Voorbeschouwing van Wielerflits.nlAankomende maandag begint in Calella de Volta Ciclista a Catalunya. Liefhebbers van bergetappes komen hier zonder twijfel aan hun trekken, want het etappeschema telt maar liefst 26 gecategoriseerde bergen. Het deelnemersveld is bovendien om je vingers bij af te likken, waarmee alle ingrediënten dus aanwezig zijn voor een mooie koers. WielerFlits blikt vooruit.
HistorieDe Ronde van Catalonië kent een rijke historie; na de Giro en de Tour is het de oudste rittenkoers ter wereld. Al sinds 1911 strijden renners om de eindzege in het noordoosten van Spanje. In dat jaar bleek de Spanjaard Sebastiŕ Masdeu over de beste benen te beschikken. Maar liefst 58 keer bleef de eindzege in eigen land. Arie den Hartog is de enige Nederlander die het Spaanse feestje eens wist te verstoren, in 1966 versloeg hij nota bene Jacques Anquetil.
Ook in deze eeuw zijn voornamelijk Spanjaarden succesvol in Catalonië. Alleen Yaroslav Popovych (2005), Vladimir Karpets (2007), Michael Albasini (2012) en Daniel Martin (2013) konden voor buitenlands succes zorgen. Afgelopen seizoen bleek opnieuw een Spanjaard de beste. Joaquim Rodríguez greep in zijn eigen regio de eindzege. Hij bleef Alberto Contador vier seconden voor in het algemeen klassement, Tejay van Garderen eindigde als derde.
De Nederlanders lieten zich in de meest recente editie eveneens goed zien. In de een na laatste etappe soleerde Stef Clement naar de ritzege. Op iets meer dan een kilometer voor de meet reed hij weg van een kopgroep. Een dag later zorgde Lieuwe Westra opnieuw voor Nederlands succes. In een regenachtig Barcelona kwam hij met bijna anderhalve minuut voorsprong binnen. In het klassement werd Wilco Kelderman op een twaalfde plek de beste landgenoot.
ParcoursHet parcours in Catalonië is ideaal voor klimmers: in zeven ritten moeten maar liefst 26 gecategoriseerde bergen overwonnen worden. Op slechts één daarvan ligt een finishlijn getrokken. Vorig jaar kende het parcours nog twee aankomsten bergop, maar dit keer wordt alleen op La Molina bergop gefinisht.
Maandag 23 maart – etappe 1: Calella › Calella (185.2 km)Net als de afgelopen jaren begint en eindigt de openingsetappe in de badplaats Calella. De renners krijgen in het Catalaanse achterland drie bergen voor de kiezen voordat ze terugkeren naar de Middellandse Zeekust. Eén daarvan is zelfs van eerste categorie, maar deze ligt vrij ver van de finish. De Alt de Collsacreu (7.6 kilometer aan gemiddeld drie procent) wordt vermoedelijk belangrijker. De top van deze klim ligt op 18 kilometer voor de meet. Snelle renners die hier kunnen overleven, maken een goede kans op de ritzege.
Dinsdag 24 maart – etappe 2: Mataró › Olot (195 km)De tweede etappe kent geen zware beklimmingen, maar mag zeker niet onderschat worden. De finale is namelijk allerminst eenvoudig. Op vijftien kilometer voor het einde passeert het peloton de top van de Alt de Montagut: een 2.1 kilometer lange klim met een gemiddeld stijgingspercentage van 4.5 procent. Een paar kilometer later volgt nog een zwaardere heuvel, maar deze is gek genoeg niet gecategoriseerd. In 4.8 kilometer loopt de weg hier aan gemiddeld 4.2 procent omhoog. Daarna is het nog maar zes kilometer tot de aankomst.
Woensdag 25 maart – etappe 3: Girona › Girona (159.6 km)In de etappe van woensdag zullen de klassementsrenners voor het eerst in actie moeten komen. In de omgeving van Girona – waar veel profrenners wonen – krijgt het peloton tweemaal de Alt des Angles (6 kilometer aan 5.5 procent) van eerste categorie voorgeschoteld. Eerst halverwege de etappe en daarna in de slotfase. Tussendoor moet bovendien de Alt de Santa Pellaia (5.9 kilometer aan vier procent) beklommen worden. De top van de laatste beklimming ligt op 13 kilometer van de aankomst. Na een lange afdaling volgt nog een venijnig pukkeltje.
Donderdag 26 maart – etappe 4: Tona › La Molina (191 km)De koninginnenrit is op de vierde dag gepland. In deze loodzware etappe wacht het peloton vier pittige beklimmingen: drie van eerste categorie en zelfs één van buitencategorie. De Alt de la Creueta is de enige berg in deze ronde met de hoogste categorisering en dat lijkt niet onterecht. Vooral de afstand boezemt veel angst in; de Alt de la Creueta is maar liefst 21 kilometer lang. Het gemiddelde stijgingspercentage van 4.5 procent lijkt mee te vallen, maar schijn bedriegt. Door een aantal dalende stukken valt het gemiddelde lager uit.
De top van deze beklimming ligt op ruim veertig kilometer voor het einde. Na een lange afdaling komen de renners aan bij de voet van de slotklim: La Molina. Deze 5.6 kilometer lange berg kent een gemiddelde stijging van 5.8 procent. Ook vorig jaar werd hier een finishlijn getrokken. Toen ging de zege naar Joaquim Rodríguez, die Alberto Contador en Nairo Quintana versloeg. Wilco Kelderman eindigde daar als zevende.
Vrijdag 27 maart – etappe 5: Alp › Valls (197 km)Liefhebbers van dalende meters komen in de vijfde etappe aan hun trekken. De renners finishen een kilometer lager dan waar ze starten. Het venijn van de rit zit desondanks in de staart. Op 10 kilometer voor het einde passeert het peloton de top van de enige klim van de dag. Het gaat hier om de Alt de Lilla: een 4.1 kilometer lange berg met een gemiddeld stijgingspercentage van 4.8 procent. De etappe lijkt geschikt voor aanvallers. De verschillen in het klassement zullen inmiddels groot zijn, waardoor de kans bestaat dat de vlucht van de dag een vrijgeleide krijgt.
Zaterdag 28 maart – etappe 6: Cervera › Port Aventura (197.7 km)De zesde etappe biedt mogelijkheden voor snelle mannen. Het parcours bevat weliswaar een beklimming van eerste categorie, maar deze ligt vermoedelijk te ver van de meet om voor gevaar te zorgen. De etappe eindigt op een bijzondere locatie. De eindstreep ligt namelijk getrokken in het pretpark Port Aventura. Het park bij badplaats Salou behoort tot de top tien van best bezochte attractieparken van Europa. De renners mogen na afloop van de rit alle acht achtbanen uitproberen.
Zondag 29 maart – etappe 7: Barcelona › Barcelona (123.5 km)De laatste etappe vindt traditioneel plaats in Barcelona. De slotfase is nagenoeg hetzelfde als vorig jaar. Opnieuw moet het peloton achtmaal een lokale ronde met telkens de Alto de Montjuic afleggen. Deze beklimming is twee kilometer lang en kent een gemiddeld stijgingspercentage van 5.7 procent. Het laatste stuk gaat zelfs aan acht procent omhoog. Vorig jaar ging hier de zege naar Lieuwe Westra. De Fries reed in de slotfase weg van een kopgroep van dertien man en kwam met bijna anderhalve minuut voorsprong over de streep.
Iedere dag live te volgen op EurosportZeg het maar jongens