Esther en Alexander kopen in Ik vertrek een bouwvallig herenhuis in de Dordogne om er een bed and breakfast van te maken. Omdat het geld na aanschaf van het pand op is, pendelen ze op en neer tussen Nederland en Frankrijk om te klussen.
Een monsterproject in Ik vertrek: Alexander en Esther verruilen Arnhem voor de Dordogne. Daar hebben de brandweerman en de beleidsmedewerker hun hart verloren aan een herenhuis. Hun toekomstige B&B - of chambre d'hôtes - is een charmant gebouw, maar wel een met de nodige gebreken. Het dak lekt bijvoorbeeld en er zit houtworm in de kozijnen. En er is al eerder getimmerd. Door spechten om precies te zijn, de gaten staan nog in de luiken.
Ingewikkeld
Om het allemaal nog iets ingewikkelder te maken, is de portemonnee na de aanschaf van het pand leeg. De twee blijven dus werken in Nederland en pendelen voortdurend op en neer naar Frankrijk om te klussen. Twee jaar ploetert het stel, maar hoe ziet het herenhuis eruit als de bouwstofwolken zijn opgetrokken?
Ontbijtje
Het geplande eindresultaat: vijf kamers, allemaal tot in de puntjes afgewerkt. En als het even kan ook nog een paar vaste kampeerplaatsen tussen de fruitbomen op de grond om hun huis heen. Als dit allemaal lukt, kunnen de gasten niet alleen bij het stel terecht voor een dak boven hun hoofd. Alex staat ook te trappelen om de innerlijke mens goed te verwennen. Alex heeft namelijk een passie voor eten en wil - naast een overheerlijk ontbijtje - ook een driegangendiner aanbieden. Het is daarbij de bedoeling dat hij zo veel mogelijk gebruikmaakt van lokale en biologisch geproduceerde ingrediënten.
Zo klaar voor