Ik bedenk me af en toe, hoe vergankelijk tijd is. Hoe snel de tijd gaat. Ik word in oktober 62. 30 jaar geleden lijkt als de dag van gisteren. Over nog eens 30 jaar ben ik 92. Het Torentje als stamkroeg is alweer 40 jaar geleden. De Boemel, alleen van horen zeggen.
Jan van Hees bijvoorbeeld. Iemand die altijd aanwezig was. Een markante Bommelaar. In mijn herinnering is Jan al op leeftijd. Terwijl ie niet oud is geworden. Ik ben inmiddels 20 jaar ouder dan Jan destijds.
Als je 10/20 jaar Bommel uit bent, is er zoveel veranderd. Scholen zijn verdwenen. Zwembad is er niet meer. De sporthal wordt gesloopt. De ijsbaan ? Er lag vroeger al geen ijs op. Olympia en NIVO zijn samengesmolten. Maar de oude Bosscheweg is ingeruild voor sportpark de Watertoren.
Zeiken en zeuren is wel intact gebleven. Bommel bruist als nooit tevoren. In de zomer is er altijd wel iets te doen. Zelfs de kermis is weer terug. De zeiksnoren zie je nooit. Je ziet of hoort ze niet als er iets leuks is georganiseerd.
Ik ben trots op Bommel. Nu nog dat Fiep en Jip en Janneke gedoe wegpleuren. As of er verder niks anders is in Bommel. De Jan van Heesstraat, of de Bumslaan, Correke de Gramwijk, Ad van Tricht zwembad, Huubkes buurthuis, Jantje Willekes straat, An de Kneuter zangfestival, het ome Sijmstraatvoetbal toernooi, Rein van Willigen dagbesteding, Henk de Vries vrijwilligers dag, Erika Flach kunstroute etc. en tevens enzovoort.
'Nee, ik hit Driek zei Driek.' 'Gehit toch allemaal Jan bij jullie?' 'Bijna allemaal, m'n vader hiet Henk.' 'Ik dacht dat juist Henk, Jan hiette.' 'Nee de vader van m'n vader hiette Jan.' Net zoals nog drie andere in de familie.'
'Das dan drie keer Jan, Driek. Veur het zelfde geld hadde Driekus Jan gehete.' 'Net zoals Jan Hendrik van Veen op de lagere school. Die hiet gewoon Johnnie.' 'Ik noem m'n broer ok gin Jan Willem.' Zo vroeg ik laatst aan Nel, hoe het met haar broer ging. Jan Jozuis de Cuick. 'Wie ?' vroeg ze ? 'Zo noemen we hem al 40 jaar niet meer.' Ze lag in een deuk. 't is gewoon Jan.'
Afijn, na het handen schudden, ondertussen kijkend naar de imposante tatoeage op z'n arm. Zal vast moeder, met een hartje, op hebben gestaan, begreep ik dat ze wel allemaal Welsing heten. Kwam ik al helemaal in een moeilijk pakket. Van de één naar de andere Welsing gingen via Schouten en Damen terug naar de roots van de ultieme ijzerboer. Henk Elsink. Geintje. Henk Welsing. De ontmoeting met Björn vanochtend was te kort om er een stukje over te schrijven. Hoe jammer ik het ook voor z'n moeder Ani van Lith vind. Die zou wat trots zijn. Zelfs iets bij Björn om naar op te kijken.
Terug naar het ijzer vreten. Voordat we de rode draad van het verhaal vergeten. Ik wist inmiddels dat Henk, Henk hiette. Volgens Driek, de oudste en langst werkzame ijzerboer in de Bommelerwaard. Boer klinkt misschien denigrerend. Maar ijzer-agrariër bek nie echt. Vergeten naar z'n leeftijd te vragen. Maar de vader van Driek en de Jannen. de zoon van de opa van de Jannen, die ok Jan hiette, mot wel tegen de 90 lope. Hij loopt nog steeds mee, al beunend en steunend met z'n zoon. Drie keer raaie mè wie.
Toen Opa Welsing uit Veenendaal moest vertrekken zocht ie z'n heil in Bommel. Toen waren we nog gastvrij. Is er nog een ziekenhuis kerk-en straat naar vernoemd. Hoor net nu de klokken luiden. Henk Welsing ging al jong werken en voor zichzelf zorgen. Kwam er een gezin bij. Henk Welsing was Mark Rutte 50 jaar voor uit, met het verschil dat de participatie-samenleving van Henk Welsing er socialer uit zag dan het gedrocht van Mark Rutte.
Na het kamp, zoals we dat in de volksmond noemen, moest ie een ander adres zoeken. Het werd gesloten, en de bewoners werden naar een groot woonwagenkamp in Tiel gedirigeerd. Ho even dacht Henk Welsing. 'Bommel heeft m'n hart gestolen.' 'En ik ga geen aangifte doen.'
De vader van Driek en de hoeder van de naam Jan, woont nu al bijna 50 jaar op de Heksewal. Dat noemen we nog eens integreren. Henk, de hardwerkende ijzerboer, heeft later alsnog aangifte gedaan bij de gemeente Bommel. Of ze in het geboorte-register erbij wilden zetten dat z'n dochters geen Jan heten.
Herman. Ooit Sophiahofje en Vogelenzang.
Ik noem een Tony van Heemschut,een Loeki Knol,een Brammetje Biesterveld en natuurlijk een Japie Stobbe !