abonnement Unibet Coolblue
  Moderator woensdag 3 juli 2019 @ 17:00:28 #1
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_187733233
Etappe 1: Brussel - Brussel, 194,5 km

Bonjour! Het is weer die tijd van het jaar, we gaan weer eens drie weken in en rond Frankrijk fietsen. Beginnen doen we dit jaar in België, in Brussel om precies te zijn. De eerste twee dagen blijven we in België en de derde dag fietsen we van Brussel naar Frankrijk, waar we tot het eind van de Tour blijven. Ondanks het feit dat enkele grote namen ontbreken op de startlijst heeft het er alle schijn van dat we een mooie Tour gaan krijgen. Laten we beginnen met een korte inspectie van het parcours.

Beginnen doen we in Brussel, met een redelijk simpele rit. Op dag twee staat er een ploegentijdrit op het programma, in en rond Brussel. Tijdens de derde rit duiken we Frankrijk en en we komen dan meteen een heuvelachtige rit tegen, met een paar lastige klimmetjes aan het eind. De eerste kans voor de puncheurs. Een dag later rijden we naar Nancy, waar er naar alle waarschijnlijkheid een massasprint op het programma staat. Vervolgens duiken we de Vogezen in, waar we een heuvelrit voorgeschoteld krijgen. Wellicht de eerste kans voor de vluchters. Tijdens de zesde rit zien we dan waarschijnlijk de klassementsrenners voor het eerst aan het werk. In een lastige rit met onder meer de Grand Ballon en de Ballon d'Alsace komen we aan op La Planche des Belles Filles, een lastige rit waar serieuze tijdsverschillen kunnen onstaan. Zeker omdat La Planche des Belles Filles tegenwoordig een kilometer langer is, met een extra steil stuk aan het eind. Daarna krijgen de sprinters tijdens rit zeven weer een kans, voordat we in de rit naar Saint-Etienne waarschijnlijk weer van de vluchters mogen genieten. De organisatie heeft dit jaar voor meer heuvelritten gekozen, waarschijnlijk om renners als Alaphilippe een plezier te doen. Ook rit negen zou zomaar voor de vluchters kunnen zijn, opnieuw een heuvelrit in de buurt van Saint-Etienne. Tegen deze tijd zijn we alweer in het tweede weekend van de Tour terechtgekomen, maar dat wil niet zeggen dat er meteen een rustdag volgt. De renners mogen tien dagen achter elkaar aan de bak. Rit 10, op maandag, is een lange rit met wat heuveltjes onderweg. Toch lijkt dit vooral een kans voor de sprinters te zijn.

Op dinsdag mogen de renners even uitrusten. Een korte week volgt, met slechts vijf etappes. De eerste van die vijf etappes is er eentje die redelijk eenvoudig is. Over een licht glooiend parcours fietsen de renners naar Toulouse, dit is er weer eentje voor de sprinters. De volgende rit is meer voor de klimmers. Rit 12 brengt ons over de Col de Peyresourde en Hourquette d'Anzican richting Bagnères-de-Bigorre. Een niet al te bijzondere bergrit, op het echte hooggebergte mogen we nog een tijd wachten. Rit 13 bestaat niet. Rit 14 is dan weer een korte kleuterrit van 117 kilometer, met onderweg de Col du Soulor en een aankomst bergop op de Tourmalet. De laatste rit van de tweede week is een wat langere bergrit met onderweg drie beklimmingen en een aankomst op Prat d'Albis, een beklimming van 12 kilometer aan 7%. Een wat tamme tweede week, eerlijk gezegd.

De derde week is wat minder tam, al beginnen we wel met een vlakke rit van Nîmes naar Nîmes. Ook etappe 17 is niet direct heel spectaculair, een heuvelrit met aankomst in Gap. Daarna krijgen we wel drie mooie bergetappes voorgeschoteld. Tijdens rit 18 gaan we van Embrun naar Valloire en ondertussen bedwingen we de Vars, Izoard en Galibier. Dat mag er zijn, zeker omdat de rit 200 kilometer lang is. De dag daarna gaan we over de Madeleine en de Iseran naar Tignes, een wat kortere en explosievere bergrit. De beslissing zal vervolgens vallen op de laatste zaterdag van de ronde, als we van Albertville naar Val Thorens fietsen. Helaas weer een korte rit, maar wel met een paar zware beklimmingen onderweg. De aankomst bergop in Val Thorens mag er zijn, een beklimming van 33 kilometer die dik boven de 2000 meter eindigt. Alejandro Valverde is nu al om z'n moeder aan het roepen. We sluiten de Tour daarna traditiegetrouw af in Parijs, waar er op de Champs-Élysées gesprint mag worden.

Voor Tourbegrippen is het niet eens zo'n slecht parcours, toch vind ik alle lof die ik her en der lees flink overdreven. Het grote aantal bergritten met een juniorenafstand stuit mij ernstig tegen de borst. Ook zien we weer een aantal terugkerende plaatsen en beklimmingen die wat mij betreft niet echt terug hadden hoeven te keren. Maar goed, de Tour is nu eenmaal de Tour en dus zal er altijd wat te klagen blijven. Aangezien de renners de koers maken is het misschien zinvoller om de deelnemers eens te overlopen. Welke jongens gaan voor de eindoverwinning?

De absolute topfavoriet is zonder enige twijfel Egan Bernal. De renner van Team Ineos debuteerde vorig jaar in de Tour en reed toen vooral in dienst van Thomas en Froome. Dit jaar zal het anders zijn, want Froome is er niet bij. In de Dauphiné wilde Froome z'n neus snuiten, toen kwam er net op dat moment een windvlaag langs en daardoor reed hij zichzelf te pletter tegen een muur. De kans is aanwezig dat we Froome nooit meer in koers gaan zien, zo zwaar is hij geblesseerd. Thomas won vorig jaar dan wel de Tour, maar sindsdien is hij vooral bezig geweest met het ontwikkelen van zijn eigen bier en ook meteen het zoveel mogelijk drinken van dat eigen bier. Met een kilo of 30 overgewicht kwam Thomas uit de winter en sindsdien is hij bezig geweest om langzaam op wedstrijdgewicht te komen. De eerste koersen van het jaar leek het nergens op, maar recent zagen we tekenen van verbetering. In de Ronde van Romandië werd hij bijvoorbeeld derde, al was die koers wel zwak bezet. In de Ronde van Zwitserland moest hij laten zien er klaar voor te zijn, maar daar ging hij op z'n muil. Al bij al geen ideale voorbereiding op de Tour, het is eigenlijk volkomen onmogelijk dat hij nu voor de eindoverwinning gaat. Als dat wel lukt kunnen we er beter met z'n allen helemaal mee stoppen. Nee, dan Bernal. Bijna overal waar hij aan de start staat wint hij. Na Parijs-Nice gewonnen te hebben en derde te zijn geworden in Catalonië leek hij op weg naar de overwinning in de Giro, maar een Andorrese rotonde gooide roet in het eten. Het blijft een Colombiaan, dus is een valpartij snel geschied. Een gebroken sleutelbeen was het verdict, geen Giro voor Bernal. Daardoor werd wel meteen duidelijk dat hij de Tour zou gaan rijden en in aanloop naar de Tour was hij in de Ronde van Zwitserland de sterkste. Bernal is de beste klimmer van allemaal en hij beschikt over een goede tijdrit, wie gaat hem van de eindzege houden?

Een van de voornaamste concurrenten van Egan Bernal is misschien wel ONZE Steven Kruijswijk. Vorig jaar reed Kruijswijk een mooie Tour, met als hoogtepunt natuurlijk de etappe richting Alpe d'Huez. Hij werd vijfde, maar dit jaar zijn Roglic, Dumoulin en Froome allemaal niet van de partij. Zonder die jongens was hij vorig jaar tweede geworden, we mogen dus dromen van een podium! Al heb ik zelf niet zoveel vertrouwen in Kruijswijk. Hij heeft een redelijk jaar, met ereplaatsen in Catalonië en Romandië, maar in de buurt van de overwinning komt hij nooit. Ook in de Dauphiné kwam hij niet in de buurt van de overwinning, daar reed hij zelfs vrij slecht. Dat kan tactiek zijn, want het piekmoment moet natuurlijk in juli liggen. Toch zal het geen tactiek zijn geweest om ziek te worden. Door de zware regenval in de Dauphiné werden veel renners ziek en Kruijswijk was een van die renners. Hij stapte af, wat een verstandige keuze was. Toch kun je dat soort dingen niet gebruiken in aanloop naar de Tour. Voor een klassementsrenner moet alles perfect lopen en dat is bij Kruijswijk al niet meer het geval. Ik voorspel een tegenvallende Tour voor Krachtwijk, helaas.

We moeten serieus rekening houden met de mannen van Movistar. Ze komen weer eens met een triumviraat, drie kopmannen. Wereldkampioen Valverde is natuurlijk de grote blikvanger. Hij werd recent ook nog eens Spaans kampioen en hij weegt ondertussen nog maar 23 kilo. Veel renners gaan op trainingskamp naar de Teide, Valverde is naar Bergen-Belsen geweest. Hij staat scherper dan ooit en etaleerde zijn goede vorm ook in de Route d'Occitanie. Na een lastig begin van het jaar is hij nu klaar om te schroeien in de Tour, al is de laatste week met een aantal bergritten waarbij de boven de 2000 meter uitkomen duidelijk in zijn nadeel. Daarom zegt hij zelf ook dat hij vooral gaat om te knechten voor de andere leden van het triumviraat. Wie zijn dat dan? Nairo Quintana en Mikel Landa natuurlijk. Toevallig twee renners die gaan vertrekken bij Movistar. Sterren komen, sterren gaan, alleen Valverde blijft bestaan. Quintana wordt tegenwoordig begeleid door Michele Bartoli, maar veel vruchten heeft het nog niet afgeworpen. Een schamele negende plaats in de Dauphiné, niet echt een resultaat voor iemand die de Tour wil gaan winnen. Ik heb eigenlijk maar weinig vertrouwen in Quintana. Het wordt weer een magere Tour voor hem, net als de afgelopen jaren. De beste renner van Movistar is waarschijnlijk Mikel Landa. De Bask werd dit jaar al vierde in de Giro en heeft sindsdien niet meer gekoerst in een poging om zo fris mogelijk aan de start van de Tour te verschijnen. Dat hij de Giro al heeft gereden is waarschijnlijk in zijn nadeel, omdat er niet veel tijd tussen beide rondes zit. Desalniettemin sta ik volledig achter Landa. Aupa Mikel! #FreeLanda

Een van de grootste favorieten is op basis van dit jaar zonder twijfel Jakob Fuglsang. Op 34-jarige leeftijd is de Deen bezig aan zijn beste jaar ooit. Hij wint zowat iedere wedstrijd dit jaar, niet normaal hoe goed hij ineens is geworden. In de Dauphiné was er ook weer niets aan te doen, hij kwam geen moment in de problemen. Op papier is Fuglsang de grootste uitdager van Bernal, het enige probleem is dat Fuglsang in grote rondes amper iets heeft laten zien. Nog nooit verder gekomen dan een zevende plaats in de Tour. Toch vind ik dat eigenlijk niet zo relevant, want hij is in aanloop naar de Tour nog nooit zo goed geweest als nu. Met een sterke ploeg om zich heen verwacht ik weinig problemen. Hij gaat minstens het podium halen. Dan noem ik tussen neus en lippen door even twee renners die het podium zeker niet gaan halen: Pinot en Bardet. De Franse favorieten waar de organisatie altijd een zo gunstig mogelijk parcours voor probeert te ontwerpen. Daar zijn ze weer aardig in geslaagd, mede door het gebrek aan tijdritkilometers. Desondanks verwacht ik niet enorm veel van de Franse renners. Van Pinot dan nog het meest, hij heeft een behoorlijk goed jaar. Bardet is daarentegen knap waardeloos aan het rondrijden. Romain mag blij zijn als hij de top tien haalt.

Een naam die je meteen weer mag doorstrepen is die van Richie Porte. Voor veel geld naar Trek gehaald als kopman voor de Tour, maar iedereen weet hoe dat gaat aflopen. Hem vinden we binnen een paar dagen terug ergens in de goot. Dan mag Mollema, die na een zware Giro hier vooral is om te knechten en eventueel voor etappes te gaan, het stokje weer overnemen. Nog iemand die gaat floppen is zonder enige twijfel Enric Mas. Na een knappe prestatie in de Vuelta van vorig jaar wordt hij nu door Quick Step uitgespeeld als kopman in de Tour, maar het valt niet echt mee dit jaar. In alle voorbereidingskoersen kwam hij er niet aan te pas. In de relatief zwak bezette Ronde van Zwitserland werd hij slechts negende. Nee, Enric hoeft niet bovenaan uw lijstjes te staan. Een deel van de familie Yates mag dan wel weer op het lijstje worden gezet. De broertjes zijn allebei van de partij, altijd goed voor wat verwarring. Simon heeft dit jaar de Giro al gereden en stelde daar ronduit teleur. Adam kent dan weer een beter jaar, hij heeft al een aantal mooie uitslagen bij elkaar gefietst. In de Dauphiné leek hij zelfs een tijd op weg naar de overwinning, maar ook hij werd ziek. Dat is dan wel weer vervlened in aanloop naar de Tour. Als we bij Kruijswijk een kanttekening plaatsen dan is hier dezelfde kanttekening nodig. Desalniettemin een renner om rekening mee te houden. Simon zal normaal gesproken gaan knechten voor Adam en misschien krijgt hij de vrijheid om ergens een keer een rit uit te zoeken.

De volgende ploeg met meerdere kopstukken is Bora-Hansgrohe. De Duitse ploeg kent een wonderjaar. Letterlijk iedere renner rijdt harder dan in het verleden, zelfs de matige knechten van voorheen zijn nu de beste knechten van het peloton geworden. Wat precies het geheim van Bora is weten we niet, maar wat we wel weten is dat we alle renners van deze ploeg in de gaten moeten houden. Emanuel Buchmann (Emoe voor vrienden) is de kopman. De magere licht autistische Duitser mag voor de anonieme zesde plaats gaan. Achter hem staat Patrick Konrad (Kontrat voor vrienden) te trappelen om nóg anoniemer zevende te worden. Patrick is recent kampioen geworden van Oostenrijk, dat helpt dan weer niet echt mee in het kader van de anonimiteit. Enfin, deze jongens gaan hoog eindigen. Vergeet ze niet mee te nemen. En dan beschikt de ploeg ook nog eens over Max Schachmann, de nieuwe Duitse kampioen. Voor het klassement komt Schachmann niet direct in aanmerking, maar het gaat wel een gevaarlijke klant zijn voor de hellende aankomsten en vluchtersritten. Wie weet kan hij ook wel verrassen in de bergen, bij Bora staan we nergens meer van te kijken.

Als je nu nog niet genoemd bent heb je een groot probleem. Dan Martin is dus een van de renners met een groot probleem. Al heeft hij eerlijk gezegd niet zo'n slecht jaar. In het Baskenland was hij bijvoorbeeld heel sterk. Zijn Dauphiné kon er ook wel mee door. Toch verwacht ik weinig grootste dingen van Dan. Een achtste plaats ofzo, daar zal het wel weer op neerkomen, als hij tenminste op de fiets blijft zitten. Ook over de mannen van EF Education First twijfel ik. Ze komen met Uran, Woods en Van Garderen. Tejay is natuurlijk iemand die de druk niet aankan, ondanks het feit dat hij weer beter is gaan presteren sinds hij bij de ploeg van Vaughters rijdt moeten ze het hem niet aandoen om hem kopman te maken. Laat hem ondanks zijn tweede plaats in de Dauphiné maar lekker knechten voor Uran. Woods zal waarschijnlijk wat meer een vrije vogel worden, die af en toe voor een ritzege mag gaan. Kopman is Uran, maar Uran heeft een beetje een moeilijk jaar. Wat blessures gehad, dat is nooit zo prettig. In de Route d'Occitanie reed hij dan wel weer vrij behoorlijk, al kon hij daar Valverde niet verslaan. Dan wordt goed presteren in de Tour waarschijnlijk ook een lastig verhaal, maar je mag hem nooit helemaal uitvlakken. Een van de weinige Colombianen die op latere leeftijd wél nog weet te presteren.

Ik denk dat ik nu wel zo ongeveer alles heb gehad. Goed, je kan natuurlijk aan de gang blijven. Daarom nog wat korte vermeldingen: Fabio Aru is nog een operatie aan zijn liesslagader weer terug en komt steeds beter in vorm. Kan tijdens de Tour beter voor ritzeges gaan, een klassement komt nog te vroeg. Guillaume Martin mocht namens Wanty de voorgaande jaren voor een grijs klassement gaan, dit jaar schijnt hij zich op ritzeges en eventueel de bolletjestrui te richten. Warren Barguil mag hetzelfde doen namens Arkea-Samsic. Sinds zijn vertrek bij Sunweb loopt het voor geen meter, maar hij werd afgelopen week wel Frans kampioen. Vincenzo Nibali is ook van de partij, maar hij heeft de Giro in de benen. Hij schijnt het de eerste week aan te kijken. Als hij op La Planche des Belles Filles kan volgen gaat hij voor een klassement, anders wordt het rittenkapen en bolletjes verzamelen. Zakarin is hetzelfde verhaal, maar dat zie ik geen groot succes worden. Lotto Soudal neemt toekomstig Sunwebber Tiesj Benoot mee, die eventueel ook voor een klassement zou kunnen gaan. Al ligt het ook bij hem meer voor de hand om voor ritzeges te gaan. Bij Bahrein rekenen ze naast Nibali ook nog op Rohan Dennis, die knap tweede wist te worden in de Ronde van Zwitserland. Desondanks verwacht ik niet direct dat hij die prestatie in de Tour weet te evenaren. Ineos heeft naast twee sterke kopmannen ook nog knechten als Kwiatkowski, Van Baarle en Poels die eventueel hun eigen ding kunnen doen als de kopmannen floppen. Dat ging de twee Nederlanders in de Dauphiné in ieder geval goed af. Bij Jumbo-Visma kunnen ze nog rekenen op de werken van George Bennett als Kruijswijk door het ijs zakt. Dat was het wel, al wil ik volledigheidshalve ook nog wel de naam van Jesus Herrada noemen, al wordt dat in het hooggebergte weer niets. Gaudu mag knechten voor Pinot en Wilco Kelderman kan er niks van. Bij Sunweb zal Roche wel de kopman zijn, haha.

Goed, bijna alle deelnemende renners genoemd. We kunnen dus toe gaan werken naar de eerste etappe van de Tour de France van 2019. Zoals gezegd gaan we van start in België, in Brussel. De start zou een eerbetoon aan Eddy Merckx moeten zijn, maar zoals wel vaker met een eerbetoon in het wielrennen voelt het eerder aan als een trap in de ballen.




De 106e editie van de Tour de France gaat van start in Brussel, de hoofdstad van België. Tevens de hoofdstad van de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De gemeente telt ongeveer 180.000 inwoners en is daarmee op basis van het inwoneraantal de op vier na grootste gemeente in België. Het hele Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vaak ook gewoon Brussel genoemd, omvat in totaal 19 gemeenten met ongeveer 1,2 miljoen inwoners. Het stedelijk gebied, inclusief de voorsteden, telt ruim 1,8 miljoen inwoners en is daarmee het grootste van het land. Het is blijkbaar al de 11e keer dat Brussel deel uitmaakt van de Tour de France. Een van de passages in Brussel dateert van 1947. Dit was de eerste Tour na de Tweede Wereldoorlog. De tweede rit ging van Lille naar Brussel en René Vietto won. Het is de tweede keer dat Le Grand Départ plaatsvindt in Brussel. In 1958 begon de Tour hier ooit, toen met een rit in lijn richting Gent. De snelle Fransoos André Darrigade wist toen te winnen. De laatste Tourrit in Brussel is negen jaar geleden verreden. Toen ging de Tour de France van start in Rotterdam, in ONS land. De eerste rit in lijn liep van Rotterdam naar Brussel en Alessandro Petacchi stak zijn handjes aan het eind van de dag in de lucht. Nu zijn we dus weer terug in Brussel. Ik zou verder heel veel over Brussel kunnen vertellen, maar de komende twee dagen pakken we zowat iedere opvallende plek in Brussel mee dus dat komt vanzelf.



Le Grand Départ van de Tour de France van 2019 vindt plaats op het Koningsplein. We herdenken op dit plein de 50e verjaardag van de eerste overwinning van Eddy Merckx, in de Tour van 1969. Het Koningsplein is een uit de 18de eeuw daterend plein in het zuidwesten van de Koninklijke Wijk van Brussel, België. Het classicistische plein werd ontworpen in Lodewijk XVI-stijl ter gelegenheid van de vijfentwintigste verjaardag van de regeerperiode van de landvoogd Karel van Lorreinen in 1776. Op het plein is de kerk van Sint-Jacob-op-Koudenberg prominent aanwezig. Het ligt bij de Kunstberg. Leuk pleintje hoor, ziet er allemaal best aardig uit. Langs het plein staan verschillende gebouwen, zo vinden we hier bijvoorbeeld de zetel van het Grondwettelijk Hof. Daarnaast rijden de renners langs het BELvue Museum, waar je alles vindt over de geschiedenis van België. Daarnaast hebben we nog het Huis van het Gewest, wat de zetel van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering is. Verder is er het ING Art Center, het Musée Magritte Museum en Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, het Rekenhof en Sint-Jacob-op-Koudenberg. Dat laatste gebouw is een kerk. Ook is er nog een standbeeld van Godfried van Bouillon. Aan de achterkant van dit plein komen we ook nog het Koninklijk Paleis van Brussel tegen, maar daarover in de volgende etappe meer.



Na de start aan het Koningsplein fietsen de renners tijdens de neutralisatie via de Hofberg en de Koudenberg naar het centrum van Brussel. Ze komen bijna meteen in aanraking met het schizofrene karakter van de stad Brussel. Het lukt ze bijna nergens zo goed om fraaie en lelijke gebouwen op deze manier af te wisselen. Er valt geen lijn in te ontdekken, het is ofwel enigszins historisch en redelijk fraai of wat moderner en direct spuuglelijk. Via wat bredere wegen worden de renners richting het centraal station gevoerd, waarna ze afslaan richting het historische centrum. Hier komen ze op een aantal smallere straatjes met wat klinkertjes terecht. Een tocht die de gemiddelde toerist ook zo ongeveer zou maken volgt. We rijden bijvoorbeeld langs de Grote Markt met haar pracht en praal, om niet veel later ineens gedag te zeggen tegen Manneken Pis. Hierna rijden de renners door nog een aantal leuke straatjes met wat mooie gebouwen, maar na een tijd is het leuk geweest. Dan fietsen we wat meer rechtdoor over de Brusselse lanen. We zetten koers richting Koekelberg, vooral bekend vanwege de Nationale Basiliek van het Heilig Hart. De coureurs fietsen uiteraard langs de basiliek, die recent nog als decor diende voor het fraaie programma De Kleedkamer. Voorbij de basiliek fietsen de renners nog een tijdje rechtdoor over de brede lanen, waarna ter hoogte van het Edmond Machtensstadion de rit echt begint. In de buurt van de plek waar Jan Boskamp als speler van RWDM zijn hoogtijdagen beleefde gaat de heer Prudhomme met zijn vlaggetje zwaaien en begint de 106e editie van de Tour de France echt.



De eerste officiële kilometers van de Tour van 2019 worden verreden over brede, rechte en vlakke wegen. We rijden over de brede lanen naar het zuiden, in een poging om de stad Brussel te verlaten. Er wordt koers gezet richting Anderlecht. In de buurt van het stadion van de lokale voetbalclub, het Constant Vanden Stock Stadion, slaat het peloton rechtsaf en daarna rijden we nog een tijdje door Anderlecht heen. We komen een viaduct tegen, maar verder is het een makkelijk begin van de rit. Aan de andere kant van het viaduct komen de renners na een paar bochten op de Appelboomstraat terecht en hier wordt er voor het eerst afscheid genomen van Brussel, we bevinden ons plotsklaps op het platteland. Dat is ook gelijk te merken aan de staat van de weg, het asfalt is hier niet meer overal volledig aanwezig. Via de Koeivijverstraat rijden we door Dilbeek, hier slaan we linksaf en na een tijd volgt er een bocht naar rechts. Na deze bocht bevinden we ons op een bredere provinciale weg, die ons naar Sint-Martens-Lennik brengt. Het gaat een kilometer of vier vooral rechtdoor over een licht golvende weg die ons onder meer langs de brouwerij van Lindemans voert. We bevinden ons in het Pajottenland en in de Zennevallei, daar waar de beste wilde gisten door de lucht waaien. Het beste zure bier komt uit deze streek, al is Lindemans daar dan weer een jammerlijk exponent van. Enfin, van Sint-Martens-Lennik rijden de renners naar Sint-Kwinten-Lennik en deze weg loopt een tijdje omhoog. In Sint-Kwinten komen we de nodige verkeersobstakels tegen en na wat bochten komen we uit bij een rotonde. Hier gaat het naar rechts en dan rijden we een tijdje vals plat omhoog over een ouderwets Vlaamse betonbaan. Na een tijd bereiken we de top van het klimmetje en dan gaat het in dalende lijn verder richting Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek, wat een van de mooiste dorpjes van Vlaanderen zou moeten zijn. Het centrumpje, waar de straten voorzien zijn van klinkers, ziet er wel leuk uit, maar heel bijzonder is het toch niet echt. Buiten Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek rijden de renners nog een aantal kilometer verder op de betonbaan waar de bitumineuze voegvullingsmassa lijkt te ontbreken. Aan het eind van deze strook slaan we linksaf en dan gaat het over de brede Ninoofsesteenweg verder naar Ninove. Het gaat een kilometer of vijf zo goed als rechtdoor over deze weg, in licht dalende lijn. Na 27,5 kilometer komen de coureurs uit in Ninove, de stad waar sinds dit jaar de aankomst van de Omloop Het Nieuwsblad ligt. In deze stad, waar Laurens De Plus vandaan komt, hoef je niet voor de mooiigheid te komen. Op de lokale kerk na hebben ze weinig te bieden.



In Ninove maken we geen omweg dwars door de stad, we blijven op de brede baan aan de rand van de stad. Het is inmiddels weer vlak geworden en dus maken we voorlopig weinig mee. We rijden buiten Ninove nog een kilometer of drie rechtdoor, waarna er een bocht naar links volgt. Over een weg die eveneens breed is gaat het nu een tijdje rechtdoor richting Schendelbeke. Een paar kilometer lang hebben we mooi asfalt, maar in dit dorpje komen we toch weer op zo'n fantastische betonbaan terecht. We pakken een rotonde en even verderop een bocht naar links mee en dan gaan we op weg naar een van de meest geliefde plaatsen van wielerminnend Vlaanderen. Het duurt niet lang meer voor we Geraardsbergen bereiken, de plaats van de enige echte Muur. Je hebt natuurlijk de Muur van Huy, en je hebt ook nog de Klaagmuur, maar de Muur van Geraardsbergen is de belangrijkste muur van allemaal. Na een kilometer of 40 rijden we Geraardsbergen binnen. We slaan linksaf en dan rijden we over de bekende brug. Na de brug duiken we het centrum van Geraardsbergen in en dan rijden we een tijdje rechtdoor richting de volgende brug, de groene brug over de Dender. Na deze brug begint de weg direct omhoog te lopen en verruilen we het asfalt voor de steentjes. De Muur van Geraardsbergen begint. Een bekende klim, misschien wel de bekendste van allemaal. In België in ieder geval, vooral omdat de Muur jarenlang een beslissende rol speelde in de Ronde van Vlaanderen. Tot men een paar jaar geleden ordinair voor het geld koos en de route hertekende, waardoor we tegenwoordig in de finale een paar keer over de Oude Kwaremont en de Paterberg rijden. De Muur verdween zelfs een paar jaar volledig uit het parcours, maar is nu weer terug. Weliswaar wat vroeger op de dag, maar dat vormde voor Philippe Gilbert in 2017 geen belemmering. Sinds een paar jaar zien we de Muur dan wel weer in de finale van de Omloop Het Nieuwsblad, een schrale troost voor Geraardsbergen. Dat we deze helling ook jaarlijks in de BinckBank Tour zien mag je ook niet veel meer dan een kleine pleister op de wonde noemen. Toch voor de volledigheid maar even de kille cijfers, de Mur de Grammont, want de Fransen vinden zichzelf weer eens zo belangrijk dat ze de naam verfransen, is 1,2 kilometer lang en 7,8% gemiddeld. Dat is op zichzelf niet zo indrukwekkend, maar er hoort uiteraard een kanttekening bij. Het eerste deel van de klim, nog in het centrum van Geraardsbergen, is niet zo lastig. Er liggen wel al steentjes, maar die liggen er netjes bij. Zodra we na een paar bochten het centrum van Geraardsbergen verlaten wordt de weg smaller, gaat het stijgingspercentage omhoog en worden de steentjes echte kasseien. Zo krijgen we te maken met een stukje aan 13%, op de kasseien. Niet moeilijk om te begrijpen waarom deze helling in de finale van een wedstrijd een grote rol zou kunnen spelen. Al rijden we er vandaag vooral voor de mooie plaatjes. De Kapelmuur als een zoethoudertje, het lijkt net de Ronde van Vlaanderen.




Een Vlaamse helling voor de sier, we mogen er eigenlijk zelfs blij mee zijn. In eerste instantie was het de bedoeling om deze rit zelfs zonder beklimmingen te ontwerpen, nu hebben we in ieder geval nog een paar fraaie plaatjes. De Muur van Geraardsbergen in de finale was vanaf het begin een kansloos verhaal, aangezien dit voor de Tourorganisatie eigenlijk allemaal te gevaarlijk is. Smalle wegen, kasseien, brr... Blijkbaar was vroeger niet alles beter, want in 2004 passeerde de Tour hier ook al eens maar toen reden ze niet helemaal naar boven en pakten ze alleen de Vesten mee. Nu rijden we gewoon helemaal naar boven, je zou de organisatie bijna willen complimenteren, maar alsnog hebben we er eigenlijk niks aan. Na 40 kilometer gaat er toch nog niet hard gereden worden, dus krijgen we een langzame doortocht over deze klim. Doordat het peloton nog voltallig is zou het wel zo kunnen zijn dat ze achteraan zo traag gaan dat er jongens moeten afstappen, dat is dan wel weer hilarisch. Eenmaal boven op de Oudeberg voorbij de Kapel gaat het kort naar beneden over een smalle weg met kasseien, levensgevaarlijk. Een bocht naar rechts volgt, waarna het nog even naar beneden gaat over een weg met steentjes. Bij de volgende bocht naar rechts komen we weer op het asfalt terecht en vervolgen we onze weg richting de volgende helling met enige historische importantie. Het gaat even rechtdoor, daarna slaan we weer rechtsaf en dan gaat het over een smal weggetje verder richting Atembeke. In dit dorpje pakken we een paar flauwe bochten mee en daarna gaat het rechtdoor over de betonbaan die men de Kapelleweg noemt. Na een tijd begint deze weg op te lopen en even verderop stappen we van beton over op kasseien. We zijn de Bosberg aan het bedwingen, de helling die jarenlang de laatste hindernis van de dag vormde in de Ronde van Vlaanderen. Eén kilometer aan 6,7% gemiddeld, minder lastig dan de Muur maar zeker aan het eind van de dag een lastige beklimming. Nu zal het voor weinig afscheiding zorgen, al vergeet ik wel bijna nog één belangrijk detail: zowel op de Muur als op de Bosberg zijn er punten te verdienen voor de bergtrui. De Muur is zelfs gecategoriseerd als een beklimming van de derde categorie. De Bosberg is dan weer een beklimming van de vierde categorie. In de kopgroep mogen we een felle strijd verwachten voor de eerste bolletjestrui. Voor de rest gaat het vooral om de plaatjes, al is het wel leuk om de Bosberg nog eens te zien. Sinds de hertekende finale van de Ronde van Vlaanderen is niet alleen de Muur van Geraardsbergen afgevoerd, ook de Bosberg kwam er bekaaid vanaf. Jarenlang de laatste helling van Vlaanderens Mooiste, de Hoogmis, nu mogen ze het doen met de Omloop en een keer de BinckBank Tour.



Na 47,5 kilometer zijn de renners boven op de Bosberg. Direct houden de kasseien op en komen we weer op een betonbaan terecht. Nu we ons op het terrein bevinden dat we vooral kennen van het voorjaar zou het een optie zijn om hier een tijdje rond te blijven rijden. Dan zouden we meteen een leuke etappe voorgeschoteld krijgen aan het begin, maar de organisatie zet daar een dikke streep doorheen. We mogen het doen met de Muur en de Bosberg, hierna staan er geen hellingen meer op het programma. De eerste rit van de Tour moet vooral zo incidentloos mogelijk verlopen en de sprinters moeten voor de zoveelste keer een kans krijgen om de gele trui te veroveren. De Tour gaat ten onder aan dit soort ruggengraatloze gepruts in de marge. Of een korte tijdrit of een vlakke rit, meer smaken kent de organisatie niet. Een klassieke rit was ideaal geweest, helaas worden we vakkundig in de zak gezet. Na de Bosberg rijden we een tijdje rechtdoor over de betonplaten, waarna een bocht naar rechts volgt. Over een wat smallere weg rijden we verder, waarna even verderop een nieuwe bocht naar rechts genomen wordt. We laten de lintbebouwing nu even achter ons en fietsen een tijdje langs de Vlaamse akkers en weilanden. Het gaat vooral rechtdoor richting het zuiden, richting Galmaarden. In dit stadje pakken we een paar bochten mee, waarna het buiten deze plaats weer wat meer rechttoe rechtaan wordt. Het parcours verliest iedere vorm van urgentie. De renners rijden voornamelijk rechtdoor over goeddeels vlakke wegen. Ze rijden afwisselend over beton en slecht asfalt en komen af en toe een armoedig ogend dorpje tegen. Tussen de dorpjes door is dit volledig het terrein van de boeren. We rijden richting Wallonië en dat is te merken, de troosteloosheid neemt met de kilometer toe. Na 62 kilometer komen we uit in Edingen, waar we Vlaanderen inruilen voor het Waals Gewest. Na een paar bochten in dit dorpje, dat overigens nog niet eens zo heel lelijk is, komen we nog een rotonde tegen. Na deze rotonde belanden we dan wel weer op een brede en rechte weg, met zowaar fatsoenlijk asfalt. Het gaat vier kilometer volledig rechtdoor, tot aan het gehucht Patrouille. Leuke naam wel, al zal de gemiddelde ploegdokter er niet vrolijk van worden. In Patrouille slaan de renners linksaf een smal weggetje in. De kilometers die volgen gaan we afleggen over smallere en bochtigere wegen. We komen op plattelandswegen terecht waar normaal alleen de boer met zijn tractor komt, deze wegenkeuze past niet echt bij de Tour. Het zijn praktisch fietspaden waar we ons op bevinden als we onderweg zijn naar Steenkerke. Na 69 kilometer komen we uit in het dorpje Steenkerke, door de Walen ook wel Steenkerque genoemd. We rijden een rondje om de kerk heen en komen dan op een wat bredere weg terecht. Het terrein is licht glooiend en op wat verdwaalde bebouwing na bevinden we ons nog steeds voornamelijk tussen de akkers. Van Steenkerque is het vijf kilometer fietsen tot aan Braine-le-Comte, in het Nederlands ook wel 's-Gravenbrakel genoemd. Dit is eigenlijk een plaats van niets, ware het niet dat de familie Hazard hier vandaan komt!



Tijdens wedstrijden van de Rode Duivels moet je in 's-Gravenbrakel zijn. Vader Thierry Hazard zorgt er mede voor dat alle inwoners samen naar de wedstrijden van België kunnen zijn, bij de lokale voetbalclub. Daar waar alle broers Hazard begonnen, toen ze nog klein en onbekend waren. Inmiddels is daar weinig sprake meer van. Eden Hazard speelde jarenlang bij Chelsea en maakte deze zomer de overstap naar Real Madrid. Thorgan groeide uit tot een gewaardeerde kracht bij Borussia Mönchengladbach en heeft de overstap gemaakt naar Borussia Dortmund. Er zijn ook nog wat andere broers, maar die negeren we dan even. Al heeft Kylian wel een prachtige transfer gemaakt van Chelsea naar Cercle Brugge. Goed, de passage in Braine-le-Comte is vrij bochtig, maar de weg is ondertussen wel weer fatsoenlijk breed. Buiten Hazard Village wordt de weg zelfs nog wat breder, maar het loopt tegelijkertijd omhoog. We krijgen zowaar nog met een klimmetje te maken, het gaat drie kilometer omhoog aan 3% gemiddeld. Het grootste gedeelte is vals plat, maar het gaat ook nog een keer een halve kilometer aan 10% omhoog. Toch nog een helling, al zat dit ook van weinig betekenis zijn. Tijdens dit steile stukje rijden de renners door een bos, eenmaal buiten het bos komen ze in Henripont uit. Hier wordt het weer vlak, wat de komende kilometers zo zal blijven. Van Henripont rijden we langs de maïsvelden richting Ronquières. Dit dorpje ligt aan het water, dus duiken we vlak voor we dit plaatsje betreden nog even naar beneden. De weg is breed en het asfalt is voor Waalse begrippen behoorlijk goed, dus problemen verwachten we hier niet direct. Eenmaal beneden steken we het kanaal over en slaan we rechtsaf, waarna er een behoorlijk lange tocht langs het kanaal volgt. Het gaat bijna negen kilometer zo goed als rechtdoor langs het kanaal, over een brede weg die eerst anderhalve kilometer vals plat omhoog loopt en daarna zo goed als vlak wordt. Tijdens onze tocht langs het kanaal passeren we het hellend vlak van Ronquières, een scheepslift dat het hoogteverschil met het Henegouws Plateau overbrugt. Te gek. In de buurt van Seneffe verlaten we de weg langs het kanaal. De renners slaan linksaf en even verderop rechtsaf, waarna het een aantal kilometer rechtdoor gaat over een vlakke weg richting Seneffe. In dit plaatsje komen de renners wat rotondes tegen, maar verder blijft het rechtdoor gaan. Aan de rand van Seneffe botsen we op een kasteel, het Château de Seneffe. In het château is het Museum voor Zilversmeedkunst ondergebracht, een museum van de Franse Gemeenschap gewijd aan edelsmeedkunst. Pak je toch weer even mee.



De renners hebben inmiddels 93,5 kilometer afgelegd en bevinden zich op 101 kilometer van de streep. Voorbij Seneffe rijden de coureurs nog even rechtdoor, maar na een bocht naar rechts komen ze op een wat bochtigere weg terecht. De komende kilometers kronkelen we ons door het Henegouwse platteland. Links en rechts zien we eigenlijk alleen maar akkers en weilanden, veel dorpjes komen we niet tegen. Als we na een tijd wel weer een dorp binnenrijden valt vooral het slechte asfalt op, België blijft een derdewereldland natuurlijk. Na een paar kilometer ploeteren komen de renners uit in Gouy-lez-Piéton en in dit dorpje is het asfalt tijdelijk goed. Na een stuk of drie bochten gaat het buiten dit plaatsje gaat het drie kilometer rechtdoor, waarvan de eerste kilometer in licht stijgende lijn. We zetten koers richting Courcelles en bij het betreden van dit plaatsje valt vooral het lelijke industrieterrein aan de linkerkant op. Wallonië op z'n mooist, wat niet zo vreemd is aangezien we ons bijna in de fraaiste stad van de wereld bevinden. We kunnen Charleroi horen, ruiken, zien. In Courcelles slaan de coureurs een paar keer links- en rechtsaf. Ze rijden door de bedroevende straten van het asgrauwe plaatsje. De wegen zijn compleet vergaan, het is om te huilen. Je zou voor minder in een depressie schieten. Na de weinig glorieuze doortocht in het deprimerende Courcelles slaan de renners in het centrumpje linksaf, waarna ze in licht dalende lijn richting Charleroi rijden. Ze komen kort achter elkaar twee bruggen tegen. De eerste brug is nog wel de gevaarlijkste, omdat de weg in tweeën wordt gesplitst. Na de tweede brug bevinden we ons op grondgebied Charleroi, volgens velen de lelijkste stad op aarde. Valt wat voor te zeggen, al zal het voor de renners nog lastig genoeg zijn om een mening te vormen. Technisch gezien rijden we vooral door de gemeente Charleroi en niet echt door de stad zelf. Die grijze pauperbende laten we rechts liggen, in dit geval. De renners rijden richting Gosselies, een deelgemeente van Charleroi. Na een grote rotonde rijden ze via een rechte weg richting deze plaats die ook niet echt de schoonheidsprijs gaat ontvangen. De rechte weg loopt een kilometer aan 4% omhoog, terwijl we links en rechts de bouwvallen passeren. We rijden het centrum van Gosselies in, waar een bocht naar links volgt. Naast een foto van het prachtige centrum van Gosselies bied ik jullie ook graag een muzikale versnapering aan. Een nummer van een van de beste (en meest onderschatte) muzikanten van België die de situatie in Charleroi treffend weet te omschrijven.



De fabrieken gaan failliet in Charleroi, dat was ook ongeveer het geval in Gosselies. Het Amerikaanse bedrijf Caterpillar, die van die graafmachines en dat soort werk, had hier een fabriek. Tot ze op een dag besloten om de fabriek te verplaatsen, na eerst al flink te herstructureren. Op een paar jaar tijd waren een man of 300 hun baan kwijt, geen wonder dat het voor geen meter draait in dat Wallonië. Ook in Seneffe, dat we eerder deze rit passeerden, hebben de inwoners een vergelijkbaar verhaal. Het leven van een Waalse arbeider gaat niet over rozen. Na de bocht naar links rijden de renners een tijdje rechtdoor, tot ze in Thiméon uitkomen. In dit dorp gaat het twee keer naar rechts, waarna we langs een opvallende witte boerderij rijden. Voorbij deze boerderij ruilen we het asfalt in voor kasseien, de organisatie heeft zowaar een vrij lange kasseienstrook in het parcours verstopt. De Secteur Pavé de Thiméon is ongeveer twee kilometer lang en valt in het begin nog wel mee. In de eerste meters van de strook ligt er aan de zijkant nog een klein beetje asfalt, maar na een tijd wordt de weg smaller en blijven er alleen kasseien over. De stenen liggen er behoorlijk goed bij, in Parijs-Roubaix zouden ze deze strook waarschijnlijk niet meer dan twee sterren geven. De vraag is vooral waarom we deze omweg nemen, het lijkt wederom alleen voor de mooie plaatjes te zijn. We bevinden ons inmiddels op 76 kilometer van de finish, dus de kans dat het peloton hier uit elkaar gerammeld gaat worden is niet zo groot. Goed, na de kasseistrook-voor-de-sier komen de renners weer op het asfalt terecht. Ze rijden onder een viaduct door, slaan linksaf en rijden zo over de oprit richting de bovenliggende provinciale weg. Deze weg volgen ze een aantal kilometer. In de buurt van Les Bons Villers gaan ze bij een rotonde linksaf en daarna rijden ze rechtdoor het dorp in waar na 125 kilometer de tussensprint volgt. In de straten van Les Bons Villers loopt de weg licht omhoog, wat het enige goede is aan dit plaatsje. Wat een verpauperde bende weer zeg, niet te doen. Voor het fotomoment keren we daarom even terug naar de kasseistrook van een paar kilometer geleden.



Na de tussensprint slaan de renners rechtsaf, waarna ze weer even kort over wat steentjes rijden. Aan het eind van deze straat ligt er een rotonde, waar men rechtdoor gaat. Daarna gaan we linksaf en komen we een smal tunneltje tegen, iets wat echt typisch Waals is. Na dit tunneltje rijden de renners een aantal kilometer vooral rechtdoor over een prachtige betonbaan richting Sart-Dames-Avelines. In dit dorpje gaat het naar rechts en dan mogen de renners een kilometer of vijf voornamelijk rechtdoor rijden over een geasfalteerde weg richting Villers-la-Ville. De weg kent een licht glooiend karakter, met vlak voor het binnenrijden van Villers-la-Ville een kort stukje in wat steviger stijgende lijn. Na een bochtige passage in Villers zelf komen we buiten het plaatsje ineens een oude abdij tegen, de Abdij van Villers. Volgens de eigen website een opmerkelijk goed bewaard gebleven oude cisterciënzerabdij, maar ook een nieuw cultuurcentrum waar tal van evenementen plaatsvinden. Bijna 900 jaar geschiedenis, ingekapseld in het groen in het hart van Waals-Brabant... Toegegeven, het ziet er best fraai uit. Toch is het een lastig om te beweren dat het opmerkelijk goed bewaard is gebleven als je weet dat de helft van de abdij ontbreekt. Desalniettemin mag dat wat overeind is gebleven er best zijn. De weg die ze hier hebben aangelegd is ook stratetisch gekozen, de renners rijden direct langs de ruïnes van de abdij en rijden onder een oude poort door, waar de weg wat smaller wordt. De toeristische afdaling van Waals Brabant heeft zich flink uitgesloofd, dat is goed te merken.



Voorbij de abdij slaan de renners linksaf en daarna rijden ze over een bredere weg verder door een bos. Bois d'Hez, best leuk. De weg loopt tijdelijk een beetje vals plat omhoog, maar al snel wordt het weer vlak. Bij het buitenrijden van het bos ruilen we het asfalt weer eens in voor de betonplaten, deze keer enorm oude betonplaten. Het lijkt een beetje op granol. Dat is aan je muur al geen feestje, laat staan op de grond. Verder rijden we de komende kilometers wel vooral rechtdoor, op een paar vluchtheuvels en rotondes na maken de renners niet veel mee. Na een tijd komen we weer op het asfalt terecht, als we in de buurt van Genappe zijn. Eenmaal in Genepiën, wat de Nederlandse naam van de plaats is, komen we vooral veel verkeersobstakels tegen. In de wat smallere straten in het centrum van deze plaats komen we nog wat steentjes tegen, bovendien loopt de weg licht omhoog. Buiten het centrum wordt de weg weer vlak. Aan de rand van het dorp slaan de renners linksaf en dan rijden ze vervolgens een aantal kilometer vooral rechtdoor over de doorgaande weg richting Waterloo. Dit is waarschijnlijk een weg waar in het verleden nogal wat ongelukken zijn gebeurd, want beide rijbanen liggen inmiddels een meter of vijf uit elkaar met tussen de rijbanen in om de zoveel meter een stevige vluchtheuvel. Voor een volledig peloton geen al te fijne weg om over te fietsen dus. Misschien vinden sommige renners hier wel hun Waterloo, haha. Als we ons in de buurt van Waterloo bevinden komt vanzelfsprekend onze grote vriend Napoleon meteen om de hoek kijken. Zo komen we een paar kilometer voor Waterloo langs de kant van de weg een of andere gebouw tegen dat blijkbaar het laatste hoofdkwartier van Napoleon zou moeten zijn geweest. Volgens het ongetwijfeld volledig betrouwbare waterloo-toerisme.com bedacht Napoleon zijn strategie en zijn strijdplannen hier. Deze oude boerderij, op 4 km van de Heuvel met de leeuw, werd omgebouwd tot museum en herbergt tal van voorwerpen, in hoofdzaak afkomstig van het Franse leger, waaronder het kampbed van de keizer. Even verderop rijden we langs een paar standbeelden en een zuil die opgedragen is aan Victor Hugo. Die is hier ook ooit gepasseerd, zeggen ze. Het gaat lang rechtdoor, tot we het echte slagveld bereiken. We zien verschillende monumenten, opgedragen aan de verschillende soldaten die hier in 1815 een robbertje kwamen matten. Een monument voor de Britten, eentje voor de Hannoveranen en uiteraard ook een voor de Belgen. Zodra we het monument voor de Belgen zien slaan we linksaf, het slagveld op! Als we langs het Mémorial 1815 fietsen wordt de weg wat smaller en verruilen we het asfalt voor goed aangelegde steentjes. Het Mémorial 1815 is een museum over de slag bij Waterloo in de Belgische plaats Eigenbrakel. Het museum opende zijn deuren op 22 mei 2015, enkele weken voor de tweehonderdjarige herdenking van de slag. Via het museum heeft de bezoeker ook toegang tot de heuvel met de leeuw van Waterloo, de hoeve van Hougoumont en het panorama van de Slag bij Waterloo. Langs het panorama fietsen we, een van de buitenkant al opvallend gebouw. Aan de binnenkant vinden we blijkbaar een cilindervormig schilderij van 12 meter hoog en 110 meter lang. Ik neem trouwens aan dat iedereen wel op de hoogte is van de Slag bij Waterloo. Zo niet, dan moet je maar even lekker zelf Wikipedia lezen. Napoleon werd hier in ieder geval verslagen en richting Sint-Helena geschopt, zijn definitieve nederlaag.



Als we voorbij deze historisch zeer significante locatie zijn hebben we ondertussen 152 kilometer afgewerkt. Het is nog een kilometer of 42 fietsen tot de finish, naar alle waarschijnlijkheid krijgen we dus geen nieuw slagveld voorgeschoteld. Voorbij het Mémorial 1815 verruilen we al snel de steentjes weer voor asfalt, maar de weg blijft nog een tijdje smal. Pas als we de parkeerplaats van deze toeristische trekpleister passeren wordt het weer breder. We rijden over een viaduct, slaan direct daarna rechtsaf en dan gaat het een aantal kilometer voornamelijk rechtdoor over een brede weg dwars door een vrij lelijk industrieel gebied. De weg wordt af en toe onderbroken door een rotonde, maar verder maken we voorlopig weinig mee. Het is de komende 15 kilometer behoorlijk vanzelfsprekend. Om te beginnen is het de eerste acht kilometer zo goed als vlak. Over brede en redelijk goede wegen rijden we van het ene Waalse dorpje naar het volgende. Als we door Terhulpen fietsen krijgen we te maken met een afdaling van een kilometer of twee, die op een rotonde onderweg na niet veel voorstelt. Eenmaal beneden gaan we direct weer omhoog, anderhalve kilometer aan een procent of vier. Als we boven zijn verlaten we het Waals Gewest en zijn we terug in Vlaanderen. Als we in Vlaanderen zijn rijden we rechtdoor naar Overijse, een plaats waar de koers vaker passeert. Zo ligt in deze stad de aankomst van de Brabantse Pijl, waar ONZE Mathieu dit jaar won. Ook kennen we Overijse van de Druivenkoers en de Druivencross. De Druivencross is een van de bekendste veldritten van allemaal, al heeft de moeder aller crossen het probleem dat ze tegenwoordig geen onderdeel meer uitmaakt van een klassement. Desondanks zien wij de renners nog graag passeren op de Tenotsberg, ook wel de Genotsberg voor insiders. ONZE Mathieu heeft dit crosske al een keer of drie gewonnen, eigenlijk ontbreek alleen de Druivenkoers nog op zijn erelijst. Natuurlijk rijden we in Overijse het overbekende rondje om de kerk, maar nu wel van de andere kant. In de Brabantse Pijl gaan de renners hier naar beneden en wil er nog wel eens iemand op z'n plaat gaan, nu gaan we juist omhoog.



De bochtige passage in Overijse volgt na 166 kilometer, op minder dan 30 kilometer van het eind. Na de tocht door het centrum van Overijse gaat het een kilometer rechtdoor over de brede Brusselsesteenweg, daarna slaan de renners rechtsaf. Vervolgens gaat het een kilometer of vijf behoorlijk rechtdoor als we via Eizer naar Duisburg fietsen. Niet het Duitse Duisburg, overigens. De brede weg is een aantal kilometer vlak, waarna het in het dorpje Eizer een tijdje naar beneden gaat. Na de korte afdaling loopt de weg weer een tijd vals plat omhoog, tot we in de buurt van het dorp Duisburg linksaf slaan. Kort daarna gaat het naar rechts en dan rijden we zo goed als rechtdoor richting Tervuren, een plaats die voor mij het meest bekend is dankzij het Belgisch Kampioenschap wielrennen van 2015. Dat was een legendarische editie van het BK, we zagen namelijk Preben Van Hecke winnen. De man die recent zijn wielerpensioen aankondigde reed al een eeuwigheid voor Sport Vlaanderen en kwam namens die ploeg niet veel verder dan wat verre ereplaatsen, maar op die ene dag in 2015 was hij iedereen de baas. Samen met Jurgen Roelandts reed hij naar de finish, terwijl Greg Van Avermaet vanuit de achtergrond verwoede pogingen deed om de twee koplopers bij te benen. De Belgen hebben nu een veldrijder als kampioen, toen hadden ze dus gewoon een jaar lang Preben Van Hecke hahaha. Goed, Tervuren dus. De passage in deze stad is behoorlijk bochtig. In het centrum van Tervuren komen de renners wat smallere straten tegen, die af en toe zijn voorzien van steentjes. Aan de rand van de stad gaan ze bij een rotonde naar links en dan mogen ze een aantal kilometer over een brede en rechte weg fietsen. Tervuren is overigens een plaats waar je nogal wat kan beleven. Zo is er het uitgebreide Park van Tervuren, met het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika en het Koloniënpaleis. Altijd leuk als je nog even bevestigd wil hebben dat die Belgen er echt geen reet van begrijpen. Tevens schijnt de altijd aandachtsgeile Peter Vandermeersch hier te resideren, net als prins Laurent. Dat is een Belgische prins met veel humor en depressies, naar het schijnt.



Buiten Tervuren gaan we een kilometer rechtdoor naar beneden, waarna we een rotonde tegenkomen. Hier houden we rechts aan, waarna we bij de volgende rotonde rechtdoor mogen. De renners rijden een bos in en hier wordt de weg wat bochtiger. Bovendien gaat het een beetje omhoog, we krijgen twee kilometer vals plat voorgeschoteld. Het wordt hierna weer vlak en dan rijden we over een brede en vrij rechte weg verder richting Brussel. Over de Tervurenlaan rijden we de stad in en we passeren een aantal ambassades. Onder meer de ambassade van Namibië, Maleisië en Rwanda, gekkenhuis. We bevinden ons in Sint-Pieters-Woluwe, om precies te zijn. Hier komen de renners weinig uitdagingen tegen, al moeten ze wel een aantal keer over de tramrails passeren. Buiten dat verloopt de entree in Brussel vlekkeloos. De wegen lijken steeds breder te worden en het is op wat vals plat na vooral heel erg vlak. We rijden rechtdoor de Tervurentunnel in en buiten deze tunnel stevenen we af op de Jubelparktunnel. We rijden onder het Jubelpark door, iets wat we tijdens de volgende rit in tegengestelde richting gaan doen. De renners blijven een tijdje ondergronds en komen eigenlijk pas weer bovendrijven in de buurt van het Europese centrum van Brussel. Bij het hoofdkantoor van de Europse Commissie zien de coureurs weer daglicht. We bevinden ons nu op zeven kilometer van het eind van de eerste rit van de Tour van 2019. De finale gaat nu echt beginnen, spannend!



Nadat we snel langs alle gebouwen van de Europese Unie fietsen rijden we het centrum van Brussel in, het gaat een tijd rechtdoor. Als daar een eind aan komt volgt er een scherpe bocht naar rechts, waarna het weer even rechtdoor gaat. De renners rijden opnieuw een tunneltje in, waar het logischerwijs even op en af gaat. Buiten de tunnel volgt er al snel een nieuwe tunnel, maar daar duiken we niet in. Het gaat schuin naar rechts en daarna volgt er een bocht naar links. We rijden richting Le Botanique, de Kruidtuin van Brussel. De weg langs de Kruidtuin is breed, recht en loopt licht naar beneden. Het is nog vijf kilometer fietsen tot aan de finish en tot op ongeveer vier kilometer van het eind gaan we rechtdoor. Met iets meer dan vier kilometer te gaan ligt er een scherpe bocht naar rechts in het parcours, waarna het weer een halve kilometer rechtdoor gaan. Nu volgt er in de buurt van het WTC en Station Brussel-Noord een flinke bocht naar links, opgevolgd door een meter of 500 over de kronkelende Simon Bolivarlaan. Aan het eind van deze weg die niet weet wat ie wil slaan de renners rechtsaf, het gaat nu behoorlijk rechtdoor tot op twee kilometer van het eind. De brede weg waar we ons nu op bevinden loopt een beetje op en af, maar al bij al is de finale gewoon vlak. Op twee kilometer van het eind volgt er een soepele bocht naar links, waarna we via een brug over een kanaal rijden. Na deze brug rijden de renners recht op de opvallende kerk Onze-Lieve-Vrouw Van Laeken af. Ze rijden nog een tunneltje in met een klein beetje hoogteverschil tot gevolg. Vlak voor we met een kilometer of 60 per uur de kerk binnenfietsen volgt er een bocht naar rechts met direct daarna een bocht naar links. We rijden nu onder de vod door en betreden de laatste kilometer. In de laatste kilometer van de eerste rit van de Tour komen de renners een lange, lopende bocht naar rechts tegen. Deze bocht loopt alleen wel zo langzaam naar rechts dat we het bijna recht mogen noemen. Van die bocht komt het gevaar niet, het addertje onder het gras is dat we op 600 meter van de finish mee gaan maken dat de weg omhoog begint te lopen. Van 600 meter tot op 100 meter van het eind gaat het aan 4% gemiddeld omhoog, met een zwaarste stuk van 200 meter aan 5%. In de laatste 100 meter van de rit vlakt het dan wel weer af. Toch nog een venijnige finale, gemaakt voor de machtsspurters. Finishen doen we voor de poorten van het Kasteel van Laken.





De rit eindigt dus voor de poorten van het Kasteel van Laken. Dit is een van de koninklijke residenties in België. Het ligt in Laken, sinds 1921 een onderdeel van de stad Brussel. Gelegen in een 120 hectare groot park, waar zich ook de Koninklijke Serres bevinden. In de onmiddellijke omgeving bevinden zich de koninklijke residenties Stuyvenberg en Belvedère en de Onze-Lieve-Vrouwekerk, waar de koninklijke familie begraven wordt. Officieel is het de zomerresidentie van de koning, maar in de praktijk hebben alle Belgische koningen – behalve Albert II – er hun voornaamste woonplaats van gemaakt. Het kasteel werd gebouwd in 1782 in opdracht van aartshertogin Maria Christina van Oostenrijk, de landvoogdes van de Zuidelijke Nederlanden. Het moest het vervallen kasteel van Tervuren als residentie vervangen. Kijk, aan deze informatie hebben we nog eens wat. Later werd het in de Franse tijd gebruikt als militair hoofdkwartier en zelfs als gevangenis. Op een bepaald moment werd het verkocht aan een willekeurige inwoner van Brussel die de boel wilde slopen, maar toen kwam onze vriend Napoleon Bonaparte zich ermee bemoeien. Hij kocht het hele zooitje en liet de boel opknappen. Bij de oprichting van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden werd het een van de residenties van koning koning Willem I en sinds de Belgen als zelfstandige mensen door het leven gingen heeft iedere Belgische koning hier gewoond. Leopold I en II, Albert I, Leopold III, Boudewijn, Albert II en droogneuker Filip. Die laatste woont er nu nog steeds. In tegenstelling tot het pompeuze paleis in Brussel heeft het Kasteel van Laken een sober en intiem karakter, daarom is het sinds eeuwen al een woonkasteel. Vandaag de dag is het de residentie van koning Filip en koningin Mathilde met hun gezin. Er zijn serres, die elk jaar in de bloeiperiode gedurende drie weken toegankelijk zijn voor publiek. Naast de koninklijke serres is het kasteel bekend vanwege de stallen, het Chinese paviljoen en de Japanse toren; ook het schildersatelier van koningin Elisabeth is te bewonderen. Monarchistische onzin uit ver vervlogen tijden, allemaal opdoeken.

Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Moderator woensdag 3 juli 2019 @ 17:00:57 #2
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_187733239
In Brussel schijnt het zaterdag een graadje of 23 te worden. Er is geen kans op neerslag en veel wind zal er niet staan. Een zeer aangename dag om mee te beginnen, met dit weer zullen weinig mensen problemen hebben. Beginnen doen we om 12 uur en onze vrienden van Sporza zijn er uiteraard meteen bij. Er wordt om 11:45 al afgetrapt zelfs, we krijgen er zonder twijfel een hele voorbeschouwing bij. Als we om 12:00 vertrekken volgt er een neutralisatie door de straten van Brussel die liefst 25 minuten gaat duren. Pas om 12:25 vertrekken we echt en dan zien we waarschijnlijk iemand als Backaert ofzo als eerste in de aanval gaan. Tussendoor mogen we dan om 13:00 een keer zappen naar Canvas vanwege het onvermijdelijke nieuws op één. Al heb je vast ook nobuddies die naar de NOS of Eurosport kijken. Die hoeven niet te zappen, al loop je bij de NOS wel het risico dat je de finale mist omdat ze het vrouwenvoetbal gaan uitzenden, haha. De aankomst wordt verwacht tussen 16:50 en 17:16, de wedstrijd om de derde plaats op het WK voor de voetballende vrouwtjes begint om 17:00. Wielrennen is natuurlijk veel belangrijker, dus wij wachten geduldig af wie er de eerste gele trui gaat opeisen.



Ondanks het feit dat we onderweg de Muur van Geraardsbergen en de Bosberg tegenkomen is dit natuurlijk een rit voor de sprinters. De organisatie had het een een stuk spannender kunnen maken, maar ondanks een paar uitstapjes over kasseien en wat smalle wegen is dit toch vooral een tamme rit. Net als in 2018, 2016, 2014 en 2013 krijgt een sprinter de kans om de gele trui te dragen. Je hoort wel eens verhalen dat de sprinters bijna nooit een kans krijgen om in het geel rond te rijden, maar dat is op basis van de recente geschiedenis een fabeltje. De laatste jaren krijgen ze buitengewoon veel kansen. Wat jammer is, want ik zit eigenlijk helemaal niet te wachten op eendimensionale renners als Kittel, Cavendish en Gaviria in een geel truitje. Gelukkig zijn deze renners er allemaal niet bij, dat scheelt! Al zijn de alternatieven niet direct veel beter. Aangezien dit de eerste kans is voor de sprinters ga ik met jullie even de deelnemende snelle mannen overlopen. Het gaat in de laatste kilometer dan wel licht omhoog, dit zal voor geen enkele sprinter een belemmering vormen. Voor sommige sprinters is het juist in het voordeel.

De eerste naam die genoemd moet worden is die van ONZE Dylan Groenewegen. De Amsterdammer is al een tijdje de beste sprinter van de wereld. Een status die hij dit jaar wist te bevestigen. Groenewegen staat ondertussen al op 10 zeges dit jaar en hij is enorm moeilijk te verslaan. Als het onderweg niet al te moeilijk is en als hij een klein beetje goed geplaatst zit is er heel weinig aan te doen. Het wil alleen nog wel eens gebeuren dat hij slecht geplaatst zit, waardoor hij een verloren sprint rijdt. Eigenlijk is een falend treintje of een Groenewegen die zijn trein niet durft te volgen het enige wat Nederlands succes kan tegenhouden. Al moeten we wel nog een kleine kanttekening plaatsen dat Groenewegen in de ZLM Tour, een voorbereidingskoers op de Tour, hard op z'n plaat ging en daardoor wat last had. Dat ligt inmiddels wel weer een paar weken achter ons, dus mogen we aannemen dat Groenewegen nu weer volledig pijnvrij is en voluit kan sprinten. Hij is de grote favoriet om de eerste gele trui in ontvangst te nemen, en dus ook meteen om een rit te winnen.

Na Groenewegen komen we uit bij Elia Viviani. Elia kende vorig jaar een wonderjaar in dienst van Quick Step, hij won alles wat los en vast zat. Dit jaar loopt het iets stroever, de teller staat op zes overwinning. In aanloop naar de Tour reed hij de Giro en daar bakte hij er vrij weinig van. Hij won wel een rit, maar die werd hem later weer afgenomen omdat hij van zijn lijn afweek. Zonder overwinning stapte hij uit de Giro, in een poging zich beter voor te kunnen bereiden op de Tour. In Zwitserland liet hij zich weer eens zien en daar wist hij twee ritten te winnen. Hij versloeg onder meer Peter Sagen en liet zien dat hij het sprinten nog niet verleerd is. De bonus van Viviani is dat hij over de beste trein van het peloton beschikt. Met hardrijders als Lampaert en Asgreen kom je al een heel eind, maar met een piloot als Morkov voor je en in de vorm van Richeze de beste laatste man van het peloton is het eigenlijk een schande als Viviani niet een paar ritten wint in deze Tour. Normaliter is het enige wat hij hoeft te doen op een meter of 100 uit het wiel van Richeze te komen en drie keer te trappen. Een kind kan de was doen. Volgend jaar schijnt Viviani naar Cofidis te gaan, dus dan is het uit met de pret. Het is nu de tijd om te oogsten.

Als we deze twee namen genoemd hebben komen we eigenlijk al meteen op het terrein van de twijfelaars terecht. Wat te denken van Peter Sagan. Op papier natuurlijk de grootste naam van allemaal, maar in de praktijk wil het nog niet echt vlotten dit jaar. Peter is alles kwijt, van zijn snelheid tot zijn truitjes, van zijn uitstraling tot zijn skibril. Drie jaar lang wereldkampioen en toen hij dat niet meer was had hij in ieder geval nog de trui van Slowaaks kampioen. Ook die trui heeft hij nu niet meer, waardoor we Sagan voor het eerst sinds 2011 in een normale trui gaan zien. Het is nog niet het jaar van Sagan, hij wist pas drie keer te winnen. In de Tour Down Under pakte hij een rit mee, maar daarna stelde hij teleur in het voorjaar. Na het voorjaar reed hij een aantal van zijn favoriete koersen, maar daar wist hij niet te imponeren. Normaal won hij altijd tien ritten in Californië, nu slechts één. Normaal won hij alles in Zwitserland, ook nu slechts één rit. Slecht is het niet, maar van Sagan ben je beter gewend. Hij gaat ongetwijfeld weer de groene trui winnen dit jaar, maar een etappeoverwinning wordt dan weer direct een lastig verhaal. Er zijn mannen beter in vorm.

Iemand waar ik niet veel aandacht aan wil besteden is Caleb Ewan. Iedereen weet ondertussen wel dat ik er geen fan van ben. Desalniettemin is het wel een van de snelste mannen aan de start. Hij won recent in de ZLM Tour nog een keer van Groenewegen en ook in de Giro wist hij een paar ritten te winnen. Het is iemand om rekening mee te houden, iemand die helaas een grote kans maakt om ook in de Tour een rit te winnen. Het is jammer dat hij zo debiel op z'n fiets zit en het is jammer dat het zo'n smerige profiteur is die altijd teert op andermans werk en er pas in de laatste 15 meter probeert uit te komen. Sorry, daar ga ik weer. Snel door naar Alexander Kristoff. De Noor van UAE-Emirates mag gaan sprinten nu Gaviria niet op tijd fit is geraakt voor de Tour. Net als ONZE Tom heeft Gaviria last van DE KNIE. Kristoff heeft dan weer last van het zijn van niet goed genoeg. Zelfs in de Ronde van Noorwegen kon hij amper winnen, dat is niet zo best. Wie weet dat hij net als vorig jaar aan het eind van de Tour een keer een rit wint als de rest naar huis is, tijdens de eerste etappes mag hij al blij zijn als hij bij de eerste tien eindigt.

Het begint nu helemaal droevig te worden, want ondertussen kom ik uit bij iemand als Sonny Colbrelli. Best een aardige renner, maar dit jaar ook nog niet echt op dreef. Alleen in Oman een rit gewonnen, verder is hij niet gekomen. Reed dan wel weer sterk op het Italiaanse kampioenschap vorige week, dus misschien is hij net op tijd in vorm. Een man voor de wat minder vlakke sprints, we moeten er toch maar rekening mee houden. Een andere snelle Italiaan luistert naar de naam Giacomo Nizzolo. De renner van Dimension Data is de vervanger van Mark Cavendish, die er voor het eerst sinds 2007 niet bij is. Cavendish heeft een aantal lastige jaren achter de rug, onder meer dankzij de ziekte van Pfeiffer en een aantal zware valpartijen. Tel dat op bij het feit dat hij inmiddels voor een sprinter aardig op leeftijd is en het is logisch dat hij niets meer presteert. Dit jaar is zijn beste prestatie een derde plaats in een rit in de Ronde van Turkije, daarom is hij uiteindelijk gepasseerd door Dimension Data. Ophef, vooral in Engeland. Het grote doel van Cavendish was om het recordaantal etappezeges van Merckx uit de boeken te fietsen, maar dat gaat er dus niet meer van komen. Zijn vervanger is dus Nizzolo, een eveneens waardeloze sprinter. Dit jaar wel iets minder waardeloos dan Cavendish, zo won hij in aanloop naar de Tour een rit in Slovenië. We noteren hem voor een 7e plaats her en der.

Bij Team Sunweb mag Michael Matthews na het wegvallen van Tom Dumoulin zijn eigen ding gaan doen. Normaal gesproken had hij moeten knechten voor Dumoulin, maar nu kan hij zelf gaan sprinten. Hij heeft het daar zelf nogal moeilijk mee, bleek in een interview. Blijkbaar weinig op het sprinten getraind en vooral actief geweest in de bergen. Het evangelie van Spekenbrink zat hem danig in de weg. Hij heeft nog een paar weken gehad om de sprint aan te scherpen en we zullen hem vanzelf in actie zien als de aankomsten wat lastiger zijn. Voor de echt vlakke aankomsten moeten we bij Sunweb misschien wel kijken naar ONZE Cees Bol, die debuteert in de Tour. Verrassend genoeg heeft Bol zich dit jaar ontpopt als een goede sprinter, hij wist al drie keer te winnen. De Tour is natuurlijk wel weer een ander verhaal, maar hij zou zomaar een paar verre ereplaatsen kunnen behalen. Een andere ploeg met een paar snelle mannen is Mitchelton-Scott. Ze komen hier vooral om met Adam Yates voor het klassement te gaan, maar ze hebben met Trentin en Impey ook een paar niet te onderschatten mannen bij. Vooral Trentin zal in de sprints wel zijn ding mogen doen. In het verleden won hij nog wel eens een rit, dat zal nu een lastiger verhaal worden. Een paar keer top vijf, dat zal het wel zijn. Impey zal vast voor hem moeten knechten, maar op een ietwat lastigere aankomst zou de Zuid-Afrikaan zelf ook een eind moeten kunnen komen.

UAE-Emirates neemt een groot talent mee, de Belg Jasper Philipsen. Jasper is pas 20, maar heeft zichzelf dit jaar al meerdere keren weten te onderscheiden. Hij valt vooral op dankzij zijn constante prestaties, voor zijn leeftijd heel opmerkelijk. Wel is het de vraag of zijn ploeg er goed aan doet om hem mee te nemen naar de Tour, hij heeft al een behoorlijk zwaar programma afgewerkt met onder meer alle klassiekers zo'n beetje. Hij zal ongetwijfeld na een week of twee uit koers gehaald worden, of misschien wel eerder. Voor dat het geval is verwacht ik hem wel een aantal keer in de top 10. De ploegen uit de zandbak hebben dus genoeg snelheid bij. UAE Kristoff en Philipsen, Bahrein heeft naast Colbrelli ook nog de beschikking over Ivan Garcia Cortina. Een Spanjaard die goed uit de voeten kan in de klassiekers, het is een mirakel. Ook een jongen die zich steeds vaker weet te mengen in de massasprints, al lijkt het me dat ze tijdens de Tour toch nog vooral voor Colbrelli zullen gaan. Philipsen zal in de pikorde waarschijnlijk ook nog wel achter Kristoff staan. Iemand die geen last heeft van een pikorde is Christophe Laporte, de Fransman van Cofidis heeft geen concurrenten in zijn ploeg. Na een wisselvallig jaar mag hij de sprints gaan doen voor Cofidis, wat waarschijnlijk tot niets gaat leiden. Iemand anders die gaat sprinten zonder veel resultaat is André Greipel. De Duitse veteraan die in het verleden veel ritten won in de Tour fietst inmiddels voor het Franse Arkea-Samsic. Daar is hij totaal niet vooruit te branden. Op een ritoverwinning in Gabon na stelt Greipel tot nu toe louter teleur. De snelheid is er niet meer, maar ook de wil is al een tijdje afwezig. Zodra er een beetje gekwakt wordt knijpt Greipel in de remmen, want dat sprinten is eigenlijk toch wel heel gevaarlijk. Hij is mee, maar dat is meer op basis van zijn naam dan zijn prestaties. U kunt Greipel schrappen uit uw pouletjes.

Nou, wat hebben we dan nog? Stuyven mag namens Trek misschien wel een keer sprinten. Bij Wanty nemen ze dit jaar niet drie sprinters mee maar is Pasqualon de uitgesproken sprintkopman, bij Total Direct Energie zijn ze zo onverstandig om te vertrouwen op Niccolo Bonifazio en bij Katusha komen ze met Debusschere aanzetten. Dat is het wel zo'n beetje, wat het sprintersgilde betreft. Naast de sprinters hebben we ook nog een aantal mannen die vooral uit de voeten kunnen op de aankomsten voor de puncheurs, maar dat zijn toch vooral de bekende namen. Van Avermaet, Alaphilippe, dat soort werk. Wellicht dat Boasson Hagen zich nog eens komt mengen in een vlakke sprint, als Nizzolo weer zo ondermaats presteert als de rest van het jaar.

1. Groenewegen. JAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAA. NEDERLAND IS HELEMAAL ORANJE GEEL!
2. Viviani. De trein dus, die gaat Viviani veel mooie ereplaatsen bezorgen en waarschijnlijk ook een paar overwinningen. Vlaggetjestechnisch gezien hopen we natuurlijk dat de eerste overwinning niet nu meteen komt.
3. Ewan. Aankomst die op zijn lijf is geschreven. Op zo'n licht oplopende strook komt hij meestal wel aardig vooruit. Verder kan hij natuurlijk gigantisch de pleuris krijgen.
4. Sagan. Sagan is Sagan niet meer. RIP aan de nabestaanden.
5. Philipsen. Omdat je toch een naam wil noemen die minder standaard is. Belg in België, dat moet hem wel inspireren tot grootse prestaties. Kristoff kan er toch geen reet van.

Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  Moderator woensdag 3 juli 2019 @ 17:01:37 #3
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_187733243
Oja en de gele trui bestaat 100 jaar. Hoera.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  woensdag 3 juli 2019 @ 17:19:14 #4
479054 Bugno2
Campeone del Mondo
pi_187733455
Godverdomme wat een lap _O_ Helemaal gelezen vanzelfsprekend. Vrees dat het voor Klep gaat zijn.
  woensdag 3 juli 2019 @ 17:24:54 #5
470661 maxi-mus
are you not entertained?
pi_187733528
Dat wordt een flink eind scrollen. @Koffieplanter
  Moderator woensdag 3 juli 2019 @ 17:26:09 #6
198822 crew  Rellende_Rotscholier
Robbertje matten met de wouten
pi_187733540
quote:
0s.gif Op woensdag 3 juli 2019 17:24 schreef maxi-mus het volgende:
Dat wordt een flink eind scrollen. @:koffieplanter
Speciaal voor die gore klootzak overweeg ik iedere voorbeschouwing aan te vullen met een lorem ipsum.
Het blijft toch een merkwaardige sport hè, dat wielrennen.
  woensdag 3 juli 2019 @ 17:26:53 #7
470661 maxi-mus
are you not entertained?
pi_187733550
quote:
0s.gif Op woensdag 3 juli 2019 17:26 schreef Rellende_Rotscholier het volgende:
lorem ipsum
:D
pi_187734204
quote:
Veel renners gaan op trainingskamp naar de Teide, Valverde is naar Bergen-Belsen geweest.
Gelachen.
pi_187735859
Soms besef ik niet wat voor teringwerk dit elke keer voor je is om te posten

Respect _O_
  woensdag 3 juli 2019 @ 19:52:41 #10
454292 Koffieplanter
Violence. Speed. Momentum.
pi_187736200
quote:
0s.gif Op woensdag 3 juli 2019 17:24 schreef maxi-mus het volgende:
Dat wordt een flink eind scrollen. @:koffieplanter
Gewoon op J drukken, dan spring je zo naar de volgende post.
Put these foolish ambitions to rest.
pi_187736282
Als ik Dylan van Baarle was dan zou ik proberen mee te sprinten in de 1e etappe en als als eerste van Team INEOS over de streep te komen. En dan in de TTT het geel te pakken
pi_187736686
quote:
2s.gif Op woensdag 3 juli 2019 19:56 schreef Evertjan het volgende:
Als ik Dylan van Baarle was dan zou ik proberen mee te sprinten in de 1e etappe en als als eerste van Team INEOS over de streep te komen. En dan in de TTT het geel te pakken
Daar maak je vrienden mee ja. Dylan en Castro mogen zich in de slotfase nog eens helemaal uit elkaar trekken en op een paar tellen binnenlopen. Als Ineos al wint.
pi_187736707
Heerlijk man die voorbeschouwingen. _O_

Al is de nieuwste trend van het kilometer voor kilometer het parcours beschrijven wel het summum. Wij zijn nu alvast gewaarschuwd voor de bochten in kilometer 143. _O_
Jack does it in real time...
  woensdag 3 juli 2019 @ 20:18:15 #14
328924 Frozen-assassin
STAY STRONG APPIE
pi_187736759
Ik verwacht slachtoffers (lees: Bernal of Thomas) vanwege de paaltjes op Belgische wegen _O_

En maar klagen daar dat Nederlandse wegen zo kut zijn
pi_187737393
Fabio JakobsenDylan Groenewegen
"You can call me Susan if it makes you happy"
pi_187740674
Schitterend, wat een werk :)

Heb er zin in!
pi_187746566
Sow wat een OP _O_
U MAD?
  donderdag 4 juli 2019 @ 09:30:44 #18
260796 DecoAoreste
aka Aleimon Thimble
pi_187746660
quote:
0s.gif Op woensdag 3 juli 2019 20:18 schreef Frozen-assassin het volgende:
Ik verwacht slachtoffers (lees: Bernal of Thomas) vanwege de paaltjes op Belgische wegen _O_

En maar klagen daar dat Nederlandse wegen zo kut zijn
De Nederlandse wegen zijn prima, alleen de grote hoeveelheid vluchtheuvels, paaltjes e.d. is funest. In België hebben ze én verschrikkelijk slechte wegen én veel paaltjes.
  donderdag 4 juli 2019 @ 09:31:03 #19
260796 DecoAoreste
aka Aleimon Thimble
pi_187746668
Oh ja mooie OP weer :)
pi_187746769
quote:
0s.gif Op woensdag 3 juli 2019 19:52 schreef Koffieplanter het volgende:

[..]

Gewoon op J drukken, dan spring je zo naar de volgende post.
Of op End, dan ga je naar de onderkant van de pagina.
pi_187746781
De grote vraag die Nederland in spanning houdt is: zijn de profielwerkstukken voor de volgende etappes ook al af?? :o
  donderdag 4 juli 2019 @ 09:40:33 #22
454292 Koffieplanter
Violence. Speed. Momentum.
pi_187746793
quote:
0s.gif Op donderdag 4 juli 2019 09:38 schreef johannes_vermeer het volgende:

[..]

Of op End, dan ga je naar de onderkant van de pagina.
Macs hebben geen end.
Put these foolish ambitions to rest.
pi_187746797
quote:
1s.gif Op woensdag 3 juli 2019 20:16 schreef DeeBee het volgende:
Heerlijk man die voorbeschouwingen. _O_

Al is de nieuwste trend van het kilometer voor kilometer het parcours beschrijven wel het summum. Wij zijn nu alvast gewaarschuwd voor de bochten in kilometer 143. _O_
Das echt een werelds bochtje man, niks mis mee. Wat kan die bocht draaien oh oh oh.
pi_187746802
quote:
0s.gif Op donderdag 4 juli 2019 09:40 schreef Koffieplanter het volgende:

[..]

Macs hebben geen end.
Misschien een fatsoenlijke computer overwegen?
  donderdag 4 juli 2019 @ 09:42:06 #25
454292 Koffieplanter
Violence. Speed. Momentum.
pi_187746811
quote:
0s.gif Op donderdag 4 juli 2019 09:41 schreef johannes_vermeer het volgende:

[..]

Misschien een fatsoenlijke computer overwegen?
Windows is voor sloebers.
Put these foolish ambitions to rest.
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')