Wederom heerlijk leesplezier bij autoblog.nl vandaan:
![j83bys.jpg]()
Niemand komt in de buurt bij de stuurmanskunsten van deze Canadees.
Statistieken kunnen een verschrikkelijke afspiegeling van de werkelijkheid zijn. Schumacher mag op papier misschien de grootste Formule 1-coureur aller tijden zijn, volgens velen zijn of waren, bijvoorbeeld, Senna, Lauda, Clark, Fangio en Stewart beter dan Der Weltmeister. Een coureur wiens naam eigenlijk altijd uit het debat wordt gehouden, is Gilles Villeneuve. Volkomen onterecht, want in werkelijkheid had de veel te vroeg gestorven Canadees meer rauwe snelheid in zijn genen dan bovenstaande coureurs bij elkaar wensten te bezitten.
Overdrijven is een kunst, maar in dit geval maken we niet gebruik van dergelijke onnodige tactieken. Kijken we naar de prestaties die Gilles in zijn carrière heeft bereikt, dan lijkt dit misschien zo, maar in wezen vertellen ze maar een fractie van het verhaal van de coureur die door weinigen als één van de grootsten wordt bestempeld.
![1zltc40.jpg]()
Willen we een realistisch beeld van Gilles Villeneuve, dan moeten we kijken naar de uitspraken van zijn tegenstanders. Iedereen die op een zeker moment het genoegen had met Villeneuve de baan te delen, merkte al gauw dat zijn talent geen grenzen kende. Mijn favoriete opmerking over Gilles komt echter niet van een tegenstander, maar van wijlen F1-dokter Sid Watkins.
“On one occasion, at Monaco in 1980, we were out on the circuit in the medical car, and the pack caught up with us at the hairpin. All the drivers gave us a wide berth — except Gilles, who seemed to use us as his apex! I started to give him a bollocking afterwards, about how he’d missed us by an inch or so, and he simply couldn’t understand what I was talking about. ‘That’s the whole point,’ he said. ‘I missed you!’ And then I realised that, to him, an inch was like a yard to anyone else. He was that precise.”
Ondanks zijn enorme talent, duurt het maar liefst 27 jaar voordat Gilles de Formule 1 bereikt. Villeneuve heeft weinig geld voor autosport, maar blinkt van jongs af aan duidelijk uit in extreme sporten. Het geld dat hij bijeen weet te schrapen om zijn favoriete activiteit te bekostigen, verdient hij met sneeuwmobielkampioenschappen. De jonge Canadees doet zelfs mee met de internationale wereldtop.
Wanneer hij eenmaal in de Formule 1 terechtkomt, doet hij dit op een manier die zijn karakter in het geheel weerspiegelt. Tijdens een wedstrijd op het circuit van Trois-Rivières in de North American Formula Atlantic Series, de klasse waarin Villeneuve op dat moment actief is, rijden een aantal gevierde Formule 1-coureurs mee. Op één van hen, James Hunt, maakt hij zoveel indruk dat de Brit hem verbindt met McLaren. Een jaar later mag hij proberen, maar dankzij zijn uitbundige rijstijl krijgt hij geen vast contract. Een verloren kans, ware het niet voor Enzo Ferrari. De Italiaan is enorm van Villeneuve gecharmeerd en biedt hem, ondanks vele klunzige manoeuvres tijdens zijn officiële test, een contract aan. Villeneuve mag direct instappen als Lauda aan het einde van 1977 vertrekt bij het team. Succes volgt pas een jaar later, wanneer de Canadees de allerlaatste wedstrijd van het seizoen, voor eigen publiek, naar zich toetrekt.
Zoals we hierboven schrijven, vertellen statistieken niet altijd het volledige verhaal. Dit bewijst Villeneuve meer dan enig ander Formule 1-coureur, want gedurende zijn vijf jaren (67 starts) in de hoogste klasse van de autosport komt de Canadees niet verder dan zes overwinningen en dertien podia; de één nog memorabeler dan de ander.
Echter houden wij de wedstrijden waarin hij er niet met de zege vandoor gaat misschien nog wel dichterbij het hart dan de wedstrijden waarin hij dat wel doet. Frankrijk, 1979, is een voorbeeld dat direct op het netvlies verschijnt. Wie niet direct begrijpt waarover we spreken, heeft voldoende aan dit filmpje (
https://www.autojunk.nl/2014/10/g-villeneuve-vs-arnoux ).
![11hf9j4.jpg]()
Het is misschien wel het meest fenomenale gevecht dat de Formule 1 ooit heeft gezien. Een rondenlange strijd om de tweede plaats, tussen twee ondergewaardeerde grootheden. Duizelingwekkende inhaalacties met meterslange remsporen en het bijna constante contact tussen de banden doen vermoeden dat de twee een diepgewortelde haat dragen, maar niets is minder waar, zo vertelt tegenstander René Arnoux later.
“At Dijon in 1979, his brakes and tyres were destroyed, my car had a problem with fuel pressure, but we pushed so hard. The way we raced was only possible between Gilles and me. Some people said it was dangerous but no, I do not agree. […] I must tell you, he was not dangerous for other drivers. For himself maybe yes, but he was never happy in a straight line — he liked oversteer, the sliding. He had to race at the maximum, not 100 per cent, but 105 per cent.”
Ondanks zijn enorme potentieel en zijn gigantische drang tot het uiterste te gaan, is Villeneuve tegelijkertijd een man van principes. Dit is een merkwaardige combinatie van normen en waarden, die hem verschillende malen als een steeds bloeddorstiger wordende hond in de nek komen bijten. Twee definiërende momenten steken er met kop en schouders bovenuit.
De eerste van deze momenten vinden we in datzelfde seizoen van 1979 terug. Voor dat jaar heeft de FIA besloten de punten op een bijzonder verwarrende manier uit te delen. Bij iedere coureur worden de beste vier resultaten van de eerste zeven wedstrijden aangehouden. Hetzelfde geldt voor de laatste acht races. Villeneuve’s teamgenoot, Zuid-Afrikaan Jody Scheckter, scoort het beste in de eerste helft en stevent af op de eindzege. Hij scoort twee overwinningen en twee tweede plaatsen: 30 punten. Villeneuve wint in de eerste helft eveneens tweemaal, maar heeft daarnaast slechts één vijfde plaats als beste resultaat, waardoor hij slechts 20 punten heeft. Ondanks dat Villeneuve beter presteert in de tweede helft van het seizoen, kan Scheckter het kampioenschap al in de twee-na-laatste wedstrijd beslissen, in Monza.
![10yi0qw.jpg]()
In een uiterst dominante stijl gaan de Ferrari’s aan kop, nadat de veel te snelle turbomotoren van de beide Renaults het opgeven. Scheckter staat er op dat moment het beste voor en neemt de leiding in de wedstrijd over, maar Villeneuve volgt op zijn hielen. De Canadees luistert naar het bevel van zijn renstal en behoudt, uit respect, zijn positie. In die tijd hanteert Ferrari de simpele regel: wie bij een 1-2 voorop rijdt, wint de wedstrijd. Toevallig is het op dat moment echter zo dat alleen de Ferrari’s nog kampioen kunnen worden, dus kan Villeneuve de teamorders gemakkelijk in het water te gooien en voor eigen geluk kiezen. Hij doet niets van datgene.
GV: “I hoped like hell he’d break! But if I’d passed him, it would have been like breaking my word.”
Q: “All right, but had there not been the temptation at least to lead for a few laps?”
GV: “Well, it would have been false, wouldn’t it? And not a particularly nice thing to do, either, because this was Jody’s day.”
In retrospect kunnen we zeggen dat dit Villeneuve’s enige kans op een wereldtitel is geweest. Dat gezegd hebbende laat hij zich van zijn beste kant zien in de laatste race van het jaar, op de Amerikaanse Watkins Glen. Villeneuve’s meest indrukwekkende prestatie toont hij al op vrijdag, wanneer het circuit dankzij een storm één grote glijbaan is geworden. Terwijl andere coureurs denken dat ze de beste ronde van hun leven neerzetten, schrikken ze zich na afloop van de sessie rot als ze de tijden bekijken. In haast onzichtbare omstandigheden is Villeneuve de snelste, met een onwaarschijnlijk grote marge van 9 seconden. Sommigen spreken zelfs van 11 seconden. Villeneuve wint de wedstrijd later dat weekend eveneens in de regen.
![2epr34j.jpg]()
De bijna sadistische humor van Vrouwe Fortuna heeft als gevolg dat Ferrari het volgende jaar, in 1980, een regelrechte draak van een auto in elkaar zet. Echter zijn het, zoals je nu wel begrijpt, juist deze momenten, in de lastigste omstandigheden (
https://www.autojunk.nl/2(...)s-jones-op-zandvoort), waar Villeneuve zijn rauwe talent aan de wereld toont. Terwijl teamgenoot en regerend wereldkampioen Scheckter niet verder komt dan één enkele vijfde plaats en aan het einde van het seizoen zijn carrière als Formule 1-coureur verruilt voor een commentatorspositie, weet Villeneuve zijn Ferrari viermaal in de punten te rijden. Gilles blijft bij de Scuderia. Zijn geduld wordt het volgende jaar beloond, alhoewel niet met een competitieve auto.
Ferrari smijt dat jaar (1981) de flat-12 bij het grofvuil en stapt over op een geblazen V6 met een enorm turbogat. Hoewel de krachtbron allesbehalve betrouwbaar is en Villeneuve in het meerendeel van de wedstrijden uitvalt, stuurt hij zijn bolide in twee achtereenvolgende wedstrijden, nota bene op de krapste circuits van de kalender, naar de overwinning. Beide zijn haast ongeloofwaardig. Niet alleen is zijn Ferrari onnoemelijk zwaar, de auto heeft naar verluidt slechts een kwart van de downforce van concurrenten Brabham en Williams. Het enige voordeel dat Villeneuve heeft, is zijn Ferrari-blok. Wanneer deze het niet begeeft, is ze een waanzinnig snelle aandrijfkracht. Gilles zet dit ene aspect als een waar genie naar zijn hand.
Zijn eerste zege van het jaar komt in Monaco, mede dankzij problemen aan de auto van Alan Jones. Villeneuve laat de Australiër relatief vroeg in de wedstrijd gaan, daar hij weet dat hij hem niet achter zich kan houden, omdat zijn remmen het simpelweg zullen begeven. Gelukkig voor de Canadees krijgt Jones te maken met een brandstofprobleem en kan Gilles eenvoudig naar de overwinning rijden. Enkele weken later, in Jarama, Spanje, doet hij het op eigen kracht. Een huzarenstuk. Villeneuve houdt zijn auto gedurende de wedstrijd zo breed mogelijk. Gilles heeft aan het einde van de wedstrijd liefst vier coureurs achter zich. Op magistrale wijze worstelt hij zijn scharlaken rots naar de streep. Laffite, op de tweede positie, eindigt 0,22 seconden achter Villeneuve; Elio de Angelis, op de vijfde positie, schiet 1,02 seconden na Laffite over de finish.
Deze zesde overwinning van Villeneuve, onder de brandende Spaanse zon, strijdend tot het bot, blijkt tevens zijn laatste. Villeneuve komt dat jaar tot 25 punten, de helft van de punten van Brabham-coureur en uiteindelijk wereldkampioen Nelson Piquet.
Hoewel Ferrari en Villeneuve in 1982 sterker ogen dan het jaar daarvoor, kent Villeneuve teveel tegenslagen. Zo valt hij in de eerste wedstrijd uit met een probleem aan de auto en valt hij de volgende wedstijd in leidende positie uit nadat hij spint. De derde race komt hij als derde over de streep. Zijn goede resultaat komt echter te vervallen, omdat hij een illegale dubbele achtervleugel gebruikt en hij een diskwalificatie op zijn bord krijgt.
![rkq70o.jpg]()
Niet veel later, tijdens de Grand Prix van San Marino, stevent hij op een zege af. Nadat beide Renaults uitvallen neemt Villeneuve de leiding over. Gilles heeft teamgenoot Didier Pironi, een ontzettend snelle knul, vlak achter zich en verwacht dat dit zo blijft, maar de Fransman lijkt de teamorders van Ferrari anders te interpreteren dan zijn stalgenoot dat doet. Terwijl Villeneuve inhoudt en rustig op een overwinning af denkt te rijden, scheurt Pironi hem, tot grote verbazing van Gilles, zonder pardon voorbij. Villeneuve haalt Pironi vervolgens weer in en is onder de indruk dat Pironi nu wél achter hem blijft. Pironi zet in de laatste ronde echter een laatste keer aan, wanneer Villeneuve de deur openlaat, en wint met marginale voorsprong. Gilles voelt zich verraden en zweert hem nooit meer te spreken. Niemand verwacht dat dit daadwerkelijk zo zal zijn, maar twee weken later weerklinken zijn woorden door het Belgische platteland, wanneer Villeneuve overlijdt tijdens de kwalificatie op het circuit van Zolder.
![2zhefk7.jpg]()
Tijdens de kwalificatie is Pironi een fractie sneller dan Villeneuve. De Canadees, nog altijd onthutst door het incident in San Marino, zet een laatste keer aan. Villeneuve neemt alle mogelijke risico’s, maar komt halverwege zijn snelle ronde Jochen Mass tegen als hij over de heuvel schiet en op de Terlamenbocht afsuist. De Oostenrijker wijkt van de ideale lijn, Villeneuve doet hetzelfde. De auto van Mass transformeert in een springschans en Villeneuve vliegt tientallen meters door de lucht. Hierbij wordt hij uit de auto geslingerd en belandt hij in de hekken. Bij de landing breekt hij zijn nek. Verschillende coureurs proberen hem tevergeefs te helpen, maar stuiten op niet meer dan een inmiddels blauw aangelopen coureur. Zelfs de hulpdiensten kunnen niets meer voor hem doen. In het ziekenhuis laten de dokters hem uit het leven glijden, nadat zijn vrouw afscheid heeft kunnen nemen.