abonnement Unibet Coolblue
  Moderator zaterdag 28 mei 2022 @ 03:01:38 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_204886494
Tappa 20: Belluno - Marmalada (Passo Fedaia), 168 km

Pohhhh, dat was me een partij een onmeunige kutrit, zeg. Dat heeft de organisatie deels aan zichzelf te danken, dat moet ik toegeven. Vooraf had ik al m'n twijfels over de opbouw van het parcours, als je aan het eind van de ronde een 'makkelijke' bergrit voor een veel lastigere bergrit plaatst kan het zomaar zo zijn dat iedereen wacht op die lastige bergrit. En als die lastige bergrit dan ook nog eens de zwaarste kilometers aan het eind kent weet je eigenlijk al bijna zeker dat de renners gaan wachten. Deze ritten hadden ze beter kunnen omdraaien, maar het zal vast zo zijn dat de regio waarin de volgende rit zich afspeelt meer geld heeft betaald voor een plaats in het weekend. Enfin, de rit was dus tegenvallend. Dankzij de vlakke aanloop reed er een waardeloze groep weg, wederom een bewijs dat je vlakke aanlopen zoveel mogelijk moet voorkomen. Het kan een keer, maar het moet niet continu het geval zijn. Dan krijg je een groep met Affini, en Davy, en tal van andere non-valeurs. De groep was dusdanig groot en bevatte een aantal hardrijders, waardoor het peloton automatisch een probleem had. Vooral toen ze de voorsprong heel snel lieten oplopen naar 11 minuten, een bijzonder slecht idee. Op dat moment hadden ze het beter helemaal kunnen laten lopen, maar Bora besloot toch te gaan controleren. Maarja, controleren op het moment dat je 11 minuten achterstand hebt, tegen zo'n kopgroep... Veel dichterbij dan acht minuten kwamen ze nooit, een vrij kansloze onderneming. De vluchters mochten dus weer strijden om de zege, voor de zoveelste keer. Negen van de 19 ritten gingen naar de vluchters, een aardige score. De voorsprong van de koplopers bleef zo groot dat we aan het eind van de rit getuige waren van een bijzonder fenomeen, aangezien de koplopers aardig waren voor elkaar op die lastige klim in Slovenië bleven er een paar renners bij elkaar en die begonnen aan een eindeloze surplace bergop. Af en toe een laf aanvalletje tussendoor, maar verder reden ze bijna stilstaand omhoog. De voorsprong liep daardoor alsnog snel terug, ook omdat in het peloton Sivakov na een tijd gas begon te geven. Porte kon dat niet meer doen, die is inmiddels afgestapt en sluit zijn laatste grote ronde op een vrij typische manier af. Maar goed, vooraan had men in de gaten dat geen enkele aanval ging slagen en dus gokte men op de sprint, bergop. Een malle sprint, met een bocht naar links aan het eind. Maar hoe zou die bocht precies lopen? Hoe zou de organisatie de hekken neerzetten? Dat wist niemand precies. Maar alsnog: een bocht op 70 meter van het eind, dan moet je gewoon als eerste door de bocht. En dat deed Koen Bouwman. Ik loop Koentje al jaren belachelijk te maken, maar die gek wint nu gewoon twee ritten. En hij neemt ook nog de bergtrui mee. Andere renners die graag meer uit hun carrière willen halen: tegen betaling wil ik jullie ook wel jarenlang bashen. Koentje logenstraft alle haters, een groepje dat in de vorm van Mauro Schmid een nieuw lid heeft gekregen. Mauro vond het een goed idee om voorafgaand aan de laatste bocht plaats te nemen in de binnenbocht. Dat is niet slim. Koentje zat in de buitenbocht en kon daardoor mooi naar binnen snijden. Dat zag er wellicht wat lomp uit, maarja, hij ging nu eenmaal als eerste de bocht in en in een bocht zelf zijn er niet direct regels. Was het een rechte weg geweest dan hadden we Koentje voor de rest van zijn leven geschorst, maar in een bocht kan dit. Het moest eigenlijk ook wel, want hij kon de bocht amper houden. Iets minder scherp insturen en hij was sowieso rechtdoor in het decor geëindigd. Vooral een fout van de organisatie en de UCI, hoezo werd dit goedgekeurd? Er loopt gewoon ergens een duurbetaalde functionaris rond die als taak heeft de parcoursen te keuren, waarbij er vooral aandacht is voor de aankomst. Natuurlijk, een aankomst bergop, dan gelden er wellicht soepelere wetten, maar dit kon gewoon niet. Het was niet zo dat het aan 10% omhoog ging, het vlakte juist af richting de finish, dus werd het een bocht waar je met snelheid doorheen zou gaan. De UCI is echt een lachwekkende organisatie, waar ik wel graag voor zou willen werken. Heerlijk lijkt me dat, het keuren van een parcours. Je wordt gefêteerd in een luxueus hotel, je mag eten op kosten van de organisatie, je schuifelt even vijf minuten met je gigantische pens over de finish, zegt dat het in orde is ook als het niet in orde is en gaat vervolgens ergens in een bordeel zitten. Goed man. En als het misgaat? Schuld van de renners, hadden ze maar niet zulke risico's moeten nemen. Gelukkig voor Koentje lijkt het er sterk op dat ze dit keer wel in de gaten hadden dat het hun eigen fout was, dus waren er geen gevolgen. Was ook onterecht geweest, er was nu eenmaal een scherpe bocht en daar geldt de wet van de eerste. Had Schmid maar wat rapper moeten aankomen in die bocht, of plaats moeten nemen aan de buitenkant.

Enfin, dat was de rit dus, vooral veel polemiek over de aankomst. De favorieten bestookten elkaar daarachter nog wel even en heel kort leek het er op dat Landa voor het eerst een geslaagde demarrage plaatste. Hij reed eventjes 100 meter weg, terwijl Hindley en Carapaz naar elkaar keken. Hindley blijft pokeren, toch bijzonder om te zien. Het werkte wel, Carapaz trapte erin, haalde Landa terug en dus reden ze weer met z'n drieën naar de finish. Weer een pover duel, we worden niet verwend. Er is nu nog maar één bergrit over, dit is de laatste kans om ons te vermaken. En de laatste kans voor in ieder geval Landa om te kijken of roze nog een optie is. Als ze nu niets doen boycotten we uit principe de tijdrit, stel ik voor. Dit moet koers opleveren, anders gaan we muiten. Koers of geen koers, we krijgen in ieder geval voor het eerst in 11 jaar de Fedaia weer te zien. Althans, dat hopen we. Vorig jaar lag ie op het parcours, maar werd ie op het laatste moment geschrapt vanwege het weer. De weersvoorspelling is nu weer niet al te positief, dus misschien worden we opnieuw wakker met slecht nieuws. Daar gaan we alleen niet vanuit, nog een keer de Fedaia schrappen zou ik niet kunnen verdragen. We gaan gewoon klimmen en we gaan ook een keer serieus demarreren, hup. Alles of niets, en wel nu.




Deze laatste, hopelijk allesbepalende bergrit gaat van start in Belluno, de hoofdstad van de gelijknamige provincie Belluno in de regio Veneto. De stad ligt op een verhoging boven het punt waar het beekje Ardo en de rivier Piave samenstromen in het zuidelijkste deel van de Dolomieten. De stad heeft een historisch centrum met enkele in Venetiaanse stijl gebouwde paleizen. Belluno is ruim opgezet en telt enkele parken en flinke pleinen. Tevens wonen er naar het schijnt ongeveer 36.000 mensen. Ten zuiden van Belluno ligt de berggroep Nevegal (1761 m) waar 's winters volop geskied wordt. Het Nationaal Park Dolomiti Bellunesi strekt zich ten noorden van de stad uit. Belluno is met het laaggelegen deel van de regio Veneto verbonden door de snelweg A27 en een spoorlijn naar de stad Treviso. Wij danken Wikipedia voor deze bijzonder relevante informatie. Ze voegen toe dat er in het centrum vooral naar de kathedraal moet worden gekeken, het Palazzo dei Rettori en het Piazza del Mercato. Er is ook een heel stuk over de geschiedenis van de stad te vinden, blijkbaar komt de naam van het Keltische belo-donum, dat lichte ophoging betekent. Het meest memorabele moment in de recente geschiedenis is dat ze hier blijkbaar last hebben gehad van een overstroming van een dam 20 kilometer verderop. Belunno, daar valt wat te beleven. Giovanni Knapp was uit deze stad afkomstig, in de Giro van 1966 boekte hij een Knappe zege in Viareggio. Het is een stad en ook een provincie waar de renners tijdens de Giro regelmatig doorheen fietsen, maar de laatste keer dat we hier vertrokken dateert alweer van 2014. Toen reden we van Belluno naar Rifugio Panarotta en kwamen we na 55 kilometer boven op de Passo San Pellegrino. Daar hebben we vandaag 82 kilometer voor nodig, rijden we dus een kloterig tyfuseind om in de vallei om een nóg langere vlakke aanloop te creëren, het hoofd van Vegni hoort op het hakblok. In 2011 ging er in Belluno een klimtijdrit van start, daar blonk de Giro ooit in uit. Nevegal was de plaats van aankomst en daar won Contador. Voor een aankomst in Belluno moeten we helemaal terug naar 1966, toen Felice Gimondi met de zege aan de haal ging. Met Dino Buzzati komt er ook nog een bekende schrijver uit deze stad, nu is het tijd voor mij om een vernietigend betoog te schrijven over het begin van deze etappe.



Een parcours bouwen is niet altijd eenvoudig, er zijn veel variabelen om rekening mee te houden. Ik zal niet iedere beslissing van de organisatie fileren, maar ze mogen mij wel uitleggen waarom er in het begin van deze rit is gekozen om een extra lus van 30 kilometer door de vallei af te leggen. Vanuit Belluno duurt het sowieso even voor je de Passo San Pellegrino bereikt, maar het is echt bizar om die weg nog langer te laten worden. Wat wil je daar precies mee bereiken? Hetzelfde als gisteren? Dat er door een lange, vlakke aanloop weer een kutgroep wegrijdt? Is dat wat je wil? En waarom moeten we eigenlijk over de Passo San Pellegrino? Vanuit Belluno ben je binnen 30 kilometer aan de voet van de Passo Duran, vanuit de Passo Duran kom je direct uit bij Forcella Staulanza, die klim leidt dan weer direct naar de Giau, aan het eind van die afdaling sla je linksaf om aan de Falzarego te beginnen, daal je af, fiets je een paar kilometer door de vallei, begin je aan de Fedaia, daal je af en finish je in Canazei of plak je er nog de Pordoi aan vast. Heb je een geniale bergrit, pas na pas, met heel weinig vallei tussendoor. Niet eens een bijzonder lange rit, grofweg net zo lang als deze rit. Snel aan de eerste klim toe, geen gezeik. Het ligt echt voor het oprapen hier, maar de organisatie heeft gekozen voor een omweg richting de Passo San Pellegrino, meer dan 60 kilometer vallei. Een kort klimmetje tussendoor, maar geen echte pas. Als afsluitende bergrit is dit heel mager, zoals de meeste bergritten mager zijn. Net als het eergevoel van de renners, daar kan de organisatie dan weer iets minder aan doen. Maarja, we hebben er verder weinig over te zeggen, dus gaan we de rit zoals ie is toch maar eens bekijken. Vanuit Belluno rijden de renners 17 kilometer langs de Piave over brede, vlakke en rechte wegen. Verspilde moeite om meer woorden te besteden aan deze aanloop. Een aanloop die te vergelijken is met die van gisteren. Af en toe wat bochten in een dorpje en verder rechtdoor over brede wegen. In Santa Giustiana slaan de renners in het centrum rechtsaf, waarna ze vrij snel gaan beginnen aan een kort klimmetje. Hopelijk blijft het tempo in het peloton hoog tot dit klimmetje, dan krijgen we wellicht een iets sterkere kopgroep, met als we heel veel mazzel hebben zelfs een paar bruggenhoofden. Het zal op dit klimmetje snel moeten gebeuren, want onderweg naar San Gregorio nelle Alpi gaat het net iets minder dan drie kilometer aan 7% omhoog. Beter dan niets, zullen we maar zeggen. Iets smallere weg, paar haarspeldbochten erbij, wel terrein om een acceptabele kopgroep te laten ontstaan.




Na dit klimmetje zal het twee kilometer vlak zijn, waarna er in de buurt van Paderno een afdaling van twee kilometer volgt die toch al snel zes haarspeldbochten bevat. Prima weg wel verder, dus dat zal niet direct veel problemen opleveren. Na dit afdalinkje loopt het een paar kilometer wat vals plat omhoog richting Sospirolo, waarna het nog eens anderhalve kilometer naar beneden gaat. Beneden zetten we koers richting Ponte Mas, waar we linksaf slaan om vervolgens te beginnen aan een lange tocht door de vallei. De weg door deze vallei loopt steevast omhoog, maar in 30 kilometer komen we maar 400 meter hoger uit. Dat is gemiddeld iets meer dan 1%, nou, jeetje. Dit is het stuk van de rit waar Ineos, Bahrein en Bora weer naar elkaar gaan koekeloeren en de kopgroep een voorsprong van 10 minuten cadeau krijgt. Heel veel geen zin in. Is het optisch wel een fraaie tocht? Ja, dat zeker. Het is hier wonderschoon, maar koerstechnisch gezien kopen we daar helemaal niets voor. De renners rijden langs een riviertje en overal zien ze de bergen om zich heen, maar het echte klimwerk laat nog steeds op zich wachten. Na 54 kilometer komen ze weer eens wat bebouwing tegen in het dorpje Agordo. Hier ligt de voet van de Passo Duran, maar de organisatie veegt hun reet af met mijn briljante suggestie. We moeten hoe dan ook naar de Passo San Pellegrino, en dus blijft het nog een aantal kilometer vals plat omhoog lopen. Tunneltje tussendoor, maar verder niets dat de moeite van het vermelden waard is. Vanuit Agordo gaat het over een brede en rechte weg verder naar Cencenighe Agordino, terwijl we ondertussen steeds naar een kicken berg kijken. Na nog eens tien kilometer in de vallei, waarin we net iets meer dan 150 meter hoger uitkomen, bereiken we na 63,5 kilometer Cencenighe Agordino, waar de eerste tussensprint van de dag wordt afgewerkt. Zou het wat uitmaken? Nee.



Wat wel uitmaakt is dat we voorbij de tussensprint eindelijk écht gaan klimmen. We beginnen gelijk na de sprint aan de Passo San Pellegrino, een klim van 18,5 kilometer. De klim van eerste categorie kent een gemiddeld stijgingspercentage van 6,2%, wat zeer zeker niet het hele vertaal vertelt. De eerste vijf kilometer rijden we bijvoorbeeld over een gigantisch rechte en brede weg omhoog tegen 4%, het begin stelt dus niet veel voor. Hierna gaat het een halve kilometer omhoog aan 5,5% en daarna anderhalve kilometer aan 8%, hoera, maar dan volgt er een klein stukje in dalende lijn en een vlakke kilometer, alvorens we in Falcade een andere weg bereiken, wat haarspeldbochten tegenkomen en de klim daadwerkelijk ergens op begint te lijken. De eerste 8,5 kilometer, daar gaat het niet om, nee, het gaat om de tien kilometer daarna. En van die tien kilometer dan weer vooral de laatste zes kilometer, maar afijn. Een haarspeldbochtrijke weg door het bos gaat grofweg vier kilometer aan 6% omhoog, voor we beginnen aan een strook van zes kilometer aan 9%. Ik eis dat hier al meteen iets gaat gebeuren, ze hebben ons al lang genoeg naar helemaal niets laten kijken. Bommen los op de San Pellegrino, anders kijken we nooit meer. De lastige strook begint met anderhalve kilometer aan 11%, waarna het zelfs een halve kilometer omhoog zal gaan aan 12%. Dan nog een halve kilometer aan 11%, voor het een kilometer aan ongeveer 6,5% stijgt. Een flink stuk met percentages boven de 10% dus, hier moet gewoon iets gebeuren is mijn verder geheel objectieve mening. Na nog een halve kilometer aan bijna 10% en een kilometer aan 8% gaat het richting de top verder aan 4%. De top van de Passo San Pellegrino bereiken we na 82 kilometer, halverwege de rit dus ongeveer. Perfect moment om alvast in de aanval te gaan, wie doet je wat. In de Giro van 2014, toen we ook vertrokken vanuit Belluno, stond deze klim ook al op het programma, alleen waren we toen 30 kilometer eerder op de top. In de Giro van 2006 lag er een aankomst boven op deze berg en toen won Juan Manuel Garate voor Jens Voigt. Ik stel voor dat er ook nu een Bask als eerste bovenkomt.



Volgens Wikipedia vormt de Passo San Pellegrino de verbinding tussen Val di Fassa en Val del Biois. Tevens loopt over de pashoogte de grens tussen de provincies Trente en Belluno. Moena in het Val di Fassa is het beginpunt aan de westzijde. De weg omhoog voert door het praktisch onbewoonde Valle di San Pellegrino. Onderweg heeft men terugblikkend uitzicht op het massief van de Latemar. Na elf kilometer bereikt de goed berijdbare weg de pashoogte op 1918 meter. Dat wordt het verhaal van de afdaling, maar dan andersom. We rijden over een klaarblijkelijk goed berijdbare weg omlaag naar Moena en dat gaat elf kilometer duren. Het is vrij opmerkelijk dat de weg omhoog voorzien is van eindeloos veel haarspeldbochten, terwijl de weg omlaag daar totaal geen last van heeft. De brede weg loopt eigenlijk bijna continu rechtdoor, wat dit een atypische afdaling maakt. Techniek heb je hier niet nodig, maar alsnog wel stalen ballen. De snelheid zal hier godsgruwelijk hoog liggen, continu naar beneden zonder te hoeven remmen. Heel steil gaat het overigens niet naar beneden, toch voornamelijk aan 6 à 7%. Als we Moena bijna bereiken rijden de renners wel door een bos en komen ze wat krommingen van de weg tegen, maar eigenlijk niets dat ik zou omschrijven als een echte, lastige bocht. Een keer via een brug over een riviertje, dan moet er gestuurd worden, verder, nouja, niet. Als we de buitenrand van Moena bereiken warempel nog wel een haarspeldbocht tegen en daarna meteen een flinke bocht naar links. Vervolgens rijden we richting het centrum van Moena en komen we even verderop nog een haarspeldbocht tegen. Na nog een tweetal bochten rijden we gezellig door de hoofdstraat van Moena, een plaats waar we vaker doorheen fietsen tijdens de Giro. In de Giro van 2017 ging hier zelfs een rit van start, jeetje. Vanuit Moena, na onze tocht door het centrum, rijden we in de vallei verder naar Canazei, eveneens een bekende plaats. In de komende 17 kilometer komen we grofweg 300 meter hoger uit, het gaat dus weer lekker lafjes vals plat omhoog. Alhoewel, in mijn aantekeningen uit 2017 zie ik dat het buiten Moena wel even twee kilometer aan 5% omhoog zal gaan en dat daarna het vals platte werk pas begint. Een irritant stuk vallei, dat de renners waarschijnlijk zal ontmoedigen om aan te vallen op de San Pellegrino. Tenzij je een mooi bruggenhoofd hebt in de kopgroep, wensdenken wij ons een weg richting de teleurstelling. Na 111 kilometer bereiken we Canazei, waar vorig jaar nog een rit van start ging. Toen fietsten we naar Sega di Ala, waar de inmiddels gelukkig gestopte Dan Martin zou winnen. In de Giro van 2017 kwam hier dan weer een rit aan en die werd gewonnen door godbetert Pierre Rolland.



Vanuit Canazei kun je beginnen aan de Passo Pordoi en dat waren we vorig jaar van plan. Ging toen niet door, want de renners vonden het te koud en te regenachtig en oei oei oei wat hadden ze het zwaar. Geen Fedaia, geen Pordoi, een totale flopshow. Wel de Giau, maar daar zagen we dankzij de prehistorische apparatuur van de RAI niets van. De aankomst van Egan Bernal in Cortina d'Ampezzo konden we alleen zien via de vaste camera, geen ene reet gezien van die hele rit. De Fedaia en de Pordoi hadden we toen ongetwijfeld ook niet gezien als ze niet waren geschrapt, daarom valt het hoe dan ook te prijzen dat we beide beklimmingen nu weer opnemen in het parcours. En het lijkt er sterk op dat we nu wel daadwerkelijk deze bergen gaan bedwingen. Al weet je dat maar nooit, vorig jaar schreef ik mijn voorbeschouwing voor de kat z'n kut. Ik had het allemaal mooi op papier staan, zetten ze er op de ochtend zelf een streep door. Om te voorkomen dat ze nog een keer met m'n kloten spelen kopieer ik nu de tekst van vorig jaar, ik heb dat verdomme niet voor niets getikt. In de beoogde rit van vorig jaar hadden we overigens eerst de Fedaia moeten beklimmen om vervolgens direct door te gaan naar de Pordoi. Nu komen we vanuit de vallei richting de voet van de Pordoi en zijn de eerste meters van de klim net iets anders omdat we vanuit het centrum van Canazei beginnen en niet direct vanuit de afdaling. Maar afijn, klein bier.

We beginnen aan de Cima Coppi. De hoogste berg van deze ronde. Een leuke som geld en vooral een sloot bergpunten voor degene die als eerste boven is op de Passo Pordoi, 2239 meter boven zeeniveau. De top van de Passo Pordoi ligt hoger dan die van de Passo Fedaia, maar de Pordoi is wel een stuk makkelijker. Het gaat 11,8 kilometer lang omhoog aan 6,8% gemiddeld. Een relatief regelmatige klim, na een begin aan 4% gaat het vervolgens een kilometer of vijf eigenlijk gewoon aan 7% omhoog. De brede weg loopt door een bos omhoog en kent vooral in het begin de nodige haarspeldbochten. Na vijf kilometer klimmen komen we uit bij een splitsing. Rechtdoor gaan we verder naar de Passo Sella, de bergtoppen van de gelijknamige berg zien we in de verte al schitterend in beeld komen. Maar, we gaan niet naar de Passo Sella. In plaats daarvan slaan we rechtsaf, naar de top van de Pordoi. Vanaf dit punt is het nog zeven kilometer naar de top van de Pordoipas. De weg is en blijft goed. De begroeiing wordt dunner en houdt in de buurt van de pashoogte helemaal op. Al klimmend heeft men een uitzicht op de berggroep van de Sassolungo. In dit tweede deel van de klim gaat het gemiddeld aan 6,5% omhoog, terwijl het wel lekker bochtig blijft. Haarspeldbochten te over, maar die zijn dus over het algemeen niet zo steil. Vlak voor we de top bereiken gaat het een keer een halve kilometer aan 8% omhoog met een steilste strook aan 10%, moeilijker dan dat wordt het niet op de Pordoi. De echte lastigheid zal door de meteorologische omstandigheden komen, ook in 2022 verwachten we regen. Op 2239 meter boven zeeniveau zal het bovendien niet warm zijn, een graadje of 12. Na nog een paar haarspeldbochten komen we na 123 kilometer boven op de Pordoi, waar we een parkeerplaats en een aantal hotelletjes aantreffen. Ook weer een wintersportgebied, uiteraard. De Passo Pordoi is natuurlijk een echte klassieker, de klim kwam al meer dan 40 keer voor in de Giro. Voor het eerst in 1940, toen kwam de legendarische Gino Bartali hier als eerste boven. In de jaren daarna kwam de net zo legendarische Fausto Coppi hier twee keer als eerste boven. Op de Pordoi staat ook een monument ter ere van Coppi. Dat maakt deze klim wel weer een waardige Cima Coppi. Vier keer kwam er een rit aan op deze bergpas. Voor het laatst in 2001, toen ging de overwinning naar iedereens favoriete Mexicaan, Julio Alberto Perez Cuapio. In 2016 en 2017 zat de Pordoi voor het laatst in de Giro. In 2016 van de andere kant, in de rit waar Kruijswijk de roze trui zou veroveren. Over het vervolg zwijgen we beter. In 2017 werd de Pordoi dan wel weer vanuit Canazei beklommen, aan het begin van een rit. Diego Rosa kwam als eerste boven, geen naam voor de geschiedenisboeken. In 2021 kwam er dus uiteindelijk niemand als eerste boven, sad.





De afdaling van de Pordoi is ongeveer tien kilometer lang en in normale omstandigheden prima te doen. Het is wel een vrij bochtige afdaling, met vooral veel haarspeldbochten. Meer dan 20, toch al snel. In het begin zitten er meteen een paar, dat zijn nog best lastige bochten. Daarna is het even recht tot aan de volgende fase vol haarspeldbochten. Die fase is een stuk beter te doen, de bergweide biedt een mooi uitzicht over de omgeving en over iedere volgende bocht. Maar goed, als het slecht weer wordt krijg je natuurlijk een ander verhaal. Dan is alles lastig, dus ook deze afdaling. Maar normaal gesproken hoeft er hier dus niets te gebeuren. Bochten genoeg, maar geen venijnige bochten. Bijna beneden misschien eentje, de renners rijden onder een bruggetje door en zien daardoor de volgende bocht wat minder goed liggen. Bijna beneden in Arabba is het ook nog flink bochtig, met een paar haarspeldbochtjes die elkaar razendsnel opvolgen. Daar hoeft weinig getrapt te worden, alleen geremd. Het wegdek is hier wel vrij slecht overigens, behoorlijk veel scheuren in de weg. Maar nee, geen lastige afdaling normaal gesproken. Met lage temperaturen en een nat wegdek krijg je hier uiteraard wel een ander verhaal, door de vele bochten kan het aardig uit elkaar worden gereden. Enfin, eenmaal in Arabba pakken we ook nog wat haarspeldbochtjes mee, maar die vallen al helemaal mee. In het centrum van dit skidorpje gaan we bij een rotonde rechtdoor, waarna het nog wat verder naar beneden loopt over een brede en rechte weg. Deze rechte weg wordt na een tijd wat bochtiger, terwijl we door een schitterende omgeving fietsen. Het uitzicht over de vallei is adembenemend mooi, al bestaat de kans dat we daar vandaag niets van gaan zien. De weg kent een vrij grillig karakter, na een tijd begint het wat op en af te gaan. Korte stukjes, veel stelt het niet voor. Wel een vervelende weg voor iemand die in de Pordoi in de aanval is gegaan, lastig stuk om te overbruggen. Na een kilometer of zes over deze weg gereden te hebben volgt er na een smalle passage in het dorpje Pieve di Livinallongo een kort stukje in dalende lijn met wat scherpe bochtjes en vervolgens een klimmetje van anderhalve kilometer aan 7% richting Cernadoi. Na een bocht naar rechts in de buurt van dit dorpje loopt de weg een kilometer of vijf lichtjes naar beneden. Enorm steil is het niet, maar na een stukje rechtdoor komen we toch een paar verraderlijke bochten tegen. Daarna wordt het weer een paar kilometer wat makkelijker, tot we aan het eind van deze strook nog een paar stevige bochten tegenkomen. Even verderop komen we uit op een punt waar we vorig jaar linksaf hadden moeten slaan naar het pittoreske Colle Santa Lucia, maar aangezien die hele Pordoi toen niet voorkwam in het parcours houdt hier de voorbeschouwing van vorig jaar op. Moet ik tot aan de voet van de Fedaia toch echt zelf aan de bak, jammer. Waar het vorig jaar naar links had moeten gaan volgen we nu de doorgaande weg en dit levert een stuk in dalende lijn van vijf kilometer op richting Caprile. Anderhalve kilometer lang stelt dat niets voor, in de resterende 3,5 kilometer komen we zes haarspeldbochten tegen en nog wat ander bochtenwerk. Wel een brede weg, maar het zal alsnog pittig zijn. Beneden slaan we scherp rechtsaf, rijden we even later linksaf over een bruggetje Saviner di Laste binnen en daarna bereiken we de voet van de slotklim.



Tijd om de voorbeschouwing van vorig jaar er weer bij te pakken. Tien jaar lang had ik vorig jaar op dit moment gewacht, inmiddels is het 11 jaar. Het is echt alweer 11 jaar geleden dat voor het laatst de Fedaia bedwongen werd in de koers, de afgelopen jaren begon het verlangen naar een nieuwe beklimming van de Fedaia wel toe te nemen. De klim in 2011 maakte onderdeel uit van een van de meest epische ritten van de laatste jaren, voor de liefhebber al eens beschreven in het nostalgische hoekje. De Fedaia vormde de voorlaatste klim in een rit van meer dan zeven (!) uur, bijna de hele dag in de regen. Garzelli kwam dat jaar als eerste boven op de Fedaia, aan de voet van de Marmolada (de hoogste berg van de Dolomieten), maar hij werd richting de finish voorbijgestoomd door een buitengewoon sterke Mikel Nieve. In een verder verleden bedwong men in de Giro vaker de Fedaia, de legendarische Emanuele Sella wist hier bijvoorbeeld een aankomst bergop te winnen in 2008. Recenter kwam de Baby Giro hier ook een keer voorbij, Einer Rubio wist toen te winnen. Arme Einer, die bij iedere gelegenheid wordt gepest door Jeroen omdat hij ooit vijf meter bij De Gendt in het wiel ging. Schandalig. Maar, terug naar de Fedaia. Een werkelijk oogstrelende klim, al is er wel een treurig elementje aan het verhaal. Het mooiste deel van de Fedaia volgt normaliter in de kloof van Sottoguda. Hier rijden de renners normaal over een kronkelende weg tussen de rotsen in, een werkelijk onovertroffen beeld in het mondiale wielrennen. Maar, in 2018 ging het helemaal mis. Een overstroming heeft de weg in de kloof bijna volledig weggevaagd. Men wil de weg graag herstellen, maar het is en het blijft Italië, dus het duurt allemaal wat langer. Geen prachtige tocht vol genot dwars door de fenomenale kloof, in plaats daarvan blijven we de hele klim over de nieuwe weg rijden, de brede weg boven de kloof, voorzien van een tunneltje.



;(

Gelukkig hebben we de oude beelden nog!



Een deel van de magie van de Passo Fedaia is dus verdwenen, maar het blijft een geweldige klim. De Fedaia blijft de Fedaia en ik ben nog steeds zo blij als een kind dat deze klim weer eens in het parcours zit. O+ (Viel dat even tegen vorig jaar HAHAHA) Om even naar de praktische kant van het verhaal te gaan: we spreken over 14 kilometer aan 7,6%. Dat valt wel mee, denk je dan misschien. Nee, dat zit toch anders. De klim van eerste categorie valt in tweeën te delen, met een grillig doch relatief makkelijk eerste deel en een buitengewoon zwaar tweede deel. Na Caprile fietsen de renners eerst over een brede weg richting Rocca Pietore. Een makkelijke eerste kilometer aan iets meer dan 3%, daarna gaat het ineens een kilometer omhoog aan 8,5% voor het weer afzwakt naar 5%. Onregelmatig, met makkelijke stukken. Voorbij Rocca Pietore gaat het een halve kilometer omhoog aan 6,5%, waarna het anderhalve kilometer niet veel meer dan vals plat is. Hier zou je niet meteen denken dat het een iconische klim is, we moeten wat geduld hebben. Aan het eind van deze makkelijkere strook komen we uit in Sottoguda, dat dorp van de verzopen kloof. Hier had vorig jaar ook een tussensprint moeten volgen, ditmaal ligt de tussensprint net iets verder. Niet in Sottaguda, maar na 162,5 kilometer in Malga Ciapela. Geen Serrai di Sottoguda, we volgen de modernere en brede weg omhoog. Na een bocht in het dorp gaat het een tijdje aan 5% omhoog, voor we weer met een steilere strook aan 8% te maken krijgen. Daarna even een kilometertje aan 7,5%, vervolgens rijden we via een brug over de kloof. We duiken na de brug een donkere tunnel in en pakken na nog een stuk aan 6% een klein gedeelte in dalende lijn mee. Na een tweetal bochtjes rijden we een galleria in, zodra het vlak wordt begint bijna meteen het lastigste deel van de klim. In de achtergrond zien we de prachtigste bergen liggen en de renners krijgen nu te maken met de prachtigste percentages. Richting de top van de Passo Fedaia gaat het 5,5 kilometer aan 11% omhoog. Door de brede weg ziet het er niet eens zo steil uit, maar dit is het beestachtige deel van de klim. De steile strook begint zelfs met drie kilometer aan 12%, de Fedaia is niet voor niets een schitterende klim. In de laatste van deze drie kilometer volgt het steilste gedeelte, een halve kilometer aan 13% met een uitschieter naar 18%. Vervolgens gaat het in de laatste 2,5 kilometer van de klim aan 10,5% gemiddeld omhoog. Vooral heel veel stroken aan 11%, met ergens tussendoor een 'makkelijkere' strook aan 9%. De top van de machtige Fedaia bereiken we na 168 kilometer, bij het Lago di Fedaia. De laatste kilometers voor de top rijden we door een behoorlijk open terrein, waar je in sommige haarspeldbochten toch wel kunt zien hoe steil het daadwerkelijk is. We bevinden ons hier ook ver boven zeeniveau, tegenwoordig klimmen we niet vaak meer boven de 2000 meter. Dat maakt de klim natuurlijk extra zwaar, hoewel het op zichzelf al moeilijk genoeg is. FEDAIA!!!





Nu hopelijk dan wel echt een beklimming van de Fedaia? Je weet maar nooit, altijd nog even afwachten of het weer en de renners geen roet in het eten gooien. Vlak voor we de top van de magistrale Fedaia bereiken verlaten we Veneto en rijden we Trentin-Zuid-Tirol binnen. Tijdens de klim zien we al dat het hier vooral in de winter erg druk is, een wintersportoord van jewelste. Op de top is een parkeerplaats te vinden, er is ook weer een bocht kort voor het eind, maar de weg is breed genoeg waardoor we geen fratsen zoals gisteren zouden moeten zien. De Fedaia, mijn mooie Fedaia. In gedachten zie ik Nieve weer door de regen op weg naar de zege gaan, en ook Emanuele Sella is natuurlijk een icoon. In een verder verleden won Michele Dancelli hier een rit, dat was in 1970. Tussen 2000 en 2006 kwam de klim vier keer voor in een etappe. Nooit aan het eind, altijd onderweg. En dat is ook hoe je de Fedaia moet gebruiken. Hier aankomen is eigenlijk een heel dom idee. Sella had daar in 2008 schijt aan, die ging drie dagen achter elkaar full retard, maar voor gewone sterverlingen is dit geen fijne aankomst. De laatste kilometers zijn de zwaarste kilometers, dus gaat men waarschijnlijk wachten tot die laatste kilometers. Al het werk vooraf is lastig, maar niet lastig genoeg. De Pordoi is niet echt gigantisch lastig, draai deze twee beklimmingen om en je krijgt waarschijnlijk een betere rit. Ook de rit van vorig jaar was beter. Eerst Fedaia, dan Pordoi en dan Giau, dat krijgt mijn goedkeuring. Dit iets minder, al ben ik al lang blij dat ik niet nog eens tien jaar hoef te wachten op de Fedaia. Eerst bijna jaarlijks, en dan ineens nooit meer. Nee, dan prijs ik mezelf toch maar gelukkig met deze aankomst. Al had het veel en veel beter kunnen zijn. De organisatie heeft op z'n ASO's gedacht: spanning bewaren tot de laatste kilometer. Alleen, kun je spreken van spanning als er onderweg niets gebeurd? Qua tijdsverschillen is dit een waanzinnig spannende Giro, maar in de praktijk merken we weinig van die spanning. Om het niet te zuur af te sluiten hier nog wat informatie over Marmolada van Wikipedia:
De Marmolada is een berg met een gletsjer in het noordoosten van Italië op de grens tussen Trentino-Zuid-Tirol en Veneto (provincie Belluno). De Marmolada heeft verschillende toppen boven de 3000 meter, waaronder de Punta Penia (3.342 m), Punta Rocca (3.309 m), Punta Ombretta (3.230 m), Gran Vernel (3.205 m), Monte Serauta (3.069 m), Pizzo Serauta (3.035 m) en de Sasso di Valfredda (3.009 m). Deze toppen zijn de hoogste bergtoppen in de Dolomieten en de Marmolada wordt daarom ook wel de koningin van de Dolomieten genoemd.
Vroeger was het hier mogelijk om zowel in de winter als in de zomer te skiën. Door de terugtrekking van de gletsjer is skiën hier alleen nog in de winter mogelijk. De aanloop van de berg kan bereikt worden via de Fedaiapas. Voor de Eerste Wereldoorlog liep de grens tussen Oostenrijk en Italië over deze berg. De Marmolada maakte tijdens de oorlog deel uit van de frontlinie. Zowel de Oostenrijkse als Italiaanse soldaten waren verscholen in diepe tunnels in de gletsjers en rotsen. In de strenge winter van 1916 viel acht tot tien meter sneeuw en op de Fedaiapas twaalf meter. Hierdoor was er een verhoogd lawinegevaar. Tijdens een lawine op 11 november 1916 kwamen er 123 Oostenrijkse soldaten om en raakten er 51 vermist. Op 13 december 1916 veroorzaakte een lawine op de Punta Penia 300 doden aan Oostenrijkse zijde. Kijk, steek je nog wat van op.



De laatste bergrit, met de mooiste aankomst, begint om 12:15. De regenjasjes mogen weer uit de tas gehaald worden, want de kans op regen in startplaats Belluno is praktisch 90%. Dit wordt vermoedelijk een natte dag, wat toch weer voor andere verhoudingen kan zorgen. Gisteren was het ontzettend warm, nu spreken we over 20 graden en regen. Die omslag kan betekenisvol blijken te zijn. Op de top van de Passo San Pellegrino houden we 14 graden over, met nog steeds 90% kans op regen. De renners mogen overigens nog van geluk spreken, op zondag verwacht men zes graden en sneeuw. Alsnog, koud en nat. Zal in die afdaling weinig uitmaken, want die loopt dus vooral rechtdoor. Op de Pordoi is het maar 9 graden, terwijl de kans op regen daar rond de 60% hangt. Gedurende de rit zou het dus kunnen opdrogen, maar een natte start krijgen we sowieso. Beetje wind uit het noorden, niet veel, maar dat zou wel betekenen dat we in het begin van de rit met tegenwind te maken krijgen en ook op de slotklim. Op de Fedaia schijnt het dan weer 14 graden te worden met 90% kans op regen gedurende de hele dag, dit kan echt nog wel eens een verrassende rit worden. Afdalinkje van de Pordoi kan met regen wel eens listig worden, en het laatste stuk voor de voet van de Fedaia ook. We houden rekening met de voodoo van de Fehaaia. Aankomst verwachten we tussen 16:55 en 17:33, hopelijk hebben we in de tussenliggende tijd dan een hoop moois gezien. De klassementsrenners hebben ons bepaald niet verwend de afgelopen weken. Ik dacht daarom na over een bittere voorspelling, maar dat gaan we niet doen. We gooien er wat positieve vibes in, dit wordt gewoon een schitterende rit. De grote mannen gaan voor de ritzege en zetten hun ploegen ditmaal wel op tijd op kop. Er zijn wel bruggenhoofden te vinden in de kopgroep, er wordt gewoon aangevallen op de Pordoi, in de afdaling gaat het op het scherp van de snede naar beneden en tegen de tijd dat we de Fedaia bereiken is het een strijd van man tegen man. Dit wordt een formidabele rit en alles wat we de afgelopen weken niet hebben gezien krijgen we nu wel te zien. De Fedaia kan en mag niet teleurstellen.
1. Landa. WE pakken de rit en het roze. Vroeg beginnen we er al aan, een kamikazeaanval. De guidon gaat voor het eerst serieus van onder gepakt worden en we fladderen weg naar de glorie. Gesteund door fantastisch ploegenspel, zo zien we onder meer de eerste goede afdaling van Bilbao deze Giro. Buitrago, Poels, allemaal dragen ze hun steentje bij. Het wordt één groot orgasme.
2. Carapaz. Kijkt de hele tijd naar Hindley en verliest de Giro op de manier zoals hij de Giro ooit won.
3. Hindley. Kijkt de hele tijd naar Carapaz en vindt zelf een derde plek eigenlijk ook wel prima omdat hij natuurlijk zelf ook heel goed snapt dat hij geen hoogvlieger is.
4. Nibali. Laatste kunstje. Heeft eigenlijk niets te verliezen, behalve dan wat punten voor Astana, dus ik verwacht ook nog wel een aanval ergens op een vroeg moment. Dat lukt uiteraard niet, zoals heldhaftige pogingen vaker niet dan wel lukken. Maar alsnog, een prima ereplaats. Ver boven verwachting, hij sluit op een waardige manier af.
5. Bilbao. Wij zijn Bahrein, wij zijn de beste.

Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
pi_204886562
Mooi einde
pi_204886614
Arendsman had gisteren een rustdag, dus die zal wel ergens vooraan meezitten.
"You can call me Susan if it makes you happy"
pi_204886664
Ah, Sivakov is gevallen gisteren. Op de valreep toch nog bingo.
pi_204886717
quote:
0s.gif Op zaterdag 28 mei 2022 07:06 schreef TLC het volgende:
Arendsman had gisteren een rustdag, dus die zal wel ergens vooraan meezitten.
Nee joh, die spaart voor de tijdrit
pi_204886753
Hup Hindley
U MAD?
pi_204886780
Verwacht er weinig van. Misschien Hindley die wint in de sprint met Carapaz in het wiel en Landa op 3 seconden? Hindley pakt het roze en verliest het morgen weer? Zoiets?
Gaat voor de BHFH-award 2005!
Humanitas est in bestias bonitas.
I am the hole I can't get out of.
pi_204886860
DolomietenGenot
pi_204886865
Ik zie eerder Carapaz tijd pakken dan Hindley hoor
pi_204886906
quote:
0s.gif Op zaterdag 28 mei 2022 09:04 schreef scrupuleus het volgende:
Ik zie eerder Carapaz tijd pakken dan Hindley hoor
Jouw probleem.
U MAD?
pi_204886967
Lastig lastig. Broekje aan of uit? Karsten had het er gisteren over dat men vandaag 'met de billen bloot gaat'. Dus om solidair te zijn wordt het toch broekje uit..
  zaterdag 28 mei 2022 @ 09:27:57 #12
43584 Beregd
absolutely inch perfect
pi_204886986
Ultieme test voor de borabonus.
  zaterdag 28 mei 2022 @ 09:31:50 #13
454292 Koffieplanter
Violence. Speed. Momentum.
pi_204887020
Het regent heel hard.
Put these foolish ambitions to rest.
  zaterdag 28 mei 2022 @ 09:36:46 #14
260796 DecoAoreste
aka Aleimon Thimble
pi_204887077
Weer schaamteloos juichen voor Carapaz vandaag.
  zaterdag 28 mei 2022 @ 10:00:06 #15
328924 Frozen-assassin
STAY STRONG APPIE
pi_204887239
Broek uit

PASSO FEDAIA
pi_204887246
Eigenlijk is het een flop-Giro als we naar het klassement kijken. De enige die het vandaag kan redden is Landa met een coupe.
  zaterdag 28 mei 2022 @ 10:04:24 #17
43584 Beregd
absolutely inch perfect
pi_204887273
Inderdaad een matige giro, sinds Bardet uitviel is er niets meer aan.
pi_204887466
quote:
0s.gif Op zaterdag 28 mei 2022 10:00 schreef Frozen-assassin het volgende:
Broek uit

PASSO FEDAIA
Ik denk dat ze zo bang zijn voor de laatste kilometers dat het daarvoor gesloten blijft. Ik hoop dat Baggerijn de koers al eerder op blaast door het halve team vooruit te sturen en dat Landa al op de Pordoi er voor gaat.

Behalve de regen komen we vandaag ook een stuk hoger dan tot nu toe in deze sjiero dus dat kan ook nog verrassende lossers tot gevolg hebben.
  zaterdag 28 mei 2022 @ 10:58:35 #19
499349 EinarBoe
Extreem mild
pi_204887629
Waarschijnlijk probeert Bahrein wel wat moois op te zetten, die hebben het meest te winnen en het minst te verliezen momenteel.
  Eindredactie Sport / Forummod zaterdag 28 mei 2022 @ 10:59:25 #20
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_204887637
Is 'guidon van onder' Jeroen's nieuwe dingetje dit jaar?
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
pi_204887780
quote:
0s.gif Op zaterdag 28 mei 2022 10:59 schreef heywoodu het volgende:
Is 'guidon van onder' Jeroen's nieuwe dingetje dit jaar?
Dat heeft hij gekopieerd van de sporza goden Michel en Jose
  Eindredactie Sport / Forummod zaterdag 28 mei 2022 @ 11:17:46 #22
284411 crew  heywoodu
Van bijna dood tot olympiër:
pi_204887803
quote:
0s.gif Op zaterdag 28 mei 2022 11:14 schreef Faraday01 het volgende:

[..]
Dat heeft hij gekopieerd van de sporza goden Michel en Jose
Was dat hun nieuwe dingetje aan het eind? Want daar heb ik toch door de jaren heen erg vaak naar geluisterd, maar het viel me tot dit jaar geen enkele keer op. Misschien dat Michel het door het hijgen in de microfoon heen eens riep? :P
Van bijna dood op weg naar de Olympische Spelen, tot olympiër in 2026? Elk beetje hulp wordt bijzonder gewaardeerd!
https://www.gofundme.com/(...)he-spelen-na-ongeval
pi_204887808
quote:
0s.gif Op zaterdag 28 mei 2022 11:17 schreef heywoodu het volgende:

[..]
Was dat hun nieuwe dingetje aan het eind? Want daar heb ik toch door de jaren heen erg vaak naar geluisterd, maar het viel me tot dit jaar geen enkele keer op. Misschien dat Michel het door het hijgen in de microfoon heen eens riep? :P
Als ik het goed herinner is het vooral Jose die dit regelmatig zegt.
  Moderator zaterdag 28 mei 2022 @ 11:21:32 #24
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_204887834
quote:
0s.gif Op zaterdag 28 mei 2022 11:17 schreef heywoodu het volgende:

[..]
Was dat hun nieuwe dingetje aan het eind? Want daar heb ik toch door de jaren heen erg vaak naar geluisterd, maar het viel me tot dit jaar geen enkele keer op. Misschien dat Michel het door het hijgen in de microfoon heen eens riep? :P
Zeker een uitspraak die met enige regelmaat de revue is gepasseerd.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  zaterdag 28 mei 2022 @ 11:45:54 #25
498835 Wienerschnitzels
mit kartoffelsalat
pi_204888015
Benieuwd of er nog wat klassementsrenners last gaan krijgen van de hoogte, toch de eerste keer deze giro op 2000+ meter.
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')