abonnement Unibet Coolblue
pi_154249868
quote:
0s.gif Op zaterdag 11 juli 2015 14:33 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
f(x) = cos(x)/(sin2(x) + 1)

Hoe kan ik F(x) bepalen? Ik weet wel dat als f(x) = 1/(x2+1), F(x) = arctan(x) + C ; maar wat doe ik met cos(x) in de teller?
Substitutieregel gebruiken met u = sin(x) zodat du/dx = cos(x) en dus du = cos(x)dx. Dat kan ook impliciet met d(sin(x)) = cos(x)dx zodat je direct krijgt

\int \frac{\cos\,x}{1\,+\,\sin^2x}\mathrm{d}x\,=\,\int \frac{\mathrm{d}(\sin\,x)}{1\,+\,\sin^2x}\,=\,\arctan(\sin\,x)\,+\,C

Het wordt juist een stuk lastiger als de teller van de integrand geen factor cos(x) zou hebben gehad. Probeer

\int \frac{\mathrm{d}x}{1\,+\,sin^2x}

maar eens te bepalen.

[ Bericht 0% gewijzigd door Riparius op 11-07-2015 23:00:37 ]
pi_154264865
quote:
0s.gif Op zaterdag 11 juli 2015 17:03 schreef Riparius het volgende:

[..]

Substitutieregel gebruiken met u = sin(x) zodat du/dx = cos(x) en dus du = cos(x)dx. Dat kan ook impliciet met d(sin(x)) = cos(x)dx zodat je direct krijgt

\int \frac{\cos\,x}{1\,+\,\sin^2x}\mathrm{d}x\,=\,\int \frac{\mathrm{d}(\sin\,x)}{1\,+\,\sin^2x}\,=\,\arctan(\sin\,x)\,+\,C

Het wordt juist een stuk lastiger als de teller van de integrand geen factor cos(x) zou hebben gehad. Probeer

\int \frac{\mathrm{d}x}{1\,+\,sin^2x}

maar eens te bepalen.
Ik had niet helemaal door dat de u/du-substitutie gebruikt moest worden in dit geval :@. Hoe dan ook, bedankt.

Klopt het qua notatie als in de volgende oplossing:

∫6x2/(3x3+6) dx

u = 3x3 + 6, dus du= 9x2dx

∫6x2/(3x3+6) dx= ∫2/3u du = d(2/3 * ln(u/3)) = d(2/3 * ln(x3+2)) = ln(x3+2) + C

Het gaat hier om het dikgedrukt deel. Ik benoem u en du, maar mag ik dat zomaar achter een "="-teken plaatsen?
pi_154268989
quote:
0s.gif Op zondag 12 juli 2015 11:04 schreef GeorgeArArMartin het volgende:

[..]

Ik had niet helemaal door dat de u/du-substitutie gebruikt moest worden in dit geval :@. Hoe dan ook, bedankt.

Klopt het qua notatie als in de volgende oplossing:

∫6x2/(3x3+6) dx

u = 3x3 + 6, dus du= 9x2dx

∫6x2/(3x3+6) dx= ∫2/3u du = d(2/3 * ln(u/3)) = d(2/3 * ln(x3+2)) = ln(x3+2) + C

Het gaat hier om het dikgedrukt deel. Ik benoem u en du, maar mag ik dat zomaar achter een "="-teken plaatsen?
Je notatie is niet helemaal correct, want je laat in de derde en vierde stap ten onrechte het integraalteken weg. Maar het dikgedrukte deel is wel in orde. Het doet inderdaad wat vreemd aan dat je bij onbepaalde integralen die immers zijn op te vatten als een notatie voor de verzameling van alle primitieven van een gegeven functie overgaat op een andere variabele maar dit is wel de gebruikelijke manier van opschrijven. We substitueren hier

u\,=\,3x^3\,+\,6

en dan is

\frac{\mathrm{d}u}{\mathrm{d}x}\,=\,9x^2

en dus

\mathrm{d}u\,=\,9x^2\mathrm{d}x

en daarmee ook

\frac{2}{3}\mathrm{d}u\,=\,6x^2\mathrm{d}x

en dus

\int \frac{6x^2}{3x^3\,+\,6}\mathrm{d}x\,=\,\int \frac{2\mathrm{d}u}{3u}\,=\,\frac{2}{3}\cdot\int \frac{\mathrm{d}u}{u}\,=\,\frac{2}{3}\cdot\ln u\,+\, C \,=\,\frac{2}{3}\cdot\ln(3x^3\,+\,6)\,+\,C

Als je met bepaalde (definiete) integralen werkt, dan moet je bedenken dat bij een substitutie ook de grenzen van het interval waarover je integreert in de nieuwe variabele worden uitgedrukt en die grenzen dus over het algemeen zullen veranderen. Dit probleem heb je niet als je een impliciete substitutie uitvoert.

Substitutie van

u\,=\,3x^3\,+\,6

in

\frac{2}{3}\mathrm{d}u\,=\,6x^2\mathrm{d}x

geeft

\frac{2}{3}\mathrm{d}(3x^3\,+\,6)\,=\,6x^2\mathrm{d}x

zodat we dus ook kunnen schrijven

\int \frac{6x^2}{3x^3\,+\,6}\mathrm{d}x\,=\,\int \frac{2\mathrm{d}(3x^3\,+\,6)}{3(3x^3\,+\,6)}\,=\,\frac{2}{3}\cdot\int \frac{\mathrm{d}(3x^3\,+\,6)}{(3x^3\,+\,6)}\,=\,\frac{2}{3}\cdot\ln (3x^3\,+\,6)\,+\, C

Zie ook mijn uitleg hier over het gebruik van de substitutieregel en impliciete substituties bij onbepaalde en bij bepaalde integralen.

[ Bericht 0% gewijzigd door Riparius op 12-07-2015 15:03:15 ]
pi_154274930
Ik dacht dat de d voor de formule het integraalteken verving. Is de uitkomst trouwens niet 2ln(u/3)/3 ? Volgens WolframAlpha wel: http://www.wolframalpha.com/input/?i=6x%5E2%2F%283x%5E3+%2B+6%29
pi_154275794
quote:
0s.gif Op zondag 12 juli 2015 18:00 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
Ik dacht dat de d voor de formule het integraalteken verving.
Nee, de d en de ∫ zijn juist operatoren die - afgezien van de integratieconstante - elkaars inverse zijn. Deze notaties zijn ingevoerd door Leibniz en stonden oorspronkelijk voor resp. differentia en summa. Zie ook hier en hier. In het algemeen heb je

\frac{\mathrm{d}(f(x))}{\mathrm{d}x}\,=\,f'(x)

en dus omgekeerd ook

\int f'(x)\mathrm{d}x\,=\,f(x)\,+\,C

waarvoor we ook kunnen schrijven

\int \frac{\mathrm{d}(f(x))}{\mathrm{d}x}\mathrm{d}x\,=\,f(x)\,+\,C

oftewel

\int \mathrm{d}(f(x))\,=\,f(x)\,+\,C

aangezien

\mathrm{d}(f(x))\,=\,f'(x)\mathrm{d}x
quote:
Is de uitkomst trouwens niet 2ln(u/3)/3 ? Volgens WolframAlpha wel: http://www.wolframalpha.com/input/?i=6x%5E2%2F%283x%5E3+%2B+6%29
Aangezien

3x^3\,+\,6 = 3(x^3\,+\,2)

heb je ook

\ln(3x^3\,+\,6)\,=\,\ln 3\,+\,\ln(x^3\,+\,2)

zodat

\frac{2}{3}\cdot\ln(3x^3\,+\,6)\,+\,C

en

\frac{2}{3}\cdot\ln(x^3\,+\,2)\,+\,C

slechts een constante van elkaar verschillen, namelijk ⅔·ln 3. De uitkomst die WolframAlpha geeft is dus equivalent met de uitkomst die ik hierboven geef. Ken je die grap over de twee professoren en de blonde serveerster?

[ Bericht 2% gewijzigd door Riparius op 12-07-2015 18:40:18 ]
pi_154276355
Bedankt voor de uitleg. Ik vond de notatie altijd nogal verwarrend in tekstboeken. De exacte definitie van de notaties heb ik hiervoor niet voorbij zien komen op school.

De grap over de constante van integratie? Die heb ik al eens van m'n wiskundedocent gehoord.
pi_154301826
Zou iemand mij kunnen helpen met het integreren van bepaalde sinusoïden? Ik heb een f(x) bedacht die niet in het boek staat, maar die ik (denk ik) wel moet kunnen primitiveren. Moet een 5 vwo'er (dit hoofdstuk komt uit het boek van 5 vwo) in staat zijn om deze functie te kunnen primitiveren? Over deze functie heb ik het:



Deze functievoorschrift staat in het boek, maar ik weet niet hoe ik dit moet primitiveren (vraag f):



Deze 2 functievoorschriften heb ik moeten primitiveren (komt uit het boek), maar ik weet niet of ik het goed heb gedaan. Kan iemand bevestigen dat ik dit op de juiste manier doe en zo niet, zou iemand mij kunnen verbeteren?:




Ik zie trouwens dat ik steeds de constante ben vergeten op te schrijven (+C achter iedere F(x)), maar goed, dat moet er natuurlijk ook steeds achter staan.
pi_154302447
quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 16:14 schreef BrokenBoy het volgende:
Zou iemand mij kunnen helpen met het integreren van bepaalde sinusoïden?
Het kunnen primitiveren van de functie f(x) = x·sin2(x) hoort niet tot de stof van wiskunde B. Je zou hiervoor de identiteit sin2(x) = ½ − ½·cos(2x) kunnen gebruiken om de integrand te schrijven als x − x·cos(2x) en vervolgens partiële integratie kunnen toepassen, maar dat laatste hoort dus niet tot de examenstof.

Bij het primitiveren van h(x) = x·sin(x2) ben je een minteken vergeten. Begrijp je waarom? Inderdaad is L(x) = ⅓·sin(x3) een primitieve van ℓ(x) = x2·cos(x3). Het primitiveren van m(x) = 2·sin(x)·cos(x) gaat vrij eenvoudig als je herkent dat 2·sin(x)·cos(x) = sin(2x).

[ Bericht 8% gewijzigd door Tochjo op 13-07-2015 16:41:32 ]
pi_154303325
quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 16:14 schreef BrokenBoy het volgende:
Zou iemand mij kunnen helpen met het integreren van bepaalde sinusoïden? Ik heb een f(x) bedacht die niet in het boek staat, maar die ik (denk ik) wel moet kunnen primitiveren. Moet een 5 vwo'er (dit hoofdstuk komt uit het boek van 5 vwo) in staat zijn om deze functie te kunnen primitiveren? Over deze functie heb ik het:

[ afbeelding ]
Ik vind in ieder geval dat je in staat moet zijn deze functie te primitiveren, en dat dit ook van een 5VWO leerling verwacht mag worden.

De clou bij goniometrische functies is dat je kunt beschikken over een heel arsenaal aan goniometrische identiteiten die van pas komen om dergelijke functies in een vorm te brengen waarin ze eenvoudig zijn te primitiveren. Het kwadraat van een sinus of een cosinus kun je herschrijven met behulp van de cosinus van de dubbele hoek en dat is wat je hier moet doen.

Je hebt voor de cosinus van de dubbele hoek de volgende drie identiteiten (er zijn er meer, maar deze drie moet je echt kennen):

(1) cos 2α = cos2α − sin2α
(2) cos 2α = 2·cos2α − 1
(3) cos 2α = 1 − 2·sin2α

De tweede en de derde van deze identiteiten kun je overigens gemakkelijk uit de eerste afleiden met behulp van de identiteit

(4) cos2α + sin2α = 1

Hieruit volgt immers sin2α = 1 − cos2α en cos2α = 1 − sin2α, en door dit te substitueren in (1) krijg je resp. (2) en (3).

Welnu, uit (3) volgt

(5) sin2α = ½(1 − cos 2α)

en dus heb je

(6) f(x) = ½ − ½·cos 2x

en de primitieven hiervan zijn uiteraard

(7) F(x) = ½x − ¼·sin 2x + C

Zie je?
quote:
Deze Dit functievoorschrift staat in het boek, maar ik weet niet hoe ik dit moet primitiveren (vraag f):

[ afbeelding ]
Als je even denkt aan de identiteit voor de sinus van de dubbele hoek

(8) sin 2α = 2·sinα·cos α

dan zie je direct dat we hebben

(9) m(x) = sin 2x

en de primitieven hiervan zijn dus

(10) M(x) = −½·cos 2x + C
quote:
Deze 2 functievoorschriften heb ik moeten primitiveren (komt uit het boek), maar ik weet niet of ik het goed heb gedaan. Kan iemand bevestigen dat ik dit op de juiste manier doe en zo niet, zou iemand mij kunnen verbeteren?:
De methode die je hier toepast is fout, want uit je uitwerking maak ik op dat je denkt dat je een primitieve van een product van twee functies kunt verkrijgen door het product te nemen van primitieven van elk van beide functies, maar dat is niet zo. Je kunt gemakkelijk inzien dat dit niet zo werkt: als F en G primitieven zijn van twee functies f en g, dan is de afgeleide van het product FG gelijk aan F'G + FG' = fG + Fg en dus niet fg. Verder lijkt het alsof je denkt dat (1/x2)·cos(x2) een primitieve is van sin(x2) maar ook dat klopt niet. Ga dit zelf maar na door je uitdrukking te differentiëren.

Om dit soort functies op de juiste manier te primitiveren moet je gebruik maken van de substitutieregel uit de integraalrekening voor onbepaalde integralen. Als je even terugscrolt in dit topic dan vind je een paar posts van mij die precies over dit onderwerp gaan. Bestudeer deze posts eerst en probeer dan de opgaven correct op te lossen.
quote:
[ afbeelding ]
[ afbeelding ]

Ik zie trouwens dat ik steeds de constante ben vergeten op te schrijven (+C achter iedere F(x)), maar goed, dat moet er natuurlijk ook steeds achter staan.
Edit: ik zie nu dat je in je eerste foto de functie f(x) = x·sin2x hebt, en niet f(x) = sin2x zoals ik hierboven aanneem. Helaas zijn foto's hier niet eenvoudig te zien als ik een bericht beantwoord, vandaar de vergissing. Zoals Tochjo opmerkt moet je hier inderdaad partiële integratie gebruiken.

[ Bericht 2% gewijzigd door Riparius op 13-07-2015 17:13:58 ]
pi_154303427
Bedankt voor je reactie, Tochjo :)!

quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 16:32 schreef Tochjo het volgende:

[..]

Het kunnen primitiveren van de functie f(x) = x·sin2(x) hoort niet tot de stof van wiskunde B. Je zou hiervoor de identiteit sin2(x) = ½ − ½·cos(2x) kunnen gebruiken om de integrand te schrijven als x − x·cos(2x) en vervolgens partiële integratie kunnen toepassen, maar dat laatste hoort dus niet tot de examenstof.
Gelukkig hoort dit niet tot de examenstof van vwo Wiskunde B.

quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 16:32 schreef Tochjo het volgende:

[..]

Bij het primitiveren van h(x) = x·sin(x2) ben je een minteken vergeten. Begrijp je waarom? Inderdaad is L(x) = ⅓·sin(x3) een primitieve van ℓ(x) = x2·cos(x3). Het primitiveren van m(x) = 2·sin(x)·cos(x) gaat vrij eenvoudig als je herkent dat 2·sin(x)·cos(x) = sin(2x).
Ik zie nu inderdaad dat ik de minteken ben vergeten. Dit was slordig van mij, omdat ik weet dat je een minteken moet zetten als je een sinusfunctie primitiveert. Dat van m(x) begrijp ik niet, waarom is 2·sin(x)·cos(x) = sin(2x)?
pi_154303781
quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 17:01 schreef BrokenBoy het volgende:
Bedankt voor je reactie, Tochjo :)!

[..]

Gelukkig hoort dit niet tot de examenstof van vwo Wiskunde B.
Vroeger wel hoor. En in Vlaanderen leert men dit gewoon op school, dus waarom hier niet?
quote:
[..]
Dat van m(x) begrijp ik niet, waarom is 2·sin(x)·cos(x) = sin(2x)?
Lees mijn post hierboven. Je hebt toch hopelijk wel eens van goniometrische identiteiten gehoord?
pi_154305000
Ik kom bij de volgende vraag uit op 0,51, klopt dit? Kan iemand dit bevestigen of ontkennen?



Ten slotte:

Weet iemand hoe ik vraag 19 kan berekenen?



[ Bericht 31% gewijzigd door GeschiktX op 13-07-2015 18:14:15 ]
pi_154306278
quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 17:58 schreef GeschiktX het volgende:
Ik kom bij de volgende vraag uit op 0,51, klopt dit? Kan iemand dit bevestigen of ontkennen?

[ afbeelding ]

Ten slotte:

Weet iemand hoe ik vraag 19 kan berekenen?

[ afbeelding ]
Het antwoord is niet boeiend. De weg naar het antwoord wel.
Wat heb je bij beide al berekend?
I asked God for a bike, but I know God doesn't work that way.
So I stole a bike and asked for forgiveness.
pi_154307125
quote:
1s.gif Op maandag 13 juli 2015 18:46 schreef -J-D- het volgende:

[..]

Het antwoord is niet boeiend. De weg naar het antwoord wel.
Wat heb je bij beide al berekend?
Bij vraag 19 heb ik niks berekend, omdat ik het niet snap. Ik weet wel dat om de correlatiecoefficient te berekenen (r) de formule als volgt luidt:

b1 = r * sy/sx , waarbij b1 de richtingscoëfficient is van de regressieformule, sy de standaarddeviatie van y is en sx de standaarddeviatie is van x.

In dit geval is de formule voor r --> r = (sy/sx) / b1


Vraag 16:


A = slagen voor de test, B= succesvol


P(B) = 0,60 , P(Bc) = 0,40 --> c = complement

P(A|B) = 0,85 , P(Ac | B ) = 0,15
P(Ac | Bc) = 0,90
P(A | Bc) = 0,10

P(A and B ) = 0,85 * 0,60 = 0,51
pi_154307207
quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 17:11 schreef Riparius het volgende:

[..]

Vroeger wel hoor. En in Vlaanderen leert men dit gewoon op school, dus waarom hier niet?

[..]

Lees mijn post hierboven. Je hebt toch hopelijk wel eens van goniometrische identiteiten gehoord?
Ik had hierna (en nu) niet genoeg tijd om je post goed door te nemen. Hartstikke bedankt voor je uitgebreide reactie, ik ga er vanavond goed naar kijken.

Ik heb nooit van goniometrische identiteiten gehoord (ik doe wis B er zelf naast, dus heb geen les met klasgenoten gehad). Misschien weet ik wel wat het is a.d.h.v voorbeelden, maar nu zegt het begrip mij niks.
pi_154308383
quote:
1s.gif Op maandag 13 juli 2015 19:11 schreef BrokenBoy het volgende:

[..]

Ik had hierna (en nu) niet genoeg tijd om je post goed door te nemen. Hartstikke bedankt voor je uitgebreide reactie, ik ga er vanavond goed naar kijken.

Ik heb nooit van goniometrische identiteiten gehoord (ik doe wis B er zelf naast, dus heb geen les met klasgenoten gehad). Misschien weet ik wel wat het is a.d.h.v voorbeelden, maar nu zegt het begrip mij niks.
Kijk even hier. Je kunt ook mijn overzichtje downloaden maar dat gaat wel verder dan de stof van de middelbare school.
pi_154311016
quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 19:09 schreef GeschiktX het volgende:

[..]

Vraag 16:

A = slagen voor de test, B= succesvol

P(B) = 0,60 , P(Bc) = 0,40 --> c = complement

P(A|B) = 0,85 , P(Ac | B ) = 0,15
P(Ac | Bc) = 0,90
P(A | Bc) = 0,10

P(A and B ) = 0,85 * 0,60 = 0,51
In orde.
Met de andere vraag kan ik je niet helpen, bemerk ik.
I asked God for a bike, but I know God doesn't work that way.
So I stole a bike and asked for forgiveness.
pi_154325777
quote:
0s.gif Op maandag 13 juli 2015 17:58 schreef GeschiktX het volgende:
Ik kom bij de volgende vraag uit op 0,51, klopt dit? Kan iemand dit bevestigen of ontkennen?

[ afbeelding ]

Ten slotte:

Weet iemand hoe ik vraag 19 kan berekenen?

[ afbeelding ]
"Kleinste kwadraten" wil zeggen dat in y^ = ax + b, a en b zo zijn gekozen dat
f(a,b) = \sum (y_i - (ax_i + b))^2
minimaal is. Maar dat betekent dat de afgeleiden naar a en b van f gelijk aan 0 moeten zijn. Werk dit uit, ook voor de andere regressielijn, en je krijgt alle formules die je nodig hebt.
pi_154352198
Beste fokkers, ik weet niet helemaal of het in dit topic hoort of in werk geldzaken en recht, maar ik denk dat jullie er meer verstand van weten.

Als ik een lening opstel van 15.000 eur voor over 60 maanden en ik betaal 18.000 terug in totaal, hoeveel procent rente is dat per maand? of wat is hier de rekensom van?
Ik snap namelijk niet echt hoe ik dit uit moet gaan rekenen.

Alvast bedankt :)
Just me
pi_154352285
quote:
0s.gif Op woensdag 15 juli 2015 09:22 schreef Drumkitje het volgende:
Als ik een lening opstel van 15.000 eur voor over 60 maanden en ik betaal 18.000 terug in totaal, hoeveel procent rente is dat per maand? of wat is hier de rekensom van?
Over een periode van vijf jaar wordt (18000 − 15000) : 15000 x 100% = 20% rente gerekend. Daarbij hoort een groeifactor van 1,2. De groeifactor per maand is 1,21/60 ≈ 1,0030, dus ongeveer 0,30% rente per maand.
pi_154441825
Kan iemand mij op m'n fout wijzen in het onderstaande?

Ik zoek de primitieve van f(x)

f(x) = 6x-4/(x2+8x+24)

Dan neem ik u=x2+8x+24, zodat we du = (2x+8) dx hebben en dan herschrijf ik f(x) zodat we du erin terugvinden:

f(x) = 6x+8-12/(x2+8x+24)

f(x) = 6x+8/(x2+8x+24) - 12/(x2+8x+24)

6x+8/(x2+8x+24) dx= 3/u du = d(3ln(u)) = d(3ln(x2+8x+24))

12/(x2+8x+24) = 1.5/((x+4/√8)2 +1)

1.5/((x+4/√8)2 +1) dx = 1.5√8 * arctan(x+4/√8) + C = 3√2 arctan(x+4/2√2) + C

Dus dat geeft F(x) = 3ln(x2+8x+24 + 3√2 arctan(x+4/2√2) + C

Maar volgens Wolframalpha is het iets anders: http://www.wolframalpha.c(...)x%5E2+%2B8x+%2B24%29

7√2 ipv 3√2 voor arctan.
pi_154442158
quote:
0s.gif Op zaterdag 18 juli 2015 18:08 schreef GeorgeArArMartin het volgende:
Kan iemand mij op m'n fout wijzen in het onderstaande?

Ik zoek de primitieve van f(x)

f(x) = 6x-4/(x2+8x+24)

Dan neem ik u=x2+8x+24, zodat we du = (2x+8) dx hebben en dan herschrijf ik f(x) zodat we du erin terugvinden:

f(x) = 6x+8-12/(x2+8x+24)

f(x) = 6x+8/(x2+8x+24) - 12/(x2+8x+24)

Deze herleiding is fout. Je moet in de teller van de eerste breuk een veelvoud van 2x + 8 krijgen en je hebt

f(x)\,=\,\frac{3(2x+8)}{x^2+8x+24}\,-\,\frac{28}{x^2+8x+24}

aangezien 3·8 − 28 = 24 − 28 = −4.
pi_154443047
quote:
0s.gif Op zaterdag 18 juli 2015 18:22 schreef Riparius het volgende:

[..]

Deze herleiding is fout. Je moet in de teller van de eerste breuk een veelvoud van 2x + 8 krijgen en je hebt

f(x)\,=\,\frac{3(2x+8)}{x^2+8x+24}\,-\,\frac{28}{x^2+8x+24}

aangezien 3·8 − 28 = 24 − 28 = −4.
Ah natuurlijk. Bedankt!
pi_154657994
ook een vraagje



iemand die weet hoe je deze moet oplossen? Krijg het niet voor elkaar met de geleerde regels :(
'If you really think that the environment is less important than the economy try holding your breath while you count your money'
  zondag 26 juli 2015 @ 21:04:49 #125
346939 Janneke141
Green, green grass of home
pi_154658187
quote:
0s.gif Op zondag 26 juli 2015 20:59 schreef poker4lifee het volgende:
ook een vraagje

[ afbeelding ]

iemand die weet hoe je deze moet oplossen? Krijg het niet voor elkaar met de geleerde regels :(
Bedenk eerst dat, als een produkt van twee factoren nul is, één van beide factoren nul moet zijn.
Bedenk daarna dat één van beide factoren in dit geval helemaal geen nul kan worden
En bedenk daarna dat wat je overhoudt alleen maar nul is als 1 - ... = 0 ?
Opinion is the medium between knowledge and ignorance (Plato)
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')