Hoe durven ze geld uit te geven aan bijlessen omdat het met enkel het normale onderwijs niet lukt. (ipv boos te worden op het onderwijssysteem dat tekort schiet waardoor bijles nodig is)
En nu is het dus ook al een probleem dat een hoog opgeleide ouder beseft dat lezen en huiswerk belangrijk is en hier tijd voor maakt :?
Mag ik dan straks mijn kind ook niet redden als hij in het water valt omdat de andere ouders niet kunnen zwemmen 8)7
sangerwoensdag 3 augustus 2022 @ 14:39
Dus Sara (19) vind dat ze achteruit gaat door minder te lezen. Maar is nog steeds niet nieuwsgierig naar boeken en zal alleen lezen als het vanuit het onderwijs verplicht wordt gesteld..... En de media, diverse instanties en politiek kunnen zich vinden in deze mentaliteit van altijd de schuld op iemand anders afschuiven.....

En Sara (19) heeft natuurlijk totaal geen eigen verantwoordelijkheid over haar eigen ontwikkeling, kan niet uit zichzelf bedenken dat het beter is om te lezen ipv scrollen op TikTok etc.

Sneu hoor.
sangerwoensdag 3 augustus 2022 @ 14:45
quote:
0s.gif Op woensdag 3 augustus 2022 13:27 schreef Piles het volgende:
Zo'n beetje elk topic op FOK! ontaardt tegenwoordig in een allochtonen-bash-topic, wat soms er irritant is, maar als dit de voorbeelden zijn...:
Overigens vind ik dit punt wel degelijk inhoudelijk hout snijden. Niet iedere ouder kan simpelweg genoeg tijd besteden aan de opvoedingstaken zoals lezen. Helaas. Maar zelfs dan moet er iets te verzinnen zijn, vroeger had je bv leesclubjes.

quote:
Of komt de brief bij de ouder met een migratieachtergrond die überhaupt geen Nederlands spreekt? En wordt er thuis Nederlands gesproken en tv gekeken?
Waarschijnlijk geen Nederlands, anders had het voor de ouders waarschijnlijk ook geen probleem geweest om in het Nederlands de brief te lezen.

Wat ik overigens in het geheel mis is dat er vanuti sommige culturen veel minder belang wordt gegeven aan opleiding, en dus lezen, van huis uit. Dat is vanuit de ouders een keuze/opvatting en moet bij stilgestaan worden. Dit heeft invloed op deze cijfers en er zou eigenlijk voor gecorrigeerd moeten worden.

Ook mis ik duiding over statushouders die NL binnenkomen met reeds taalachterstand in hun moedertaal (danwel analfabeten), en dus eigenlijk niet echt Nederlands kunnen leren.
Haushoferzaterdag 6 augustus 2022 @ 20:50
Ik heb als mentor in Lelystad oudergesprekken gehad waarbij de helft in gebrekkig Nederlands ging. Dat waren havoleerlingen die weinig tot geen ondersteuning thuis kregen. Wat ook niet helpt is dat leerlingen dikwijls aangeven dat de leeslijst bij Nederlands elk leesplezier de nek omdraait.
ChipsZak.woensdag 10 augustus 2022 @ 15:31
quote:
1s.gif Op zaterdag 6 augustus 2022 20:50 schreef Haushofer het volgende:
Ik heb als mentor in Lelystad oudergesprekken gehad waarbij de helft in gebrekkig Nederlands ging. Dat waren havoleerlingen die weinig tot geen ondersteuning thuis kregen. Wat ook niet helpt is dat leerlingen dikwijls aangeven dat de leeslijst bij Nederlands elk leesplezier de nek omdraait.
Ugh, die leeslijsten ken ik nog wel, :'). Die draaien sowieso elk leesplezier de nek om, ja. Boeken van 10, 20 of 30 jaar geleden erop zetten waar het gros van de leerlingen gewoon niet op zich te wachten. Die lijsten moeten eens zwaar op de schop. Of leerlingen zelf met een boek laten aankomen en als leraar of lerares bekijken of het geschikt is en aan het niveau voldoet.
Noberwoensdag 10 augustus 2022 @ 15:33
Misschien tijd om ze weer eens ouderwets les te geven?
Pileswoensdag 10 augustus 2022 @ 15:49
quote:
0s.gif Op woensdag 10 augustus 2022 15:33 schreef Nober het volgende:
Misschien tijd om ze weer eens ouderwets les te geven?
En dat is? Leesplankje met aap, noot, Mies?
Met de liniaal linkshandigen afleveren?
Janneke141woensdag 10 augustus 2022 @ 16:08
Tja. Héél veel tekst in de OP, maar alles wat erin staat weten we al lang en we komen nog niet eens in de buurt van een oplossing. De komende tien jaar wordt dit alleen maar erger.
Noberwoensdag 10 augustus 2022 @ 16:16
quote:
10s.gif Op woensdag 10 augustus 2022 15:49 schreef Piles het volgende:

[..]
En dat is? Leesplankje met aap, noot, Mies?
Met de liniaal linkshandigen afleveren?
Taal en rekenen ipv klimaat en blm.
Ericrwoensdag 10 augustus 2022 @ 16:21
quote:
0s.gif Op woensdag 3 augustus 2022 11:47 schreef Dries4Ever het volgende:
jesus wat een hoeveelheid tekst, daar kom ik niet doorheen, OP niet gelezen
quote:
Leerlingen die binnenkomen op mbo niveau 1 hebben bovendien vaak een taalontwikkelingsstoornis, of er zijn andere redenen waarom ze niet twee minuten achtereen een tekst kunnen lezen.
En wat is jouw reden?
FlippingCoinwoensdag 10 augustus 2022 @ 16:26
Slachtofferrol Sara, die weet dat ze moet lezen voor dr ontwikkeling maar doet het niet. Verder laat het verhaal van Sara niet zien waarom het systeem juist oneerlijk is voor haar, maar dat ze lui is, dat mag je tegen een negentienjarige wel zeggen denk ik.

[ Bericht 25% gewijzigd door FlippingCoin op 10-08-2022 16:31:33 ]
Hexagonvrijdag 12 augustus 2022 @ 18:43
Nou lijkt me dan duidelijk dat ze de smartphone dan maar uit het klaslokaal moeten gaan weren. Kost niks en levert blijkbaar veel op.
Hexagonzaterdag 13 augustus 2022 @ 09:20
quote:
0s.gif Op woensdag 3 augustus 2022 14:39 schreef sanger het volgende:
Dus Sara (19) vind dat ze achteruit gaat door minder te lezen. Maar is nog steeds niet nieuwsgierig naar boeken en zal alleen lezen als het vanuit het onderwijs verplicht wordt gesteld..... En de media, diverse instanties en politiek kunnen zich vinden in deze mentaliteit van altijd de schuld op iemand anders afschuiven.....

En Sara (19) heeft natuurlijk totaal geen eigen verantwoordelijkheid over haar eigen ontwikkeling, kan niet uit zichzelf bedenken dat het beter is om te lezen ipv scrollen op TikTok etc.

Sneu hoor.
Ja dat lijkt tegenwoordig helemaal de mode. Het is vooral de verantwoordelijkheid van iemand anders.
Nobuzaterdag 13 augustus 2022 @ 10:34
quote:
De hoogopgeleide ouder die rondkomt met vier dagen werken, hulp in de huishouding heeft en dus tijd en rust vindt om zich dagelijks na het eten te zetten aan het downloaden van apps en het begeleiden van het kind bij het technisch lezen. Niet de overbelaste thuiszorgmedewerker die na het huishouden en de mantelzorg voor haar schoonmoeder nog een dienst draait tot tien uur ’s avonds.
Volgens deze logica is twee ouders in de bijstand het beste wat een kind kan overkomen.
Japepkzaterdag 13 augustus 2022 @ 15:52
quote:
10s.gif Op zaterdag 13 augustus 2022 10:34 schreef Nobu het volgende:

[..]
Volgens deze logica is twee ouders in de bijstand het beste wat een kind kan overkomen.
Precies. Die moeder met avonddiensten moeten haar kinderen toch ook te eten geven en op bed leggen? Dat zijn prima momenten om iets aan lezen of taalontwikkeling te doen. Taalontwikkeling is ook gewoon een gesprekje over hoe was je dag. Open vragen stellen, uit laten spreken, etc. En als de werkende ouder dan niet zelf met de kinderen eet of ze op bed legt, vraag dan aan degene die dat doet om ook veel te kletsen, voor te lezen, samen tv te kijken etc.