Omdat het zo mooi nazomerweer is en het gras twee kontjes hoog stond, hebben we onze loonwerker gevraagd of ze onze wei kon maaien. Ze had tijd, dus dat heeft ze gedaan. En geschud, gewierst en in pak gestopt. Meestal wil zij die pakjes dan wel kopen, men komt van heinde en verre naar haar omdat ze een van de weinigen is met *kleine* kuilpakjes. Grote boeren gebruiken van die grote pakken, maar als je geen tractor hebt kan je niks met die pakken van 500 kilo. En een pak moet in 2 weken op, daarna gaat ‘t schimmelen, dus dan moet je stevig doorvreten.
Maar de loonwerker had al genoeg voorraad dus we moesten de pakjes maar zelf houden.
Weiland gewierst:
De pakjes, met schaaldier, dan kunnen jullie een beetje zien welk formaat ze zijn
Het waren 41 pakjes, en die wegen tussen de 25 en 40 kilo schat ik, afhankelijk van hoe droog het gras was op het stuk waar dat pak vandaan komt.
Actiefoto:
Kale wei met schapen:
Deze pakjes, en ook de grote varianten zijn eigenlijk geen 'kuil', maar iets wat vroeger niet bestond en daardoor is er geen goed woord voor. Het wordt ook wel voordroogkuil genoemd.
Vroeger had je hooi en kuil.
Hooi is kurkdroog gras.
Kuil is redelijk droog gras, dat in een kuil wordt gepropt en flink aangestampt, en dan goed wordt afgedekt en dan krijg je hetzelfde proces als bij zuurkool: het gaat met melkzuur fermenteren en je krijgt een sappig, lichtzuur, voedselrijk en smakelijk product dat heel anders proeft en voelt dan de groente die je erin stopte.
Tegenwoordig met plastic kan men wat nieuws maken: het lijkt op hooi maar is vochtiger (en geuriger) en wordt zuurstofarm verpakt (zoals kuil). Het zit er tussenin. Het wordt niet zuur en ruikt dus niet naar kuil. Maar het gaat wel schimmelen, wat hooi niet doet zolang het maar droog blijft.
En de melk van koeien gaat dan ook niet naar kuil smaken, want gewone kuil proef je inderdaad behoorlijk in de wintermelk.