abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
  Moderator donderdag 14 juli 2022 @ 02:44:07 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_205336704
Etappe 12: Briançon - Alpe d'Huez, 165,1 km

Wauw. Dat is wat mij vooral rest te zeggen na de rit van gisteren. Ik heb urenlang met open mond gekeken, we waren met z'n allen getuige van geschiedenis. Dat begon al direct vanuit het vertrek, Prudhomme had nog niet met zijn vlag gezwaaid of Wout van Aert ging al in de aanval. Mathieu van der Poel sprong meteen op het wiel en met z'n tweeën reden ze een mooie voorsprong bijeen. Na de tussensprint sloot er even later een flinke groep aan, met daarin nog een renner van Jumbo. En zonder renners van UAE, de ploeg van Pogacar had de rit al vanaf het begin totaal niet onder controle. Op de eerste klim van de dag, de instagramklim van Lacets de Montvernier, moest Van der Poel wel meteen lossen. Hij toonde zich dan eindelijk eens, maar het lijkt er sterk op dat hij zichzelf in de duoaanval met Van Aert helemaal heeft opgeblazen. Op de Télégraphe waaide hij al terug naar het peloton en daar moest hij nog eerder lossen dan Jakobsen, waarna hij niet veel later afstapte zonder nog iets van zich te laten horen. Een totaal gefaalde Tour, en gezien de radiostilte ook een mentale inzinking nabij. Het experiment Giro-Tour na een mislukte winter bleek er teveel aan, dat zag niemand aankomen. Over dingen niet zien aankomen gesproken, bij UAE hadden ze hun zaken ook niet direct op orde. We begonnen aan de Télégraphe in het peloton, het eerste deel van de klim naar de Galibier. Richting de top van deze klim ging Jumbo al in de aanval, Benoot versnelde en Roglic sprong op het wiel. Voor hij het wist had Pogacar geen knechten meer en mocht hij zelf al gaan reageren, heel ver van de finish. Op de top van de Télégraphe wachtte Christophe Laporte Roglic op, die naar hem toe aan het sprinten was. In het stukje omlaag naar de voet van de Galibier hadden we het plots nog maar over vijf renners in de groep der favorieten, de rest was al gelost. Het eerste stuk van de Galibier was wat vlakker en daar begonnen Vingegaard en Roglic aan een stukje wielerporno. Je hoort er vaak over, om beurten iemand aanvallen. Meestal zie je het niet, zeker niet in de Tour. Nu wel. Roglic viel aan en Pogacar counterde. Dan viel Vingegaard meteen aan en moest Pogacar meteen weer counteren. Dan viel Roglic weer aan, reageerde Pogacar weer, had Pogacar er schoon genoeg van en versnelde hij dan maar zelf. Dat ging bizar lang door, allebei vielen ze een keer of vier aan en Pogacar waagde zelf ook nog twee pogingen. Het idee was dat Roglic voorop zou raken, maar Pogacar liet Roglic niet gaan. Achteraf gezien een verkeerde inschatting, met de slechte benen die Roglic uiteindelijk bleek te hebben had hij hem makkelijk kunnen laten rijden. Maar da's het mooie, hij had het niet in de gaten en wij ook niet. Op dat moment zag Roglic er nog bizar sterk uit, maar hij speelde blufpoker in dienst van Vingegaard. En die tactiek werkte wonderwel.

Al leek het daar lang niet op, want het schitterende schouwspel der demarrages hield op en toen keerde er heel wat volk terug. Marc Soler maakte in z'n eentje de oversteek en toen had Pogacar voor het eerst in tijden weer een knecht, maar de groep die bij elkaar kwam bleef niet lang bij elkaar. Jumbo koost voor een korte rustpauze, maar gooide daarna toch weer de knuppel in het hoenderhok. Richting de top van de Galibier moest Roglic afhaken, terwijl vooral Bardet en Thomas heel sterk bleken te zijn. Wel in de schaduw van de grote twee, Vingegaard en Pogacar kwamen samen over de top van de Galibier. Daarbij deed vooral Pogacar redelijk wat werk, als je de boel achteraf gaat analyseren ook een stevige fout. Hij had het tempo beter wat lager kunnen houden en zijn knechten weer kunnen laten terugkeren, maar achteraf is het mooi wonen. In de afdaling deed hij dat overigens wel, daar reed hij zeker niet door en toen kwam er weer wat schoon volk bij elkaar. Roglic niet, die reed verder op achterstand. Maar dan was er Wout van Aert nog. Die zat de hele dag in de kopgroep, maar liet zich in de afdaling van de Galibier terugzakken. Hij gaf nog wat gelletjes aan Vingegaard en ging daarna Roglic ophalen. Een gat van een minuut werd in dat eindeloze stuk vals plat omlaag naar de voet van de Granon zo gedicht, toen de aansluiting daar was stoomde hij er letterlijk als een trein aan voorbij. Moest Pogacar weer even een gat gaan dichten, die arme knul werd echt langs alle kanten aangepakt. Dat leek hem heel lang niet te deren, in eerste instantie counterde hij alle aanvallen vakkundig. Er leek dan ook helemaal niets aan de hand. Van Aert reed nadat hij Roglic had teruggebracht een tijd op kop en reed een flinke hap van de voorsprong van de koploper af. Dat was Barguil, je zou hem bijna vergeten. De sterkste klimmer van de kopgroep, zo bleek. Maar op het vlakke verloor hij veel ten opzichte van Van Aert. Toen we eenmaal begonnen aan de Granon reed Roglic een paar meter op kop, maar die moest er bijna meteen weer af. Geen klassement voor hem, toch teveel last van zijn val op de kasseien, of gewoon geen benen. Maar wel geholpen met het slopen van Pogacar door al die aanvallen op de Galibier, klasse. Nadat Roglic weg was verdwenen ook Kuss en Kruijswijk snel uit beeld. Wel waren we nog getuige van een iconische tienmeterbeurt van Kopman Steven, wat een fenomeen. Alle knechten van Jumbo eraf, terwijl Majka er nog wel zat. Had UAE ineens een overtal na de hele dag in de verdrukking gezeten te hebben.

We zaten al klaar om de tactiek van Jumbo af te branden, terwijl dat niet nodig was. Ze hadden er gisteren echt alles aan gedaan, meer zat er niet in. Pogacar tot het uiterste gedreven. Ik zat al klaar om zo'n verhaal te tikken. Alles geprobeerd, maar Pogacar was gewoon te sterk. Dat pakte net even anders uit. Op de Granon, werkelijk een schitterende klim, zette Quintana vanuit de favorietengroep de achtervolging in op ploeggenoot Barguil, dat soort taferelen zijn altijd heel geestig. Achteraf hoeft er geen interne ruzie te ontstaan, het bleek een juiste beslissing van Quintana te zijn. Bardet, beschikkend over wonderbenen, ging ook in de achtervolging. Vingegaard zat in het wiel van Pogacar, terwijl Majka al het kopwerk deed. Tot Vingegaard op iets minder dan vijf kilometer van het eind versnelde. En voor het eerst had Pogacar geen antwoord. Op de Galibier kostte het soms zichtbaar moeite, maar er kwam iedere keer een antwoord. Nu niet. Hij bleef in het wiel van Majka hangen. Die versnelde dan maar, maar keek achterom en zag dat Pogacar die versnelling ook al niet kon volgen. De Sloveen was gekraakt. Ongeziene beelden. Hij is wel eens afgehaakt, maar hij is nog nooit zo hard ontploft. De Jumbo's hebben hem gesloopt, misschien door het vele aanvalswerk, misschien door zoveel chaos te laten ontstaan dat hij er niet meer aan dacht om op tijd te eten en te drinken. Misschien lag het aan de hitte, misschien is hij ziek, misschien is hij slecht op grote hoogte, wat het ook is, het leverde legendarische taferelen op. Met het shirt wijd open zagen we een stilstaande Pogacar omhoog kruipen, terwijl Vingegaard aan het vliegen was. De Deen, met de uitstraling van een leeg A4'tje, schroeide als nooit tevoren. Wil de échte mutant nu opstaan? Jonas Vingegaard, dames en heren. In een mum van tijd reed hij naar Bardet toe, terwijl Quintana ondertussen Barguil had bijgehaald. Nairo mocht even een paar meter op kop rijden, maar toen zag Vingegaard al in zijn wiel. En die ging er vrij snel vandoor, waarna niemand hem meer wat kon doen. Vingegaard vloog als Nils Holgersson in zijn beste dagen en kwam met een minuut voorsprong op Quintana aan bij de finish. En Pogacar? Die stond stil. Alsof er een boerenprotest voor zijn neus werd georganiseerd, zo traag ging hij omhoog. Geblokkeerd door denkbeeldige trekkers zag ik dingen bij Pogacar gebeuren die ik nog nooit heb gezien. Hij zag af, het kan blijkbaar. Het shirt was open, dat kan blijkbaar ook. Hij ging langzaam, ik hield het niet voor mogelijk. Ik zal niet zeggen dat ik mezelf op dat moment aan het betasten was, maar veel scheelde het niet. De onaantastbare is niet onaantastbaar. De onoverwinnelijke verliest. Een zege voor onze mooie sport.

Per kilometer verloor Pogacar zowat een minuut. Hij kwam op drie minuten binnen, een gat dat in minder dan vijf kilometer is ontstaan. Een zeldzame ontploffing van historische proporties. Weer verliest de gele trui de leiding op de Col du Granon, een beklimming die zijn legendarische status nu volledig heeft bevestigd. Meer dan 30 jaar bezochten we deze klim niet meer na het echec van Hinault, maar dat is een fout geweest. Deze klim was geweldig. Loodzwaar, mooi, beslissend. Meer kunnen we ons niet wensen. Het is niet zo dat ik nu ieder jaar de Granon wil zien, maar deze klim hoort toch minstens iedere tien jaar opgenomen te worden in het parcours. Het was smullen. Alles zat mee. Jumbo dat de hele dag full retard ging en Pogacar die uiteindelijk kraakt, mooier kun je het scenario bijna niet schrijven. Zulke etappes ga je tijdens je leven niet vaak zien, dit is er eentje om te koesteren. Een demonstratie van Jumbo, waarbij hun verwachtingen zijn uitgekomen. Ze hadden voor lul kunnen staan als Pogacar niet was gekraakt, maar als telt niet. Het was alles of niets, en het is alles geworden. Jonas Vingegaard staat nu aan de leiding met een voorsprong van meer dan twee minuten op de verrassende Bardet. Pogacar staat nu op de derde plaats, 2:22 achter Pogacar. Dat is in principe nog speelbaar, maar dan gaat hij deze klap wel snel te boven moeten komen. Als het een hongerklop was is deze Tour nog niet voorbij, als ze de code Pogacar gekraakt hebben en weten waar ze hem kunnen pakken is de Tour waarschijnlijk wel voorbij. Een volkomen onverwachte wending, het ultieme bewijs dat dit de mooiste sport op aarde is. De enige sport, als je heel eerlijk bent. Zoveel ontwikkelingen in een paar uur tijd, dat maak je nergens mee. Ik zou er nog een uur over door kunnen blijven gaan, dit is een etappe waar je zonder veel moeite een boek over zou kunnen schrijven. Ik heb ontzettend genoten. De renners maken de koers en dat hebben ze nu zeker gedaan. Geef ze dan nog een majestueuze klim als de Col du Granon erbij cadeau en je hebt prijs. Alles klopte aan de rit van gisteren. Mocht er binnenkort nog een keer een saaie rit plaatsvinden dan kijken we deze gewoon terug, geen enkel probleem. Maar laten we vooral hopen dat er binnenkort geen saaie ritten zijn. De volgende rit ziet er alvast niet saai uit. De volgende zware bergrit in de Alpen komt eraan. Zowaar direct een vertrek in stijgende lijn, na een paar kilometer beginnen de renners al van de andere kant aan de Galibier. Daarna nog de Croix de Fer en Alpe d'Huez, dit zou in potentie weer een epische dag kunnen worden. Kan Pogacar herstellen en gaat ie direct in de tegenaanval? Gaat Jumbo nog een keer een droomplan ten uitvoer brengen? Gaat Romain Bardet vandaag als een vuurpijl omhoog omdat het 14 juli is? Zoveel potentie voor zoveel genot, terwijl ik nog steeds aan het bijkomen ben van de vorige rit. Wielrennengod.




Daags na de historische etappe met aankomst op de Col du Granon gaan we verder in Briançon, een van de hoogst gelegen steden van Europa. In Briançon wonen ongeveer 12.800 mensen, dat zijn er 200 meer dan tijdens onze laatste passage in de stad in 2017. Toen reden we van Briançon naar de Izoard, een bergrit die gewonnen zou worden door de toen ontzettend hard schroeiende Warren Barguil. In het verdere verleden was Briançon een stad die bijna nooit werd overgeslagen, de Tour is hier liefst 35 keer geweest. In recentere tijden komt Briançon niet meer zo vaak voorbij. Voor de laatste aankomst in de stad moeten we zelfs terug naar 2007, toen won de Colombiaan Mauricio Soler hier. In 2007 reed Soler in dienst van Barloworld en tijdens zijn eerste Tour de France viel hij vanwege zijn pijlsnelle demarrages meteen op. Zo'n beetje iedere bergrit ging hij in de aanval en dat leverde hem een tiende plaats op in het klassement, de bolletjestrui en de ritoverwinning in Briançon. In een rit over de Télégraphe en de Galibier wist hij van iedereen weg te rijden en daarna kwam hij solo aan na een lange afdaling. Een prestatie van formaat, vooral omdat Soler helemaal niet kon sturen. Dat kostte hem een paar jaar later nog bijna zijn leven. In 2005 won Vinokourov in de stad, terwijl in 2000 een andere Colombiaan, Santiago Botero, aan het feest was. In een veel verder verleden kom je uit bij namen als Coppi, Bartali, Bobet, Gaul, Merckx en Bahamontes, een erelijst om duimen en vingers bij af te likken. Bartali en Bobet wonnen zelfs drie keer in Briançon, toe maar. Op een nieuwe aankomst is het waarschijnlijk nog even wachten, de laatste jaren aan komen we aan op bergen in de omgeving zoals de Izoard en gisteren nog op de Granon, of we zoeken een skigebied in de omgeving uit zoals Serre Chevalier. Terwijl het toch echt allemaal te doen is in Briançon. In deze stad vinden we namelijk... ja, daar zijn we weer... VESTINGWERKEN VAN VAUBAN JAAAAAAAAAAAAAAAAA. In de tijd van de Romeinen was Briançon al een versterkte plaats, en in de eeuwen daarna is de functie eigenlijk nooit veranderd. Altijd was er een belangrijke militaire functie en werd de stad omringd door vestingwerken en forten om de toegangsweg tot Italië te bewaken. Naast de stadsverdedigingswerken liggen ook enkele forten op enkele honderden meters boven de stad. Veel van deze vestingwerken zijn in het eerste kwartaal van de 18e eeuw gebouwd. Bouwmeester van de verdedigingswerken van de bovenstad was, uiteraard, Vauban. Zoals we inmiddels allemaal weten staan 12 van zijn werken op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Longwy hebben we al afgevinkt, overigens net als in de Tour van 2017 en nu vinken we er met Briançon weer eentje af. Naast de kicken vesting heeft de stad nog meer te bieden, waaronder zogenaamd religieus erfgoed. De kerk van Notre-Dame-et-Saint-Nicolas, bijvoorbeeld. De kerk werd gebouwd van 1705-1718 en werd voltooid onder persoonlijk toezicht van Vauban, die man was veelzijdig, dat willen wij niet weten. De historische bovenstad bestaat verder uit een aantal nauwe straatjes. De belangrijkste straat is de Grande Rue, omzoomd door toeristische winkeltjes en waar zich enkele opmerkelijke huizen bevinden, waaronder het Maison du Pape, waar gezien de naam ooit nog een paus verbleef. Maar goed, ja, de hoogstgelegen stad moet het dus vooral van de vestingwerken hebben. Vier forten erbij, een toren en een brug, ik stroom over van geluk.



De renners gaan van start aan de oevers van de rivier Durance, waarna ze tijdens de neutralisatie langs de Cité Vauban fietsen. Voorbij de vestingwerken verlaten we de stad en daarna gaat de rit pas echt van start in de buurt van Saint-Chaffrey. Hier ligt de voet van de Granon, een klim die zijn status helemaal heeft waargemaakt. Hopelijk duurt het niet nog eens 36 jaar voor we hier terugkeren. In de eerste officiële kilometer van de rit komen de renners uit bij de rotonde, waar ze gisteren naar links gingen. Nu zouden ze naar rechts moeten gaan om weer naar de Granon te gaan, maar gaan we juist naar links. Er volgt nu dat ellendig lange stuk naar de Lautaret en in het verlengde daarvan de Galibier. Dat ging gisteren best lekker, in dalende lijn. Nu zal het een net ander verhaal zijn. In de eerste 12 kilometer tot aan Monêtier-les-Bains komen de renners 160 meter hoger uit, vals plat vanuit het vertrek. De weg kennen we inmiddels, het is breed, het is recht, af en toe een keer een verdaalde rotonde ergens, maar toch vooral heel erg rechtdoor in een schitterend decor. Na 12 kilometer komen we uit in dat Monêtier-les-Bains en dan volgt al de tussensprint van de dag. Een prooi voor Wout van Aert, wat ik je brom. Die kan zijn trucje van gisteren mooi gaan herhalen. Met het verschil dat de weg nu sneller omhoog begint te lopen. Voorbij de tussensprint beginnen we officieel aan de beklimming van de Col du Galibier, ditmaal van de andere kant. Langs deze kant gaat het 23 kilometer omhoog aan 5,1% gemiddeld, uiteraard is het weer een klim van de buitencategorie. In eerste instantie klimmen we naar de top van de Lautaret, dit deel van de klim is niet heel lastig. De beklimming van de Lautaret is vooral heel erg gelijkmatig en nooit erg steil. Na een eerste kilometer aan 4% is het zelfs drie kilometer zo goed als vlak. Het gaat omhoog aan 2% gemiddeld, niet heel spannend. Ook na dit vlakkere stuk wordt het niet direct interessant, we klimmen twee kilometer aan 4% en daarna twee kilometer aan 5%. Wel rijden we door een mooie omgeving, het is iets. Vervolgens gaat het een kilometer aan 5,5% omhoog, maar daarna zakken we weer terug tot 4%. In de twee daaropvolgende kilometers gaat het aan 5% omhoog, waarna we al bijna op de top van de Lautaret zijn. Nog twee kilometer aan ongeveer 4% brengen ons naar de top van deze pas, waar we ook nog een complete toeristische nederzetting aantreffen. Ergens in deze omgeving slaan we rechtsaf, bereiken we een net iets minder brede weg en begint de Col du Galibier pas echt. Het is vanaf dit moment nog negen kilometer klimmen tot de top van deze klim van buitencategorie en in deze negen kilometer gaat het een stuk steiler omhoog. De weg wordt een stuk smaller en ook gelijk een stuk bochtiger. Bovendien gaat het meteen aan 7% omhoog, hier is het te doen. Al wordt het hierna iets makkelijker, met twee kilometer aan 6%. Vervolgens gaat het een kilometer aan 8% omhoog, voor we weer met een kilometer aan 6% te maken krijgen. De klim wordt daarna nog een klein stukje makkelijker met een kilometer aan 5,5% en zelfs een kilometer aan 5%, voor we langs het monument ter ere van Henri Desgrange passeren. Voorbij dit monument kunnen we rechtdoor een tunnel in, maar we gaan naar rechts en dan werken we ons in de laatste kilometer via een paar haarspeldbochten aan 9% omhoog richting de top van de Col du Galibier. Deze mythische beklimming van de buitencategorie zit er na 33 kilometer op. Dat is nog eens een begin van een rit. Eindelijk een explosief begin, we hebben er lang op moeten wachten maar dan heb je ook wat. Twee dagen achter elkaar de Galibier is wat veel, maar het gaat wel een spektakelrijk begin van de rit opleveren. Over de Galibier heb ik gisteren al genoeg verteld, maar we kunnen nog wel even herhalen dat Nairo Quintana hier in 2019 als eerste bovenkwam, de laatste keer dat de klim langs deze kant werd bedwongen.




We bevinden ons hier redelijk ver boven de zeespiegel, op 2642 meter hoogte. En dat twee dagen achter elkaar, de renners zullen er inmiddels haast aan gaan wennen. In de komende 18 kilometer gaan we flink dalen richting Valloire, een plaats die een kleine 1200 meter lager ligt. De afdaling van de Col du Galibier is vooral in het begin behoorlijk lastig. Direct in de eerste kilometer van de afdaling gaan we over een wat smallere en bochtige weg naar beneden. Aan 10% naar beneden met een stuk of zes bochten, altijd gezellig. Aan het eind van deze kilometer slaan we rechtsaf en dan komen we op een iets bredere weg terecht, maar het blijft lastig. Het gaat nog een kilometer aan 9% naar beneden, met tal van lastige bochten. Een aantal haarspeldbochten en ook een paar wat scherpere korte bochten. De twee kilometer daarna is het wat makkelijker dalen, al gaat het nog steeds vrij steil naar beneden. We komen wel tijdelijk wat minder bochten tegen, dat scheelt een hoop. Na een tijd fietsen we langs het monument ter ere van Marco Pantani en daarna wordt de afdaling weer wat bochtiger. Het is op zich redelijk goed te doen, omdat de meeste bochten vrij overzichtelijk zijn. We rijden door een behoorlijk open gebied en dus zie je alle bochten al een tijd liggen voor je ze moet aansnijden. De komende vier kilometer gaat het nog steeds behoorlijk steil naar beneden, maar op het ietwat korrelige asfalt na lijkt dit deel van de afdaling me goed te doen. Een aantal haarspeldbochten en een aantal kortere bochten, maar we komen weinig verrassingen tegen. Inmiddels bevinden we ons ongeveer halverwege de afdaling en in het tweede deel van de afdaling wordt het nog wat makkelijker. Het gaat minder steil verder en we komen ook minder moeilijke bochten tegen. De komende kilometers zou je bijna met je ogen dicht kunnen afwerken. Pas vier kilometer later komen we weer een paar lastige bochten tegen, maar daarna gaat het weer anderhalve kilometer zo goed als rechtdoor. We steken dan een bruggetje over en vervolgens gaat het opnieuw rechtdoor, een kilometer of drie tot aan de buitenrand van Valloire. We rijden tussendoor nog door Les Verneys waar wat flauwe bochtjes liggen, maar lastig is het niet. Tot zover de beschrijving uit 2019, toen we afdaalden richting Valloire om daar te finishen. Nu geen finish in Valloire, nee, we moeten door. We weten inmiddels dat het rond dit dorpje wat vlakker wordt en dat er wat rotondes liggen, het mag als bekend terrein verondersteld worden. Alhoewel, schijnbaar rijden we op een net andere manier door het dorp heen. Maar het blijft eigenlijk wel hetzelfde, licht technisch met een paar bochten en rotondes, waarna het buiten Valloire vijf kilometer licht omhoog zal gaan, gemiddeld aan iets van 3%. Niet heel spannend, vooral even een hinderlijke onderbreking van de afdaling. Na 56 kilometer koers bereiken we de top van de Col du Télégraphe, die van deze kant een stuk makkelijker is.



Vervolgens dalen we de Télégraphe af, we kunnen inmiddels bevroeden dat het een kilometer of 12 aan een procent of zeven naar beneden zal gaan. We hebben gisteren deze weg al eens kunnen bekijken. Een brede weg, goed asfalteerd, met heel veel bochten. Dat is dan eigenlijk ook heel simpel het verhaal van de afdaling. Het gaat behoorlijk stevig naar beneden, met nogal wat haarspeldbochten onderweg. Niet alleen haarspeldbochten, ook het nodige andere bochtenwerk, niet de makkelijkste afdaling al bij al. Die brede weg komt wel goed uit, en ze zijn hier gisteren dus nog geweest. Wel omhoog in dat geval, maarja, ze moeten in de bochten toch maar wat mentale aantekeningen hebben gemaakt. Heel wat haarspeldbochten later komen we beneden uit in Saint-Michel-de-Maurienne, waar we nog een deel van het parcours van gisteren in tegengestelde richting gaan herhalen. Als het peloton, of de groep der favorieten, in de afdaling helemaal uit elkaar is gereden komt er een moment om orde op zaken te stellen. We rijden door Saint-Martin-d'Arc, pakken een paar laatste bochten mee in dalende lijn, steken de Arc over, rijden het centrum van Saint-Michel-de-Maurienne binnen, slaan daar linksaf en rijden over de bekende weg naar Saint-Jean. Het gaat 13 kilometer zo goed als rechtdoor, ditmaal in licht dalende lijn. Dat is amper merkbaar, het is vooral erg vlak. Onderweg komen we een aantal rotondes tegen, maar veel meer valt er niet te melden. Ja, we rijden weer door een mooie vallei, maar dat hebben we gisteren allemaal al gezien. Zonder verder oponthoud bereiken we na 13 kilometer in de vallei Saint-Jean-de-Maurienne, waar Romain dus in 2015 een rit won. Een doortocht in Saint-Jean levert vaak het nodige bochtenwerk op, en dat is nu niet anders. In en rond dit plaatsje komen we liefst vijf rotondes tegen, en dan nog wat andere bochten erbij. Maar goed, het is hier vlak en de groepen zullen niet al te groot zijn, dus dat overleven we wel. In Saint-Jean-de-Maurienne hebben we grofweg 80 kilometer afgewerkt en bevinden we ons halverwege de rit. De rest van de etappe gaan we getuige zijn van een herhaling van de Tour van 2018. Er wacht ons een combinatie van Croix de Fer en Alpe d'Huez. Een zware beproeving, opnieuw. In Saint-Jean-de-Maurienne vinden we overigens het Musée Opinel, vernoemd naar Joseph Opinel. Deze man bedacht de Opinel-messen. Als je geen idee hebt wat voor soort messen dit zijn, de renners rijden tijdens hun tocht door het dorp langs een rotonde waar een gigantisch groot exemplaar valt te vinden.



Net als in de Tour van 2015 en de Tour van 2018 rijden we via de Col de la Croix de Fer naar Alpe d'Huez. Een bekend recept, derhalve. De Col de la Croix de Fer is een klim van de buitencategorie die liefst 29 kilometer lang is. Gemiddeld gaat het aan 5,2% omhoog, wat wellicht niet direct heel indrukwekkend lijkt. Maar, we kunnen de Croix de Fer onderverdelen in drie stukjes. In de eerste vier kilometer van de klim gaat het direct vrij stevig omhoog, na twee kilometer aan 6% krijgen we een kilometer aan 8% en daarna zelfs een kilometer aan bijna 10%. Ter hoogte van Pierrepin-Dessus, niet ver van La Toussuire, loopt de weg twee kilometer naar beneden. Het is geen enorm steile afdaling, maar de weg is hier wel bochtig. Flink wat bochten heel kort achter elkaar, maar goed, ze zullen het hier wel kennen zeker. Na dit afdalinkje beginnen we aan deel twee van de klim, het zwaarste deel van de Croix de Fer. Zes kilometer waarin het niet onder de 7% komt, met een paar kilometer aan 9 en 10%. Alvast een moment om de knuppel in het hoenderhok te gooien, als er nog renners zijn die dat durven. Na deze steile strook is het een kilometer zo goed als vlak, terwijl we kort achter elkaar door een paar tunneltjes rijden. Hierna gaat het nog eens twee kilometer naar beneden, ditmaal met wat minder bochten. Al komen er wel wat voorbij, maar heel veel stelt het niet voor. Aan het eind van dit afdalinkje volgt er nog een vrij vlakke kilometer, waarna we gaan beginnen aan het derde en laatste deel van deze klim. Het langste deel, niet het moeilijkste. Dit laatste deel kun je overigens ook weer in twee verdelen, er komt eerst een stuk van zeven kilometer waarin het nooit aan meer dan 5% omhoog zal gaan. Ook wat werk aan amper drie à vier procent tussendoor, het zal pas in de laatste zes kilometer van de klim weer echt interessant gaan worden. Richting de top zien we nog een kilometer aan 8,5%, eentje aan 8%, eentje aan 7,5%, nog een aan 8% en dan zwakt het af in de laatste twee kilometer. Een voorlaatste kilometer aan 7% en dan een aan 6%. Kan een leuke springplank zijn, maar zoals we in het verleden hebben gezien is de klim daar zelf uiterst geschikt voor, het stuk in de vallei dat hierna volgt alleen een stuk minder. Na 110,6 kilometer komen de renners boven op de Croix de Fer, een klim die al 21 keer eerder voorkwam in de Tour de France.




Voorbij het ijzeren kruis loopt de weg bijna 30 kilometer omlaag richting Allemond, al is hier ook wel enige nuance op z'n plaats. De laatste keer dat we Croix de Fer werd bedwongen dateert van 2018, toen kwam ONZE Kruijswijk hier als eerste boven. Hij ging heel vroeg in de aanval, reed een prachtige voorsprong bijeen, dook naar beneden en stierf toen langzaam in de vallei richting de voet van Alpe d'Huez. Desondanks een prachtige poging, die gelijk de paradox van deze finale laat zien. Ja, je kunt hier aanvallen. Het is er het perfecte terrein voor. Nee, die vallei daarna is verre van ideaal, als ze dan met een paar knechten op je gaan jagen ben je het bokje. In een verder verleden kwamen onder meer mannen als Coppi, Bartali, Hinault, Theunisse, Rasmussen en ook Thomas De Gendt als eerste boven op deze klim. Historie genoeg, we boeken een nieuw hoofdstuk toe aan de omnibus. De eerste kilometers van de afdaling zijn vrij makkelijk, de renners dalen af richting het Lac du Grand Maison en dit stuk kent weinig lastige bochten. Het is hier ook nog niet echt een steile afdaling, bovendien is er bij het Lac du Grand Maison weer een heel stuk waar het even omhoog zal lopen. Tijdens deze afdaling van 28 kilometer gaat het zeker niet alleen maar naar beneden. We passeren in het begin van de afdaling overigens bijna de top van de Col du Glandon. Granon en Glandon, dat heeft al voor de nodige verwarring gezorgd. Hier ergens ligt dus de Glandon, maar de laatste paar meter richting de top van die klim pakken we net niet mee. Eenmaal voorbij het stuwmeer begint het wat bochtiger te worden. De renners krijgen te maken met een paar haarspeldbochten, maar de weg is hier best breed dus dat zou verder geen problemen op mogen leveren. Het begint wat steiler naar beneden te lopen, maar echt moeilijk wordt het nog niet. De meeste bochten zien er redelijk simpel uit. Na bijna 16 kilometer afdaling krijgen de renners nog een kilometer waar het serieus omhoog gaan aan een procent of zes. Vier haarspeldbochten lang gaat het omhoog, daarna is het een kilometer lang vlak, om daarna nog een kilometer of 9 af te dalen richting Allemond.



De laatste kilometers van de afdaling zijn niet zo heel bijzonder. Wel nog wat bochtenwerk, maar de renners hebben erger meegemaakt. De laatste bochten van de afdaling zijn bij het Lac du Verney, net voor Allemond. Beneden in Allemond hebben de renners een kleine 140 kilometer afgelegd en is het nog iets meer dan 25 kilometer tot de top van Alpe d'Huez. Nu begint het verneukeratieve deel van de rit, voor de renners aan de slotklim beginnen moeten ze eerst nog een dikke 10 kilometer door de vallei fietsen. Ze fietsen door de vallei van de rivier Le Romanche richting Le Bourg-d'Oisans. Deze kilometers door de vallei zijn volledig vlak en kunnen je een flinke oplawaai bezorgen. Na de lange afdaling moet je als aanvaller dit stuk zien te overbruggen tot aan de slotklim, terwijl er een mogelijkheid bestaat dat er achter je een paar knechten op kop aan het rammen zijn. ONZE Steven Kruijswijk heeft geen goede herinneringen aan deze vallei, en ik denk dat heel veel aanvalslustige renners er niet vrolijk van worden. Het stuk loopt ook echt volledig rechtdoor, niet te doen. Na deze jammerlijke vallei bereiken we na ongeveer 149 kilometer Le Bourg-d'Oisans, een dorpje waar we de komende tijd nog veel van gaan horen. Bijvoorbeeld omdat de volgende rit hier van start zal gaan. Net als in 2018, origineel! Het eind van de afdaling van de Croix de Fer is het moment dat ik mijn enthousiasme verlies, maar met de meter die we dichter bij de slotklim komen wordt mijn gemoed steeds zwaarder. In de verte kun je ze inmiddels al horen. Ze zullen weer op de afspraak zijn. De dronken mongolen van bocht 7, beneden in Bourg d'Oisans hoor je het al van links naar rechts gaan. Met de verrekijker in de hand zie je dat de campingstoelen omhoog gaan terwijl Schatje mag ik je foto? wordt ingezet. De cameraploeg van Hart van Nederland is op de afspraak, de Humberto Tans van Tour de Tietema zullen ongetwijfeld ook op de afspraak zijn. Ik heb er geen zin in. Met al het afgrijzen dat ik in me heb kondig ik het volgende aan: In Le Bourg d'Oisans ligt de voet van de klim richting Alpe d'Huez. De extreem overgewaardeerde en veel te vaak gebruikte 'Nederlandse' berg staat op het punt van beginnen. Help ons, red ons.



Hier zien we ONZE Kopman Steven Kruijswijk, bijna op weg naar iets moois. De laatste keer dat we naar de NEDERLANDSE berg gingen was het ook bijna echt de NEDERLANDSE berg. Maar dat feest ging niet door, haha. Lekker voor je, Snollekebolleke. Zou ik een uitgebreid stuk schrijven over de klim? Nee, dat doe ik niet. Een van de bekendste beklimmingen op aarde, waar je verder toch geen reet van ziet omdat het volk er 100 rijen dik in je bek staat te spugen. Dat is in de Tour altijd zo, maar op Alpe d'Huez gaat dat nog veel verder. De Alpe d'Huez is ons massagraf. De hele berg staat vol Nederlandse lege hulzen, die hier gehuld in het oranje komen feesten. Dagen op voorhand staan ze er al, en waarom? Om bier te drinken. Dat kan overal, maar op de Alpe d'Huez hangt er zo'n leuke sfeer. Vooral in bocht 7. Onder dat kerkje met die begraafplaats, waar alle doden zich al een week aan het omdraaien zijn in hun graf. Zoals een groot wielerliefhebber ooit schreef: Nederlandse supporters zijn sprinkhanen, ze strijken massaal neer in een voor hun groen gebied, vreten het kaal en zichzelf vol en treken hossend verder als er niets meer te halen valt. We gaan weer genieten van de beelden van renners in de bus die een biertje aangeboden krijgen, haha. Oh jongens, wat was het weer mooi he? Nou, inderdaad, het was weer prachtig. Wat dan? Nou, dit: Na Bourg-d'Oisans is het nog een paar kilometer vlak, maar op 13,8 kilometer van de streep gaat de slotklim dan toch echt beginnen. Het is weer eens tijd voor Alpe d'Huez, de klim met de vele haarspeldbochten. 21 bochten in totaal, waarbij vooral bocht zeven altijd extra veel aandacht krijgt. De Alpe d'Huez is een beklimming van de buitencategorie en het stijgt gemiddeld aan 8,1%. Het is niet de langste klim van allemaal, maar wel best steil. De klim begint meteen met twee kilometer aan 10%. Door de brede weg lijkt het altijd minder steil dan het in werkelijkheid is. Langzaam wordt de klim iets minder zwaar, maar het blijft kilometerslang tussen 9,5 en 7,5% zitten. Na negen kilometer klimmen krijgen de renners met het zwaarste stuk te maken, een kilometer aan 11,5%. De kilometer daarna stijgt het nog aan 9%, maar de laatste drie kilometer is het ineens niet meer zo zwaar. Op drie kilometer van de streep zwakt het af tot een procent of 5 en dat zal zo blijven tot de finish.



L'Alpe d'Huez heeft een fantastische historie in de Tour. Vooral omdat deze berg zo vaak wordt beklommen, dan krijg je al snel een grote historie. In 2018 stond de klim dus voor het laatst op programma, en toen waren we getuige van een magistrale solo van Kruijswijk. Maarja, zijn karretje werd in de poep gereden door Sky. In de vallei verloor hij al van zijn pluimen en op Alpe d'Huez zelf werd hij helaas ingerekend. Vervolgens waren we richting het eind getuige van een een zeer sterke sprint van Geraint Thomas, die zijn tweede ritzege op rij pakte. ONZE Tom Dumoulin werd tweede, WE grepen overal net naast. Bardet werd derde, voor Froome en Landa. Kruijswijk kwam binnen als 10e, hij wist de schade nog aardig te beperken na zijn lange tocht alleen. In 2015 stond Alpe d'Huez ook op het programma. Thibaut Pinot wist toen de Fransen blij te maken. Hij ging vroeg in de aanval en wist aan het eind de opstomende Nairo Quintana voor te blijven. Daarvoor waren we er nog eens in 2013. De Alpe d'Huez werd zelfs twee keer beklommen tijdens die rit. Lange tijd leek Tejay van Garderen op weg naar de overwinning, maar hij viel in de slotkilometers volledig stil en werd ingehaald door de grillige Fransman Christophe Riblon. Hij bezorgde de Fransen een mooie dag. De Fransen hadden ook een mooie dag in 2011, een rit die toen ook zou starten in Modane en over de Galibier naar de Alpe d'Huez zou gaan werd gewonnen door Pierre Rolland. De laatste jaren is het dus niet zozeer een Nederlandse berg, maar eerder een Franse berg, en in 2018 dus een Britse berg. In 2008 was Carlos Sastre de sterkste op Alpe d'Huez, hij legde op deze berg de basis voor zijn Tourwinst. Twee jaar eerder was Frank Schleck aan het feest. Ook in 2004 kwam Alpe d'Huez voor, er was een tijdrit van Bourg-d'Oisans naar deze klim. Lance Armstrong won die bergtijdrit. Dan zijn we aanbeland bij 2003, mijn favoriete beklimming van de Alpe d'Huez. Alles aan die editie was fantastisch. US Postal begon aan de klim alsof het een massasprint betrof. Op de brommer begonnen ze aan de klim en al snel waren er niet veel renners meer over. Vooral renners van US Postal zelf haakten nogal snel af, door deze sprint. Armstrong kwam al vrij snel alleen te zitten en werd flink bestookt. Hamilton, Beloki, Vinokourov, Mayo, allemaal waagden ze wel een poging om weg te komen. Het lukte niemand, tot Iban Mayo een keer serieus aanzette en alles gaf. Met zijn shirtje open vloog hij als superman naar boven. Niemand kwam in de buurt van Mayo. Vinokourov zou nog de achtervolging inzetten, maar hij kwam een kleine twee minuten later binnen. De groep Armstrong zou meer dan twee minuten verspelen op Mayo. Het werd een prachtige overwinning voor Euskaltel en voor Iban Mayo. Het was een demonstratie.



Alpe d'Huez is natuurlijk ook de klim waar een van de beste klimmers ooit twee keer won, Marco Pantani. In 1995 en 1997 was hij de sterkste. De tijd die Pantani in 1997 noteerde staat nog steeds, in de tussentijd is niemand sneller geweest. We noemen Alpe d'Huez ook wel eens de Nederlandse berg, in een ver verleden kwam dat door de prestaties van de Nederlanders op deze berg. Acht keer won een Nederlander op Alpe d'Huez. Joop Zoetemelk, Hennie Kuiper, Peter Winnen, Steven Rooks en Gert-Jan Theunisse, allemaal wonnen ze op Alpe d'Huez. Zoetemelk, Kuiper en Winnen wonnen zelfs twee keer. Na de overwinning van Theunisse in 1989 was het wel gedaan met de pret. Tegenwoordig moeten we het van bocht 7 hebben, waar alle Nederlandse kanalenvegers kachellam staan te zijn met een stoel boven hun hoofd. We zitten er niet op te wachten en we dringen er ook zeer zeker niet op aan. Aangezien we gisteren aankwamen op de Granon moeten we ook even het verhaal van 1986 erbij pakken. Hinault verloor dus zijn gele trui onderweg naar de Granon. Hij kwam een paar minuten na zijn ploeggenoot LeMond binnen en zou daarna nooit meer de gele trui dragen. Maar hij herpakte zich wel. De volgende dag stond er een aankomst bergop op Alpe d'Huez op het programma, en tijdens deze rit kwamen uiteindelijk aan het eind van de dag Bernard Hinault en Greg LeMond hand in hand over de finish. Urs Zimmermann was derde, op liefst vijf minuten achterstand. Dat zijn de anekdotes.



De Alpe d'Huez, man man man. Dat we hier vier jaar niet zijn geweest is nog relatief lang, maar ik zou toch graag opteren voor een maximum van één aankomst per tien jaar. Het wordt ook echt iedere keer erger op deze berg, iedere keer meer dronken mongolen, voornamelijk uit Nederland. En daar doet iedereen dan heel lovend over, in plaats van eerlijk toe te geven dat het eigenlijk nergens op slaat. Bocht 7! Daar waar de mensen zo dronken zijn dat ze de jongens in de bus op hun reet meppen in plaats van een zacht duwtje in de rug. De jongens op kop vrezen onderhand voor hun leven, je weet maar nooit of je ineens van je fiets wordt gebeukt door een dronken mongool. De bergen in de Tour zijn altijd een verhaal apart, maar Alpe d'Huez is één grote open inrichting. Carnaval, kermis en de ballenbak bij elkaar. Helemaal geen leuke klim, het is überhaupt een doodsaaie weg naar een doodsaai skiresortje, maar door al dat volk wordt het dan weer zo smal dat je vaak nergens kunt inhalen. En dan staan ze ondertussen in je oor te toeteren als een debiel. Een beklimming van Alpe d'Huez is iedere keer opnieuw een bewijs dat wij als mensen een totaal gefaald experiment zijn. Leuk geweest, trek de stekker uit de berg en trek de stekker uit de mensheid. Epische aankomsten in het verleden, dat is het enige waar deze klim nog op kan bouwen. Tegenwoordig is het een clowneske verzameling van alles wat de mensheid fnuikt. Ter info, een foto van bocht 7:



In startplaats Briançon zal het overdag 27 graden zijn. Niet voor niets de hoogstgelegen stad van Frankrijk, het is hier een paar graden frisser dan beneden in het dal. Blijkbaar een piepkleine kans op regen in de middag, maar het zal wel droog blijven. Beetje tegenwind vanuit het vertrek, dat is wel jammer. Zelfde wind als gisteren, zeg maar. Toen wat meer in de rug, nu wat meer op kop. Ergens halverwege, in Saint-Jean-de-Maurienne, wordt het 's middags 32 graden, het wordt dus wel weer echt een warme dag. Maar dan vooral in de vallei, uiteraard. Op grotere hoogte valt het wel mee, en ook in Le Bourg-d'Oisans zou het mee moeten vallen. Een graad of 28 daar, geen kans op regen en een beetje wind uit het noorden/noordwesten. Lichte tegenwind op de slotklim, derhalve. Al staat er natuurlijk zoveel volk dat de renners daar weinig van merken. Het is jammer dat Alpe d'Huez zo vaak wordt gebruikt en dat het de kermisberg is geworden, verder kan het natuurlijk wel weer een showtje worden. Een eventuele nieuwe topshow begint om 13:05, na een kwartiertje rukken op de werken van Vauban gaan we om 13:20 helemaal van start. De Belg is er om 12:50 al bij, maar dan wel op Canvas (!). Het heilige journaal zit in de weg, dat wordt even later weer mooi zappen. De NOS is er ook meteen om 13:00 bij en die bamischijf van een Bobbie Traksel zal ongetwijfeld ook de hele dag live zijn. Het prototype van de bochtzevenmongool. Het is de Franse feestdag, en om dat te vieren hoeven alle Nederlandse loonslaven de finish niet te missen. De finish wordt pas ergens tussen 17:55 en 18:29 verwacht, zo laat maken ze het vaak alleen op de slotdag.



Het is vandaag 14 juli, ook wel bekend als kwatorze zwiejet. Of quatorze juillet, vooruit. Op deze dag wordt de bestorming van de Bastille-gevangenis gevierd, waarmee in 1789 de Franse Revolutie begon. Formeel is dit niet helemaal juist: men viert de eerste verjaardag van de bestorming van de Bastille, het feest van de Franse federatie. Dat was een patriottisch feest op 14 juli 1790 om de eenheid van Frankrijk te benadrukken. In 1880 werd de dag tot nationale feestdag verklaard. De nationale feestdag wordt vaak door de Franse renners aangegrepen om nog kanslozer in de aanval te gaan dan normaal. Voor een Franse zege op 14 juli moeten we terug naar 2017, toen Warren Barguil won in Foix. En daarvoor was het van Moncoutie geleden, in 2005 godbetert. Met het oog op de vlucht van de dag mogen we alle Franse (semi-)klimmers noteren, maar het is de vraag of de vlucht het überhaupt gaat halen. In principe zou je verwachten dat Jumbo nu ontzettend tevreden is en dat ze gaan controleren, waardoor de vluchters ruim baan krijgen. Maar misschien willen ze Pogacar nog wel even de genadeklap geven. Blijkbaar kan hij niet tegen hitte, lange beklimmingen en de hoogte. Nou, lange beklimmingen op grote hoogte komen we nu ook tegen, terwijl het vieswarm blijft. Dat er ein-de-lijk een aanloop is te vinden waarin het vrij snel omhoog gaat biedt heel veel mogelijkheden om alle knuppels die je hebt in het hoenderhok te gooien en de koers volledig te laten ontploffen. Wie wil kan ons de middag van ons leven bezorgen. Meteen de Galibier in het begin, stel je voor dat Jumbo daar hun kunstje van gisteren herhaalt. Dan houden we honderd renners over aan de finish en zien we nog veel meer klassementsrenners ontzettend veel tijd verliezen. Maar gaan ze dat doen? Ik verwacht eigenlijk van niet. Ze zitten nu in de positie dat ze de kat wat meer uit de boom kunnen kijken. Kruijswijk of Kuss vooruit sturen op de Galibier en de rest rond Vingegaard houden om eventueel gevaar te kunnen controleren. En van wie komt dat eventuele gevaar? Van Ineos? Die houden zich verdacht rustig en lijken tevreden te zijn met een eventuele podiumplaats. Maar misschien heeft Thomas vandaag wel meer ambities, hij won hier niet voor niets vier jaar geleden. En wat dan met Pogacar? Hij kondigde na de rit meteen aan dat hij zou blijven aanvallen. 'Vandaag verlies ik drie minuten, morgen win ik misschien wel weer drie minuten.' Dat komt verdacht dicht in de buurt van een Landisje. Even een alcoholische versnapering tot je nemen en daarna beginnen aan een epische solo. Mogen we niet helemaal uitsluiten, hij was wel echt bizar slecht ineens. Wat we gisteren in de laatste kilometers zagen lijkt me niet zijn ware niveau, plotseling herstel behoort tot de mogelijkheden. Maar als hij weer benen heeft, wat doet hij daar dan mee? Probeer dat blok van Jumbo maar eens aan te vallen. Je kan vroeg gaan, maar dan rijden ze vervolgens in de valleien wel weer achter je aan. Dus moet je het doen op de slotklim, maar op basis van gisteren mogen we verwachten dat Vingegaard hem dan klopt. Misschien toch maar wachten op de Pyreneeën. Vingegaard zelf gaf aan graag te winnen op Alpe d'Huez, maar dat was voor hij de vorige rit won en de gele trui pakte. Ik ga uit van een iets conservatier Jumbo en een grote kopgroep vol sterke klimmers. Met zo'n aanloop krijg je automatisch een sterke kopgroep, het kaf wordt meteen van het koren gescheiden. Laten we zeggen dat de vluchters het halen omdat Jumbo voor de conservatieve controle kiest, ik wil er vanaf zijn. Twee dagen achter elkaar zo'n topshow, dat bestaat niet. Vooral strijd tussen de favorieten op Alpe d'Huez, maar wel achter een aantal vluchters. Ik hoop dat ik er helemaal naast zit en dat het twee dagen achter elkaar episch wordt, maar ik wil het niet jinxen.
1. Pinot. Gaat zijn kunststukje van 2015 herhalen. Wint voor de tweede keer op Alpe d'Huez en zorgt er ook meteen voor dat de Fransen weer eens winnen op 14 juli.
2. Mollema. Ik ben er vrij zeker van dat hij totaal geen benen heeft, maar omdat het de NEDERLANDSE berg is noemen we toch een LANDGENOOT.
3. Barguil. Gaat zijn kunstje van gisteren nog eens herhalen. Ging toen wel flink diep, maar goed, uiteindelijk zal iedereen wel diep zijn gegaan gisteren. En met de vorm zat het wel goed, al kwam hij zichzelf op de slotklim behoorlijk tegen. Desalniettemin, noem alle Fransen die je kan vinden en je komt een eind.
4. Vingegaard. Ik had nog 100 vluchters kunnen noemen, maar dat kan je zelf ook. Het zal een goede klimmer moeten zijn, anders overleef je de schifting op de Galibier niet. Interessant is ook nog wel wat we achter de vluchters gaan zien. Kan Vingegaard met de druk omgaan? Dat vond hij in het verleden moeilijk, maar tegenwoordig schijnt dat beter te gaan. Als hij met de druk om kan gaan en de wattages van gisteren haalt schroeit hij nu weer iedereen de moeder. Pakt er weer een halve minuut bij, op z'n minst. Het kan verkeren, een paar dagen geleden dacht ik nog dat ik hetzelfde kon schrijven over Pogacar. Blijft toch een merkwaardige sport, hè?
5. Pogacar. Tekenen van beterschap. Ik ga voorlopig toch nog uit van een offday, al dan niet door te weinig te eten en te drinken. Een beetje bezweken onder de druk van Jumbo, een beetje te gretig, een beetje te dit en een beetje te dat. Hij mist natuurlijk Ellen Pijper, die hem alles uitlegde. Nu moet hij luisteren naar de dronkemanspraat van idioten als Matxin en Gianetti. Oneindig veel geld, eindig veel verstand. Deze rit zou overzichtelijker moeten zijn. Tenzij ze op de Galibier weer met bommetjes gaan gooien, maar laten we niet ineens iedere dag zoveel actie verwachten. Gisteren was historisch, vandaag zal dat alleen al statistisch gezien niet zijn. Zoveel historische dagen zitten er nu eenmaal niet in een jaar. Een showdown op de Alpe d'Huez, en dan zien we weer dezelfde namen als gisteren vooraan, met beterschap voor Pogacar. En vergeet Bardet niet, 14 juli he.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  donderdag 14 juli 2022 @ 07:19:09 #2
62913 Blik
The one and Only!
pi_205336851
Een omgekeerde Marmotte, dat wordt smullen
pi_205336855
_O_ In 2003 reed Armstrong dus blijkbaar de Galibier (voor de Alpe d'Huez) op met een aanlopende achterrem. Hij had zich al afgevraagd waarom het trappen zo zwaar ging en hij zoveel energie had verspild. Dat was er blijkbaar de reden van dat hij op de Alpe zelf niet beter kon, en ik geloof dat hij ook wel bang was voor de anti-Amerikaanse hooligans.

Wordt wel een moeilijke dag voor vluchters als Pinot, Mollema of Barguil aangezien ze gaan klimmen vanuit vertrek. Ik denk dat er wel kans is dat mannen als Quintana of Bardet ambities hebben en misschien zelfs hun team laten rijden. Bardet is verrassend goed. Zou het best leuk vinden als hij wint.

Stiekem hoop ik natuurlijk op een comeback van Tadej. Ik hoop dat hij gelanceerd wordt aan de voet van de Alpe door Majka zoals Armstrong door Heras en dat hij dan alle records breekt, inclusief dat van Pantani, met Vingegaard 2 minuten daarachter.
Gaat voor de BHFH-award 2005!
Humanitas est in bestias bonitas.
I am the hole I can't get out of.
pi_205336872
quote:
0s.gif Op donderdag 14 juli 2022 07:20 schreef JohnDDD het volgende:
_O_ In 2003 reed Armstrong dus blijkbaar de Galibier (voor de Alpe d'Huez) op met een aanlopende achterrem. Hij had zich al afgevraagd waarom het trappen zo zwaar ging en hij zoveel energie had verspild. Dat was er blijkbaar de reden van dat hij op de Alpe zelf niet beter kon, en ik geloof dat hij ook wel bang was voor de anti-Amerikaanse hooligans.

Wordt wel een moeilijke dag voor vluchters als Pinot, Mollema of Barguil aangezien ze gaan klimmen vanuit vertrek. Ik denk dat er wel kans is dat mannen als Quintana of Bardet ambities hebben en misschien zelfs hun team laten rijden. Bardet is verrassend goed. Zou het best leuk vinden als hij wint.

Stiekem hoop ik natuurlijk op een comeback van Tadej. Ik hoop dat hij gelanceerd wordt aan de voet van de Alpe door Majka zoals Armstrong door Heras en dat hij dan alle records breekt, inclusief dat van Pantani, met Vingegaard 2 minuten daarachter.
Vanwege dat klimmen aan het begin is het juist een makkelijkere dag voor die mannen die jij noemt om mee te zitten. Wie gaat ze halen? Jumbo zal het niet doen iig.
sig verwijderd door FA
pi_205336891
Zal Jumbo niet gewoon willen winnen op de thuisberg?
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
pi_205336892
quote:
0s.gif Op donderdag 14 juli 2022 07:29 schreef Ambrosius het volgende:

[..]
Vanwege dat klimmen aan het begin is het juist een makkelijkere dag voor die mannen die jij noemt om mee te zitten. Wie gaat ze halen? Jumbo zal het niet doen iig.
Misschien heeft UAE wel een droomplan vandaag :') (Wishful thinking)
of misschien dus Arkea of DSM, of Mas die iets goed wil maken
Gaat voor de BHFH-award 2005!
Humanitas est in bestias bonitas.
I am the hole I can't get out of.
  Eindredactie Sport / Forummod donderdag 14 juli 2022 @ 07:45:37 #7
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_205336942
quote:
1s.gif Op donderdag 14 juli 2022 07:35 schreef franklop het volgende:
Zal Jumbo niet gewoon willen winnen op de thuisberg?
Volgens mij spelen dat soort dingen in de praktijk minder dan we op papier graag zouden zien :+
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
pi_205336954
Weer zo’n hel van een dag en morgen ook. (Voor de niet-klimmers) mooi man!
Vakman pur sang
  donderdag 14 juli 2022 @ 07:58:51 #9
187810 Szura
Kijk eens aan!
pi_205336991
Alpe d’Huez :r
Lekker zuipen, lekker dansen en daarna lekker neuken.
  donderdag 14 juli 2022 @ 08:08:39 #10
454292 Koffieplanter
Straight Cash Homie
pi_205337040
Links…… Rechts……. Bier en tieten, jalalala. Daar moet een piemel in! Hahahaha, zie ons het eens gezellig hebben.
Put these foolish ambitions to rest.
pi_205337048
De Alp is an sich natuurlijk gewoon een prima beklimming. Jammer dat iemand het ooit de HOLLANDSE BERG heeft moeten noemen.
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
pi_205337051
Goed nieuws voor mij, de vakantie is voorbij dus ik kan de koers weer volgen _O_
pi_205337058
Maakt Mollema van de Nederlanders dan nog de meeste kans? Krachtwijck moet gewoon knechten denk ik, hoewel hij misschien tactisch in de ontsnapping mag zodat Astana gaat rijden op kop van het peloton voor de 7e plek van de Lutser. Dan nog zie ik KW niet winnen.
Gaat voor de BHFH-award 2005!
Humanitas est in bestias bonitas.
I am the hole I can't get out of.
  donderdag 14 juli 2022 @ 08:21:08 #14
454292 Koffieplanter
Straight Cash Homie
pi_205337091
quote:
9s.gif Op donderdag 14 juli 2022 08:09 schreef franklop het volgende:
De Alp is an sich natuurlijk gewoon een prima beklimming. Jammer dat iemand het ooit de HOLLANDSE BERG heeft moeten noemen.
Alpe d’Huez is een fucking mythische klim. Daar is geschiedenis geschreven door een aantal van de allerbeste coureurs die we ooit hebben gezien. En toen kwamen de Nederlanders. Zich net misdragen hebbende, fris over komen waaien uit Oostenrijk, om hier een ander feest te vergallen.

Indirect noem ik F1 nu een feest, wat natuurlijk niet zo is, maar ik wilde even een punt maken.
Put these foolish ambitions to rest.
  donderdag 14 juli 2022 @ 08:26:56 #15
241690 kibo
Semper Fidelis
pi_205337118
quote:
1s.gif Op donderdag 14 juli 2022 08:21 schreef Koffieplanter het volgende:

[..]
Alpe d’Huez is een fucking mythische klim. Daar is geschiedenis geschreven door een aantal van de allerbeste coureurs die we ooit hebben gezien. En toen kwamen de Nederlanders. Zich net misdragen hebbende, fris over komen waaien uit Oostenrijk, om hier een ander feest te vergallen.

Indirect noem ik F1 nu een feest, wat natuurlijk niet zo is, maar ik wilde even een punt maken.
Alles waar de oranje hordes op af komen is gedoemd te sterven.
pi_205337147
Had hoge verwachtingen over het stuk over bocht 7.. niet teleurgesteld!
pi_205337151
Wat een fantastisch geschreven samenvatting van gisteren, moet even gezegd worden ^O^.

Iemand zei het gisteren al Mollema is niet zo van de aankomsten bergop, dus ook al heeft die benen heb ik er weinig vertrouwen in.
  donderdag 14 juli 2022 @ 08:34:10 #18
328924 Frozen-assassin
STAY STRONG APPIE
pi_205337157
quote:
0s.gif Op donderdag 14 juli 2022 08:13 schreef JohnDDD het volgende:
Maakt Mollema van de Nederlanders dan nog de meeste kans? Krachtwijck moet gewoon knechten denk ik, hoewel hij misschien tactisch in de ontsnapping mag zodat Astana gaat rijden op kop van het peloton voor de 7e plek van de Lutser. Dan nog zie ik KW niet winnen.
Nee want Bauke heeft de benen niet. Hij kijkt zelf eerder naar de komende dagen.
pi_205337203
quote:
0s.gif Op donderdag 14 juli 2022 08:34 schreef Frozen-assassin het volgende:

[..]
Nee want Bauke heeft de benen niet. Hij kijkt zelf eerder naar de komende dagen.
misschien Tusveld?
Gaat voor de BHFH-award 2005!
Humanitas est in bestias bonitas.
I am the hole I can't get out of.
  donderdag 14 juli 2022 @ 08:46:31 #20
328924 Frozen-assassin
STAY STRONG APPIE
pi_205337226
quote:
0s.gif Op donderdag 14 juli 2022 08:42 schreef JohnDDD het volgende:

[..]
misschien Tusveld?
Medisch bulletin
Martijn Tusveld (Team DSM) – Pijn aan de linkerknie.
pi_205337255
Helaas is het origineel met de epische trance van YT:


Mijn favoriete wielerherinnering. _O_
Jack does it in real time...
  donderdag 14 juli 2022 @ 08:57:28 #22
311468 Van_Poppel
Voormalig kopman van Gertje
pi_205337291
quote:
1s.gif Op donderdag 14 juli 2022 08:52 schreef DeeBee het volgende:
Helaas is het origineel met de epische trance van YT:


Mijn favoriete wielerherinnering. _O_
Die aanzet van Beltran _O_
pi_205337296
Speciaal voor @Rellende_Rotscholier en @wimderon

twitter
Cancellara; "Tweede worden is gemakkelijker dan eerste worden"
FOK!sport *O* ✩ ✩ ✩ Ajax O+
  donderdag 14 juli 2022 @ 09:01:07 #24
423121 Fretwork
Acte d'éloquence
pi_205337313
Verschrikkelijk veel zin in thuiswerken vandaag, misschien de laatste 2 uur even bij het wielercafe kijken.

Pogacar gaat ongenadig oorlog maken, demarrage in de laatste km van de Croix de Fer en dan uitgejoeld door eencelligen de Alpe op.
The world outside is burning with a brand new light but it isn't one that makes me feel warm. Don't go mistaking your house burning down for the dawn - Frank Turner
Stilaan weer op topniveau na jaren als fietsende hamburger
pi_205337319
quote:
0s.gif Op donderdag 14 juli 2022 08:57 schreef franklop het volgende:
Speciaal voor @:Rellende_Rotscholier en @:wimderon

[ twitter ]
Die vrachtwagen had even uit moeten wijken.
Jack does it in real time...
abonnement Unibet Coolblue Bitvavo
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')