De confrontatie met de Tovenaar-koning vond niet plaats in Fornost maar daar ten westen van, bij het Avondschemermeer waar vroeger eens de trotse stad Annúminas had gestaan, de slag werd niettemin de Slag van Fornost genoemd. In het heetst van de strijd kwamen de elfen uit Rivendel onder leiding van Glorfindel te hulp. De Tovenaar-koning werd verslagen en Eärnur achtervolgde hem tot aan de Reuzenheide ten westen van de Nevelbergen. Eärnur wilde zijn achtervolging voort zetten maar Glorfindel hield hem tegen en deed zijn alom bekende voorspelling:
‘Zijn noodlot ligt nog veraf en hij zal niet vallen door de handen van een man.’
‘Far off yet is his doom, and not by the hand of Man shall he fall.’