Utopia, donderdag 20 april 2017.
(Ik heb het centraal niet gezien, maar ik begrijp dat René aan het woord was, Rob en Jeroen in de gym, René komt zo.)
Rob: Ik wil sowieso eens met de nieuwe Romy praten, ja, dat wil ik sowieso, nou ik ga sporten jongen, doe de muziek even aan, wel even lekker jongen, aw mijn ruggetje.
René: Papparazzi, Rob ik ga foto's maken, heb jij je t-shirt aan, ik kan vanaf hier foto's maken.
Jeroen: Ik vond je gesprek goed René, maar echt die Jessie gaat niet naar huis.
Rene: Het stond 17.000 in de K, waar is dat geld gebleven, hij ziet het niet, het is heel apart, ze lachen zichzelf uit, en dan Boyd, ik ga nog wel effe tatoeëren. En er is met niemand besproken over die heilige steen van vijf bij vijf (golfapparaat.), het moet toch niet gekker worden en niemand zegt er wat van,
Jeroen: Het zal me jeuken.
René: En hoe Billy naast me zat en hoe ze die meisjes bekritiseerd, in Romy haar gezicht, liefie, meisje en achter haar rug bekritiseren.Maar ik ga vanaf maandag me bezig houden met de financiën, jij gaat er niet uit, Rob ook niet, en ik ook niet. Jessie met zijn heilige steen van vijf bij vijf. En ik vroeg toch vorige week naar de uitgaven? Vijf duizend aan kleding gekocht.
Jeroen: Hou maar op.
René: En dan weer over haar neus, dat ze spaart voor haar neus en dat ze de financiën deed, oftewel op haar 36ste jaar een paar sommetjes leert. Jessie gaat eruit, kijk jongens, ik dacht ook dat ik met mijn gitaartje hier binnen kon komen samen zijn met mijn 14 Utopiaanse vrienden, ik ben er klaar mee Jeroen, het wordt hun hel, want ik kom uit Den Helder, dit is niet mijn Utopia, nou dan ben ik maar over twee maanden weg, mijn hemel, twee maanden geleden vonden ze dat Karin naar huis moest en nu zitten ze Karin op te hemelen.
Rob: Ik wil er nu niet over praten, je moet het nu even laten gaan, je moet je nu niet negatief opstellen, niet hier.
René: Ik snap je, maar mag ik ook even mij gal spugen, ik snap je, goed ik ga die twee foto'tjes even bewerken en vastplakken.
Rob: Nu even laten gaan.
Jeroen: En praat even met Beau op een leuke manier.
René: Ik zeg er gewoon wat van, en ik ben een hele lieve jongen, maar ik zeg je, jaag me niet tegen het harnas, ik ben van de rechtvaardigheid, mijn opa en vader hielpen iedereen, maar begrijp je het, ik weet niet met welke paplepel jessie en Boyd zijn grootgebracht,